CRABV 50 COM 800
CRABV 50 COM 800
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
woensdag mercredi
26-06-2002 26-06-2002
10:08 uur
10:08 heures

KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
i


INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Daniel Bacquelaine aan de
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de controlegeneeskunde"
(nr. 7277)
1
Question de M. Daniel Bacquelaine à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "la
médecine de contrôle" (n° 7277)
1
Sprekers: Daniel Bacquelaine, voorzitter van
de MR-fractie, Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid
Orateurs: Daniel Bacquelaine, président du
groupe MR, Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de l'Emploi
Vraag van de heer Guy D'haeseleer aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de werkomstandigheden van de sociale
inspecteurs van de RVA" (nr. 7419)
2
Question de M. Guy D'haeseleer à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "les
conditions de travail des inspecteurs sociaux de
l'ONEM" (n° 7419)
2
Sprekers:
Guy D'haeseleer, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs:
Guy D'haeseleer, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de l'Emploi
Vraag van de heer Joos Wauters aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de bescherming van arbeiders in de
kerncentrales" (nr. 7491)
3
Question de M. Joos Wauters à la vice-première
ministre et ministre de l'Emploi sur "la protection
des travailleurs dans les centrales nucléaires"
(n° 7491)
3
Sprekers: Joos Wauters, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Joos Wauters, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de l'Emploi
Samengevoegde vragen van
4
Questions jointes de
4
- de heer Karel Van Hoorebeke aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"de feestdag van 11 juli" (nr. 7508)
4
- M. Karel Van Hoorebeke à la vice-première
ministre et ministre de l'Emploi sur "la
reconnaissance du 11 juillet comme jour férié"
(n° 7508)
4
- de heer Koen Bultinck aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"de invoering van een betaalde feestdag op
11 juli" (nr. 7541)
4
- M. Koen Bultinck à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi sur "l'instauration d'un jour
férié rémunéré le 11 juillet" (n° 7541)
4
- de heer Hans Bonte aan de vice-eerste minister
en minister van Werkgelegenheid over "de
erkenning van 11
juli als wettelijk betaalde
feestdag" (nr. 7628)
4
- M. Hans Bonte à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi sur "la reconnaissance du
11 juillet en tant que jour férié rémunéré" (n° 7628)
4
Sprekers: Karel Van Hoorebeke, Koen
Bultinck, Hans Bonte, Laurette Onkelinx
,
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Karel Van Hoorebeke, Koen
Bultinck, Hans Bonte, Laurette Onkelinx
,
vice-première ministre et ministre de l'Emploi
Samengevoegde vragen van
6
Questions jointes de
6
- mevrouw Greta D'hondt aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"het overleg met de gewesten en
gemeenschappen en de sociale partners"
(nr. 7539)
6
- Mme Greta D'hondt à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi sur "la concertation entre les
Communautés et les Régions et les partenaires
sociaux" (n° 7539)
6
- de heer Guy D'haeseleer aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"het ontwerpdecreet van minister Landuyt dat de
Vlaamse regering moet machtigen om CAO's
algemeen bindend te verklaren die gewest- of
gemeenschapsbevoegdheden als voorwerp
hebben" (nr. 7556)
6
- M. Guy D'haeseleer à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi sur "le projet de décret du
ministre Landuyt destiné à autoriser le
gouvernement flamand à rendre obligatoires des
CCT portant sur des compétences régionales ou
communautaires" (n° 7556)
6
- mevrouw Annemie Van de Casteele aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de bekrachtiging van CAO's" (nr. 7621)
6
- Mme Annemie Van de Casteele à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur
"l'approbation des CCT" (n° 7621)
6
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
ii
Sprekers: Greta D'hondt, Guy D'haeseleer,
Annemie Van de Casteele, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Greta D'hondt, Guy D'haeseleer,
Annemie Van de Casteele, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de l'Emploi
Samengevoegde vragen van
8
Questions jointes de
8
- de heer Jef Valkeniers aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"de controle op de beschikbaarheid van
werkzoekende werklozen" (nr. 7529)
8
- M. Jef Valkeniers à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi sur "le contrôle de la
disponibilité des demandeurs d'emploi sans
travail" (n° 7529)
8
- van de heer Guy D'haeseleer aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"het uitwisselen van gegevens tussen de regionale
tewerkstellingsdiensten en de RVA" (nr. 7557)
8
- M. Guy D'haeseleer à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi sur "l'échange de données
entre les services régionaux de l'emploi et l'Onem"
(n° 7557)
8
Sprekers: Jef Valkeniers, Guy D'haeseleer,
Laurette Onkelinx
, vice-eerste minister en
minister van Werkgelegenheid, Greta D'hondt
Orateurs: Jef Valkeniers, Guy D'haeseleer,
Laurette Onkelinx
, vice-première ministre et
ministre de l'Emploi, Greta D'hondt
Vraag van de heer Joos Wauters aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "het sociaal plan voor de werknemers in de
diamantsector" (nr. 7563)
13
Question de M. Joos Wauters à la vice-première
ministre et ministre de l'Emploi sur "le plan social
pour les travailleurs du secteur du diamant"
(n° 7563)
13
Sprekers: Joos Wauters, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Joos Wauters, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de l'Emploi
Vraag van mevrouw Marie-Thérèse Coenen aan
de vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "ongelijke kansen op werk
wegens het tekort aan opvangplaatsen voor
kinderen van 0 tot 3 jaar" (nr. 7581)
14
Question de Mme Marie-Thérèse Coenen à la
vice-première ministre et ministre d'Emploi sur "la
discrimination à l'emploi due à la pénurie d'offres
d'accueil des enfants de 0 à 3 ans" (n° 7581)
14
Sprekers: Marie-Thérèse Coenen, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Marie-Thérèse Coenen, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de l'Emploi
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de werkloosheidsvergoeding van gewezen
werknemers uit beschutte werkplaatsen"
(nr. 7585)
16
Question de Mme Greta D'hondt à la vice
première ministre et ministre de l'Emploi sur "les
allocations de chômage pour les anciens
travailleurs des ateliers protégés" (n° 7585)
16
Sprekers: Greta D'hondt, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Greta D'hondt, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de l'Emploi
Vraag van de heer Filip Anthuenis aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de aanbevelingen van het verslag van de
hoge raad voor werkgelegenheid 2002" (nr. 7586)
16
Question de M. Filip Anthuenis à la vice-première
ministre et ministre de l'Emploi sur "les
recommandations du rapport 2002 du Conseil
supérieur de l'emploi" (n° 7586)
16
Sprekers:
Filip Anthuenis, Laurette
Onkelinx, vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid, Jef Valkeniers
Orateurs:
Filip Anthuenis, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
de l'Emploi, Jef Valkeniers
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de toepassing van de wet van 5 maart 2002"
(nr. 7635)
19
Question de Mme Greta D'hondt à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur
"l'application de la loi du 5 mars 2002" (n° 7635)
19
Sprekers: Greta D'hondt, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Greta D'hondt, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de l'Emploi
Vraag van de heer Josy Arens aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
20
Question de M. Josy Arens à la vice-première
ministre et ministre de l'Emploi sur "l'indemnité de
20
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
iii
"de uitkering voor loopbaanonderbreking voor de
ambtenaren van de overheidsdiensten die in
Frankrijk of in het Groothertogdom Luxemburg
wonen" (nr. 7492)
pause-carrière pour les agents des services
publics domiciliés en France et au Grand-Duché
de Luxembourg" (n° 7492)
Sprekers: , Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid
Orateurs: , Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de l'Emploi
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
1


COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
van
WOENSDAG
26
JUNI
2002
10:08 uur
______
du
MERCREDI
26
JUIN
2002
10:08 heures
______



De vergadering wordt geopend om 10.08 uur door
de heer Joos Wauters, voorzitter.
La séance est ouverte à 10.08 heures par M. Joos
Wauters, président.
01 Vraag van de heer Daniel Bacquelaine aan de
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de
controlegeneeskunde" (nr. 7277)
01 Question de M. Daniel Bacquelaine à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "la
médecine de contrôle" (n° 7277)
01.01 Daniel Bacquelaine (MR): Het koninklijk
besluit van 10 juni 2001 betreffende de
samenstelling en de werking van de
Opvolgingscommissie ingericht door de wet van 13
juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde
bepaalt in zijn artikel 1, 6 dat er zes leden worden
aangewezen die als deskundige zitting hebben.
Hoe ver is deze procedure gevorderd en volgens
welke criteria worden deze deskundigen benoemd?
01.01 Daniel Bacquelaine (MR): L'arrêté royal du
10 juin 2001 relatif à la composition et au
fonctionnement de la commission du suivi créée
par la loi du 13 juin 1999 relative à la médecine de
contrôle, prévoit en son article 1er, 6, la désignation
de six membres siégeant comme experts .
Où en est-on dans cette procédure et sur quels
critères seront désignés ces experts ?
01.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Er
werden twee koninklijke besluiten aangenomen en
gepubliceerd. Het eerste, van 10 juni 2001, werd op
14 juni 2001 gepubliceerd en betreft de
samenstelling en de werking van de
Opvolgingscommissie ingericht door de wet van 13
juni 1999. Het tweede, van 18 juli 2001, werd op 3
augustus 2001 gepubliceerd en betreft de controle-
artsen en de artsen-scheidsrechters.
De procedure om de artsen-deskundigen aan te
wijzen is nu afgerond. Het koninklijk besluit tot
benoeming van 15 mei werd op 31 mei jongstleden
gepubliceerd.
De Opvolgingscommissie zal voor het eerst op
vrijdag 28 juni eerstkomend bijeenkomen. Zij zal de
lijst opstellen van de artsen-scheidsrechters
waarop een beroep zal worden gedaan om bij
geschillen een uitspraak te doen. Dat is het eerste
punt op de agenda voor er werk kan worden
gemaakt van de wetgeving.
01.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Deux arrêtés royaux ont été adoptés et publiés. Le
premier, du 10 juin 2001, publié le 14 juin 2001, est
relatif à la composition et au fonctionnement de la
Commission de suivi créée par la loi du 13 juin
1999. Le second, du 18 juillet 2001, publié le 3 août
2001, concerne les médecins contrôleurs et les
médecins arbitres.

Aujourd'hui, la procédure de désignation des
médecins experts est achevée. L'arrêté royal de
nomination du 15 mai a été publié le 31 mai
dernier.

La commission de suivi se réunira pour la première
fois ce vendredi 28 juin ; elle établira la liste des
médecins arbitres qui seront appelés à statuer
dans les litiges, opération indispensable avant de
mettre en oeuvre l'ensemble de la législation.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
2
Daartoe moeten nog twee koninklijke besluiten
worden aangenomen; het eerste koninklijk besluit
gaat over de inwerkingtreding van de artikelen 8 tot
en 12 van de wet van 13 juni 1999 betreffende de
controlegeneeskunde. Het tweede koninklijk besluit
betreft de expertisekosten .
Inzake de inwerkingtreding van artikel 8 konden we
artikel 31 van de wet van 3 juli 1978 niet vervangen
door de in de wet van 1999 gebruikte formulering
zonder de Opvolgingscommissies te hebben
opgericht. Zolang dat niet was gebeurd zouden we
immers in een moeilijke juridische situatie
terechtkomen.
In principe zal de volledige regeling betreffende de
controlegeneeskunde tegen einde juli klaar en
werkzaam zijn.
Pour ce faire, deux arrêtés royaux devront encore
être adoptés. Le premier relatif à l'entrée en vigueur
des articles 8 à 12 de la loi du 13 juin 1999 relative
à la médecine de contrôle ; le second concernera
les frais d'expertise.

Quant à l'entrée en vigueur de l'article 8, nous ne
pouvions pas faire remplacer l'article 31 de la loi du
3 juillet 1978 par la formule reprise dans la loi de
1999 sans avoir mis en place les commissions de
suivi, faute de quoi nous nous serions retrouvés
dans une situation juridique embarrassante.

Fin juillet, en principe, l'ensemble du dispositif
relatif à la médecine de contrôle sera mis en place
et effectif.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Guy D'haeseleer aan de
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de werkomstandigheden
van de sociale inspecteurs van de RVA"
(nr. 7419)
02 Question de M. Guy D'haeseleer à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "les
conditions de travail des inspecteurs sociaux de
l'ONEM" (n° 7419)
02.01 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): De
RVA-controleurs van Turnhout hebben samen met
andere inspecteurs een ultimatum gesteld aan de
minister. In de pers lezen we klachten over een
acuut gebrek aan moderne werkmiddelen zoals
GSM en laptop en over controles die per fiets
moeten gebeuren omdat het kilometercontingent
opgebruikt is.

Kan de minister deze berichten bevestigen? Over
hoeveel kilometers beschikt een sociaal inspecteur
per maand of jaar? Welke andere materiële
middelen zijn ter beschikking van de inspecteurs?
Volstaan deze middelen? Is er een oplossing uit de
bus gekomen na overleg met de minister? Vindt de
minister het opportuun dat inspecteurs hun
controles per fiets moeten uitvoeren? Zal de
minister zorgen voor extra middelen zodat de
inspecteurs de controles op efficiënte wijze kunnen
uitvoeren?
02.01 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): Avec
d'autres inspecteurs, les contrôleurs de l'ONEM de
Turnhout ont adressé un ultimatum à la ministre. La
presse se fait l'écho de plaintes relatives à une
pénurie cruelle d'instruments de travail modernes
tels que des GSM ou des ordinateurs portatifs et
rapporte que des contrôles doivent être effectués à
vélo, le contingent kilométrique étant épuisé.

La ministre confirme-t-elle ces informations ? De
quel quota de kilomètres mensuel ou annuel
dispose un inspecteur social ? Quels autres
moyens matériels sont mis à la disposition des
inspecteurs ? Ces moyens sont-ils suffisants ? La
concertation avec la ministre a-t-elle permis de
trouver une solution ? Est-il opportun, selon la
ministre, que des inspecteurs soient contraints
d'effectuer leurs contrôles à bicyclette ? La ministre
dégagera-t-elle des moyens supplémentaires pour
permettre aux inspecteurs de travailler efficacement
?
02.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De directeur en de controleurs van het
werkloosheidsbureau van Turnhout distantiëren
zich volledig van de inhoud van het artikel in Het
Laatste Nieuws
. Alleen uitzonderlijk gebeuren
dienstopdrachten met de fiets en zoiets is in de
periode van januari tot april 2002 niet gebeurd. De
controleurs beschikken ook niet over een
individueel aantal kilometers. Het
werkloosheidsbureau krijgt
jaarlijks een
02.02 Laurette Onkelinx , ministre (en
néerlandais): Le directeur et les contrôleurs du
bureau du chômage de Turnhout opposent un
démenti formel au contenu de l'article publié dans
le quotidien Het Laatste Nieuws. Les missions à
vélo sont exceptionnelles et aucune d'entre elles
n'a eu lieu entre janvier et avril 2002. Par ailleurs,
les contrôleurs ne disposent pas d'un nombre
individuel de kilomètres. Le bureau du chômage a
droit chaque année à un quota de kilomètres et il
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
3
kilometercontingent en de directeur moet toezien
op een efficiënt gebruik van dit contingent. Het
contingent werd trouwens niet overschreden tijdens
het eerste trimester van 2002.

Een aantal bureaus beschikt over een dienstwagen
en alle controleurs hebben een GSM.

In agglomeraties met weinig parkeerplaatsen
worden fietsen vaker gebruikt voor
dienstopdrachten.
appartient au directeur de veiller à une utilisation
efficace de ce contingent. Ce dernier n'a, du reste,
pas été dépassé au cours du premier trimestre de
2002.

Certains bureaux disposent d'une voiture de
service et tous les contrôleurs ont un GSM.

Les missions à vélo sont plus fréquentes dans les
agglomérations où les places de parking sont rares.
(Frans) Een delegatie zal vandaag worden
ontvangen door mijn kabinetschef, die de eisen zal
onderzoeken en zal nagaan in welke mate ze alle
RVA-werknemers aanbelangen.

De gesprekken zullen worden voortgezet om tot
een betere dialoog met de controleurs te komen.
(En français) Une délégation sera reçue aujourd'hui
par mon chef de cabinet, qui examinera les
revendications et la manière dont elles s'inscrivent
par rapport à l'ensemble des travailleurs de l'Onem.

Les discussions se poursuivront pour parfaire le
dialogue avec les contrôleurs.
02.03 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): Het is
duidelijk dat het toegewezen kilometercontingent
niet volstaat. De aanwezigheid van dienstwagens is
ook eerder uitzondering dan regel.

Het is de taak van de minister om voor goede
werkomstandigheden te zorgen en demotivatie te
voorkomen. Ik hoop op een snelle oplossing voor
de problemen.
02.03 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): Le
contingent kilométrique qui est attribué ne suffit
manifestement pas. De même, la présence de
voitures de service est l'exception, plus que la
règle.

Il appartient à la ministre de créer des conditions de
travail adéquates et de prévenir la démotivation.
J'espère que les problèmes pourront être résolus
dans les meilleurs délais.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Voorzitter: Daniel Bacquelaine.
Président: Daniel Bacquelaine
03 Vraag van de heer Joos Wauters aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de bescherming van arbeiders in de
kerncentrales" (nr. 7491)
03 Question de M. Joos Wauters à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "la
protection des travailleurs dans les centrales
nucléaires" (n° 7491)
03.01 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): Het
Europees Hof van Justitie in Luxemburg
veroordeelde België omdat we de richtlijn over de
bescherming van arbeiders in kerncentrales niet
tijdig hebben omgezet in nationale wetten.

Op welke gronden berust deze veroordeling?
Welke maatregelen zal de minister nemen om de
Belgische arbeiders conform de Europese richtlijn
te beschermen?
03.01 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): La Cour
de justice européenne à Luxembourg a condamné
la Belgique pour n'avoir pas transposé la directive
relative à la protection des ouvriers dans les
centrales nucléaires dans le droit national dans les
délais.
Quel est le fondement de cette condamnation ?
Quelles mesures la ministre compte-t-elle prendre
pour assurer la protection des ouvriers belges
conformément à la directive européenne ?
03.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het KB van 2 april 2002, gepubliceerd in het
Belgisch Staatsblad van 20 juni 2002, regelt het
radiologisch toezicht van de externe werknemers
die in een gecontroleerde zone werken via de
registratie van de stralingsdosissen die werden
03.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais): L'arrêté royal du 2 avril 2002, publié
au Moniteur belge du 20 juin 2002, règle par un
système d'enregistrement et de gestion des doses
radiologiques la surveillance de l'exposition à des
doses radiologiques des travailleurs extérieurs qui
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
4
opgelopen. Vroeger werd dit toezicht uitgevoerd
door de werkgever van het toeleveringsbedrijf in
samenwerking met de exploitant. Nu moet de
exploitant de stralingsdosissen van elke externe
werknemer en zelfstandige aan de overheid
meedelen. Het ministerie van Tewerkstelling en
Arbeid actualiseert een centrale gegevensbank van
de stralingsdosissen, die toegankelijk is voor de
exploitanten. De exploitanten mogen een persoon
die de toegelaten stralingsdosis heeft bereikt, niet
toelaten in een gecontroleerde zone.
interviennent en zone contrôlée. Cette surveillance
était auparavant exercée par l'employeur, c'est-à-
dire l'entreprise fournisseuse, en collaboration avec
l'exploitant. Désormais, c'est à l'exploitant qu'il
appartient d'aviser les autorités publiques des
doses d'irradiation reçues par chaque travailleur
extérieur et indépendant. Le ministère de l'Emploi
et du Travail s'emploie à actualiser une banque
centrale de données relatives aux doses
radiologiques, qui est accessible aux exploitants.
Ceux-ci ne pourront pas admettre en zone
contrôlée une personne ayant déjà été exposée à
la dose d'irradiation maximum autorisée.
03.03 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): Er is dus
een wettelijke oplossing. Wordt dat aan het Hof
gemeld?
Nu moet nog met de exploitanten worden overlegd
over de concrete uitvoering. Bestaan er sancties?
03.03 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): Il existe
donc une solution légale. La Cour européenne de
Justice va-t-elle en être informée? Il faudra mener
une concertation avec les exploitants sur
l'application concrète des mesures. Des sanctions
sont-elles prévues en la matière?
03.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Wij
maken gewoonlijk de interne maatregelen bekend
die werden genomen na een veroordeling door het
Hof van Justitie. Ik zal nagaan of ook deze keer die
informatie correct werd meegedeeld.
03.04 Laurette Onkelinx , ministre (en français):
Dans nos rapports avec la Cour de Justice, il est
d'usage de faire connaître les mesures internes
prises en matière de condamnation. Je vais
m'assurer que, cette fois aussi, l'information a bien
été communiquée.
03.05 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): Is er al
een afspraak met de exploitanten?
03.05 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): Existe-t-
il un accord avec les exploitants?
03.06 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Inderdaad.
03.06 Laurette Onkelinx , ministre (en
néerlandais): En effet.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
Voorzitter: Joos Wauters, voorzitter.
Président: Joos Wauters.
04 Samengevoegde vragen van
- de heer Karel Van Hoorebeke aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"de feestdag van 11 juli" (nr. 7508)
- de heer Koen Bultinck aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"de invoering van een betaalde feestdag op
11 juli" (nr. 7541)
- de heer Hans Bonte aan de vice-eerste minister
en minister van Werkgelegenheid over "de
erkenning van 11
juli als wettelijk betaalde
feestdag" (nr. 7628)
04 Questions jointes de
- M. Karel Van Hoorebeke à la vice-première
ministre et ministre de l'Emploi sur "la
reconnaissance du 11 juillet comme jour férié"
(n° 7508)
- M. Koen Bultinck à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi sur "l'instauration d'un jour
férié rémunéré le 11 juillet" (n° 7541)
- M. Hans Bonte à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi sur "la reconnaissance du
11
juillet en tant que jour férié rémunéré"
(n° 7628)
04.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Vandaag
verpakken de Vlaamse bakkers hun broden in
groene zakken. Zo wil de Vlaamse regering 11 juli
als een echt Vlaams volksfeest promoten.

Op 24 april 2002 werd het wetvoorstel Van
04.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID):
Aujourd'hui, les boulangers flamands emballent
leurs pains dans des sacs verts. Le gouvernement
flamand souhaite de cette manière promouvoir le
11 juillet comme une véritable fête populaire
flamande.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
5
Hoorebeke - Bourgeois in deze commissie
besproken. Wij willen van 11 juli een wettelijke
feestdag maken. Daarover groeit in Vlaanderen een
consensus. Op 24 april werd afgesproken daarover
het advies van de NAR te vragen en te overleggen
met de Gemeenschappen en de Gewesten.

Hoe is de stand van zaken in de NAR? Werd het
overleg gestart? Wat is het resultaat?
Le 24 avril 2002, cette commission a examiné la
proposition de loi de MM. Van Hoorebeke et
Bourgeois. Nous voulons que le 11 juillet devienne
un jour férié légal. Un consensus se dégage à ce
propos en Flandre. Le 24 avril, il a été convenu de
demander l'avis du CNT à ce sujet et de se
concerter avec les Communautés et les Régions.

Où en est le CNT? Les négociations ont-elles été
ouvertes? Quel en est le résultat?
04.02 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): Het
Vlaams Blok diende reeds in 1995 een wetsvoorstel
in voor een Vlaamse feestdag op 11 juli. Collega
Annemans diende dat voorstel opnieuw in tijdens
de huidige zittingsperiode. Tijdens de bespreking
ervan werd afgesproken om het advies van de NAR
in te winnen en te overleggen met
Gemeenschappen en Gewesten.
Wanneer is dat advies klaar? Wat is de stand van
zaken in het overleg met de Gemeenschappen en
de Gewesten?
04.02 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): En 1995
déjà, le Vlaams Blok avait déposé une proposition
de loi visant à instaurer un jour férié flamand le 11
juillet. M. Annemans a redéposé cette proposition
sous l'actuelle législature. Lors du débat en
commission, il a été décidé de demander l'avis du
CNT et d'organiser une concertation avec les
Communautés et les Régions.
Quand cet avis sera-t-il prêt? Où en sont les
négociations avec les Communautés et les
Régions?
04.03 Hans Bonte (SP.A): Mijn fractie gaf bij de
besprekingen over dit dossier blijk van
pragmatisme. Wij stemmen in met de verklaring
van minister-president Dewael dat de regionale
feestdagen moeten worden erkend. Dat de
minister-president het echt meende, blijkt uit zijn
belofte er desnoods een breekpunt van te maken.
Dat is goed - vroeger had de VLD meer dan één
bedenking.

Hoe luidt het advies van de NAR? We wachten er
al een maand op. Het verbaast me niet dat de NAR
zegt weinig tijd te hebben - het is een nationaal
orgaan dat zich nu moet uitspreken over een
taalgevoelige kwestie.

In welke mate heeft de minister al overleg gepleegd
met de Gemeenschappen en de Gewesten? Wat is
het standpunt van de federale regering?
04.03 Hans Bonte (SP.A): Lors de la discussion
de ce dossier, mon groupe a fait preuve de
pragmatisme. Nous sommes d'accord avec la
déclaration du ministre-président Dewael que les
jours fériés régionaux doivent être reconnus. Sa
promesse d'en faire s'il le fallait un point de rupture
indique que le ministre-président prend l'affaire
vraiment au sérieux. Cela est positif car le VLD
avait par le passé avancé des objections.
Quel est l'avis du CNT? Nous l'attendons depuis un
mois déjà. Que le CNT prétende ne guère disposer
de temps ne m'étonne pas car il s'agit d'un
organisme national qui aujourd'hui doit se
prononcer sur une question sensible sur le plan
linguistique.
Dans quelle mesure le ministre s'est-il déjà
concerté avec les Communautés et les Régions?
Quel est le point de vue du gouvernement fédéral?
04.04 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands)
Het advies van de sociale partners is nog niet
gekend.

Aangezien de wet bepaalt dat de Nationale
Arbeidsraad binnen de twee maanden een advies
moet uitbrengen, denk ik dat wij er binnenkort
zullen over beschikken.

Vooraleer de bespreking met de Gewesten en de
Gemeenschappen aan te vatten, moeten we mijns
inziens kennis nemen van het advies van de
sociale partners.
04.04 Laurette Onkelinx (en néerlandais) L'avis
des partenaires sociaux n'est pas encore connu.

La loi prévoyant que l'avis du Conseil national du
travail doit être rendu dans un délai de deux mois ;
je pense qu'il devrait nous parvenir très
prochainement.

Pour ce qui concerne la discussion avec les
Régions et les Communautés, il m'apparaît
qu'avant de l'entreprendre, nous devons prendre
connaissance de l'avis des partenaires sociaux.
(Frans) Sommige partners wezen op de kosten (En français) Certains partenaires mettaient en
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
6
waarvoor de werkgevers zullen moeten opdraaien
en op de moeilijkheid om rekening te houden met
de diverse feestdagen die overeenstemmen met de
officiële feesten van de Gewesten en
Gemeenschappen, die bovendien voor het Brussels
Gewest een gecumuleerd effect zullen hebben. Er
is geen sprake van een blokkering maar het betreft
een complex dossier.
évidence le coût mis à charge des employeurs et la
difficulté de tenir compte de la diversité des jours
fériés correspondant aux fêtes officielles régionales
et communautaires, qui aura un impact cumulé sur
la Région bruxelloise. Il n'y a pas de blocage mais
le dossier est complexe.
04.05 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Ik ben niet
ontgoocheld, ik weet dat dit een complex dossier is.
Met een sereen debat op verschillende niveaus
tegelijkertijd kunnen we tot een oplossing komen
voor de bijkomende loonkosten en voor de
diversiteit van de feestdagen.

Ik wacht samen met de minister op het advies en
kijk uit naar het overleg dat de minister in het
vooruitzicht stelt.
04.05 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Je ne suis
pas déçu, je sais que ce dossier est complexe. Un
débat serein mené à plusieurs niveaux devrait nous
permettre de trouver une solution en ce qui
concerne les coûts salariaux supplémentaires et la
diversité des jours fériés.

Comme la ministre, j'attends l'avis et la concertation
qu'elle a annoncée.
04.06 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): De NAR
neemt zijn tijd; op de interministeriële conferentie
blijkt niemand echt dwars te liggen. Deze situatie is
op zich niet negatief, maar mag niet nodeloos lang
aanslepen. Als federaal, Franstalig minister kan u
zelf een positieve bijdrage leveren.



Voor de loonkosten bestaat een heel gemakkelijke
oplossing: schaf 21 juli af.

Ik begrijp niet dat er geen regeringsstandpunt over
dit dossier bestaat.
04.06 Koen Bultinck (VLAAMS BLOK): Le CNT
prend son temps. A la conférence interministérielle,
personne ne semble vraiment opposé à la
proposition. Cette situation n'est pas négative en
soi, mais elle ne doit pas s'éterniser inutilement. En
tant que ministre fédérale francophone, vous
pourriez vous-même apporter une contribution
positive dans ce dossier.

Pour ce qui est des coûts salariaux, il existe une
solution très simple: supprimez le 21 juillet.

Je ne comprends pas pourquoi le gouvernement
n'a pris position à propos de ce dossier.
04.07 Hans Bonte (SP.A): Dit dossier is relatief
eenvoudig in vergelijking met andere, ook al
hangen er moeilijke discussies aan vast omdat het
binnen de NAR moeilijk ligt om bepaalde
standpunten te wijzigen. Het ontgoochelt me dan
ook dat de federale regering geen duidelijk
standpunt inneemt en ik dring erop aan dat zij zich
daar toch over zou bezinnen.
04.07 Hans Bonte (SP.A): Comparé à d'autres, ce
dossier est relativement simple, bien qu'il implique
des discussions délicates, dans la mesure où il est
difficile de modifier certaines positions au sein du
CNT. Je regrette dès lors que le gouvernement
fédéral se refuse à prendre position et je demande
instamment qu'il réfléchisse à la question.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Greta D'hondt aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"het overleg met de gewesten en
gemeenschappen en de sociale partners"
(nr. 7539)
- de heer Guy D'haeseleer aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"het ontwerpdecreet van minister Landuyt dat de
Vlaamse regering moet machtigen om CAO's
algemeen bindend te verklaren die gewest- of
05 Questions jointes de
- Mme Greta D'hondt à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi sur "la concertation entre
les Communautés et les Régions et les
partenaires sociaux" (n° 7539)
- M. Guy D'haeseleer à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi sur "le projet de décret du
ministre Landuyt destiné à autoriser le
gouvernement flamand à rendre obligatoires des
CCT portant sur des compétences régionales ou
communautaires" (n° 7556)
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
7
gemeenschapsbevoegdheden als voorwerp
hebben" (nr. 7556)
- mevrouw Annemie Van de Casteele aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de bekrachtiging van CAO's" (nr. 7621)
- Mme Annemie Van de Casteele à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur
"l'approbation des CCT" (n° 7621)
05.01 Greta D'hondt (CD&V): Op meerdere
vragen in de Kamer verwees de minister naar het
overleg dat zij op 18 juni 2002 zou voeren met de
ministers van werkgelegenheid van de Gewesten
en de Gemeenschappen en met de sociale
partners.


Wat werd op dat overleg afgesproken over de
bekrachtiging van Vlaamse CAO's?

Heeft de minister inderdaad, zoals zij had
aangekondigd, de kwestie van de transmissie van
gegevens tussen de gewestelijke diensten voor
arbeidsbemiddeling en de rijksdienst voor
arbeidsvoorziening op de agenda geplaatst? Wat
was het resultaat van het overleg?
05.01 Greta D'hondt (CD&V): En réponse à
plusieurs questions qui lui ont été posées à la
Chambre, la ministre a renvoyé à la concertation
prévue le 18 juin 2002 avec les ministres de
l'Emploi régionaux et communautaires ainsi que les
interlocuteurs sociaux.

Qu'a-t-il été convenu lors de cette concertation au
sujet de la confirmation des CCT flamandes ?

La ministre a-t-elle, comme elle l'avait annoncé,
inscrit à l'ordre du jour de cette concertation la
question de l'échange des données entre les
services régionaux de l'emploi et l'Onem ? Quel est
le résultat de cette concertation ?
05.02 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): Er vond
een interministeriële conferentie plaats naar
aanleiding van het advies van de Raad van State
over het ontwerpdecreet van Vlaams minister
Landuyt dat de Vlaamse regering bevoegd acht om
zelf CAO's algemeen bindend te verklaren in
materies waarvoor ze bevoegd is.

Er zijn twee oplossingen: ofwel past de regering de
wet van 1968 aan, ofwel werken de Gewesten een
decreet uit over de bekrachtiging van CAO's.


Ik maak me echter geen illusies en vrees dat deze
minister er alles aan zal doen om de tweede
oplossing te dwarsbomen, zeker gelet op haar
uitspraken tijdens de academische zitting naar
aanleiding van het vijftigjarig bestaan van de NAR.
05.02 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): Une
conférence interministérielle a été organisée après
l'avis rendu par le Conseil d'Etat sur le projet de
décret du ministre flamand M. Landuyt et selon
lequel le gouvernement flamand est compétent
pour rendre obligatoires les CCT relatives aux
matières qui relèvent de sa compétence.

Deux solutions sont possibles : soit le
gouvernement modifie la loi de 1968, soit les
Régions élaborent un décret concernant la
confirmation des CCT.

Je ne me fais toutefois pas d'illusions et je crains
que la ministre fasse tout ce qui est en son pouvoir
pour contrecarrer la deuxième solution. J'en suis
d'autant plus sûr après avoir entendu ses propos
lors de la séance académique organisée à
l'occasion du cinquantième anniversaire du CNT.
05.03 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Het
advies van de SERV over de bekrachtiging van
CAO's was verdeeld, maar dat van de Raad van
State was bijzonder verhelderend en stelde
onomwonden dat enkel de Gemeenschappen en
de Gewesten bevoegd zijn om CAO's over hun
bevoegdheden algemeen bindend te verklaren. Dat
betekent dat de logica van het ontwerpdecreet van
de Vlaamse Gemeenschap juridisch correct is en
moet worden gevolgd.

De Franstalige collega's gaven al een hele tijd voor
het advies er was te kennen dat ze dit denkspoor
05.03 Annemie Van de Casteele (VU&ID): L'avis
du SERV (Conseil économique et social de la
Flandre) sur la confirmation des CCT était divisé,
mais celui du Conseil d'Etat était particulièrement
clair et affirmait sans ambiguïté que seules les
Communautés et les Régions sont compétentes
pour déclarer obligatoires les CCT qui relèvent de
leur compétence. En d'autres termes, la logique du
projet de décret de la Communauté flamande est
correcte et doit être suivie.

Longtemps avant que l'avis ne soit rendu, les
collègues francophones avaient fait savoir qu'ils
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
8
niet zien zitten. Dat resulteerde in een overleg op
federaal niveau op initiatief van de federale minister
van Werkgelegenheid. Minister Landuyt liet weten
zich niet de les te laten spellen. Hij wou zich positief
noch negatief uitlaten over het voorstel van de
minister, maar wacht op een concreet voorstel.



Volgens de Raad van State verandert de aard van
een CAO ten gevolge van de
algemeenbindendverklaring. De louter contractuele
aard van de CAO verandert in een aard die wordt
gelijkgesteld met die van een bepaling van
statelijke oorsprong. Het is omwille van deze
fundamentele transformatie dat de
algemeenbindendverklaring is onderworpen aan de
bevoegdheidsverdelende regels.
étaient opposés à cette piste de réflexion. A
l'initiative de la ministre fédérale de l'Emploi, une
concertation a ensuite été organisée au niveau
fédéral. Le ministre Landuyt a clairement fait
comprendre qu'on ne lui dicterait pas sa conduite. Il
n'a donné ni avis positif ni avis négatif sur la
proposition de la ministre, mais il attend une
proposition concrète.

Selon le Conseil d'Etat, le fait de déclarer qu'une
CCT est obligatoire en modifie la nature. La nature
purement contractuelle des CCT se mue en une
nature assimilable à celle d'une disposition d'origine
étatique. C'est en raison de cette mutation
fondamentale que l'instauration du caractère
obligatoire est soumise aux règles de répartition
des compétences.
05.04 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De besprekingen die plaatsvonden op 18 juni
hadden slechts een voorbereidend karakter.
Diepgaand onderzoek is nog volop aan de gang.
Het is in deze fase dus nog te vroeg om tot een
conclusie te komen. Er zullen nog verscheidene
vergaderingen plaatsvinden voor het einde van juli.
05.04 Laurette Onkelinx , ministre (en
néerlandais): Les discussions du 18 juin n'étaient
que préliminaires. Un examen approfondi est en
cours. Dans l'état actuel des choses il est donc pas
possible de formuler des conclusions. Plusieurs
réunions seront organisées d'ici à la fin du mois de
juillet.
(Frans) De sociale partners en de minister van
Werkgelegenheid zijn het er in ieder geval over
eens om ons sociaal overlegstelsel te handhaven
en de autonomie van de sociale partners te
vrijwaren.

Voor het overige is het nog te vroeg om dieper op
die gevoelige kwestie in te gaan.
(En français) Les partenaires sociaux et les
ministres de l'Emploi sont en tout cas d'accord pour
maintenir notre système de concertation sociale et
l'autonomie des partenaires sociaux.


Pour le reste, il est trop tôt pour que je vous en dise
plus sur un problème aussi délicat.
05.05 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): Het is te
vroeg. Dat is een typisch antwoord voor deze
regering. Deze regering blijft de autonomie van de
Gewesten en de Gemeenschappen beknotten. Dat
de Vlaamse meerderheidspartijen daar blijven aan
meewerken is onbegrijpelijk.
05.05 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): Il est
trop tôt. Voilà bien une réponse typique de ce
gouvernement. Ce gouvernement continue à
juguler l'autonomie des Régions et des
Communautés. Il est inconcevable que les partis
flamands de la majorité continuent de soutenir cette
politique.
05.06 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Deze
regering gaat op de rem staan omdat ze bang is
voor de eigen dynamiek van eigen CAO's voor
Gemeenschappen en Gewesten.
05.06 Annemie Van de Casteele (VU&ID): Ce
gouvernement freine des quatre fers parce qu'il
craint la dynamique propre que pourraient générer
des CCT propres aux Communautés et aux
Régions.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Samengevoegde vragen van
- de heer Jef Valkeniers aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"de controle op de beschikbaarheid van
werkzoekende werklozen" (nr. 7529)
06 Questions jointes de
- M. Jef Valkeniers à la vice-première ministre et
ministre de l'Emploi sur "le contrôle de la
disponibilité des demandeurs d'emploi sans
travail" (n° 7529)
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
9
- van de heer Guy D'haeseleer aan de vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid over
"het uitwisselen van gegevens tussen de
regionale tewerkstellingsdiensten en de RVA"
(nr. 7557)
- M. Guy D'haeseleer à la vice-première ministre
et ministre de l'Emploi sur "l'échange de
données entre les services régionaux de l'emploi
et l'Onem" (n° 7557)
06.01 Jef Valkeniers (VLD): Het probleem van de
zwakke doorstroming van gegevens in verband met
de werkwilligheid en opleidingsbereidheid van de
regionale arbeidsbemiddelingsdiensten naar de
federale RVA werd al herhaaldelijk ter sprake
gebracht. Vooral de onaanvaardbare
communautaire discrepanties blijven opvallen. In
België zou dertig procent van de werklozen niet
langer op zoek zijn naar werk.

Het zoeken naar werk is nochtans geen asociale
doelstelling. De regionale diensten staan nogal
argwanend tegenover het doorspelen van de
namen van werklozen die werk of een opleiding
weigeren, onvoldoende inspanningen doen of
afwezig blijven na een oproeping. Vooral FOREM
blinkt uit in een beperkt aantal transmissies. Aan de
zeer beperkte transmissies wordt verder nauwelijks
gevolg gegeven. De transmissies moeten dus op
korte termijn worden verbeterd en in elke regio met
dezelfde gestrengheid worden uitgevoerd.


Erkent de minister dat er een probleem is met de
transmissie van gegevens inzake de
arbeidsbereidheid van werklozen? Erkent de
minister dat er terzake grote verschillen zijn tussen
het Vlaams, het Waals en het Brussels Gewest? Is
de minister voorstander van een effectieve controle
op de arbeidsbereidheid van werklozen? Welke
initiatieven zal de minister ter zake nemen? Zal de
minister er bij de RVA op aandringen te komen tot
sluitende afspraken inzake de transmissie? Moet
de RVA de bevoegdheid krijgen werklozen
persoonlijk uit te nodigen om hun arbeidsbereidheid
te controleren? Is de minister voorstander van een
zoekplicht voor werkzoekenden waarbij de
bewijslast bij de werkloze ligt? Zo neen, welke
alternatieve remedie stelt zij voor om de
arbeidsbereidheid te controleren?
06.01 Jef Valkeniers (VLD): A de nombreuses
reprises, on a évoqué le problème de la mauvaise
transmission, par les services régionaux pour
l'emploi à l'ONEM, des données relatives à la
disposition des chômeurs à accepter un emploi ou
une formation. On reste frappé par les disparités
inacceptables entre Communautés. En Belgique,
trente pour cent des chômeurs ne seraient plus à la
recherche d'un emploi.

La recherche d'un emploi n'est pourtant pas un
objectif asocial. Les services régionaux sont
relativement méfiants à l'égard de la transmission
des noms des chômeurs qui refusent un travail ou
une formation, ne font pas suffisamment d'efforts
ou ne répondent pas à une convocation. Le
FOREM se caractérise par le nombre limité de ces
transmissions. Qui plus est, pratiquement aucune
suite n'y est donnée. Il faut donc qu'à bref délai, on
améliore ces transmissions qui doivent être
exécutées avec la même rigueur dans toutes les
régions.

La ministre reconnaît-elle qu'il existe un problème
de transmission des données sur la disponibilité à
travailler des chômeurs? Reconnaît-elle qu'il y a
d'importants écarts entre les Régions flamande,
wallonne et bruxelloise? La ministre est-elle
favorable à un contrôle effectif de la disponibilité à
travailler des chômeurs? Quelles initiatives compte-
t-elle prendre en la matière? Va-t-elle insister
auprès de l'ONEM pour que la transmission des
données se déroule sans accrocs? Doit-on
autoriser l'ONEM à inviter lui-même les chômeurs à
se présenter afin de vérifier leur disponibilité à
travailler ? La ministre est-elle favorable à ce que
l'on oblige les chômeurs à rechercher un emploi, la
charge de la preuve incombant au chômeur? Dans
la négative, quel autre moyen propose-t-elle pour
contrôler la disponibilité des chômeurs?
06.02 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): Het
samenwerkingsakkoord van 30 maart 2000 inzake
de uitwisseling van gegevens tussen de RVA en de
regionale diensten wordt niet overal op dezelfde
wijze toegepast. Vlamingen lopen veel meer kans
op een sanctie dan Walen.

Artikel 16 van het akkoord bepaalt dat de uitvoering
ervan driemaandelijks geëvalueerd wordt.
Daarnaast gebeurt er een jaarlijkse evaluatie door
leidende ambtenaren. Is de minister in het bezit van
06.02 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK):
L'accord de coopération du 30 mars 2000 relatif à
l'échange de données entre l'ONEM et les services
régionaux n'est pas appliqué partout de la même
façon. Ainsi, le risque d'encourir une sanction est
beaucoup plus important pour les Flamands que
pour les Wallons.

En son article 16, l'accord prévoit une évaluation
trimestrielle de son application. A cela s'ajoute une
évaluation annuelle effectuée par des
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
10
het verslag van de leidende ambtenaren en de
evaluaties van het comité? Wat zijn de conclusies?
Hoe wordt de uitwisseling van gegevens
geëvalueerd? Welke gevolgen verbindt de minister
aan de evaluaties en aan het verslag?
fonctionnaires dirigeants. La ministre est-elle en
possession du rapport desdits fonctionnaires
dirigeants et des rapports d'évaluation du comité ?
Quelles en sont les conclusions ? Quelle est
l'appréciation de l'échange de données ? Quelle
suite la ministre réservera-t-elle aux évaluations et
au rapport ?
06.03 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Bij deze uitwisseling is de RVA de ontvanger van
informatie, de beslissing over het al dan niet
doorgeven van informatie wordt door de
gewestinstellingen genomen.

Ik ga echter niet akkoord met de stelling dat er
grote verschillen zouden zijn tussen de Gewesten.
In absolute cijfers is het aantal transmissies in
Vlaanderen beduidend hoger, maar uitgedrukt als
een percentage van het aantal openstaande
vacatures is er nauwelijks een verschil. Het verschil
is eerder een afbeelding van de verschillen in
economische toestand.
06.03 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Dans le cadre de ces échanges,
l'ONEM reçoit les informations, la décision quant à
la communication ou non des informations étant
prise par les organismes régionaux.

Cela dit, je m'inscris en faux contre l'allégation
selon laquelle il y aurait d'importants écarts entre
les Régions. Si le nombre de communications
d'informations est, en chiffres absolus, nettement
plus élevé en Flandre, cette différence s'estompe
presque complètement dès qu'on traduit ce chiffre
en un pourcentage du nombre de places vacantes.
La différence reflète plutôt la situation économique
différente au nord et au sud du pays.
Het recent document van de
werkgeversorganisatie en deze vraag geven te veel
de indruk dat werklozen niet verplicht zijn
beschikbaar te zijn voor de arbeidsmarkt. Volgens
artikel 58 van het KB van 25 november 1991
volstaat de inschrijving als werkzoekende niet, men
moet ook effectief werkzoekend zijn. Is men dat
niet, dan speelt dit gebrek aan inzet een grote rol bij
de beoordeling van de langdurige werkloosheid.



De werkzoekende moet voor elke maand dat hij
werkloos was zijn inspanningen om werk te vinden
bewijzen. Een tweede manier om de
beschikbaarheid te toetsen ligt in de reactie van de
werkloze op werkaanbod. Weigeren van passend
werk kan het verlies van uitkeringen gedurende
maximum 52 weken veroorzaken. Bovendien kan
wie niet bereid is elke passende betrekking te
aanvaarden aangezien hij voor zijn tewerkstelling
voorwaarden stelt, geacht worden niet beschikbaar
te zijn voor de arbeidsmarkt. Zelfs zonder concreet
werkaanbod kan het stellen van voorwaarden
leiden tot schorsing wegens onbeschikbaarheid.


De werkloze moet dus zijn actief zoeken naar werk
bewijzen. Bij gebrek daaraan verliest men volledig
het recht op uitkeringen. Het onderzoek naar dit
actief zoekgedrag gebeurt nog steeds door de
RVA, onafhankelijk van de gewest- en
gemeenschapsinstellingen.
Le récent document de l'organisation patronale
ainsi que cette question donne trop à penser que
les chômeurs ne doivent pas nécessairement être
disponibles sur le marché de l'emploi. Aux termes
de l'article 58 de l'arrêté royal du 25 novembre
1991, l'inscription comme demandeur d'emploi ne
suffit pas : il faut également chercher activement un
emploi. Ne pas le faire constitue un défaut
d'initiative, qui sera l'un des facteurs déterminants
de la suspension des allocations pour chômage de
longue durée.

Pour chaque mois de la période de chômage, le
demandeur d'emploi doit faire la preuve des efforts
qu'il a accomplis pour trouver un emploi. La
manière dont il réagit à une offre d'emploi constitue
un deuxième moyen de jauger sa disponibilité. Le
refus d'un emploi convenable peut donner lieu à la
perte du droit aux allocations de chômage pour une
durée maximale de 52 semaines. En outre, la
personne qui n'est pas disposée à accepter un tel
emploi et pose des conditions peut être considérée
comme non disponible pour le marché de l'emploi.
Même en l'absence de toute offre concrète, le fait
de poser des conditions donner lieu à une
suspension pour indisponibilité.

Le chômeur doit donc prouver qu'il recherche
activement un emploi. Sinon, il perdra tout droit aux
allocations. Les enquêtes relatives à cette
recherche active sont toujours menées par l'ONEM,
indépendamment des institutions régionales et
communautaires.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
11
Nieuwe instrumenten, nieuwe reglementering, noch
een herziening van de taakverdeling tussen
federale en regionale overheden, zijn nodig. Het
bestaande protocol voldoet. Verder optimaliseren
van de praktische uitvoering van de bestaande
instrumenten en reglementen, wijs ik natuurlijk niet
af. In het beheerscomité van de RVA discussieert
men trouwens over de controle op de
beschikbaarheid voor de arbeidsmarkt en de
uitvoering van de samenwerkingsakkoorden tussen
de RVA en de gewestinstellingen.

Voor het jaar 2000 hebben 26.192 jongeren een
inschakelingsovereenkomst ondertekend: 12.597 in
Vlaanderen, 9.099 in het Waals Gewest en 4.496 in
Brussel. De eerste tien maanden van 2001 toonden
een lichte stijging met 2,1 procent. De eerste
beschikbare cijfers tonen een voorkeur voor het
actief werk zoeken, wat overeenkomt met de vraag
van de Gewesten tijdens de implementering van
het nieuwe inschakelingsparcours. Niet minder dan
95 procent van de geëvalueerde overeenkomsten
in 2001 werd positief bevonden.


Het lijkt mij nuttig het geheel van de maatregelen,
inclusief de inschakelingsovereenkomsten, te
evalueren. Uit de cijfers blijkt nu al dat het
inschakelingsparcours een sleutelvoorziening is in
de strijd tegen sociale uitsluiting en voor
werkgelegenheid.
Nul besoin de nouveaux instruments, d'une
nouvelle réglementation ni d'une révision de la
répartition des tâches entre les pouvoirs fédéral et
régionaux. Le protocole actuel suffit. Je n'exclus
évidemment pas une optimalisation de la mise en
oeuvre pratique des instruments et règlements
existants. Le comité de gestion de l'ONEm examine
d'ailleurs le contrôle de la disponibilité pour le
marché du travail et la mise en oeuvre d'accords de
coopération entre l'ONEm et les institutions
régionales.

Au cours de l'année 2000, 26.192 jeunes ont
conclu une convention d'insertion: 12.597 en
Flandre, 9.099 en Région wallonne et 4.496 à
Bruxelles. Durant les dix premiers mois de 2001, on
a noté une légère augmentation de 2,1 pour cent.
Les premières données disponibles révèlent une
préférence pour la recherche active d'un emploi, ce
qui correspond à la demande formulée par les
Régions lors de la mise en oeuvre du nouveau
parcours d'insertion. Pas moins de 95 pour cent
des conventions évaluées en 2001 ont été jugées
positives.

Il me semble opportun d'évaluer l'ensemble des
mesures, en ce compris les conventions d'insertion.
Au vu des données chiffrées, le parcours d'insertion
apparaît d'ores et déjà comme un instrument
crucial dans la lutte contre l'exclusion sociale et
pour l'emploi.
06.04 Jef Valkeniers (VLD): Inzake de
gezondheidszorgen en de sociale zekerheid
hebben de rapporten-Jadot jarenlang proberen te
weerleggen en te camoufleren dat er essentiële
verschillen bestaan tussen de Gewesten. Ik heb de
indruk dat men dit ook probeert voor de
werkloosheidsproblematiek. In Wallonië probeert
men maximaal de wetten te ontwijken en zoveel
mogelijk uit de sociale zekerheid te halen. Wallonië
heeft meer werklozen en minder werkaanbod dan
Vlaanderen. Toch hinkt Wallonië achterop inzake
de opleidingen
06.04 Jef Valkeniers (VLD): Dans le domaine des
soins de santé et de la sécurité sociale, les rapports
Jadot ont tenté pendant des années de réfuter la
thèse selon laquelle il existerait des différences
essentielles entre les Régions et de camoufler cette
réalité. J'ai l'impression que l'on essaie de procéder
de la même manière pour ce qui concerne le
problème du chômage. En Wallonie, on essaie de
contourner autant que faire se peut les lois et de
tirer le plus grand profit possible de la sécurité
sociale. La Wallonie compte plus de chômeurs et
les offres d'emploi y sont moins nombreuses qu'en
Flandre. Pourtant, la Wallonie reste à la traîne sur
le plan des formations.
06.05 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Waar
komen die cijfers vandaan?
06.05 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
D'où viennent ces chiffres ?
06.06 Jef Valkeniers (VLD) (Frans): De
statistieken liegen er niet om.
06.06 Jef Valkeniers (VLD) (en français) : Les
statistiques sont là.
06.07 Minister Laurette Onkelinx (Frans):
Gelieve mij dan uw cijfers mee te delen.
06.07 Laurette Onkelinx , ministre(en français) :
Communiquez-moi alors vos chiffres.
06.08 Jef Valkeniers (VLD): De minister verschuilt 06.08 Jef Valkeniers (VLD): La ministre s'abrite
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
12
zich nog maar eens achter de statistieken van het
VBO. We zullen moeten wachten op een Vlaamse
minister van Tewerkstelling die dit durft recht te
trekken.
une fois de plus derrière les statistiques de la FEB.
Il faudra un ministre flamand de l'Emploi pour
rectifier les choses.
06.09 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): De
minister verschanst zich achter de complexiteit van
de materie.

Hoe gaat ze controleren of werklozen ook
werkzoekenden zijn? De minister zegt dat
werklozen volgens artikel 80 moeten bewijzen dat
zij werkelijk werk zoeken, maar weet zelf dat dit
artikel niet gaat over werkweigeraars of mensen die
stoppen met een opleiding. Het artikel is bovendien
alleen van toepassing op samenwonenden, niet op
alleenstaanden en gezinshoofden.

Kan de minister aan de commissie de statistische
gegevens en het eerste verslag van het college van
leidend ambtenaren bezorgen?

In dit land is iedereen gelijk voor de wet. Als de
minister dat niet kan garanderen, moet deze
materie maar worden geregionaliseerd. Het Vlaams
Blok koestert evenwel geen illusies: Wallonië zal
zijn federale hangmat van de sociale zekerheid
nooit willen prijsgeven.
06.09 Guy D'haeseleer (VLAAMS BLOK): La
ministre se retranche derrière la complexité de la
matière.

Comment va-t-elle vérifier si des chômeurs
cherchent effectivement un emploi? Selon la
ministre, les chômeurs doivent, aux termes de
l'article 80, prouver qu'ils cherchent réellement du
travail mais elle sait que cet article ne concerne pas
les personnes qui refusent de travailler ni celles qui
mettent un terme à leur formation. Par ailleurs,
l'article ne s'applique qu'aux personnes qui
cohabitent et non aux isolés ni aux chefs de famille.

La ministre peut-elle fournir à la commission les
données statistiques et le premier rapport du
collège des fonctionnaires dirigeants?

Dans ce pays, nous sommes tous égaux devant la
loi. Si la ministre n'est pas en mesure de garantir le
respect de ce principe, cette matière doit être
régionalisée. Le Vlaams Blok ne nourrit toutefois
aucune illusion: la Wallonie ne voudra jamais
renoncer au confort fédéral dont elle bénéficie en
matière de sécurité sociale.
06.10 Greta D'hondt (CD&V): De tewerkstelling
van werkzoekenden en de
werkloosheidsverzekering liggen mij na aan het
hart. Volgens mij moet een
werkloosheidsverzekering een verzekering zijn,
geen basisinkomen. De werkzoekende moet
beschikbaar blijven voor de arbeidsmarkt. Ook ik
stel me echter vragen bij de mogelijkheden om dit
te controleren.

Ik wil niet de communautaire toer opgaan, maar
vind wel dat communautaire scheeftrekkingen de
sociale zekerheid uiteindelijk ondermijnen. Voor alle
duidelijkheid: ik zal nooit tegen het principe van de
onbeperktheid van de duur van werkloosheid zijn,
maar men moet dan wel echt werkzoekend zijn.


Het antwoord van de minister is enerzijds zeer
correct, maar anderzijds niet zeer realistisch. Niet
alle afwijzingen worden aan de RVA gemeld. Een
voorbeeld: men nodigt zes werkzoekenden uit voor
een werkaanbod. De eerste vijf gaan niet in op het
aanbod, de laatste wel. In Vlaanderen is er dan
geen probleem: het werkaanbod is ingevuld en de
eerste vijf zullen nog wel eens worden uitgenodigd.
06.10 Greta D'hondt (CD&V): La mise au travail
des chercheurs d'emploi et l'assurance-chômage
me tiennent particulièrement à coeur. Selon moi,
l'assurance-chômage doit constituer une véritable
assurance et non un revenu de base. Les
chercheurs d'emploi doivent rester disponibles pour
le marché de l'emploi. Je m'interroge également à
propos des possibilités de contrôle en cette
matière.

Je ne désire pas monter au créneau
communautaire, mais j'estime que les distorsions
communautaires minent la sécurité sociale en
définitive. En termes clairs: je ne m'opposerai
jamais au principe de la durée illimitée du chômage
mais il faut pour cela effectivement être à la
recherche d'un emploi.

La réponse apportée par la ministre est tout à fait
correcte dans un sens, mais peu réaliste dans un
autre. Tous les refus ne sont pas signalés à
l'ONEM. Prenons un exemple: 6 chercheurs
d'emploi sont invités à se présenter à un emploi.
Les cinq premiers ne répondent pas à l'offre,
contrairement au dernier. En Flandre, cela ne pose
aucun problème: l'offre d'emploi a trouvé acquéreur
et les cinq premiers seront encore contactés à
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
13


Ik ben niet voor een heksenjacht, een uitnodiging
mag vanuit de VDAB alleen vertrekken als men
zeker weet dat de job past bij het profiel van de
uitgenodigden. Daarna moeten de weigeraars wel
een goede reden kunnen voorleggen. Wij moeten
hierover waken, anders komen de
werkloosheidsverzekering en de onbeperkte duur
van de uitkering in het gevaar.
d'autres occasions.

Je ne préconise pas une chasse aux sorcières, le
VDAB ne peut envoyer une convocation que s'il est
établi avec certitude que l'emploi correspond au
profil de la personne. Après, les refus doivent en
effet être dûment justifiés. Nous devons y veiller,
sans quoi l'assurance-chômage et la durée illimitée
des allocations seront menacés.
06.11 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het is
belangrijk dat de sociale rechten worden
gevrijwaard en dat het solidariteitsprincipe wordt
gehandhaafd. Met het oog op de follow-up zullen
controleurs nagaan of de regels van het
samenwerkingsakkoord worden nageleefd. Uit de
statistieken blijkt dat de problemen beperkt zijn tot
minder dan 3 % van de dossiers. Dat is de omvang
van het probleem.
06.11 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Il est important que les droits sociaux soient
préservés et qu'un principe de solidarité soit
conservé. Afin d'assurer un suivi, des contrôleurs
vont vérifier que les règles de l'accord de
coopération sont respectées. Les statistiques
démontrent que les problèmes sont limités à moins
de 3% des dossiers. Voilà la mesure du problème.
Het incident is gesloten.

Voorzitter: Hans Bonte
L'incident est clos.

Président : Hans Bonte
07 Vraag van de heer Joos Wauters aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "het sociaal plan voor de werknemers in de
diamantsector" (nr. 7563)
07 Question de M. Joos Wauters à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "le
plan social pour les travailleurs du secteur du
diamant" (n° 7563)
07.01 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): Naast
het fiscaal en ethisch plan was er ook een sociaal
plan opgesteld voor de diamantsector in ons land.
Dit voorzag in een alternatieve financiering van de
socialezekerheidsbijdragen via een intern
compensatiefonds.

De Raad van State heeft het KB vernietigd en de
Europese Commissie heeft het stelsel in april
strijdig bevonden met de EU-bepalingen over
staatssteun.

Omdat het systeem twee à drie kwartalen heeft
gewerkt voor uitbetalingen en inningen zullen
terugbetalingen moeten gebeuren. Het grootste
probleem is echter dat er geen sociaal plan meer
bestaat.

Op welke wijze denkt de minister opnieuw een
sociaal plan te ontwikkelen? Welke bedragen
moeten teruggevorderd worden? Welke oplossing
is er voor het sociaal passief van het fonds?
07.01 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): Outre le
plan fiscal et éthique, un plan social avait
également été élaboré pour le secteur belge du
diamant. Ce plan prévoyait une autre forme de
financement des cotisations de sécurité sociale via
l'intervention d'un fonds de compensation interne.

Le Conseil d'Etat a annulé l'arrêté royal et, en avril,
la Commission européenne a estimé que le
système enfreignait les dispositions européennes
relatives aux aides de l'Etat.

Etant donné que ledit système a été appliqué
pendant 2 à 3 trimestres pour les versements et les
retenues, des remboursements devront avoir lieu.
Toutefois, le problème le plus aigu est la disparition
du plan social.

Comment la ministre compte-t-elle élaborer un
nouveau plan social ? A combien s'élèvent les
montants qui doivent être récupérés ? Quelle
solution envisage-t-elle pour le passif social du
fonds ?
07.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Er was
een overeenkomst met de sociale partners van de
diamantsector over een alternatieve financiering
07.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Un système alternatif de financement de la sécurité
sociale avait été trouvé avec les partenaires
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
14
van de sociale zekerheid, via het interne
compensatiefonds van de sector. De Europese
Commissie keurt die regeling echter af en staat
klaar om België voor het Europese Hof van Justitie
te dagen. Een uitspraak in het voordeel van België
valt daarbij niet te verwachten. We moeten originele
oplossingen vinden. Het sociaal passief van het
fonds wordt op 5 miljoen euro geschat. Ik voer dan
ook gesprekken met mijn collega van Begroting,
teneinde een dekking door de staat te bekomen. De
Commissie moet een nieuw sociaal plan
goedkeuren. Als het bezwaar van de Commissie
betrekking heeft op een subsidie via de
vermindering van sociale bijdragen, valt het
probleem onder de bevoegdheid van mijn collega,
de minister van Sociale Zaken, en zal hij op zoek
moeten naar een oplossing.
sociaux du secteur du diamant, via le fonds interne
de compensation du secteur. La Commission
européenne a désapprouvé ce système et est prête
à assigner la Belgique devant la Cour européenne
de justice. Un jugement favorable ne peut être
espéré. Nous devons trouver des solutions
originales. Le passif social du fonds est estimé à 5
millions d'euros. Je suis donc en discussion avec
mon collègue du Budget pour obtenir la couverture
de l'Etat. Un nouveau plan social doit être approuvé
par la Commission. Si l'objection qu'elle soulève
porte sur une subvention via la réduction de
cotisation sociale, la solution relèvera de mon
collègue, le ministre des Affaires sociales.
07.03 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): Die vijf
miljoen euro zijn niet onbelangrijk, maar ik zou er
graag zekerheid over hebben dat de minister
samen met haar collega Vande Lanotte tot een
oplossing zal komen. Verder lijkt het mij inderdaad
logisch dat minister Vandenbroucke bevoegd is
voor een vermindering van sociale bijdragen, maar
dat ontslaat minister Onkelinx niet van haar
verantwoordelijkheid. Ze moet op het terrein een
oplossing zoeken.
07.03 Joos Wauters (AGALEV-ECOLO): Les cinq
millions d'euros ont leur importance mais j'aimerais
être assuré que la ministre trouvera une solution,
en concertation avec son collègue, M. Vande
Lanotte. En outre, il me semble en effet logique que
le ministre Vandenbroucke soit compétent en ce qui
concerne une réduction des cotisations sociales,
bien que cela ne décharge en rien la ministre
Onkelinx de ses responsabilités. Elle doit trouver
une solution sur le terrain.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van mevrouw Marie-Thérèse Coenen
aan de vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "ongelijke kansen op
werk wegens het tekort aan opvangplaatsen voor
kinderen van 0 tot 3 jaar" (nr. 7581)
08 Question de Mme Marie-Thérèse Coenen à la
vice-première ministre et ministre d'Emploi sur
"la discrimination à l'emploi due à la pénurie
d'offres d'accueil des enfants de 0 à 3 ans"
(n° 7581)
08.01 Marie-Thérèse Coenen (ECOLO-AGALEV):
De 'Ligue des familles' en de Centrale Raad voor
het bedrijfsleven hebben het probleem opgeworpen
van de opvang van jonge kinderen. Er is een tekort
aan opvangplaatsen, een probleem wat de kostprijs
betreft en een beheersprobleem. Deze
problematiek houdt bovendien rechtstreeks
verband met de moeilijkheden die vrouwen
ondervinden op de arbeidsmarkt. De Hoge Raad
voor de Werkgelegenheid vraagt de
ondernemingen om hun aantrekkingskracht op dat
vlak te verhogen, wetend dat in het beste geval
slechts 30 % van de kinderen tussen 0 en 3 jaar
kunnen worden opgevangen. Uit een studie van de
MOC van Waals-Brabant is gebleken dat jonge
moeders het moeilijk hebben om opleidingen te
volgen. Welke maatregelen zal u nemen om ervoor
te zorgen dat vrouwen gemakkelijker toegang
krijgen tot de arbeidsmarkt? Denkt u eraan een
rondetafelconferentie te organiseren met alle
08.01 Marie-Thérèse Coenen (ECOLO-AGALEV):
La question de l'accueil des enfants en bas âge, qui
révèle une pénurie de places, des problèmes de
coût et de gestion et est en relation directe avec les
difficultés des femmes face à l'emploi, est soulevée
par la Ligue des familles et le Conseil central de
l'économie. Le Conseil supérieur de l'Emploi
demande aux entreprises d'être plus attractives
alors qu'on sait que le taux d'accueil des enfants de
0 à 3 ans est, au mieux, de 30%. Une étude menée
par le MOC du Brabant wallon fait apparaître les
difficultés d'accès des jeunes mères aux
formations. Quelles mesures comptez-vous
prendre pour garantir aux femmes un meilleur
accès à l'emploi et envisagez-vous de réunir une
table ronde sur cette question avec tous les
niveaux de pouvoir concernés? Par le biais de
quelles mesures pourriez-vous inciter les
entreprises à s'impliquer dans l'organisation de
l'accueil des petits enfants?
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
15
beleidsniveaus die daarmee te maken hebben?
Welke maatregelen zouden de ondernemingen
ertoe kunnen aanzetten een rol op te nemen in de
opvang van de jongste kinderen?

Voorzitter: Joos Wauters





Président: Joos Wauters
08.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik ben
het volledig met u eens wat de band betreft tussen
de tewerkstellingsgraad, in het bijzonder van
vrouwen, en het bestaan van opvangstructuren
voor kinderen van nul tot drie jaar. Het Belgische
voorzitterschap heeft op Europees niveau het
aantal opvangplaatsen voor kinderen laten
opnemen als indicator voor de kwaliteit van de
werkgelegenheid; ook het Spaanse voorzitterschap
heeft het belang van de opvangstructuren
benadrukt.

Bij ons is kinderopvang een gemeenschapsmaterie,
maar het federale niveau heeft ook een aantal
initiatieven genomen in het kader van het
verzoenen van gezin en arbeid: adoptieverlof,
tijdskrediet, fiscale aftrekbaarheid van de kosten
voor kinderopvang, ontwerp tot sociale
bescherming van opvangouders.


Ik denk dat het niet echt nodig is een rondetafel te
organiseren om tot overleg te komen tussen de
verschillende beleidsniveaus. Die thema's komen
immers aan bod op de interministeriële conferentie
over het gelijkekansenbeleid. Wij gaan daarnaast
ook in op de uitnodigingen van de
Gemeenschappen. Onlangs heeft de Franse
Gemeenschap ons gevraagd na te denken over
een partnerschap tussen bedrijven, ONE en
opvangstructuren; indien de Vlaamse
Gemeenschap ook met een initiatief voor de dag
komt, zullen we op die suggestie ingaan.

Ik zal de sociale partners ook vragen om het
verzoenen van gezin en arbeid op de dagorde van
de onderhandelingen over het volgende
interprofessioneel akkoord te plaatsen.

De gesprekken tussen de bevoegde ministers
kunnen natuurlijk worden voortgezet, maar het is
vooral vanwege de Gemeenschappen dat we
nieuwe voorstellen moeten verwachten.
08.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Je suis tout à fait d'accord avec vous concernant le
lien entre le taux d'emploi, en particulier des
femmes, et l'offre de solutions d'accueil pour les
enfants de zéro à trois ans. Au niveau européen, la
présidence belge a fait adopter le nombre de
places d'accueil pour les enfants comme indicateur
de qualité de l'emploi, et la présidence espagnole a
insisté sur l'importance des structures d'accueil.


L'accueil relève chez nous des compétences
communautaires, mais le niveau fédéral a
également pris des initiatives en ce domaine dans
le cadre de son action favorisant la conciliation de
la vie familiale et de la vie professionnelle : congé
d'adoption, mesures de crédit-temps, déductibilité
fiscale des frais de garde, projet de protection
sociale des gardiennes.

En ce qui concerne la concertation entre les
différents niveaux concernés, une table ronde ne
me paraît pas indispensable. Ces thèmes sont
discutés à la conférence interministérielle relative à
la politique de l'égalité des chances. Nous
répondons également à l'invitation des
Communautés. La Communauté française nous a
récemment invités à une réflexion sur le partenariat
entre entreprises, ONE et milieux d'accueil, et nous
répondrons positivement si la Communauté
flamande lance à son tour une initiative.


J'inviterai aussi les partenaires sociaux à remettre à
l'agenda de la négociation du futur accord
interprofessionnel la thématique de la conciliation
entre vie familiale et vie professionnelle.

Mais au-delà des discussions qui peuvent se
poursuivre entre ministres compétents, c'est surtout
des Communautés qu'il faut espérer de nouvelles
propositions.
08.03 Marie-Thérèse Coenen (ECOLO-AGALEV):
De interministeriële besprekingen en die van de
sociale partners mogen niet los van elkaar staan en
hier moeten dan nog eens de fiscale aspecten bij
worden betrokken. Als we die deelgesprekken aan
elkaar knopen, kunnen we er een algemene visie
uit distilleren en hierbij kunt u de rol van
08.03 Marie-Thérèse Coenen (ECOLO-AGALEV):
Il est important de croiser les discussions
interministérielles et celles des partenaires sociaux,
et d'y intégrer aussi les aspects fiscaux. Cette
recomposition de débats parcellaires permettrait
d'avoir une vision globale. Vous pourriez jouer le
rôle de liaison.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
16
tussenpersoon spelen.
Aangaande de gecontroleerde opvangouders
verwondert het mij vast te stellen hoe weinig
informatie er over de bestaande
financieringsmogelijkheden te vinden is. Ik pleit
ervoor dat de dienst voor Gelijkheid van Kansen
een inventaris maakt van alle mogelijke toelagen,
inclusief de Europese (het Europees Sociaal Fonds
is er een van).

Par ailleurs, en ce qui concerne les gardiennes
encadrées, je suis surprise de constater combien
est rare l'information sur les possibilités de
financement existantes. Je plaide pour que le
service Egalité des chances recense toutes les
sources de subventions, y compris européennes (le
Fonds social européen en est une).
08.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans) : De
Gemeenschappen zouden nuttig gebruik kunnen
maken van de Europese informatie.
08.04 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Les Communautés pourraient travailler utilement
sur l'information européenne.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de
werkloosheidsvergoeding van gewezen
werknemers uit beschutte werkplaatsen"
(nr. 7585)
09 Question de Mme Greta D'hondt à la vice
première ministre et ministre de l'Emploi sur "les
allocations de chômage pour les anciens
travailleurs des ateliers protégés" (n° 7585)
09.01 Greta D'hondt (CD&V): Bij de bespreking
van de programmawet in december 2001 was het
de bedoeling van mijn partij om gewezen
werknemers van beschuttende werkplaatsen een
verhoging toe te kennen van het minimumbedrag
van de werkloosheidsvergoedingen. In maart 2002
wilde de minister nog een aantal aspecten
grondiger bekijken met de RVA.

Beschikt de minister nu wel over een budgettaire
raming? Kan ze nu een concrete timing
voorleggen? Heeft de minister oplossingen
uitgewerkt die ongewenste effecten vermijden?
09.01 Greta D'hondt (CD&V)
: Lors de la
discussion de la loi-programme, en décembre
2001, mon parti était en faveur d'une augmentation
du montant minimum des indemnités de chômage
pour les anciens travailleurs des ateliers protégés.
En mars 2002, la ministre a encore souhaité
examiner certains aspects de la question avec
l'ONEM.


La ministre dispose-t-elle à présent d'une
estimation budgétaire
? Peut-elle présenter un
calendrier concret ? A-t-elle trouvé des solutions
permettant d'éviter les effets pervers de cette
proposition ?
09.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het geraamde budget bedraagt 3.894.000 euro of
bijna 160 miljoen oude Belgische frank. De factuur
is zo hoog omdat de huidige uitkering voor deze
groep zeer laag is en zou stijgen van 371 euro per
maand naar 628 euro. Ook werden in de simulatie
regels ingevoerd om te vermijden dat de uitkering
van sommige samenwonenden zou dalen van 50
procent van hun vroegere loon naar 40 procent.



Deze week wordt het ontwerp van koninklijk besluit
en van ministerieel besluit overgemaakt aan het
beheerscomité van de RVA. Ik zal het voorstel
bespreken bij de begrotingsopmaak 2003. Het is
budgettair uitgesloten dit voorstel nog in 2002 te
realiseren.
09.02 Laurette Onkelinx , ministre (en
néerlandais)
: Le budget estimatif s'élève à
3.894.000 euros, c'est-à-dire près de 160 millions
de francs belges. La facture est élevée car
l'allocation accordée actuellement à cette catégorie
de personnes est particulièrement basse et
augmenterait ainsi de 371 euros par mois, pour
atteindre 628 euros. Dans la simulation, nous
avons également introduit des règles permettant
d'éviter que l'allocation de certains cohabitants ne
passe de 50 à 40 % de leur ancienne rémunération.

Le projet d'arrêté royal et d'arrêté ministériel sera
transmis cette semaine au comité de gestion de
l'ONEM. Je discuterai de cette proposition lors de la
préparation du budget 2003. D'un point de vue
strictement budgétaire, il est exclu d'encore mettre
cette proposition en oeuvre en 2002.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
17
09.03 Greta D'hondt (CD&V): Bij mijn vraag in
maart heeft de minister beloofd alles te regelen
vóór de volgende programmawet. Ik hoop dan ook
dat deze 160 miljoen bij de begrotingsbesprekingen
niet zullen worden weggehaald bij de zwaksten van
onze samenleving.

Als wij gehandicapten laten rondkomen met 370
euro per maand laten we immers een steek vallen
in ons streven naar een actieve welvaartsstaat. Dit
probleem vraagt om een dringende oplossing en ik
stel al mijn hoop op de begrotingsbesprekingen.
09.03 Greta D'hondt (CD&V): Lorsque je lui posé
la question en mars, la ministre s'est engagée à ce
que tout soit réglé en vue de la prochaine loi-
programme. J'espère dès lors que dans le cadre
des discussions budgétaires on n'ira pas chercher
ces 160 millions chez les plus démunis.

Si nous laissons les personnes handicapées se
débrouiller avec 370 euros par mois, il s'agit d'un
mauvais signal dans le cadre de la lutte en faveur
d'un Etat social actif. Ce problème doit être réglé
d'urgence et je fonde tous mes espoirs sur les
discussions budgétaires.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Filip Anthuenis aan de
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de aanbevelingen van
het verslag van de hoge raad voor
werkgelegenheid 2002" (nr. 7586)
10 Question de M. Filip Anthuenis à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "les
recommandations du rapport 2002 du Conseil
supérieur de l'emploi" (n° 7586)
10.01 Filip Anthuenis (VLD): In zijn recente
jaarverslag komt de Hoge Raad voor de
Werkgelegenheid tot de vaststelling dat één Belg
op drie niet wenst te werken. Onze arbeidsmarkt
heeft dus een lage werkgelegenheidsgraad en een
geringe arbeidsreserve. De EU wil dat in 2010 een
activiteitsgraad van 70 procent wordt bereikt. Dat
lijkt onhaalbaar. De Hoge Raad formuleert een
aantal aanbevelingen en pleit voor een
verantwoordelijke loonontwikkeling, de
vereenvoudiging van de banenplannen en
bijkomende verminderingen voor laaggeschoolden,
langdurig werklozen en andere doelgroepen.
Hooggekwalificeerde arbeid mag anderzijds niet te
zwaar worden belast. Indien men de
werkgelegenheidsgraad van 55-plussers tegen
2010 wil opvoeren, zijn aanpassingen in het
belasting- en uitkeringsstelsel nodig en moet de
vervroegde uittreding worden ontmoedigd. Voor de
middengroep van 25-44 jarigen is een betere
combinatie van arbeid en gezin noodzakelijk. De
Raad pleit ook voor het recht op deeltijdarbeid voor
mannen en vrouwen met kinderen of
hulpbehoevende personen. De sociale partners
worden aangemoedigd om formules van tijdsparen
over de hele loopbaan uit te tekenen. Soepele
uittredingsmogelijkheden moeten ervoor zorgen dat
mensen langer op de arbeidsmarkt aanwezig
blijven. De Raad pleit voor maximale begeleiding
van werkzoekenden. Daartegenover moet echter
de plicht staan actief naar werk te zoeken en
passende arbeid te aanvaarden.

10.01 Filip Anthuenis (VLD): Dans son dernier
rapport annuel, le Conseil supérieur de l'emploi
constate qu'un belge sur trois ne souhaite pas
travailler. Notre marché du travail affiche donc un
faible taux d'emploi et une réserve de main-
d'oeuvre également restreinte. L'Union européenne
entend atteindre un taux d'activité de 70 pour cent
d'ici à 2010. Cela paraît impossible. Le Conseil
supérieur de l'emploi formule un certain nombre de
recommandations et plaide en faveur d'une
évolution salariale responsable, d'une simplification
des plans pour l'emploi et de réductions
supplémentaires des charges pour les travailleurs
les moins qualifiés, les chômeurs de longue durée
et d'autres groupes cibles. Il ne faut par ailleurs pas
non plus que de trop lourdes charges pèsent sur le
travail hautement qualifié. Si l'on souhaite
augmenter le taux d'emploi des personnes âgées
de 55 ans et plus, d'ici à 2010, il convient
d'aménager les régimes de taxation et d'allocations
et il faut décourager les départs anticipés. Par
ailleurs, pour le groupe des 25-44 ans, une
meilleure combinaison du travail et de la vie de
famille s'impose. Le Conseil prône également le
droit au travail à temps partiel pour les hommes et
femmes avec des enfants ou en charge de
personnes non autonomes. Les interlocuteurs
sociaux sont invités à élaborer des formules de
crédit-temps sur l'ensemble de la carrière. Des
possibilités de fin de carrière plus souples doivent
permettre que les travailleurs restent plus
longtemps sur le marché du travail. Le Conseil
plaide pour un accompagnement maximal des
demandeurs d'emploi. En contrepartie, ceux-ci
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
18



Wat gaat de minister met die aanbevelingen
aanvangen?
doivent rechercher activement un travail et accepter
tout emploi convenable.

Quelles sont les intentions de la ministre
concernant ces recommandations ?
10.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans) : Het
verslag van de Hoge Raad voor de
Werkgelegenheid is des te interessanter daar de
krachtlijnen voor de toekomst erin worden
uitgestippeld, rekening houdend met de Europese
richtlijnen en de situatie op het stuk van de
werkgelegenheid in ons land. De Hoge Raad
beweert niet dat de verlaging van de sociale
bijdragen werd aangewend om de bezoldigingen op
te trekken, maar onderstreept dat die verlaging een
middel vormt om de arbeidskosten te verminderen,
op voorwaarde dat de aldus vrijgekomen middelen
worden gebruikt om banen te scheppen. Het VBO
houdt er een gelijkaardig standpunt op na.
10.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Le rapport du Conseil Supérieur de l'emploi est
d'autant plus intéressant que, en relation avec les
directives européennes et la situation de l'emploi en
Belgique, il définit des lignes de force pour l'avenir.
Le Conseil Supérieur de l'emploi ne prétend pas
que la réduction des cotisations sociales a servi à
augmenter les rémunérations mais il souligne
qu'elle constitue un moyen de modérer les coûts du
travail, à condition que les moyens ainsi libérés
contribuent à la création d'emplois. La FEB va dans
le même sens.
De Hoge Raad voor de Werkgelegenheid heeft
gesteld dat de norm inzake loonsverhoging bij het
sectoraal overleg werd nageleefd. Men is in een
beperkt aantal gevallen weliswaar uit de bocht
gegaan, maar dat was vooral het geval in sectoren
die met een gebrek aan arbeidskrachten kampen.

In het kader van de belastinghervorming lag het
zwaartepunt vooral bij de vermindering van de
belastingen op de inkomens uit arbeid - waaronder
de inkomens van hooggeschoolde werknemers.

Werklozen tussen 50 en 55 jaar moeten voortaan
als werkzoekende zijn ingeschreven. Dat zal in
2003 het geval zijn voor degenen die 56 jaar oud
zijn en in 2004 voor degenen die 57 jaar oud zijn.
De evoluties terzake stroken met de prioriteiten die
door de Raad naar voren zijn geschoven.

Voor het "Canada Dry"-stelsel geldt voortaan
dezelfde bijdrageregeling als voor het stelsel van
het brugpensioen.

Er werden maatregelen getroffen om de
werkloosheidsvallen te voorkomen.
Le Conseil Supérieur de l'emploi a indiqué que la
norme d'augmentation salariale a été respectée
dans la négociation sectorielle. Si dérapage limité il
y a eu, c'est dans des secteurs qui connaissent une
pénurie de main-d'oeuvre.


La réforme fiscale a accordé une importance
prépondérante à la réduction de l'impôt sur les
revenus du travail - dont ceux des travailleurs
hautement qualifiés.

Les chômeurs de 50 à 55 ans doivent désormais
être inscrits comme demandeurs d'emploi. Ce sera
le cas en 2003 pour ceux de 56 ans et, en 2004,
pour ceux de 57 ans. Les évolutions en la matière
cadrent avec les priorités mises en évidence par le
Conseil.

Le système "Canada Dry" fait désormais l'objet du
même régime de cotisations que le système de
prépension.

Des mesures ont été prises pour éviter les pièges à
l'emploi.
In zijn verslag maakt de Hoge Raad voor de
werkgelegenheid van tijdsparen een prioriteit. Ik
had de sociale partners gevraagd daarover na te
denken naar aanleiding van de onderhandelingen
over het vorige interprofessioneel akkoord. Er is
wat koudwatervrees. Het tijdsparen is nochtans
zowel in het belang van de ondernemingen als van
de werknemers, die immers op bepaalde
ogenblikken van hun loopbaan meer beschikbaar
kunnen zijn dan op andere. Het systeem bestaat
eigenlijk al, maar dan vooral binnen projecten in
Quant au système de l'épargne-temps, le Conseil
Supérieur de l'Emploi en fait une priorité dans son
rapport. J'avais demandé aux partenaires sociaux
d'y réfléchir lors de la négociation du précédent
accord interprofessionnel. Des craintes existent.
Cependant, l'épargne-temps peut servir à la fois la
politique des entreprises et l'intérêt des travailleurs,
dont la disponibilité peut varier en cours de vie
professionnelle. Le système existe déjà mais
essentiellement dans le cadre de projets mis en
oeuvre au sein de grosses sociétés. Il faut aller de
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
19
grote ondernemingen. Wij zouden op dat vlak
vooruitgang moeten boeken en een nieuwe
mogelijkheid moeten creëren om de mobiliteit te
verhogen. Ik zal de sociale partners oproepen om
daarover na te denken met het oog op het volgende
interprofessioneel akkoord.

Over de beschikbaarheid van de werkzoekenden
hadden we het al uitgebreid met de heer
Valkeniers, mijnheer Anthuenis.
l'avant et créer une nouvelle filière pour promouvoir
la mobilité. J'inviterai les partenaires sociaux à y
réfléchir en vue du prochain accord
interprofessionnel.



En ce qui concerne la disponibilité des demandeurs
d'emploi, nous en avons, Monsieur Anthuenis, déjà
longuement parlé avec M. Valkeniers.
10.03 Filip Anthuenis (VLD): Nog twee
opmerkingen. De Hoge Raad voor Tewerkstelling
zegt dat vervroegde uittredingen moeten worden
ontmoedigd. De overheid geeft echter in veel
dossiers zelf het slechte voorbeeld.

Ten tweede, ook de gekozenen met ACW-signatuur
vinden inmiddels dat de plicht om werk te zoeken
geen onzin is. De vraag rijst wat er moet gebeuren
met mensen die weigeren. Daar moet eens over
worden nagedacht.
10.03 Filip Anthuenis (VLD): Deux remarques
encore. Le Conseil supérieur de l'Emploi dit qu'il
faut décourager les départs prématurés. Les
pouvoirs publics donnent pourtant le mauvais
exemple dans bon nombre de dossiers.

En second lieu, même les élus issus de la CSC ne
trouvent pas absurde l'idée de l'obligation, pour les
chômeurs, de chercher un emploi. On doit se
demander ce qu'il doit advenir de ceux qui refusent.
Il faudra réfléchir à la question.
10.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Bij de
mensen die niet beschikbaar zijn, is er een groot
aantal dat geen uitkeringen ontvangt. Zo zijn er
heel wat vrouwen die geen plaats vinden op de
arbeidsmarkt..
10.04 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Parmi ceux qui ne sont pas disponibles, beaucoup
ne reçoivent pas d'allocations. De nombreuses
femmes, par exemple, ne sont pas intégrées sur le
marché de l'emploi.
Wij hebben allerlei maatregelen getroffen om de
uitstroom uit de arbeidsmarkt van de vijftigplussers
te beperken : de beschikbaarheid van de
werklozen, het verplichten van het outplacement,
maatregelen met betrekking tot de "Canada Dry"-
brugpensioenen en de vier vijfden banen.

Wij worden ook almaar meer geraadpleegd door
openbare en privébedrijven over het plan ter
voorkoming van naakte ontslagen dat wij voor
Belgacom hadden uitgewerkt.
Nous avons agi dans plusieurs directions pour
réduire la sortie du monde du travail des plus de
cinquante ans: la disponibilité des chômeurs,
l'obligation de l'outplacement, les mesures
concernant les prépensions "Canada Dry", les
quatre cinquièmes temps.

Nous sommes aussi de plus en plus consultés par
des entreprises publiques et privées au sujet du
plan visant à éviter des licenciements purs et
simples que nous avions élaboré pour Belgacom.
10.05 Jef Valkeniers (VLD): De minister verwijt mij
een gebrek aan nuance. Dat zal komen doordat ik,
ondanks mijn leeftijd, nog jong ben van hart en ziel
en geen vier vijfden nodig heb. Dat de minister en
ik nog goed overeenkomen bewijst misschien dat ik
meer zin heb voor nuance dan zij wel denkt.
10.05 Jef Valkeniers (VLD): La ministre me
reproche un manque de nuances. C'est sans doute
parce que, malgré mon âge, je reste encore jeune
de coeur et d'esprit et que je n'ai pas besoin d'un
quatre cinquièmes. Mes bonnes relations avec la
ministre prouvent peut-être que j'ai davantage le
sens de la nuance qu'elle le pense.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de toepassing van de
wet van 5 maart 2002" (nr. 7635)
11 Question de Mme Greta D'hondt à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur
"l'application de la loi du 5 mars 2002" (n° 7635)
11.01 Greta D'hondt (CD&V): Artikel 5 van de wet 11.01 Greta D'hondt (CD&V) : L'article 5 de la loi
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
20
van 5 maart 2002 die richtlijn 96/71/EG omzet in
nationaal recht schrijft voor dat Belgische arbeids-,
loon- en tewerkstellingsvoorwaarden ook moeten
worden nageleefd door de werkgever die in België
een terbeschikkinggestelde werknemer tewerkstelt.
Onder loonvoorwaarden worden het loon en de
voordelen en vergoedingen begrepen toegekend
door een algemeen bindend verklaarde CAO.


Er rijst onduidelijkheid over CAO's afgesloten op
ondernemingsniveau die niet werden bekrachtigd
door de Koning. In die bedrijven zouden de ter
beschikking gestelde werknemers tegen een lager
loon werken terwijl het wetsontwerp ertoe strekte
om de terbeschikkinggestelde werknemers op
dezelfde manier te behandelen als de andere
werknemers van het bedrijf.

Is de minister van oordeel dat ook niet-bekrachtigde
CAO's van toepassing zijn op
terbeschikkinggestelde werknemers? Overweegt zij
de wet bij te sturen? Om welke reden werden
ondernemings-CAO's geweerd uit het
toepassingsgebied van de wet?
du 5 mars 2002, qui transpose la directive
96/71/CE dans le droit national, dispose que les
conditions de travail et d'embauche et les
conditions de rémunération belges doivent
également être respectées par l'employeur qui
emploie un travailleur détaché. Les conditions de
rémunération englobent la rémunération, les
avantages et les indemnités prévues par une
convention collective rendue généralement
contraignante.

La situation est toutefois incertaine pour les CCT
conclues au niveau des entreprises et n'ayant pas
été sanctionnées par le Roi. Dans ces entreprises,
les travailleurs détachés semblent bénéficier d'une
rémunération moins élevée, alors que le projet de
loi vise à traiter de manière égale les travailleurs
détachés et les autres.


La ministre estime-t-elle que les CCT non
sanctionnées sont applicables aux travailleurs
détachés ? Envisage-t-elle de réaménager la loi ?
Pour quelle raison les CCT conclues au niveau des
entreprises ont-elles été exclues du champ
d'application de la loi ?
11.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
probleem is dat niet algemeen verbindend
verklaarde collectieve arbeidsovereenkomsten niet
voldoen aan het criterium van de verplichtingen die
in geval van niet-naleving strafrechtelijk worden
vervolgd. Het klopt dat dit criterium kwalijke
gevolgen kan hebben, met name op het stuk van
de concurrentie, maar men is er niet in geslaagd
een criterium te vinden dat geen nadelige effecten
heeft.

Ik ben niet zinnens de wet van 5 maart 2002 te
herzien, maar ik ben bereid een dialoog aan te
gaan en te onderzoeken hoe met de niet algemeen
verbindend verklaarde collectieve
arbeidsovereenkomsten rekening kan worden
gehouden.
11.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français):
Le problème est que les conventions collectives
non obligatoires ne répondent pas au critère des
obligations pénalement sanctionnées. Il est vrai que
ce critère peut avoir des effets pervers, notamment
sur la concurrence, mais aucun critère dépourvu
d'effet pervers n'a pu être trouvé.



Je n'ai pas l'intention de revoir la loi du 5 mars
2002, mais je suis ouverte au dialogue afin de voir
comment on peut tenir compte des conventions
collectives non obligatoires.
11.03 Greta D'hondt (CD&V): Het is niet
eenvoudig om een algemeen, sluitend en
sanctioneerbaar criterium te vinden, maar
ondernemingen met niet-bekrachtigde CAO's
zouden kunnen `onderbieden' en zo concurrentie
doen ontstaan die noch door de wetgever, noch
door de EU is gewild. Ik stel voor om ons,
eventueel samen met de sociale partners,
nogmaals over de wetgeving te buigen om na te
gaan of er geen instrumenten bestaan die de zaak
sluitender zouden kunnen maken.
11.03 Greta D'hondt (CD&V): Il n'est pas simple
de trouver un critère général, précis et contraignant
mais les entreprises dont les CCT ne sont pas
confirmées pourraient faire des offres plus basses
et créer ainsi une concurrence que ne souhaite ni
le législateur ni l'UE. Je propose qu'avec les
partenaires sociaux, nous nous penchions une
nouvelle fois sur la législation afin d'examiner s'il
n'existe pas des instruments permettant de mieux
régler cette question.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 800
26/06/2002
21
12 Vraag van de heer Josy Arens aan de vice-
eerste minister en minister van Werkgelegenheid
over "de uitkering voor loopbaanonderbreking
voor de ambtenaren van de overheidsdiensten
die in Frankrijk of in het Groothertogdom
Luxemburg wonen" (nr. 7492)
12 Question de M. Josy Arens à la vice-première
ministre et ministre de l'Emploi sur "l'indemnité
de pause-carrière pour les agents des services
publics domiciliés en France et au Grand-Duché
de Luxembourg" (n° 7492)
12.01 Joseph Arens (cdH): Sedert 1 januari 2002
is de wetgeving op de loopbaanonderbreking alleen
nog van toepassing op de ambtenaren in
overheidsdienst. De werknemers uit de privé-sector
genieten tijdskrediet. De wetgeving op de
loopbaanonderbreking bepaalt dat de aanvrager
een adres in België moet hebben om de vergoeding
van de RVA te ontvangen.

In de provincie Luxemburg zijn er een aantal
werknemers in overheidsdienst die afkomstig zijn
van het Groothertogdom Luxemburg en van
Frankrijk.
De RVA bevestigt dat de nationaliteit het indienen
van een aanvraag voor loopbaanonderbreking in
overheidsdienst niet in de weg staat, maar de
wetgeving bepaalt dat de werknemer in het
buitenland kan verblijven op voorwaarde dat zijn
officieel adres in België is, want de uitkering kan
alleen in België worden uitbetaald.
De wetgeving op het tijdskrediet voor de privé-
sector is echter zo geëvolueerd dat de enige
verplichting voor de werknemer om de uitkering van
de RVA te ontvangen erin bestaat dat hij een
bankrekening in België moet hebben.
Is de regering van plan de wetgeving voor de
openbare sector hiermee in overeenstemming te
brengen?
12.01 Joseph Arens (cdH): Au 1
er
janvier 2002, la
législation sur la pause-carrière est restée
d'application uniquement pour les agents des
services publics, les agents du secteur privé
bénéficiant quant à eux du crédit-temps. La
législation sur la pause-carrière prévoyait
l'obligationd'avoir un domicile en Belgique pour le
demandeur afin de percevoir l'indemnité versée par
l'ONEM .
Dans la province de Luxembourg, il existe un
certain nombre de travailleurs des services publics
venant du Grand-duché de Luxembourg et de
France.
Pour le service public, l'ONEM confirme que la
nationalité n'est pas un frein pour introduire une
demande de pause-carrière mais la législation
prévoit que le travailleur peut résider à l'étranger, à
condition de conserver son domicile en Belgique,
les allocations proprement dites n'étant payables
qu'en Belgique.
L'évolution de la législation crédit-temps pour le
secteur privé prévoit que la seule obligation pour le
travailleur afin de percevoir l'indemnité de l'ONEM
est d'avoir un compte bancaire en Belgique.

Le gouvernement a-t-il l'intention d'adapter la
législation du secteur public dans ce sens ?
12.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Zoals
reeds gebeurd is voor de werknemers uit de privé-
sector, zal de verblijfsvoorwaarde in alle andere
stelsels van loopbaanonderbreking eveneens
worden aangepast. De voorwaarde om een adres
in België te hebben wordt vervangen door een
adres in een land van de Europese Economische
Ruimte. Bovendien moeten er nog diverse
koninklijke besluiten worden aangepast. Ik wacht
op de nodige adviezen. Zodra is ze heb ontvangen,
zal ik deze besluiten aan de Koning voorleggen.
12.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Comme cela s'est déjà fait pour les travailleurs du
secteur privé, la condition de résidence sera
également adaptée dans tous les autres régimes
d'interruption de carrière. La condition d'avoir un
domicile en Belgique est remplacée par celle
d'avoir un domicile dans un pays de l'Espace
économique européen. Cependant divers arrêtés
royaux doivent être adaptés. J'attends les avis
requis ; dès leur réception, je soumettrai ces
arrêtés au Roi.
12.03 Joseph Arens (cdH): Mogen we hopen op
een oplossing voor het reces ?
12.03 Joseph Arens (cdH): Peut-on espérer une
solution avant les vacances parlementaires ?
12.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans) : Dat
hangt niet van mij af. We kunnen echter altijd
voorzien in een regeling met terugwerkende kracht.
12.04 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Cela ne dépend pas de moi. Nous pouvons
toujours prévoir une rétroactivité .
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26/06/2002
CRABV 50
COM 800
KAMER
-4
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2001
2002
CHAMBRE
-4
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
De openbare veragdering wordt gesloten om 12.35
uur.
La réunion publique est levée à 12 h. 35.