CRABV 50 COM 843
CRABV 50 COM 843
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
dinsdag mardi
15-10-2002 15-10-2002
10.36 uur
10:36 heures

KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 843
15/10/2002
i


INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van mevrouw Annemie Van de Casteele
aan de vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "het bindend verklaren van
CAO's" (nr. 7904)
1
Question de Mme Annemie Van de Casteele à la
vice-première ministre et ministre de l'Emploi sur
"la déclaration de caractère obligatoire des CCT"
(n° 7904)
1
Sprekers: Annemie Van de Casteele,
Laurette Onkelinx
, vice-eerste minister en
minister van Werkgelegenheid
Orateurs: Annemie Van de Casteele,
Laurette Onkelinx
, vice-première ministre et
ministre de l'Emploi
Vraag van mevrouw Fientje Moerman aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de grensbedragen van het toegelaten
inkomen voor bepaalde genieters van een
brugpensioen en in het bijzonder over de 15%-
regel" (nr. 7963)
3
Question de Mme Fientje Moerman à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "le
montant maximum des revenus professionnels
autorisés pour certains prépensionnés et, plus
particulièrement, sur la règle des 15%" (n° 7963)
3
Sprekers:
Fientje Moerman, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs:
Fientje Moerman, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de l'Emploi
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de Staten-Generaal over de horeca"
(nr. 8511)
4
Question de Mme Greta D'hondt à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "les
Etats généraux de l'horeca" (n° 8511)
4
Sprekers: Greta D'hondt, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Greta D'hondt, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de l'Emploi
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de beroepsinlevingsovereenkomsten"
(nr. A068)
5
Question de Mme Greta D'hondt à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "les
conventions d'immersion professionnelle"
(n° A068)
5
Sprekers: Greta D'hondt, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Greta D'hondt, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de l'Emploi
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 843
15/10/2002
1


COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
van
DINSDAG
15
OKTOBER
2002
10:36 uur
______
du
MARDI
15
OCTOBRE
2002
10:36 heures
______



De vergadering wordt geopend om 10.36 uur door
de heer Joos Wauters, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.36 heures par M. Joos
Wauters, président.
01 Vraag van mevrouw Annemie Van de Casteele
aan de vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "het bindend verklaren
van CAO's" (nr. 7904)
01 Question de Mme Annemie Van de Casteele à
la vice-première ministre et ministre de l'Emploi
sur "la déclaration de caractère obligatoire des
CCT" (n° 7904)
01.01 Annemie Van de Casteele (VU&ID): In juni
antwoordde de minister dat zij met de andere
overheden zou overleggen over de mogelijkheid om
CAO's te bekrachtigen die materies regelen,
behorend tot de bevoegdheid van de
Gemeenschapen en Gewesten. Dat zou
ondertussen geregeld zijn via een
samenwerkingsakkoord.

Overtreedt dat akkoord de bevoegdheidsregeling
niet? Wie neemt hier het initiatief?


Krijgt de federale overheid niet eerder de rol van
een notaris?

In hoeverre kunnen de Gewesten beslissingen
tegenhouden?

Is het betreffende samenwerkingsakkoord reeds
ondertekend?
01.01 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Au
mois de juin, la ministre avait répondu qu'elle se
concerterait avec les autres autorités au sujet de la
possibilité de ratifier les CCT régissant des
matières relevant des Communautés et des
Régions. Entre-temps, cette question aurait été
réglée par le biais d'un accord de coopération.


Mais cet accord n'enfreint-il pas la réglementation
relative à la répartition des compétences ? Qui
prendra l'initiative dans ce cas ?

L'autorité fédérale ne se verra-t-elle pas attribuer
plutôt un rôle de notaire ?

Dans quelle mesure les Régions pourront-elles
empêcher que certaines décisions soient prises ?

L'accord de coopération concerné a-t-il déjà été
signé ?
01.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
CAO's worden door de sociale partners gesloten.
De kracht van ons systeem schuilt in ons
vertrouwen in de sociale partners om via
onderhandelingen tot overeenkomsten te komen
die voor iedereen goed zijn.
Vorig jaar werden er 4400 collectieve
overeenkomsten ondertekend.
01.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français):
Les CCT sont conclues par les partenaires sociaux.
La force de notre modèle réside dans notre
confiance en eux pour arriver à des accords par la
voie de négociations favorables à tous.

L'an dernier, il y a eu 4.400 conventions collectives
signées.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15/10/2002
CRABV 50
COM 843

Toen de Vlaamse regering zich zorgen maakte over
het bindend karakter van bepaalde CAO's, heb ik
mij geïnformeerd bij de sociale partners waarmee
wij tot een overeenkomst zijn gekomen.

Vervolgens hebben wij gesprekken aangeknoopt
met alle betrokken ministers van Werkgelegenheid
en de ministers-presidenten.

Op 20 september werd een samenwerkingsakkoord
goedgekeurd.

Dit bevestigt het principe van de ondeelbaarheid
van de CAO's die worden gesloten in de paritaire
organen die door de wet van 5 december 1968
werden ingesteld.
Lorsque le gouvernement flamand s'est préoccupé
de la force obligatoire de certaines CCT, j'ai
interrogé les partenaires sociaux avec qui nous
avons abouti à un accord.

Ensuite, nous avons entamé des discussions avec
tous les ministres de l'Emploi concernés et les
ministres-présidents.

Un accord de coopération a été approuvé le 20
septembre.

Il consacre le principe de l'indivisibilité des CCT
conclues au sein des organes paritaires institués
par la loi du 5 décembre 1968.
De overeenkomst brengt in herinnering dat de
federale overheid bevoegd blijft voor de bepalingen
van de CAO's die implicaties hebben voor de
loonkosten, met uitzondering van de modaliteiten
voor het gebruik van de vrijgemaakte middelen
wanneer die modaliteiten gewestelijke of
gemeenschapsmateries betreffen. Voorts gaat het
federale beleidsniveau ook over het arbeidsrecht,
de fondsen voor bestaanszekerheid en de sociale
zekerheid.

De overeenkomst waarborgt tevens de autonomie
van de sociale partners, en verankert de
rechtszekerheid die voortvloeit uit het bindende
karakter van de collectieve
arbeidsovereenkomsten.

De deelgebieden krijgen nu de mogelijkheid de
CAO's bindend te verklaren voor de materies die tot
hun bevoegdheid behoren, zonder daarbij afbreuk
te doen aan de exclusieve federale bevoegdheid.

Te dien einde verbindt de federale overheid zich
ertoe alle CAO's die in aanmerking komen om
bindend verklaard te worden, te publiceren op de
website van het federale ministerie van
Tewerkstelling en Arbeid.
Il rappelle les compétences fédérales pour les
dispositions des conventions collectives de travail
qui ont une incidence sur le coût salarial, à
l'exception des modalités d'utilisation des moyens
dégagés quand celles-ci concernent des matières
régionales ou communautaires, pour le droit du
travail, pour les fonds de sécurité d'existence et
pour la sécurité sociale.



L'accord garantit également l'autonomie des
partenaires sociaux. Il assure la sécurité juridique
attachée à la force obligatoire des CCT.



Il permet aux entités fédérées de rendre les CCT
obligatoires pour les matières relevant de leurs
compétences, sans porter atteinte à la compétence
fédérale exclusive.

A cette fin, l'Etat fédéral s'engage à publier toutes
les CCT susceptibles d'être rendues obligatoires
sur le site informatique du ministère fédéral de
l'Emploi et du Travail.
De minister gaat onmiddellijk over tot publicatie.
Pas nadien wordt nagegaan welk niveau bevoegd
is. De CAO's bindend verklaren op het niveau van
de Gewesten kan een troef zijn. Ik heb me echter al
meermaals afgevraagd of de overheid daarin wel
blijvend een rol moet spelen en of het wel nodig is
via een koninklijk besluit te werk te gaan. In
Nederland is dat niet het geval, maar in België
houden de sociale partners vast aan de rol van de
Staat. De Vlaamse Gemeenschap zal de
conclusies van het samenwerkingsakkoord
gebruiken om bepaalde CAO's bindend te verklaren
, maar dat geldt niet voor de andere deelstaten.
Le ministère fait cette publication immédiatement.
Ce n'est qu'ensuite que le niveau de compétence
est étudié. Rendre des CCT obligatoires au niveau
régional peut représenter un atout. Néanmoins, je
me suis souvent demandé s'il fallait continuer à
passer par les autorités publiques pour ce faire et
par un arrêté royal. C'est le système existant aux
Pays-Bas, mais les partenaires sociaux restent, en
Belgique, attachés à ce rôle de l'Etat. La
Communauté flamande va utiliser les conclusions
de l'accord de coopération pour rendre certaines
CCT obligatoires, mais pas les autres entités.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 843
15/10/2002
3
01.03 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Er is
dus wel degelijk een verschil tussen de regionale
overheden in de manier waarop ze hun
bevoegdheden willen aanpakken.

De sociale partners alleen laten beslissen, lijkt mij
geen goed idee.

Ik heb de indruk dat de federale overheid de
beslissing om CAO's al dan niet bindend te
verklaren zo ruim mogelijk wil interpreteren.
01.03 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Il y a
donc bel et bien une différence dans la manière
dont les autorités régionales entendent exercer
leurs compétences.

Je ne pense pas qu'il soit raisonnable de confier la
décision aux seuls interlocuteurs sociaux.

J'ai le sentiment que le gouvernement fédéral
souhaite interpréter le plus largement possible la
décision visant à déclarer les CCT obligatoires ou
non.
01.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
autonomie van de sociale partners is belangrijk en
op federaal niveau mengen we ons niet met hun
werk. We gaan enkel na of de overeenkomsten niet
strijdig zijn met andere juridische instrumenten.
01.04 Laurette Onkelinx , ministre (en français):
L'autonomie des partenaires sociaux est importante
et, au niveau fédéral, ne nous mêlons pas de leur
travail. Nous regardons simplement si les
conventions ne dérogent pas à d'autres instruments
juridiques.
01.05 Annemie Van de Casteele (VU&ID): De
minister wil dus alleen de notaris zijn van sociale
akkoorden. Het is duidelijk dat de Vlaamse
overheid verder wil gaan en zelf een meer actieve
rol wil spelen.
01.05 Annemie Van de Casteele (VU&ID): La
ministre n'a donc pour toute ambition que de faire
office de notaire des accords sociaux. Mais il est
évident que le gouvernement flamand veut aller
plus loin et jouer, quant à lui, un rôle plus actif.
01.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Wij
willen niet dat de politiek de sociale partners gaat
bevoogden. De werkgeversorganisaties en de
vakbonden staan daar trouwens zeer weigerachtig
tegenover.
01.06 Laurette Onkelinx , ministre (en français):
Nous sommes opposés à la tutelle du politique sur
les partenaires sociaux. Les organisations
patronales et syndicales la refusent totalement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Fientje Moerman aan de
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de grensbedragen van
het toegelaten inkomen voor bepaalde genieters
van een brugpensioen en in het bijzonder over de
15%-regel" (nr. 7963)
02 Question de Mme Fientje Moerman à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "le
montant maximum des revenus professionnels
autorisés pour certains prépensionnés et, plus
particulièrement, sur la règle des 15%" (n° 7963)
02.01 Fientje Moerman (VLD): Binnen de actieve
welvaartstaat zou brugpensioen zo weinig mogelijk
mogen voorkomen. Het is vooral de activiteitsgraad
van de 50- tot 64-jarigen die omhoog moet. Daarom
moet de regering de arbeidsomstandigheden van
deze mensen aantrekkelijk maken.


Momenteel mag een bruggepensioneerde een
inkomen genereren uit een activiteit op voorwaarde
dat het onder een bepaald grensbedrag valt. Zodra
dat grensbedrag met meer dan 15 procent wordt
overschreden, wordt de werkloosheidsuitkering
voor het betrokken kalenderjaar volledig geschorst.
Veel bruggepensioneerden vinden die regel
02.01 Fientje Moerman (VLD): Dans le cadre de
l'Etat social actif, la prépension devrait être
accordée le plus rarement possible. Il faut
augmenter le taux d'activité, en particulier des
personnes âgées de 50 à 64 ans. C'est la raison
pour laquelle le gouvernement doit rendre les
conditions de travail de ces personnes plus
intéressantes.

Actuellement, un prépensionné peut tirer un revenu
d'une activité, pour autant que ce revenu ne
dépasse pas un plafond. Dès que le revenu
dépasse ce plafond de plus de 15 pour cent,
l'allocation de chômage est suspendue pour
l'intégralité de l'année civile. Nombre de
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15/10/2002
CRABV 50
COM 843

onrechtvaardig.

Is de minister bereid de 15 procentregel af te
schaffen en de overschrijding in mindering te
brengen van de uitkering?
prépensionnés jugent cette règle injuste.


La ministre est-elle prête à supprimer la règle des
15 % et à déduire l'excédent de revenu de
l'allocation de chômage ?
02.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans):
Betreffende de toegestane beroepsbezigheden zijn
de bruggepensioneerden sedert 1 januari 1993
onderworpen aan de regels die gelden voor
gewone werklozen.

Alleen indien het brugpensioen voor deze datum is
begonnen, kan van dit systeem worden afgeweken.
Dit aantal bruggepensioneerden neemt af. Deze
mensen kunnen een beroepsbezigheid uitoefenen
die in de reglementering voor gepensioneerden is
opgenomen. Van deze reglementering kan worden
afgeweken volgens de voorwaarden van het
ministerieel besluit van 23 december 1992, waarin
de maxima voor gepensioneerden van 60 tot 65
jaar zijn bepaald evenals de gevolgen op het
bedrag van de werkloosheidsuitkering als deze
maxima worden overschreden.

Een overschrijding van deze maxima met 1 tot 15
% vermindert de werkloosheidsuitkering met
hetzelfde bedrag en als de maxima met meer dan
15 % worden overschreden, wordt de betaling van
de werkloosheidsuitkering helemaal opgeschort.
Als we deze grens van 15 % zouden herzien,
zouden de regels die gelden voor gepensioneerden
niet meer dezelfde zijn als die voor
bruggepensioneerden. Over deze laatsten kunt u
zich informeren bij de heer Vandenbroucke die
hieromtrent de bevoegde minister is.
02.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Les travailleurs prépensionnés sont, depuis le 1
er
janvier 1993, soumis, en ce qui concerne l'exercice
d'activités autorisées, aux règles applicables aux
chômeurs ordinaires.

Le système dérogatoire n'est plus applicables qu'à
ceux dont la prépension à pris cours avant cette
date. Ils sont de moins en moins nombreux. Ils
peuvent avoir une activité prévue dans la
réglementation applicable aux pensionnés. Des
modalités et des conditions dérogatoires à cette
réglementation ont été fixées dans l'arrêté
ministériel du 23 décembre 1992 qui reprend les
plafonds applicables aux pensionnés de 60 à 65
ans et fixe les conséquences du dépassement de
ces plafonds sur le montant des allocations de
chômage.

Ainsi un dépassement des plafonds de 1 à 15%
entraîne une réduction des allocations de chômage
à due concurrence et un dépassement supérieur à
15% la suspension totale du paiement des
allocations. Si on revoyait cette limite des 15%, les
règles applicables aux pensionnés ne seraient plus
les mêmes que celles des prépensionnés. Au sujet
de ces derniers, vous pourriez interroger M.
Vandenbroucke, qui est le ministre compétent.
02.03 Fientje Moerman (VLD) (Frans): De regels
voor gepensioneerden en bruggepensioneerden
zijn dezelfde, maar het onrecht dat ze meebrengen
ook.
02.03 Fientje Moerman (VLD) (en français): Les
règles applicables aux pensionnés et aux
prépensionnés sont les mêmes, les injustices
subies aussi.
02.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): In de
Ministerraad werden beslissingen in de door u
voorgestane zin genomen, maar ik laat de heer
Vandenbroucke verder op uw vragen antwoorden
02.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Des décisions ont été prises dans le sens souhaité
au Conseil des ministres mais je laisse à M.
Vandenbroucke le soin de vous répondre.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de Staten-Generaal over
de horeca" (nr. 8511)
03 Question de Mme Greta D'hondt à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "les
Etats généraux de l'horeca" (n° 8511)
03.01 Greta D'hondt (CD&V): De minister beloofde
tijdens de staten-generaal over de horeca van 18
03.01 Greta D'hondt (CD&V): Lors des Etats
généraux de l'horeca du 18/09/2002, la ministre a
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 843
15/10/2002
5
september 2002 werk te maken van lagere sociale
lasten voor gelegenheidsmedewerkers in de sector.

Kan de minister bevestigen dat het systeem van
seizoensarbeid zoals in land- en tuinbouw ook zal
worden toegepast in de horecasector? Is dit
voorstel al besproken in de regering? Hebben de
sociale partners zich hierover al uitgesproken?
promis d'abaisser les charges sociales pour les
collaborateurs occasionnels dans ce secteur.

La ministre confirme-t-elle que le système du travail
saisonnier, tel qu'il est pratiqué dans les secteurs
agricole et horticole, sera également appliqué à
l'horeca
? Cette proposition a-t-elle déjà été
débattue au sein du gouvernement
? Les
partenaires sociaux se sont-ils déjà prononcés à
son sujet ?
03.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De horecasector beschikt reeds over de
mogelijkheid om gelegenheidsmedewerkers zonder
al te veel administratieve rompslomp te werk te
stellen, namelijk door de CAO van 2 februari 1979.
Deze medewerkers moeten wel ingeschreven
worden in een
aanwezigheidsregister.Seizoensarbeid zoals in
land- en tuinbouw is gekoppeld aan een
veralgemeende aangifteplicht bij de RSZ en een
controlesysteem via plukkaarten en
aanwezigheidsregisters. Een gelijkaardig systeem
voor de horeca is mogelijk, mits een veralgemening
van de aangifte via het Dimonasysteem en mits er
voldoende waarborgen blijven voor een sluitende
controle.



De sector pleit echter voor een overgangsperiode.
Het zou mogelijk zijn om via Banksys en de SIS-
kaart tegemoet te komen aan de
aangifteverplichting en aan de behoefte aan een
sluitende controle. Daarom aanvaardde de regering
bij de begroting van 2003 een aangepast stelsel
van gelegenheidswerk uit te werken voor de
horecasector.

Hierbij zal de loonkost voor de werkgever beperkt
worden door de werkgeversbijdrage op een fictief
lager loon te berekenen. Voor het einde van dit jaar
zal ik hierover met de sector overleggen en een
concreet ontwerp voorleggen op de Ministerraad.
03.02 Laurette Onkelinx , ministre (en
néerlandais) : Le secteur horeca a déjà la
possibilité d'employer des collaborateurs
occasionnels sans être confronté pour autant à
d'énormes tracasseries administratives. C'est en
l'occurrence la CCT du 2 février 1979 qui le lui
permet. Ces collaborateurs doivent toutefois être
inscrits dans un registre de présence. Le travail
saisonnier tel qu'il est pratiqué dans l'agriculture et
l'horticulture est soumis à une obligation de
déclaration généralisée à l'ONSS et à un système
de contrôle qui en pratique fonctionne avec des
cartes de cueillette et des registres de présence.
Un dispositif analogue pour l'horeca est
envisageable à condition que la déclaration soit
généralisée par le système DIMONA et qu'il reste
suffisamment de garanties pour un contrôle
cohérent.

Toutefois, le secteur plaide en faveur d'une période
de transition. Il serait possible de satisfaire à
l'obligation de déclaration et au besoin de contrôle
cohérent via Banksys et la carte SIS. C'est la raison
pour laquelle le gouvernement a accepté, lors de la
confection du budget 2003, d'élaborer un système
adapté de collaboration occasionnelle pour le
secteur horeca.

Ainsi, les coûts salariaux à charge des employeurs
seront réduits en calculant la cotisation patronale
sur un salaire fictif inférieur. Avant la fin de l'année,
je me concerterai à ce sujet avec le secteur et je
présenterai un projet concret au Conseil des
ministres.
03.03 Greta D'hondt (CD&V): Er is dus nog geen
definitief besluit genomen. Het ontwerp komt er
wellicht vóór het jaareinde. Dat is belangrijk. Het
invoeren van afwijkende socialezekerheidsregels
moet vanzelfsprekend op een of andere manier
worden gecompenseerd om het budget niet te zeer
te belasten.
03.03 Greta D'hondt (CD&V): Aucune décision
définitive n'a donc encore été prise. Le projet sera
probablement prêt avant la fin de l'année. Cela est
important. L'introduction de règles dérogatoires en
matière de sécurité sociale doit bien entendu être
compensée d'une manière ou d'une autre afin de
ne pas grever trop lourdement le budget.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de 04 Question de Mme Greta D'hondt à la vice-
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15/10/2002
CRABV 50
COM 843

vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de
beroepsinlevingsovereenkomsten" (nr. A068)
première ministre et ministre de l'Emploi sur "les
conventions d'immersion professionnelle"
(n° A068)
04.01 Greta D'hondt (CD&V): De wetgeving op de
beroepsinlevingsovereenkomsten is in werking
getreden op 1 september 2002. Hoeveel
beroepsinlevingsovereenkomsten zijn er tot op
vandaag afgesloten?
04.01 Greta D'hondt (CD&V): La législation sur
les contrats d'immersion professionnelle est entrée
en vigueur au 1
er
septembre 2002. Combien de
contrats de ce type ont-ils été conclus à ce jour ?
04.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands): Ik
weet het niet.
04.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): Je l'ignore.
(Frans) Artikel 6bis van het koninklijk besluit van 23
oktober 1978 betreffende het bijhouden van sociale
documenten bepaalt dat het document waarin de
beroepsinlevingsovereenkomst wordt afgesloten
een sociaal document is. Het dient niet te worden
overgemaakt aan de administratie, enkel de
werkgever is verplicht het bij te houden.

Ik zou kunnen nagaan hoe het aantal
beroepsinlevingsovereenkomsten zou kunnen
worden vastgesteld in het kader van de
multifunctionele verklaring of ik zou de werkgevers
kunnen vragen me een kopie van die
overeenkomsten te bezorgen.

Ik heb mijn administratie gevraagd een ontwerp van
koninklijk besluit op te stellen om de
minimumvergoeding voor elke
beroepsinlevingsovereenkomst vast te stellen op
het niveau van de vergoeding die geldt voor het
industrieel leerlingwezen.
(En français) L'article 6bis de l'arrêté royal n° 5 du
23 octobre 1978 relatif à la tenue des documents
sociaux dispose que l'écrit constatant la convention
d'immersion professionnelle est un document
social. Celui-ci ne doit pas être communiqué à
l'administration, sa tenue est seulement imposée
aux employeurs.

Je pourrais étudier les modalités de constatation du
nombre de conventions d'immersion
professionnelle dans le cadre de la déclaration
multifonctionnelle ou envisager de demander aux
employeurs une copie de ces conventions.


J'ai demandé à mon administration la rédaction
d'un projet d'arrêté royal pour fixer l'indemnité
minimale applicable à toute convention d'immersion
au niveau de l'indemnité applicable au contrat
d'apprentissage industriel.
04.03 Greta D'hondt (CD&V): Het antwoord "ik
weet het niet", kan ik toch niet accepteren. Ik heb
de vraag zelfs al eens eerder gesteld. Ik weet nog
steeds niet welke doelgroep eigenlijk beoogd wordt
met die beroepsinlevingsovereenkomsten. Dit
antwoord moet dringend gegeven worden.

De voorzitter: Ik ga akkoord met collega D'hondt
dat de minister hier zou moeten antwoorden en de
gevraagde cijfers moet kunnen leveren.
04.03 Greta D'hondt (CD&V): Je ne peux quand
même pas accepter que la ministre réponde
qu'"elle ne sait pas". D'autant plus que je lui ai déjà
posé cette question précédemment. Je ne sais
toujours pas quel groupe cible ces contrats visent
en réalité. Il faut apporter d'urgence une réponse à
cette question.
Le président: J'estime également que la ministre
devrait répondre à cette question et transmettre les
données chiffrées demandées.
04.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans):
Mevrouw D'hondt, het is niet wettelijk verplicht deze
informatie aan de administratie mee te delen. Dat
kunnen we later misschien overwegen.
04.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Madame D'hondt, ce n'est pas une obligation légale
de communiquer ces informations à
l'administration. On pourra peut-être l' envisager
plus tard.
04.05 Greta D'hondt (CD&V): Als het goed gaat,
zijn de cijfers er snel. Als het slecht gaat, dan
blijven ze langer weg.

De voorzitter: : Laten we hopen dat de cijfers er
04.05 Greta D'hondt (CD&V): Si tout se déroule
bien, les chiffres seront rapidement disponibles.
Dans le cas contraire, il faudra attendre.

Le président: Espérons que les chiffres seront
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 843
15/10/2002
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
snel komen.
bientôt disponibles.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 11.22 uur.
La réunion publique de commission est levée à
11.22 heures.