KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50 COM 523
CRABV 50 COM 523
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
B
INNENLANDSE
Z
AKEN
,
DE ALGEMENE
Z
AKEN EN HET OPENBAAR
A
MBT
C
OMMISSION DE L
'I
NTÉRIEUR
,
DES
A
FFAIRES
GÉNÉRALES ET DE LA
F
ONCTION PUBLIQUE
woensdag mercredi
04-07-2001 04-07-2001
14:17 uur
14:17 heures

CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i


INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van de heer Peter Vanhoutte tot de minister
van Ambtenarenzaken en Modernisering van de
openbare besturen over "de elektronische
veiligheid van de federale departementen"
(nr. 4941)
1
Question de M. Peter Vanhoutte au ministre de la
Fonction publique et de la Modernisation de
l'administration sur "la sûreté électronique des
départements fédéraux" (n° 4941)
1
Sprekers: Peter Vanhoutte
Orateurs: Peter Vanhoutte
Vraag van de heer Peter Vanhoutte tot de minister
van Binnenlandse Zaken en de minister van
Ambtenarenzaken en Modernisering van de
openbare besturen over "de introductie van een
nieuwe identiteitskaart" (nr. 4943)
1
Question de M. Peter Vanhoutte au ministre de
l'Intérieur et au ministre de la Fonction publique et
de la Modernisation de l'administration sur
"l'introduction d'une nouvelle carte d'identité"
(n° 4943)
1
Sprekers: Antoine Duquesne, minister van
Binnenlandse Zaken , Peter Vanhoutte
Orateurs: Antoine Duquesne, ministre de
l'Intérieur , Peter Vanhoutte
Vraag van de heer Filip De Man tot de minister
van Ambtenarenzaken en Modernisering van de
Openbare Besturen over "taalproblemen bij
overheidsexamen" (nr. 4998)
2
Question de M. Filip De Man au ministre de la
Fonction publique et de la Modernisation de
l'administration sur "des problèmes linguistiques
lors d'un concours de recrutement organisé par
l'Etat" (n° 4998)
2
Sprekers: Filip De Man
Orateurs: Filip De Man
Vraag van de heer André Frédéric tot de minister
van Ambtenarenzaken en Modernisering van de
openbare besturen over "de gevolgen van de
Copernicushervorming voor de wetenschappelijke
en culturele instellingen" (nr. 5046)
3
Question de M. André Frédéric au ministre de la
Fonction publique et de la Modernisation de
l'administration sur "les effets de la réforme
Copernic sur les établissements scientifiques et
culturels" (n° 5046)
3
Sprekers: André Frédéric
Orateurs: André Frédéric
Vraag van de heer André Frédéric tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de hervorming van
de brandweerdiensten" (nr. 4974)
3
Question de M. André Frédéric au ministre de
l'Intérieur sur "la réforme des services d'incendie"
(n° 4974)
3
Sprekers:
André Frédéric, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
André Frédéric, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Vraag van mevrouw Magda De Meyer tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
hernieuwing van de identiteitskaarten" (nr. 4979)
4
Question de Mme Magda De Meyer au ministre
de l'Intérieur sur "le renouvellement des cartes
d'identité" (n° 4979)
4
Sprekers: Magda De Meyer, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Magda De Meyer, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Francis Van den Eynde tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
incidenten van Götenborg en de Europese Top
die in de herfst in Gent zal samenkomen"
(nr. 4983)
5
Question de M. Francis Van den Eynde au
ministre de l'Intérieur sur "les incidents de
Göteborg et le sommet européen qui se déroulera
à Gand cet automne" (n° 4983)
5
Sprekers: Francis Van den Eynde, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Francis Van den Eynde, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Dirk Pieters tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de overdracht van
gebouwen aan de politiezones" (nr. 4996)
6
Question de M Dirk Pieters au ministre de
l'Intérieur sur "le transfert de bâtiments aux zones
de police" (n° 4996)
6
Sprekers: Dirk Pieters, Antoine Duquesne,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Dirk Pieters, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Pieter De Crem tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de
regularisatiecampagne" (nr. 4987)
7
Question de M. Pieter De Crem au ministre de
l'Intérieur sur "la campagne de régularisation"
(n° 4987)
7
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
ii
Sprekers:
Pieter De Crem, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Pieter De Crem, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Lode Vanoost tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "zijn beleid op
gebied van verkeersveiligheid" (nr. 5047)
8
Question de M. Lode Vanoost au ministre de
l'Intérieur sur "sa politique en matière de sécurité
routière" (n° 5047)
8
Sprekers:
Lode Vanoost, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Lode Vanoost, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
Interpellatie van de heer Richard Fournaux tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
afschaffing van de civiele bescherming" (nr. 833).
9
Interpellation de M. Richard Fournaux au ministre
de l'Intérieur sur "la suppression de la protection
civile" (n° 833)
9
Sprekers:
Richard Fournaux, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Richard Fournaux, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Moties
13
Motions
13
Vraag van de heer Daniël Vanpoucke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
toepassing van het nieuwe politiestatuut"
(nr. 5056)
13
Question de M. Daniël Vanpoucke au ministre de
l'Intérieur sur "l'application du nouveau statut de la
police" (n° 5056)
13
Sprekers:
Daniël Vanpoucke, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Daniël Vanpoucke, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Yves Leterme tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de nieuwe normen
voor de selectie van de gemeenten die in
aanmerking komen voor het afsluiten van een
veiligheids- en/of samenlevingsovereenkomst"
(nr. 5057)
14
Question de M. Yves Leterme au ministre de
l'Intérieur sur "les nouvelles normes de sélection
des communes entrant en ligne de compte pour la
conclusion d'un contrat de sécurité et/ou de
société" (n° 5057)
14
Sprekers: Yves Leterme, voorzitter van de
CVP-fractie, Antoine Duquesne, minister van
Binnenlandse Zaken
Orateurs: Yves Leterme, président du groupe
CVP , Antoine Duquesne, ministre de
l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
medische bescherming en controle bij de
politiediensten" (nr. 5002)
16
Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre
de l'Intérieur sur "la protection médicale et le
contrôle médical du personnel de police"
(n° 5002)
16
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de extra-
legale voordelen voor politieambtenaren"
(nr. 5003)
17
Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre
de l'Intérieur sur "les avantages extralégaux du
personnel de police" (n° 5003)
17
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Jean-Jacques Viseur tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
aanstelling van een burgemeester te Lobbes"
(nr. 5021)
19
Question de M. Jean-Jacques Viseur au ministre
de l'Intérieur sur "la désignation d'un Bourgmestre
à Lobbes" (n° 5021)
19
Sprekers: Jean-Jacques Viseur, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Jean-Jacques Viseur, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Interpellatie van de heer Vincent Decroly tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
verklaringen van de minister in De Morgen van 22
juni 2001 en de aanhoudende blokkering van en
zelfs teruggang in de Belgische projecten
betreffende de opvang van niet-begeleide
minderjarige asielzoekers en zeer jonge
vluchtelingen (nr. 843)"
20
Interpellation de M. Vincent Decroly au ministre
de l'Intérieur sur "les déclarations du ministre
parues dans le Morgen du 22 juin 2001 et les
blocages persistants - voire les régressions - des
projets de la Belgique en matière d'accueil des
mineurs d'âge en exil et des enfants réfugiés"
(n° 843)
20
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
iii
Sprekers:
Vincent Decroly, Antoine
Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs:
Vincent Decroly, Antoine
Duquesne, ministre de l'Intérieur
Moties
24
Motions
24
Vraag van de heer Jo Van Eetvelt tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de werking van de
geïntegreerde politiedienst" (nr. 5064)
25
Question de M. Jo Van Eetvelt au ministre de
l'Intérieur sur "le fonctionnement du service de
police intégré" (n° 5064)
25
Sprekers: Jozef Van Eetvelt, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Jozef Van Eetvelt, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Willy Cortois tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de vervanging van
de SIS-kaart" (nr. 5070)
26
Question de M. Willy Cortois au ministre de
l'Intérieur sur "le remplacement de la carte SIS"
(n° 5070)
26
Sprekers: Willy Cortois, Antoine Duquesne,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Willy Cortois, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de stand
van zaken inzake de politiehervorming - situatie in
onze hoofdstad" (nr. 5072)
26
Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre
de l'Intérieur sur "l'état de la réforme des polices,
en particulier dans notre capitale" (n° 5072)
26
Sprekers: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de stand
van zaken inzake de politiehervorming" (nr. 5073)
28
Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre
de l'Intérieur sur "l'état de la réforme des polices"
(n° 5073)
28
Sprekers: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de stand
van zaken inzake de politiehervorming -
algemeen" (nr. 5074)
29
Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre
de l'Intérieur sur "l'état de la réforme des polices
en général" (n° 5074)
29
Sprekers: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Karel Van Hoorebeke, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Jan Peeters tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de bijzondere
rekenplichtige in de politiezones" (nr. 5084)
30
Question de M. Jan Peeters au ministre de
l'Intérieur sur "le comptable spécial désigné dans
une zone de police" (n° 5084)
30
Sprekers: Jan Peeters, Antoine Duquesne,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Jan Peeters, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Ludwig Vandenhove tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de situatie
van het personeel bij de Regularisatie
Commissie" (nr. 5088)
31
Question de M. Ludwig Vandenhove au ministre
de l'Intérieur sur "la situation du personnel de la
commission de régularisation" (n° 5088)
31
Sprekers: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Ludwig Vandenhove, Antoine
Duquesne
, ministre de l'Intérieur
Vraag van de heer Jan Eeman tot de minister van
Binnenlandse Zaken over "de ontslaggeving bij
benoeming tot commissaris van politie" (nr. 5094)
32
Question de M. Jan Eeman au ministre de
l'Intérieur sur "la procédure de démission en cas
de nomination au grade de commissaire de
police" (n° 5094)
32
Sprekers: Jan Eeman, Antoine Duquesne,
minister van Binnenlandse Zaken
Orateurs: Jan Eeman, Antoine Duquesne,
ministre de l'Intérieur
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1


COMMISSIE VOOR DE
BINNENLANDSE ZAKEN, DE
ALGEMENE ZAKEN EN HET
OPENBAAR AMBT
COMMISSION DE L'INTERIEUR,
DES AFFAIRES GENERALES ET
DE LA FONCTION PUBLIQUE
van
WOENSDAG
04
JULI
2001
14:17 uur
______
du
MERCREDI
04
JUILLET
2001
14:17 heures
______



De vergadering wordt geopend om 14.17 uur door
de heer Paul Tant, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.17 heures par M. Paul
Tant, président.
01 Vraag van de heer Peter Vanhoutte tot de
minister van Ambtenarenzaken en Modernisering
van de openbare besturen over "de elektronische
veiligheid van de federale departementen"
(nr. 4941)
01 Question de M. Peter Vanhoutte au ministre
de la Fonction publique et de la Modernisation de
l'administration sur "la sûreté électronique des
départements fédéraux" (n° 4941)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de minister
van Binnenlandse Zaken)
(La réponse sera donnée par le ministre de
l'Intérieur)
01.01 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):
Volgens de Financieel-Economische Tijd zou de
elektronische veiligheid van de federale
departementen desastreus zijn. Dit zou een externe
audit hebben uitgewezen.

Welk bedrijf voerde de externe audit uit? Welke
problemen zijn aan het licht gekomen? Hoe en
binnen welke termijn zal de minister deze
verhelpen? Hebben de problemen enige invloed op
het e-government-project?
01.01 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO):
D'après le journal "De Financieel-Economische
Tijd", la sûreté électronique des départements
fédéraux serait déplorable, du moins si l'on en croit
les résultats d'un audit extérieur.

Par quelle firme cet audit a-t-il été réalisé ? Quels
problèmes a-t-il mis au jour ? Comment et dans
quel délai le ministre y remédiera-t-il
? Ces
problèmes ont-ils un impact sur le projet « d'e-
government » ?
De voorzitter: Voor alle vragen gericht aan minister
Van den Bossche wordt een schriftelijk antwoord
worden verstrekt.
Le président: Une réponse écrite va être distribuée
aux auteurs des questions adressées au ministre
Vandenbossche.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Peter Vanhoutte tot de
minister van Binnenlandse Zaken en de minister
van Ambtenarenzaken en Modernisering van de
openbare besturen over "de introductie van een
nieuwe identiteitskaart" (nr. 4943)
02 Question de M. Peter Vanhoutte au ministre
de l'Intérieur et au ministre de la Fonction
publique et de la Modernisation de
l'administration sur "l'introduction d'une nouvelle
carte d'identité" (n° 4943)
02.01 Minister Antoine Duquesne namens minister 02.01 Antoine Duquesne , ministre, au nom de
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
Luc Van den Bossche (Frans) : De minister moet
nog uitspraak doen over dat dossier. Men heeft een
bedrijf gevraagd een conceptuele studie met
betrekking tot de nieuwe identiteitskaart uit te
voeren. Die studie werd eind mei overhandigd.
Sommige vragen blijven nog onbeantwoord, zoals
het al dan niet integreren van de SIS-kaart.
Luc Van den Bossche, ministre (en français): Le
ministre doit encore statuer sur ce dossier. On a
demandé à une entreprise de faire une étude
conceptuelle sur la nouvelle carte d'identité ; cette
étude a été remise à la fin du mois de mai.
Certaines questions restent en suspens, dont
l'intégration ou non de la carte SIS.
(Nederlands) Binnenkort zal een wetsontwerp aan
de Ministerraad worden voorgelegd, dat nadien bij
het Parlement wordt ingediend. Ik kan niet zeggen
wanneer de nieuwe identiteitskaarten zullen worden
uitgereikt, maar dat zal in de nabije toekomst
gebeuren.
(En néerlandais) Un projet de loi sera soumis
prochainement au Conseil des ministres puis
déposé au Parlement. J'ignore quand les nouvelles
cartes d'identité seront délivrées mais cela ne
saurait tarder.
(Frans) Wij zullen het advies van de Raad van State
kunnen volgen.
(En français) Nous allons pouvoir suivre l'avis du
Conseil d'État.
(Nederlands): Of de kaart ook een smartchip, een
magneetstrip en biometrische gegevens zal
bevatten, moet worden beslist door de Ministerraad
en het Parlement.
(En néerlandais) Le Conseil des ministres et le
Parlement devront décider si la carte sera
également munie d'une puce intelligente, d'une
bande magnétique et de données biométriques.
(Frans) Dat zijn open vragen waarover de regering
zal moeten beslissen.
(En français) Ce sont des questions ouvertes qui
doivent être tranchées par le gouvernement.
(Nederlands): Het advies in de Commissie voor de
Bescherming van de persoonlijke levenssfeer zal
worden ingewonnen.
(En néerlandais) On demandera l'avis de la
Commission pour la protection de la vie privée.
(Frans) Dat heeft te maken met de bescherming
van de privacy.
Met de SIS-kaart kunnen in dat verband problemen
rijzen.
(En français) Cela touche de près la protection de la
vie privée, notamment en ce qui concerne les
données reprise sur la carte SIS.
02.02 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): De
leden van de Commissie voor de Bescherming van
de persoonlijke levenssfeer vragen voldoende tijd
voor hun advies.
02.02 Peter Vanhoutte (AGALEV-ECOLO): Les
membres de la Commission pour la protection de la
vié privée demandent que tout le temps nécessaire
leur soit accordé pour émettre un avis.
02.03 Minister Antoine Duquesne (Frans) Ik ben
voorstander van een ernstig advies, maar
sommigen verwijten mij niet sneller adviezen uit te
brengen.
02.03 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Je suis partisan de donner un avis sérieux mais
certains me reprochent de ne pas donner un avis
dans des délais plus courts.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van de heer Filip De Man tot de minister
van Ambtenarenzaken en Modernisering van de
Openbare Besturen over "taalproblemen bij
overheidsexamen" (nr. 4998)
03 Question de M. Filip De Man au ministre de la
Fonction publique et de la Modernisation de
l'administration sur "des problèmes linguistiques
lors d'un concours de recrutement organisé par
l'Etat" (n° 4998)
03.01 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Op dinsdag
8 mei ging een examen bij Selor door, waarbij alle
uitleg in het Frans werd verstrekt. Zulks is strijdig
met de taalwetgeving in bestuurszaken en roept
herinneringen op aan vroegere toestanden,
03.01 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Le mardi 8
mai, un examen fut organisé par Selor. Or, les
explications furent uniquement fournies en français,
ce qui est contraire à la législation sur l'emploi des
langues en matière administrative et rappelle
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
waarvan we hoopten dat ze uit de wereld waren. De
Nederlandstalige kandidaten voor het
overgangsexamen voor klerk waren dan ook
benadeeld.


Zal de minister nagaan wat er precies gebeurde en
desgevallend het examen annuleren?

De voorzitter: De heer De Man kan kennis nemen
van het schriftelijk antwoord.
certains situations, dont nous espérions qu'elles
faisaient définitivement partie du passé. Les
candidats néerlandophones qui se sont présentés à
cet examen de promotion au grade de commis ont
donc été lésés.

Le ministre examinera-t-il cette affaire de plus près
et annulera-t-il l'examen si les faits se confirment ?

Le président: Monsieur De man peut prendre
connaissance de la réponse écrite.
03.02 Filip De Man (VLAAMS BLOK): Ik wijs erop
dat het schriftelijk antwoord van minister Van den
Bossche totaal onvoldoende is. Ik zal hier op
terugkomen. Hij verklaart enkel dat de vergelijking
met het verleden hem schokt!
03.02 Filip De Man (VLAAMS BLOK): La réponse
écrite du ministre Van den Bossche ne me satisfait
nullement. Je reviendrai donc sur cette question. Il
se contente de dire que le parallèle avec les
situations passées le choque.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van de heer André Frédéric tot de
minister van Ambtenarenzaken en Modernisering
van de openbare besturen over "de gevolgen van
de Copernicushervorming voor de
wetenschappelijke en culturele instellingen"
(nr. 5046)
04 Question de M. André Frédéric au ministre de
la Fonction publique et de la Modernisation de
l'administration sur "les effets de la réforme
Copernic sur les établissements scientifiques et
culturels" (n° 5046)
04.01 André Frédéric (PS): De diensten van de
eerste minister omvatten diverse wetenschappelijke
en culturele instellingen. De aldaar werkzame
ambtenaren maken zich zorgen over de
Copernicushervorming.

Zal de Copernicushervorming ook voor die
instellingen gelden ? Zo ja, werd er rekening
gehouden met de specificiteit van die instellingen
qua opdracht, opleidingsniveau en bijzondere
vereisten voor het personeel ?

Is er een plan om nieuwe talenten aan te trekken en
de huidige personeelsleden te motiveren ?


Uit het schriftelijke antwoord dat ik ontvangen heb,
maak ik op dat de Copernicushervorming zich
vooralsnog niet uitstrekt tot deze instellingen.
04.01 André Frédéric (PS): Les services du
Premier ministre regroupent divers établissements
scientifiques et culturels. Les fonctionnaires de ces
derniers sont inquiets de la réforme Copernic.


La réforme Copernic s'applique-t-elle à ces
établissements ? Si oui, a-t-il été tenu compte de
leurs spécificités en termes de missions, formations
et exigences particulières demandées aux agents ?


Un plan est-il prévu pour attirer de nouveaux talents
dans ces établissements
et motiver les
fonctionnaires déjà en place ?

Selon la réponse écrite que j'ai reçue, il semblerait
que ces établissements ne sont pas actuellement
concernés par la réforme Copernic.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer André Frédéric tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
hervorming van de brandweerdiensten" (nr. 4974)
05 Question de M. André Frédéric au ministre de
l'Intérieur sur "la réforme des services
d'incendie" (n° 4974)
05.01 André Frédéric (PS): Het gerucht doet de
ronde dat er plannen zijn voor een algehele en
algemene reorganisatie van de brandweerdiensten.
Vele brandweerlieden, met name bij de vrijwillige
brandweer, vragen zich af wat er nu zal gebeuren.
05.01 André Frédéric (PS): Le bruit court qu'un
remaniement complet et général des services
d'incendie serait organisé. Bon nombre de
pompiers, surtout des volontaires, se posent des
questions quant au sort qui leur serait réservé.
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4

Sinds een paar maanden buigen werkgroepen zich
bij het ministerie van Binnenlandse Zaken over
deze problematiek. Hoe ver zijn die werkgroepen
inmiddels gevorderd in hun werkzaamheden ? Wat
zijn de krachtlijnen van die op stapel staande
hervorming ? Gaat het om algemeen gesleutel aan
de werking van de diensten, of om een ingrijpende
herstructurering van de sector ? Wat zal er
gebeuren met de vrijwillige brandweer ?

Depuis quelques mois se réunissent, au ministère
de l'Intérieur, des groupes de travail pour réfléchir à
cette problématique.A quel stade de leur réflexion
en sont ces groupes de travail ?Quels sont les
grands axes de cette réforme
? S'agit-il de
modifications générales des services ou d'une
restructuration en profondeur de ce secteur ? Qu'en
est-il du sort des pompiers volontaires ?
05.02 Minister Antoine Duquesne (Frans) De
Senaat heeft zich over dit onderwerp beraden.
Daarin kan ik mij vinden. De hervorming moet
stapsgewijs doorgevoerd worden, en moet leiden tot
samenwerking tussen brandweer en civiele
bescherming, duidelijke regels over de financiering,
de inlassing van een tussenliggend niveau
(provincie) en een responsabilisering van de
federale overheid.

Zes werkgroepen moeten tegen het einde van het
jaar voorstellen doen. De hervorming moet in het
verlengde liggen van de hulpzones. De mensen in
het veld zijn vertegenwoordigd in die werkgroepen,
want we streven wel naar een pragmatische
hervorming.
05.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Le Sénat a mené une réflexion approfondie sur le
sujet, à laquelle je souscris. La réforme doit être
évolutive, impliquant une coopération entre les
services des pompiers et de la protection civile, des
règles claires sur les moyens de financement, la
création d'un niveau intermédiaire provincial et une
responsabilisation du niveau fédéral.


Six groupes de travail vont remettre des
propositions pour la fin de cette année. La réforme
doit s'inscrire dans les zones de secours. Les
hommes de terrain sont représentés dans ces
groupes de travail, afin que la réforme soit
pragmatique.
Wat het statuut van de vrijwilliger betreft, is dat
louter kletspraat. Ik heb nooit aan hun statuut willen
raken, wel integendeel. Ik heb het bestuur gevraagd
mij tegen september een ontwerp-statuut voor de
vrijwilligers bij de brandweer te bezorgen. Dat
ontwerp-statuut strekt ertoe de
werkomstandigheden en het welzijn van de
vrijwilligers bij de brandweer te verbeteren. Op
weekdagen rijzen er problemen met betrekking tot
de vrijwilligers. Wanneer er een tekort aan
vrijwilligers is, moet worden gestreefd naar
samenwerkingsverbanden met de civiele
bescherming.
Pour le statut des volontaires, il ne s'agit que d'un
ragot. Je n'ai jamais voulu porter atteinte à leur
statut, bien au contraire. J'ai demandé à
l'administration de me fournir, pour septembre, un
projet de statut des membres volontaires des
services d'incendie. Celui-ci visera à améliorer les
conditions de travail et de bien-être du personnel
volontaire du service d'incendie.

Le volontariat pose des problèmes en semaine. Il
faut rechercher des synergies avec la protection
civile lorsqu'il y a pénurie de volontaires.
05.03 André Frédéric (PS): Ik zal uw antwoord
aan de vrijwilligers meedelen. De nabijheid van de
vrijwilligers op weekdagen houdt een uitzonderlijke
veiligheidsgarantie in, vooral dan in de landelijke
gebieden. Elke seconde die verloren gaat kan
rampzalige gevolgen hebben.
05.03 André Frédéric (PS): Je ferai écho de votre
réponse auprès des volontaires. La proximité des
volontaires en semaine est une garantie de sécurité
exceptionnelle, surtout en zone rurale. Chaque
seconde perdue peut être dramatique.
05.04 Minister Antoine Duquesne (Frans) : Ik ben
mij er wel degelijk van bewust dat zij onvervangbaar
zijn. Ik weet ook dat u zeker nog op het onderwerp
zal terugkomen.
05.04 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
Je connais bien le rôle irremplaçable qu'ils jouent.
Je sais aussi que vous ne manquerez pas d'attirer
encore mon attention sur le sujet.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van mevrouw Magda De Meyer tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
06 Question de Mme Magda De Meyer au
ministre de l'Intérieur sur "le renouvellement des
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
hernieuwing van de identiteitskaarten" (nr. 4979)
cartes d'identité" (n° 4979)
06.01 Magda De Meyer (SP): Mijn vraag is
eenvoudig, want zij is een herhaling van een vraag
die ik al een jaar geleden stelde. Ondertussen kon
ik in de pers al het antwoord vernemen, wat wellicht
mede te danken is aan mijn aandringen. Wat kan
de minister daar nog aan toevoegen?
06.01 Magda De Meyer (SP): Ma question est
simple car je l'ai déjà posée l'année dernière. Entre-
temps, elle a reçu une réponse dans la presse, ce
qui est sans doute dû à mon insistance. Que peut
encore ajouter le ministre ?
06.02 Minister Antoine Duquesne , (Frans) : Ik
heb het betreffende koninklijk besluit ondertekend
en voor advies voorgelegd aan de Raad van State
op 1 september 2000. Op 16 mei 2001 ontving ik
het advies van de Raad van State. Het zal eerdaags
in het Belgisch Staatsblad worden gepubliceerd.
06.02 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
J'ai signé cet arrêté royal et l'ai envoyé pour avis au
Conseil d'Etat, le 1
er
septembre 2000. Le 16 mai
2001, l'avis m'est revenu. Il sera publié au Moniteur
belge incessamment.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Francis Van den Eynde tot
de minister van Binnenlandse Zaken over "de
incidenten van Götenborg en de Europese Top
die in de herfst in Gent zal samenkomen"
(nr. 4983)
07 Question de M. Francis Van den Eynde au
ministre de l'Intérieur sur "les incidents de
Göteborg et le sommet européen qui se
déroulera à Gand cet automne" (n° 4983)
07.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
De incidenten in Göteborg kwamen niet als een
verrassing. Er waren al vele precedenten, onder
meer in Nice.
De minister verwees naar Euro 2000 en de
problemen met de hooligans toen hem gevraagd
werd naar zijn aanpak om problemen te vermijden.



Ook in Gent vindt in het najaar een bijeenkomst
plaats in de Sint-Pietersabdij, midden in de
studentenwijk. De abdij ligt aan de noordkant van
een immens plein, de gedroomde arena voor
veldslagen. De aanwezige Belgen in Göteborg
waren grotendeels afkomstig uit Gent, waar in de
rand van de universiteit bewegingen bestaan die het
gauchisme aanhangen. Zij genieten nogal wat
sympathie bij het stadsbestuur, zoals onlangs bleek
naar aanleiding van een bijeenkomst van Attak.
07.01 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Les incidents de Göteborg n'ont pas produit d'effet
de surprise. Nous avions connu des précédents,
notamment à Nice.
Interrogé à propos des mesures qu'il entendait
mettre en oeuvre afin d'éviter des problèmes
analogues, le ministre s'est référé à l'Euro 2000 et à
la manière dont nos forces de l'ordre avaient fait
face aux hooligans.

La ville de Gand sera également le lieu, à
l'automne, d'un sommet européen qui se tiendra à
l'abbaye Saint-Pierre, située sur le côté nord d'une
immense place qui pourrait constituer le théâtre
rêvé pour d'éventuelles batailles rangées. Les
Belges présents à Göterborg étaient, en grande
partie, originaires de Gand où la présence de
l'université favorise l'action de groupements
gauchistes. Comme on a pu le constater à
l'occasion notamment d'une rencontre d'Attak, ces
groupements bénéficient de la sympathie de
l'administration communale.
De universiteitssite omvat ook websites van deze
linkse bewegingen, waarin sprake is van blokkades
en bestormingen naar aanleiding van de Europese
bijeenkomst in Gent.

Wat onderneemt de minister?
Le site web de l'université comprend également des
sites de ces groupuscules gauchistes où il est
question de blocages et d'incursions lors du
Sommet européen de Gand.

Que compte faire le ministre ?
07.02 Minister Antoine Duquesne : Hoewel onze
politie weliswaar veel ervaring heeft met
betogingen, zijn wij niet van plan het land tot een
belegerde burcht om te vormen. Wel zullen wij ten
07.02 Antoine Duquesne , ministre(en français):
Nous avons une grande expérience policière en
matière de manifestations, certes, mais nous
n'avons pas l'intention de transformer le pays en
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
6
aanzien van deze "Internationale van het geweld"
een nultolerantiebeleid voeren.


Tijdens de volgende Europese Raad van de
ministers van Binnenlandse Zaken op 13 juli
eerstkomend zal ik pleiten voor een hechtere
samenwerking en betere voorlichting met
betrekking tot die ordeverstoorders.

In België zal ik alle wettelijke middelen aanwenden
om alle inlichtingen over elke vorm van subversie of
bedreiging voor de openbare orde te laten
verzamelen en verwerken.
une forteresse assiégée. En revanche, envers cette
internationale de la violence qui se développe, nous
aurons le niveau de tolérance zéro.

Le 13 juillet prochain, lors du Conseil européen des
ministres de l'Intérieur, je plaiderai pour une
coopération et une information renforcées contre
ces fauteurs de trouble.


En Belgique, j'utiliserai tous les moyens légaux pour
collecter et traiter toute information sur une
quelconque menace contre l'ordre public ou sur
toute subversion.
De onderscheiden politiediensten van de betrokken
steden zijn samen om de tafel gaan zitten. Ik zal
een vergadering beleggen om de kwaliteit van de
strategie en het systeem te beoordelen. Ik kan niet
garanderen dat er niets zal gebeuren, maar zal alles
in het werk stellen om opstootjes te voorkomen.

Net als u heb ik Belgen naar Göteborg zien trekken,
"op verkenning". Met straatstenen gooien lijkt mij
niet meteen de meest efficiënte manier om zich uit
te drukken. Ik ben overigens voorstander van
alternatieve fora.

Met toenemende ongerustheid heb ik daar mensen
gezien die op quasi militaire wijze
gewelddadigheden pleegden. Zij zijn bij deze
gewaarschuwd : laat ze zich maar beter koest
houden !
Il y a eu une réunion entre les responsables des
différents services de police et les villes
concernées. Je provoquerai une réunion pour
vérifier la qualité de la stratégie et du système mis
en place. Je ne peux garantir que rien ne se passe
mais je veux mettre tout en oeuvre pour éviter les
troubles.

J'ai vu, comme vous, des Belges aller à Göteborg
en « reconnaissance ». Jeter des pavés n'est pas la
meilleure technique pour s'exprimer. Je suis
favorable d'ailleurs aux forums alternatifs.


J'étais inquiet de voir des personnes ayant des
attitudes de violence quasi militaires mais ceux-là
doivent savoir qu'ils sont priés de se tenir
tranquilles.
07.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
Ook ik wil niet in een versterkte burcht wonen. Ik
dank de minister voor de geplande maatregelen en
voor de nultolerantie tegenover geweld.


Ik vind het goed dat de minister de "verkenners" van
het terrein laat volgen en dat hij geen subsidies zal
geven aan terreurgroepen. Ik zal dat ook in Gent
meedelen. Ik hoop dat het allemaal goed afloopt.
07.03 Francis Van den Eynde (VLAAMS BLOK):
L'idée d'habiter une forteresse ne me réjouit pas
davantage. Je remercie le ministre pour les
mesures qu'il envisage de prendre et pour
l'application de la tolérance zéro en ce qui concerne
la violence.
J'estime qu'il est sage que le ministre fasse
surveiller ceux qui explorent le terrain et qu'il
n'accordera pas de subventions aux mouvements
terroristes. Je ferai part de la réponse du ministre à
Gand. J'espère que tout se passera bien.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Dirk Pieters tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de overdracht van
gebouwen aan de politiezones" (nr. 4996)
08 Question de M Dirk Pieters au ministre de
l'Intérieur sur "le transfert de bâtiments aux
zones de police" (n° 4996)
08.01 Dirk Pieters (CVP): In verband met de
gemengde gebouwen rijzen er problemen, vooral na
de rondzendbrief ZPZ17. Ik verwijs naar de
problemen in Halle.

Hoe worden gemengde gebouwen gedefinieerd? Is
08.01 Dirk Pieters (CVP): Des problèmes se
posent au sujet des bâtiments mixtes, surtout après
la diffusion de la circulaire ZPZ 17. Je me réfère par
exemple, aux problèmes rencontrés à Hal.

Comment détermine-t-on si un bâtiment a un
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
7
dat alleen op het verleden gebaseerd? Kan een
gebouw deels voor de lokale en deels voor de
federale politie worden gebruikt? Wie staat in voor
de financiering van niet-overgedragen gebouwen?
Gelden overal dezelfde regels?
caractère mixte ? Se fonde-t-on uniquement sur le
passé ? Un même bâtiment peut-il être en partie
utilisé par la police locale et en partie par la police
fédérale ? Qui prend en charge le financement des
bâtiments non transférés ? Le mêmes règles
s'appliquent-elles partout ?
08.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
Gemengde gebouwen zijn gebouwen waarin
behalve de ex-rijkswachtbrigade ook andere
federale diensten of personen zijn gehuisvest.


Alleen het gedeelte van de ex-rijkswachtbrigade zal
overgedragen worden aan de politiezone, zodat er
mede-eigendom ontstaat: deels politiezone, deels
federale staat.
Elk gebouw of deel ervan dat vroeger als
rijkswachtbrigade werd gebruikt, wordt
overgedragen aan de politiezone. Indien het deel
van de federale overheid niet weer gebruikt wordt
voor federale diensten, zal de politiezone dit deel
kunnen kopen.

Huisvestingsakkoorden tussen federale politie en
lokale overheid kunnen niet. Alleen de Regie der
Gebouwen kan zulke akkoorden afsluiten, zelfs al is
de voorgestelde huisvesting gratis. De gebouwen
van de ex-rijkswachtbrigades worden gratis
overgedragen aan de politiezones.

De federale overheid komt niet tussen voor
verbouwingen van gebouwen die worden
overgedragen. De federale overheid voert alleen
werken uit in het gedeelte waarvan ze eigenaar
blijft.

Deze regeling zal overal toegepast worden, zoniet
wordt het een never ending story!
08.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais): Les bâtiments mixtes sont ceux qui
abritent non seulement l'ancienne brigade de
gendarmerie mais aussi d'autres services fédéraux
et où d'autres agents fédéraux sont en poste.

Seule la partie hébergeant l'ancienne brigade de
gendarmerie sera transférée à la zone de police, ce
qui donnera naissance à une co-propriété partagée
entre la zone de police et l'Etat fédéral.
Chaque bâtiment, ou élément de bâtiment, qui était
utilisé auparavant par une brigade de gendarmerie
sera transféré à la zone de police. Si l'élément dont
l'autorité fédérale est propriétaire n'est plus utilisé
pour les besoins de services fédéraux, il pourra être
acheté par la zone de police.

Il n'est pas envisageable que la police fédérale et
les autorités locales concluent des accords portant
sur les bâtiments. Seule la Régie des Bâtiments est
habilitée à passer de tels accords, même si les
locaux proposés sont gratuits. Les locaux des
anciennes brigades de gendarmerie seront
transférés gratuitement aux zones de police.

L'autorité fédérale n'intervient pas dans le
financement de transformations de bâtiments à
transférer. Elle n'effectuera des travaux que dans
l'élément du bâtiment dont elle demeure
propriétaire.
Ce règlement sera appliqué partout. Si tel n'était
pas le cas, on n'aurait jamais fini !
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van de heer Pieter De Crem tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
regularisatiecampagne" (nr. 4987)
09 Question de M. Pieter De Crem au ministre de
l'Intérieur sur "la campagne de régularisation"
(n° 4987)
09.01 Pieter De Crem (CVP): Er bestaat grote
verwarring over het tijdschema van de
regularisatiecampagne. De kabinetschef van de
minister verklaarde in de commissie
Volksgezondheid dat, op enkele moeilijke dossiers
na, de campagne zou afgesloten zijn op 21 juli. De
kranten spraken echter over 31 oktober en de
minister zelf over 1 oktober.


Wat is de juiste datum? Hoe zullen de
aangekondigde jobstudenten opgeleid worden in
09.01 Pieter De Crem (CVP): La confusion règne
au sujet du calendrier de la campagne de
régularisation. Le chef de cabinet du ministre a
déclaré au sein de la commission de la Santé
publique que, à part quelques dossiers difficiles, la
campagne serait clôturée le 21 juillet. Les journaux
ont retenu la date du 31 octobre, alors que le
ministre même parlait du 1
er
octobre.

Quelle est la date exacte ? Quelle formation les
jobistes annoncés recevront-ils dans cette matière
éminemment technique ? Quid des congés
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
8
een dergelijke technische aangelegenheid? Wat
met de gerechtelijke vakantie? Gebruikt de regering
de datum van 21 juli om het wetsvoorstel-Mayeur
voor te zijn en zo de verdeeldheid binnen de
regering te verdoezelen?
judiciaires ? Le gouvernement utilise-t-il la date du
21 juillet pour devancer de la sorte la proposition de
loi Mayeur et pour camoufler ainsi les divergences
qui existent au sein du.gouvernement ?
09.02 Minister Antoine Duquesne (Frans): Het
secretariaat zou tegen 21 juli een advies moeten
hebben uitgebracht of de dossiers aan de Kamers
moeten hebben overgezonden. Op 30 september
zouden de Kamers alle zaken in beraad moeten
hebben genomen en op 31 oktober zouden de
beslissingen moeten zijn genomen in alle dossiers
die niet werden voorgelegd. Voor de 2.600
resterende dossiers kan moeilijk een precieze
datum worden vastgesteld. De inschakeling van
jobstudenten tijdens de vakantie moet de
commissie van administratieve taken ontlasten. Op
het secretariaat zijn meer dan 100 personen
aangesteld voor de behandeling van de dossiers.
De datum van 21 juli is momenteel geloofwaardig.
De leden van de commissie Volksgezondheid
hebben geoordeeld dat de behandeling van hun
wetsvoorstel betreffende de toekenning van
financiële steun aan de regularisatieaanvragers die
nog geen beslissing kregen tot oktober kan worden
uitgesteld omdat zij op de commissie en haar
werkschema vertrouwen.
09.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Le 21 juillet, le secrétariat devrait avoir donné un
avis ou avoir transféré les dossiers aux Chambres.
Le 30 septembre, les Chambres devraient avoir pris
tous les dossiers en délibéré et, le 31 octobre, les
décisions devraient être prises pour tous les
dossiers que n'ont pas été soumis. Pour les 2.600
dossiers restants, il est difficile de donner une date
exacte. L'engagement dans le cadre de jobs de
vacances doit permettre de décharger la
commission de tâches administratives. Le
secrétariat compte plus de cent personnes pour
traiter les dossiers. La date du 21 juillet est
actuellement crédible. Si les parlementaires de la
commission de la Santé publique ont estimé
pouvoir reporter en octobre le traitement de leur
proposition de loi relative à une aide financière pour
les demandeurs de régularisation qui n'ont pas
encore obtenu de décision, c'est parce qu'ils font
confiance à la commission et à son timing.
09.03 Pieter De Crem (CVP): De datum van 21 juli
is niet haalbaar. Tegen die datum kunnen de
diensten geen 8000 dossiers afwerken, tenzij de
minister zinnens is in 95 procent van de gevallen
een gunstige beslissing te nemen.
09.03 Pieter De Crem (CVP): La date du 21 juillet
n'est pas réaliste. En effet, les services ne pourront
pas traiter 8.000 dossiers pour cette date, à moins
qu'il n'entre dans les intentions du ministre de
prendre une décision favorable dans 95% des cas.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Vraag van de heer Lode Vanoost tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "zijn
beleid op gebied van verkeersveiligheid"
(nr. 5047)
10 Question de M. Lode Vanoost au ministre de
l'Intérieur sur "sa politique en matière de sécurité
routière" (n° 5047)
10.01 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO): België is
nog steeds een van de Europese landen met de
slechtste cijfers op het vlak van de
verkeersveiligheid. Wij hebben al heel wat
vooruitgang geboekt, maar nog niet zoveel als de
buurlanden. Sinds 1996 is er zelfs een lichte stijging
van het aantal doden en zwaargewonden. Het
aantal ongevallen daalt, maar ze worden zwaarder.
Overdreven snelheid en alcoholmisbruik zijn soms
de oorzaak. Nochtans kunnen ook kleine
overtredingen grote gevolgen hebben, bij voorbeeld
het verkeerd parkeren van voertuigen. Wie vlakbij
een zebrapad parkeert, belemmert het zicht van
kinderen en aankomende voertuigen. Het
parkeergedrag van de gemiddelde Belg maakt het
de politie niet makkelijk. Nochtans kan een
10.01 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO): La
Belgique figure toujours dans le peloton de queue
européen en matière de sécurité routière. Nous
avons déjà réalisé de nombreux progrès, mais pas
autant que les pays voisins. Depuis 1996, on
observe même une légère augmentation du nombre
de tués et de blessés graves. Le nombre
d'accidents diminue mais ils sont plus graves. La
vitesse excessive et l'abus d'alcool figurent parmi
les causes des accidents. Néanmoins, les petites
infractions peuvent également avoir de graves
conséquences
. Je pense notamment aux
infractions en matière de stationnement.
L'automobiliste qui se gare à proximité d'un
passage pour piétons gène la vue des enfants et
des véhicules qui s'approchent du passage. Les
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
9
doorgedreven vervolgingsbeleid op lange termijn
aanzienlijke preventieve effecten hebben.


Hoe werkt de minister aan verkeersveiligheid? Hoe
staat hij tegenover lichte verkeersovertredingen?
Hoe staat hij tegenover een strengere verbalisatie
van verkeersovertredingen in het algemeen en voor
parkeerovertredingen in het bijzonder?
habitudes de stationnement du Belge moyen ne
facilitent pas la tâche de la police. Une politique de
poursuites déterminée pourrait pourtant à long
terme avoir un effet préventif important.

Quelles initiatives le ministre prend-il en matière de
sécurité routière ? Quelle est son attitude en ce qui
concerne les infractions légères au code de la
route ? Que pense-t-il d'une plus grande sévérité en
matière d'infractions en général et d'infractions en
matière de stationnement en particulier ?
10.02 Minister Antoine Duquesne (Frans): Het
gaat hier niet om het onderscheid tussen lichte of
zware vergrijpen, maar om een vergrijp tegen de
veiligheid. Wij stellen de minister van Justitie
aanzienlijke middelen ter beschikking om
overtreders te bekeuren. Het is wel de eerste keer
dat men de minister van Binnenlandse Zaken
vraagt repressiever op te treden !

Ik spits mij liever toe op preventie. Er worden
sensibiliseringscampagnes gevoerd in de scholen
en bij de ouders. Regelmatig worden er
alcoholcontroles en tegen risicorijgedrag gerichte
preventieve acties georganiseerd.

Over acties op gemeentelijk vlak moeten de lokale
overheden zich beraden en vervolgens actie
ondernemen.
10.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Il ne faut pas réfléchir en termes d'infraction légère
ou grave mais en termes d'atteinte à la sécurité.
Nous mettons à la disposition du ministre de la
Justice des moyens importants pour verbaliser.
C'est la première fois que l'on demande à un
ministre de l'Intérieur d'être plus répressif.


Je préfère axer mon action sur la prévention. Des
campagnes de sensibilisation au sein des écoles et
auprès des parents sont menées. Des contrôles
d'alcoolémie et de prévention contre les conduites à
risques sont régulièrement organisés.

Quant à l'action au niveau communal, il faudrait une
réflexion et une action au niveau local.
10.03 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO): Er
bestaat een consensus over het prioritaire belang
van de verkeersveiligheid. Maar in het concrete
beleid moeten maatregelen met het oog daarop
steeds wachten. Repressie is, zij het niet exclusief,
belangrijk, temeer daar zij ook preventief werkt. Dat
het gedrag van de burger op dit vlak vaak
tegenstrijdig is met zijn bezorgdheid, is mij bekend.
Ik dring erop aan dat echt werk gemaakt wordt van
een doorgedreven aanpak.
10.03 Lode Vanoost (AGALEV-ECOLO):
L'importance prioritaire de la sécurité routière fait
l'objet d'un consensus. Mais, concrètement, les
mesures politiques requises se font
systématiquement attendre. La répression est
importante, quoiqu'elle ne suffise pas, d'autant
qu'elle a aussi un effet préventif. Je sais
parfaitement que le comportement de nos
concitoyens sur ce plan est en contradiction avec sa
préoccupation à cet égard. Aussi, je demande
instamment au gouvernement de s'attaquer à ce
problème avec opiniâtreté.
10.04 Minister Antoine Duquesne (Frans): Er kan
altijd worden beweerd dat problemen zoals
prostitutie of mensenhandel, afzonderlijk genomen
onvoldoende worden aangepakt. Ik hoop dat in het
kader van de politiehervorming doelstellingen en
middelen zullen worden vastgesteld. Die middelen
zullen een aanwijzing zijn van de wil om te slagen.

Het incident is gesloten.
10.04 Antoine Duquesne , ministre (en français):
On peut toujours prétendre que l'on ne fait pas
assez face à des problèmes pris isolement, comme
la prostitution ou la traite d'êtres humains. Avec la
réforme des polices, on déterminera, je l'espère,
des priorités, des objectifs et des moyens. Ces
moyens seront l'indice de la volonté d'aboutir.

L'incident est clos.
11 Interpellatie van de heer Richard Fournaux tot
de minister van Binnenlandse Zaken over "de
afschaffing van de civiele bescherming" (nr. 833).
11 Interpellation de M. Richard Fournaux au
ministre de l'Intérieur sur "la suppression de la
protection civile" (n° 833)
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
11.01 Richard Fournaux (PSC): Al meerdere
jaren is er sprake van een herstructurering of van
een reorganisatie van de hulpdiensten in ons land
teneinde de begroting van bepaalde gemeenten te
verlichten en alle burgers op gelijke voet te
behandelen. Sommige burgemeesters zijn bezorgd
over de verzwaring van de kosten die deze diensten
meebrengen voor de gemeenten. Parlementsleden
hebben al verscheidene initiatieven genomen, maar
tevergeefs. U kondigde zelf aan dat u zich
persoonlijk met deze opdracht zou bezighouden.
Onlangs moesten tal van brandweerdiensten uit de
omgeving en de civiele bescherming optreden om
een zeer ernstige brand in Floreffe te blussen.
Ondanks hun inspanningen veroorzaakte die brand
erg veel schade en had het zeer grote sociale
gevolgen. De volgende dag stond in de pers te
lezen dat de hulpdiensten met organisatorische
problemen kampen en dat de industriezone
onvoldoende is uitgerust inzake brandveiligheid. Uit
verklaringen van brandweermannen die ik heb
ontmoet blijkt dat er een schrijnend tekort aan
uitrusting is, dat de civiele bescherming steeds
laattijdig wordt opgeroepen, dat ze slecht is
georganiseerd en te laat optreedt. Dit is nogal
schokkend gelet op de zeer dure en doeltreffende
middelen waarover de civiele bescherming beschikt
en waarover de brandweerdiensten van talrijke
gemeenten niet beschikken omdat deze
onvoldoende middelen hebben. Toen mijn eigen
stad overstroomd werd, heb ik dat aan den lijve
ondervonden. Daarenboven bestaan de ploegen
van de gewestelijke korpsen in de provincie Namen
uit veel vrijwilligers, waardoor het veel meer tijd
vergt om die mensen op te roepen zodat de wil om
dringende hulp te bieden wordt aangetast. Van haar
kant beschikt de civiele bescherming over
beroepspersoneel dat, als men dat zou willen,
dringend zou kunnen optreden. Dergelijke
problemen komen in talloze streken voor, zowel in
het noorden als in het zuiden van het land.
11.01 Richard Fournaux (PSC): Depuis plusieurs
années, il est question d'une restructuration ou
d'une réorganisation des services de secours dans
notre pays, dans le but d'alléger le budget de
certaines communes et de traiter également tous
les citoyens. Certains bourgmestres s'inquiètent de
l'alourdissement des coûts générés par ces
services pour les communes. Plusieurs initiatives
parlementaires ont vu le jour sans résultat concret
et vous avez annoncé que vous vous atteliez
personnellement à cette tâche. Un très important
incendie à Floreffe a nécessité récemment
l'intervention de nombreux corps d'incendie
avoisinants et de la protection civile. Malgré leurs
efforts, les dégâts furent très importants de même
que l'impact social. Le lendemain, la presse
régionale titrait sur les problèmes d'organisation des
services de secours et d'équipement de la zone
industrielle en matière de sécurité incendie.
L'analyse des sapeurs pompiers participants que
j'ai rencontrés révèle un cruel manque
d'équipement, l'appel systématiquement tardif à la
protection civile de même que la désorganisation de
cette dernière et son action tardive. Ceci est assez
choquant de par les moyens excessivement
coûteux et performants de la protection civile et
dont ne disposent pas de nombreuses communes
pour leur service incendie, faute de moyens. Je l'ai
vécu personnellement au moment des inondations
dans ma ville. Par ailleurs, les équipes des corps
régionaux en province de Namur sont constituées
par de nombreux volontaires, ce qui augmente
considérablement le temps de rappel et affaiblit la
volonté de répondre de manière urgente. La
protection civile dispose, elle, de personnel
professionnel qui pourrait, si on le voulait, répondre
de manière urgente. Ces problèmes se rencontrent
dans de nombreuses régions, tant au Nord qu'au
Sud du pays.
De politiehervorming heeft de organisatie van de
veiligheid in ons land ingrijpend gewijzigd. Is het niet
aangewezen de civiele bescherming gewoonweg af
te schaffen en het personeel, het materiaal en de
financiële middelen die de federale overheid ter
beschikking van deze dienst stelde over alle
brandweerkorpsen van het Rijk te verdelen.

Kan er voor overleg met de verscheidene
bevoegdheidsniveaus worden gezorgd teneinde een
beter evenwicht te waarborgen tussen de
inspanningen die zij leveren om ervoor te zorgen
dat de gemeenten de last van een regionale
brandweerdienst aankunnen ?

Moet er niet met de verzekeringsmaatschappijen
La réforme des polices a bouleversé l'organisation
de la sécurité dans notre pays.
Ne faudrait-il pas supprimer purement et
simplement la protection civile et intégrer, dans tous
les corps des sapeurs pompiers du Royaume, les
effectifs, équipements et moyens financiers affectés
à la protection civile par l'autorité fédérale ?


Pourrait-on tenir une concertation entre les
différents niveaux de pouvoir pour mieux équilibrer
l'intervention de chacun de ces pouvoirs pour aider
les communes à mieux supporter la charge de
gestion d'un service régional d'incendie ?

CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
11
worden onderhandeld zodat deze financieel zouden
kunnen bijspringen wanneer een brand onder
controle is en de schade beperkt is ? Dit zou een
beter en sneller optreden in de hand werken.


Moet de Kamer hierover ­ eventueel in overleg met
de Senaat ­ geen ruim debat houden?
Ne faudrait-il pas entreprendre une négociation
avec les compagnies d'assurance pour que celles-
ci puissent intervenir financièrement dans le cas où
un sinistre est maîtrisé et pour lequel les dégâts
sont limités ? Ce serait une manière d'encourager
une intervention meilleure et plus rapide.

Ne faudrait-il pas lancer un vaste débat sur ce sujet
au sein de la Chambre et éventuellement en
concertation avec le Sénat ?
11.02 Minister Antoine Duquesne (Frans): Er zijn
wel degelijk problemen op het stuk van de
financiering, de organisatie en de uitrusting. We
zouden inderdaad de verzekeringsmaatschappijen
kunnen raadplegen.

Ik ben niet van plan op dezelfde manier te werk te
gaan als voor de politiehervorming. Er moet een
synergie tot stand worden gebracht tussen de
onderscheiden beleidsniveaus.

Wat het door u aangehaalde concrete geval betreft,
verzoek ik u de twee betrokken brandweermannen
te vragen hun grieven op papier te zetten en hun
brief te ondertekenen. Ik zal dan een diepgaand
onderzoek instellen.

Ik beschik niet over dezelfde informatie als u over
de brand in Floreffe. Uit een gesprek met de chef
van de brandweer van Gembloers blijkt dat de
diensten die erbij geroepen werden om versterking
te bieden, op een krachtdadige, efficiënte en
gecoördineerde manier zijn opgetreden.
Problematisch waren alleen de watervoorziening en
de belemmering van de toegang tot de plaats van
de brand door de omwonenden. Voor die twee
punten is dan weer de gemeente bevoegd.

De officier die verantwoordelijk is voor het optreden
van de brandweer, beslist of de hulp van de civiele
bescherming moet worden ingeroepen. Rekening
houdend met het moment waarop de oproep
gedaan werd en de afstand, was de civiele
bescherming binnen een redelijke tijd ter plaatse.

Het materiaal dat de civiele bescherming ter
beschikking krijgt, moet gerelateerd worden aan het
uiterst omvangrijke takenpakket van deze dienst.

Uw suggestie om de civiele bescherming maar
meteen af te schaffen en het personeel en
materiaal ervan te verdelen over de
brandweerdiensten, lijkt mij onredelijk. Het zou de
personeelsproblemen binnen de brandweer niet
oplossen, en zou de brandweer bovendien de
mogelijkheid ontnemen om een beroep te doen op
professionele hulp ingeval versterking nodig is bij
11.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Les problèmes de financement, d'organisation et
d'équipement sont réels. On pourrait effectivement
consulter les assurances.


Je n'ai pas l'intention de travailler de la même
manière que pour la réforme des polices. Il faut des
synergies entre les différents pouvoirs.


Pour ce qui est du cas précis que vous évoquez, je
vous invite à demander aux deux pompiers que
vous avez interrogés de mettre leurs reproches par
écrit et de signer leur lettre. Je lancerai une enquête
sérieuse sur le terrain.

Je ne dispose pas des mêmes informations que
vous concernant l'incendie de Floreffe. Suite à un
contact avec le responsable du service d'incendie
de Gembloux, il apparaît que les services appelés
en renfort ont agi avec diligence, efficacité et
coordination. Seuls l'approvisionnement en eau et
la difficulté d'accès au lieu du sinistre du fait des
riverains ont posé problème. Ces deux domaines
relèvent de la responsabilité communale.


L'appel en renfort de la protection civile ressort de
la décision de l'officier responsable de l'intervention.
Compte tenu du moment de l'appel et de la
distance, l'intervention de la protection civile a eu
lieu dans des délais raisonnables.


Le matériel mis à la disposition des unités de
protection civile doit être mis en relation avec les
missions extrêmement larges qui lui sont dévolues.

Votre suggestion de supprimer la protection civile
pour en répartir le personnel professionnel et le
matériel au sein des services d'incendie me paraît
déraisonnable. Elle ne supprimerait pas les
problèmes de personnel au sein des services
d'incendie et ferait disparaître la possibilité pour les
corps d'incendie d'appeler du renfort professionnel
en cas d'insuffisance matérielle pour combattre un
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
12
het bestrijden van een brand.

Bovendien beslist de gemeente autonoom om met
een kern van beroepsbrandweerlieden binnen haar
brandweer te werken.

Gemeenten die een brandweer die grotendeels uit
beroeps bestaat, niet kunnen betalen, kunnen niet
zonder de inzet van vrijwilligers.

De meeste brandweerkorpsen die met vrijwilligers
werken, hebben een wachtrol, net als voor de
beroeps. Die vrijwilligers volgen trouwens dezelfde
opleidingen als de beroeps, en getuigen van
evenveel burgerzin als alle mensen die dit beroep
uitoefenen.

Ik heb mijn administratie gevraagd per 1 september
een wetsontwerp voor te bereiden betreffende het
statuut van deze mensen.

Een radicale hervorming van de
brandweerdiensten, zoals u suggereert, dreigt de
veiligheid van de bevolking in het gedrang te
brengen.

Mij dunkt dat men veeleer de rol en de
bevoegdheden van de hulpzones moet uitbreiden.
De hervorming mag het werk in het veld niet in de
war sturen. Sommige gouverneurs en
burgemeesters lopen daarvoor zeker niet warm.
sinistre.

En outre, il relève de l'autonomie communale de
prévoir au sein de son service d'incendie un noyau
de professionnels. Les volontaires sont une
nécessité pour les communes qui ne peuvent
assurer financièrement une professionnalisation
importante du personnel de leur service d'incendie.


La plupart des corps d'incendie disposant de
volontaires organisent des rôles de gardes
intervenant comme les professionnels. Ces
volontaires suivent d
`ailleurs des formations
identiques et ont un sens civique commun à toute la
profession.

J'ai demandé à mon administration, pour le 1
er
septembre, un projet de loi sur leur statut.


En matière de réforme des services d'incendie, être
radical, comme vous le suggérez, risque de mettre
en péril la sécurité de la population.


Je préfère approfondir le rôle et les compétences
des zones de secours. La réforme ne doit pas
perturber le travail des acteurs de terrain. Certains
gouverneurs et bourgmestres font preuve d'une
frilosité incompréhensible à cet égard.
Ik onderzoek momenteel de mogelijkheden om de
verzekeringsmaatschappijen in de kosten te laten
bijdragen. Voorts zal contact worden opgenomen
met de andere betrokken kabinetten.

De Kamers zullen bij de hervormingen in kwestie
worden betrokken.
J'étudie actuellement la possibilité de mettre à
contribution les compagnies d'assurance et des
contacts seront pris avec les autres cabinets
concernés.

Les Chambres seront associées aux dites
réformes.
11.03 Richard Fournaux (PSC): Ik zal uw verzoek
om getuigenissen overmaken. Dit probleem wordt
vaak aangehaald in het kader van de algemene
discussie overde gemeentebegroting. Wat de
terughoudendheid van bepaalde gemeenten betreft,
kan ik u verzekeren dat wij veel inspanningen doen
om hen tot meer activiteit aan te sporen. Teneinde
het overleg te lanceren zouden de verschillende
bevoegdheidsniveaus moeten worden
geraadpleegd.
11.03 Richard Fournaux (PSC): Pour la demande
des témoignages, je vais faire part de votre requête.
Compte tenu des débats généraux en ce qui
concerne les budgets communaux, ce problème est
souvent évoqué. Quant à la frilosité de certaines
communes, je peux vous dire que nous faisons de
nombreux efforts pour encourager les communes à
être plus actives. Il faudrait interroger les différents
niveaux de pouvoir pour initier une concertation.
11.04 Minister Antoine Duquesne (Frans): De
moeilijkheid heeft niet enkel betrekking op de
financiering maar ook op de spreiding van de lasten
over de gemeenten. Sommigen zijn van oordeel
dat de provincies de last zouden kunnen dragen.
Dat is een mogelijke denkpiste.
11.04 Antoine Duquesne , ministre (en français):
C'est non seulement un problème de financement,
mais également un problème de répartition de la
charge entre les communes. Certains imaginent
que les provinces pourront prendre en charge cette
problématique. Ce peut être une piste de réflexion.
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
13
Moties
Motions
De voorzitter: Tot besluit van deze bespreking
werden volgende moties ingediend.
Le président: En conclusion de cette discussion,
les motions suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de
heer Richard Fournaux en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer Richard
Fournaux
en het antwoord van de minister van Binnenlandse
Zaken,
vraagt de regering zich ook te beraden over de
noodzaak van het behoud van een algemene dienst
voor civiele bescherming;
verzoekt de regering zich diepgaand te beraden
over de structurele reorganisatie van de
hulpdiensten teneinde
- elke burger eenzelfde dienstverlening te bieden;
- de lasten voor de gemeenten te verlichten;
-
de weg te bereiden voor een institutionele
denkoefening."
Une motion de recommandation a été déposée par
M. Richard Fournaux et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de M.
Richard
Fournaux
et la réponse du ministre de l'Intérieur,
demande au gouvernement d'englober la réflexion
sur la nécessité de maintenir un service général de
protection civile;
sollicite du gouvernement qu'il entreprenne une
large réflexion sur la réorganisation structurelle des
services de secours afin de permettre
- la mise en place du même service pour chaque
citoyen;
- l'allégement de la charge pour les communes;
- une réflexion institutionnelle."
Een eenvoudige motie werd ingediend door de heer
Willy Cortois.
Une motion pure et simple a été déposée par M.
Willy Cortois.
Over de moties zal later worden gestemd. De
bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La
discussion est close.
12 Vraag van de heer Daniël Vanpoucke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
toepassing van het nieuwe politiestatuut"
(nr. 5056)
12 Question de M. Daniël Vanpoucke au ministre
de l'Intérieur sur "l'application du nouveau statut
de la police" (n° 5056)
12.01 Daniël Vanpoucke (CVP): Ik heb vragen bij
de toepassing van het nieuwe politiestatuut in de
kustgemeenten, die in de drukke zomermaanden
met een toevloed van toeristen worden
geconfronteerd. Vroeger werden overuren
gecompenseerd in de wintermaanden, nu zouden
ze moeten worden uitbetaald, wat de gemeenten
financieel belast.


Welke maatregelen neemt de minister? De
verlenging van de referentieperiode tot vier
maanden zou een mogelijke oplossing vormen. De
vakbonden zijn eerder voorstander van federale
hulp, maar het moet dan wel om volwaardige hulp
gaan.

Krachtens rondzendbrief ZPZ15 mogen de regels
soepel worden geïnterpreteerd tot 1 januari 2002.
Zullen zich na die datum geen problemen meer
voordoen?
12.01 Daniël Vanpoucke (CVP): Je voudrais vous
poser des questions au sujet de l'application du
nouveau statut de la police dans les communes de
notre littoral qui doivent faire face à un afflux de
touristes pendant les mois d'été. Auparavant, les
heures supplémentaires étaient compensées
pendant les mois d'hiver mais, maintenant, elles
devraient être payées, ce qui représente une
charge financière importante pour les communes.

Quelles mesures le ministre prend-il
? La
prolongation à quatre mois de la période de
référence pourrait apporter une solution. Les
syndicats sont plutôt partisans d'une aide fédérale
mais il doit s'agir d'une aide réelle.


La circulaire ZPZ 15 prévoit que les règles peuvent
être appliquées avec souplesse jusqu'au 1
er
janvier
2002. Plus aucun problème ne se présentera-t-il
après cette date ?
12.02 Minister Antoine Duquesne (Frans) : De
regels waarnaar u verwijst zijn niet duidelijk. Als u
12.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Les règles auxquelles vous vous référez
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
14
verwijst naar de met het personeel gesloten
akkoorden inzake de vakantieregeling, dan moet
worden gezegd dat de gevraagde vakantie niet altijd
automatisch wordt toegekend ; het personeelslid
kan kiezen wanneer hij vakantie neemt, op
voorwaarde dat zulks strookt met de behoeften van
de dienst. Er bestaat een beroepsprocedure in
geval van weigering om een gevraagde vakantie toe
te kennen, maar dat doet geenszins afbreuk aan
het feit dat de mogelijkheden afhankelijk zijn van de
behoeften van de dienst. Ook de hulp waarnaar u
verwijst, is niet meer dan een mogelijkheid. De
nodige contacten en gesprekken hebben al
plaatsgehad op het niveau van de directeur-
coördinator. In het onderhavige geval gaat het niet
om stagiairs. Het betreft ofwel personeelsleden die
al operationeel zijn, ofwel personeelsleden die hun
opleiding tot middenkader achter de rug hebben en
nog op de formalisering van hun promotie naar het
middenkader wachten. Een andere mogelijkheid
wordt geboden door de wet van 5 augustus 1992 op
het politieambt, die voorziet in de mogelijkheid van
een samenwerking tussen verschillende lokale
korpsen. Wat de aanpassing van de
referentieperiode betreft, heb ik maar één
soortgelijk verzoek ontvangen en ik heb dat
bevestigd voor het jaar 2001. De nieuwe
rechtspositie is op 1 april 2001 volledig van kracht
geworden. Ik ben overtuigd van het nut van het
plaatselijk vakbondsoverleg om de regels aan de
situatie in het veld aan te passen. De vakbonden
zijn volkomen bereid om die discussie aan te gaan,
wat ik een goede zaak vind.
n'apparaissent pas clairement. Si vous vous référez
aux accords conclus avec le personnel pour ce qui
concerne le règlement des congés, ceux-ci
demeurent de l'ordre des possibilités, le choix du
congé appartenant au membre du personnel sous
réserve de leur compatibilité avec les nécessités du
service. Une procédure d'appel existe en cas de
refus d'octroi du congé sollicité, mais cela ne remet
nullement en cause le fait que les possibilités
restent définies par la nécessité du service. Quant à
l'aide à laquelle vous faites allusion, elle appartient
encore aux possibilités. Les contacts et pourparlers
nécessaires ont déjà eu lieu par l'intermédiaire du
directeur-coordinateur. Ici, il ne s'agit pas de
stagiaires. Il s'agit soit de membres du personnel
déjà opérationnels, soit de membres du personnel
qui ont mené à bien leur formation de cadre moyen
et qui doivent encore attendre la formalisation de
leur promotion vers le cadre moyen. Une autre
possibilité est offerte par la loi du 5 août 1992 sur la
fonction de police qui prévoit la possibilité de
collaboration entre différents corps locaux. Quant à
l'adaptation de la période de référence, seule une
demande semblable m'a été présentée et je l'ai
confirmée pour l'année 2001. Le nouveau statut est
entré complètement en vigueur le 1
er
avril 2001. Je
suis convaincu de l'efficacité de la concertation
syndicale locale pour mettre la règle en adéquation
avec les réalités du terrain. Les syndicats sont tout
à fait ouverts à la discussion, ce dont je me réjouis.
12.03 Daniël Vanpoucke (CVP): Hebben de
gesprekken met de Dirco over federale hulp al tot
concrete resultaten geleid?
12.03 Daniël Vanpoucke (CVP): Les discussions
avec le Dirco au sujet de l'aide fédérale ont-elles
déjà abouti à des résultats concrets?
12.04 Minister Antoine Duquesne (Frans): Als ik
verklaar dat ik contacten heb gehad met de
DIRCO's, bedoel ik bij uitbreiding mijn diensten. Zij
hebben met hen contact genomen. Ik zal u een brief
zenden met de resultaten van die contacten.
12.04 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
Quand je dis que j'ai eu des contacts avec les
DIRCO, il s'agit d'une formule majestative. Ce sont
mes services qui ont été mis en contact avec celles-
ci. Je vous adresserai un courrier concernant le
résultat de ces contacts.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van de heer Yves Leterme tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
nieuwe normen voor de selectie van de
gemeenten die in aanmerking komen voor het
afsluiten van een veiligheids- en/of
samenlevingsovereenkomst" (nr. 5057)
13 Question de M. Yves Leterme au ministre de
l'Intérieur sur "les nouvelles normes de sélection
des communes entrant en ligne de compte pour
la conclusion d'un contrat de sécurité et/ou de
société" (n° 5057)
13.01 Yves Leterme (CVP): Na overleg in de
Ministerraad van 4 mei 2001 kondigde de minister
nieuwe normen aan voor de afsluiting van een
veiligheids- of samenlevingscontract. Die normen
13.01 Yves Leterme (CVP): Après concertation en
Conseil des ministres du 4 mai dernier, le ministre a
annoncé de nouvelles normes pour la conclusion
d'un contrat de sécurité et/ou de société. Ces
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
15
hebben betrekking op enerzijds de
criminaliteitsgraad en anderzijds de sociaal-
economische toestand, waarbij rekening wordt
gehouden met gemiddeld inkomen, aantal
werklozen en aantal personen met een
minimuminkomen.

Op 21 mei deelde de minister aan diverse steden
en gemeenten mee dat aan hun contract, dat
nochtans volgens de geldende wettelijke normen
werd afgesloten, een eind zou komen. Dat leidde tot
heel wat protest. De minister voerde aan dat hij,
wegens de beperkte budgettaire middelen, een
selectie moest maken.

Met de geografische ligging van onder meer de
grensgemeenten, die met specifieke vormen van
criminaliteit kampen, wordt geen rekening
gehouden.

Op welke wettelijke grondslag heeft de minister
beslist een eind te maken aan een aantal
veiligheidscontracten? Waren de beslissingen
rechtsgeldig vanuit administratief oogpunt? Waren
de nieuwe normen opgenomen in een vroeger KB?
Waarom wordt bij de sociaal-economische normen
geen rekening gehouden met de geografische
ligging?
normes se rapportent, d'une part, au taux de
criminalité et d'autre part à la situation socio-
économique de la commune, étant entendu que
pour déterminer celle-ci, on tient compte du revenu
moyen, du nombre de chômeurs et du nombre de
personnes percevant un revenu minimum.

Le 21 mai, le ministre a fait savoir à diverses villes
et communes qu'il serait mis fin à leur contrat,
lequel avait pourtant été conclu conformément aux
normes légales en vigueur. Cette communication a
provoqué une levée de boucliers. Le ministre a
allégué qu'il était contraint de faire une sélection
compte tenu de ses moyens budgétaires limités.

Il n'a pas tenu compte de la situation géographique
des communes frontalières, notamment, qui sont
confrontées à des formes spécifiques de criminalité.


Sur quelle base légale le ministre a-t-il décidé de
mettre fin à une série de contrats de sécurité ? Ses
décisions étaient-elles bien valables du point de vue
administratif ? Les nouvelles normes avaient-elles
été incluses dans un arrêté royal précédent ?
Pourquoi n'est-il pas tenu compte de la situation
géographique pour fixer ces normes socio-
économiques ?
13.02 Minister Antoine Duquesne (Frans): De
wettelijke grondslag van de veiligheids- en
preventiecontracten die vanaf 1 januari 2002 zullen
worden gesloten, blijft artikel 69 van de wet van 30
maart 1994 houdende sociale bepalingen.
Op 4 mei jongstleden sprak de regering zich uit over
het mechanisme voor de selectie en de verdeling
van de middelen voor de toekenning van een
veiligheids- en preventiecontract voor 2002 en
2003. Deze beslissing vergt een aanpassing voor 1
januari 2002 van het koninklijk besluit van 10 juni
1994 dat de voorwaarden voor het toekennen van
een veiligheidscontract bepaalt en van het besluit
van 5 juli 1994 betreffende de
toekenningsvoorwaarden van financiële middelen
door de overheid op het gebied van de veiligheid.
Die aanpassingen worden thans aangebracht.
Vanaf medio mei werden de gemeenten
geïnformeerd over de toekenning , de verlenging of
niet-verlenging van hun contract.

Er werd rekening gehouden met de geografische
ligging van de gemeenten. De meeste
kustgemeenten die als gevolg van hun toeristische
activiteiten meer met criminaliteit te maken hebben,
komen in aanmerking. Dit had ook voor de
grensgemeenten het geval kunnen zijn, maar in
vergelijking met diverse andere gemeenten, blijft
hun criminaliteitscijfer lager.
13.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
La base légale des contrats de sécurité et de
prévention qui seront conclus à partir du 1
er
janvier
2002 reste l'article 69 de la loi du 30 mars 1994
portant des dispositions sociales.
Le 4 mai dernier, le gouvernement s'est prononcé
sur le mécanisme de sélection et de répartition
budgétaire pour l'attribution d'un contrat de sécurité
et de prévention pour 2002 et 2003. Cette décision
nécessite l'adaptation, avant le 1
er
janvier 2002, de
l'arrêté royal du 10 juin 1994 déterminant les
conditions d'octroi d'un contrat de sécurité et celui
du 5 juillet 1994 concernant les conditions d'octroi
d'aides financières de l'État dans le domaine de la
sécurité. Ces adaptations sont en cours. Dès la mi-
mai, les communes ont été informées de l'obtention
de la reconduction ou non du contrat.




On a tenu compte de la situation géographique
d'une commune. Ainsi, la plupart des communes
côtières, victimes d'une criminalité liée à leur
vocation touristique, ont été retenues. Les
communes frontalières auraient pu être touchées
par ce phénomène
; or, ce n'est pas
systématiquement le cas. Leur taux de criminalité
reste inférieur à celui de plusieurs autres
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
16
communes.
13.03 Yves Leterme (CVP): Dit is een zeer
eigenaardige situatie. De steden en gemeenten
zullen pas retroactief te weten komen op basis van
welke criteria hun contract niet verlengd is.


De aanpassingen van het KB zijn in voorbereiding.
Kan de minister daar al overleg over plegen? Dit is
slecht voor de continuïteit van het preventief werk.
Het zorgt voor argwaan en onbegrip. Het is jammer
dat die argwaan en dat onbegrip niet weggenomen
kunnen worden.

Bredene krijgt geen verlenging van zijn
preventiecontract, terwijl het omwille van zijn ligging
­ volgens de minister ­ dan weer wel een
voorkeursbehandeling had kunnen krijgen.
13.03 Yves Leterme (CVP): Une fois de plus, nous
sommes confrontés à une situation curieuse. Les
villes et communes ne seront informées qu'a
posteriori des critères sur la base desquels la
prorogation d'un contrat aura été refusée.

Les modifications de l'arrêté royal sont en
préparation. Le ministre peut-il déjà organiser une
concertation à ce sujet? Voilà qui ne favorise guère
la continuité du travail préventif et constitue une
source de méfiance et d'incompréhension dont
nous regrettons qu'elles ne puissent être levées.

La commune de Bredene se verra refuser la
prorogation de son contrat de prévention alors que,
selon le ministre, sa situation aurait pu lui valoir un
traitement de faveur.
13.04 Minister Antoine Duquesne (Frans): De
contracten lopen nog tot 31december 2001. Zij
werden verlengd.De gemeenschappelijke analyse
per gemeente kan in mijn kantoren gebeuren voor
de gemeenten die u interesseren.
13.04 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Les contrats courent jusqu'au 31 décembre 2001.
Ils ont été prolongés. L'analyse commune par
commune peut se faire en mes bureaux pour les
communes qui vous intéressent.
13.05 Yves Leterme (CVP): De criteria die zullen
worden opgenomen in het gewijzigd KB stonden
dus al in de brief aan de gemeenten? Er moet dus
geen bijkomende informatie worden gegeven?
13.05 Yves Leterme (CVP): Les critères qui
devront être mentionnés dans l'arrêté royal modifié
étaient donc déjà énoncés dans la lettre adressée
aux communes? Confirmez-vous qu'aucune
information complémentaire ne doit, dès lors, être
donnée?
13.06 Minister Antoine Duquesne (Frans): De
redenen zijn genoegzaam bekend. Het betreft
objectieve criteria die u goed kent. De bepalingen
inzake drugs worden gehandhaafd. Ik heb de
gemeenten met weinig problemen gevraagd deze
taak op zich te nemen. Ik kreeg al een positief
antwoord van het Waals Gewest.
13.06 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
Les raisons sont bien connues et il s'agit de critères
objectifs que vous connaissez bien. Les dispositions
concernant la drogue seront maintenues. J'ai
demandé aux communes n'ayant que peu de
problèmes d'en prendre la charge. J'ai déjà reçu la
réponse positive de la Région wallonne.
13.07 Yves Leterme (CVP): Ik verwijs nog even
naar de toestand in West-Vlaanderen, waar
Knokke-Heist wel nog aanspraak maakt op een
veiligheidscontract en andere gemeenten, die er
financieel minder goed voorstaan, niet. Dat doet
vragen rijzen, ook bij transparantie en duidelijkheid
van de criteria.
13.07 Yves Leterme (CVP): Je voudrais me
référer encore une fois à la situation en Flandre
occidentale, où Knokke-Heist sollicite un contrat de
sécurité alors que d'autres communes plus pauvres
ne le font pas. Cela suscite des questions quant à la
transparence et à la clarté des critères.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
medische bescherming en controle bij de
politiediensten" (nr. 5002)
14 Question de M. Ludwig Vandenhove au
ministre de l'Intérieur sur "la protection médicale
et le contrôle médical du personnel de police"
(n° 5002)
14.01 Ludwig Vandenhove (SP): Ik zal niet heel
mijn vraag voorlezen, de minister kent de inhoud
14.01 Ludwig Vandenhove (SP): Je ne vais pas
lire l'intégralité de ma question à haute voix, le
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
17
ervan.


Er bestaat nog heel wat onduidelijkheid. Welke
formulieren zijn nodig, welke documenten, welke
geneesheren zijn bevoegd? Hoe werkt alles in de
praktijk? Komt er een rondzendbrief? In de korpsen
bestaat ongerustheid.
ministre en connaît le contenu.

De nombreuses imprécisions subsistent. Quels
formulaires et quels documents doit-on utiliser ?
Quels médecins sont compétents ? Comment le
système fonctionne-t-il dans la pratique ? Une
circulaire sera-t-elle envoyée ? Les corps de police
sont inquiets.
14.02 Minister Antoine Duquesne (Frans): De
omzendbrief over de medische dienst van de
geïntegreerde politie werd aan de vaste commissie
voor de gemeentepolitie en aan de korpsen van de
gemeentepolitie gestuurd. Een exemplaar is tot uw
beschikking. Wat uw vijfde vraag betreft, verwijs ik
naar de parlementaire vragen nrs. 4404 en 4470 en
naar de betrokken omzendbrief. Wat uw zesde
vraag aangaat, verwijs ik u naar mijn antwoord op
de parlementaire vraag nr. 4403.
14.02 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
La circulaire relative au service médical de la police
intégrée a été envoyée à la Commission
permanente de la Police communale et aux corps
de la police communale. Un exemplaire est à votre
disposition. Je vous renvoie aux questions
parlementaires n°
s
4404 et 4470 ainsi qu'à la dite
circulaire pour votre question numéro 5. Quant à
votre question n° 6, je vous renvoie à ma réponse à
la question parlementaire n° 4403.
14.03 Ludwig Vandenhove (SP): Wat vraag vijf
betreft, heb ik dat wel degelijk gelezen: de minister
heeft toen gezegd dat het aan de lokale korpschef
is om dat zelf te organiseren.

De rondzendbrief heb ik nog niet ontvangen. Geeft
die op alle vragen een zeer correct antwoord?
14.03 Ludwig Vandenhove (SP): Pour ce qui est
de ma question n° 5, j'ai bien lu ce que le ministre
avait dit à l'époque, à savoir qu'il appartenait au
chef de corps local d'organiser cela lui-même.

Quant à la circulaire, je ne l'ai pas encore reçue.
Mais contient-elle des réponses très concrètes à
toutes les questions ?
14.04 Minister Antoine Duquesne (Frans): De
omzendbrief waarin wordt uitgelegd waarom een
beroep wordt gedaan op een ruimer spectrum van
erkende artsen wordt binnenkort bekendgemaakt.
Ik zal nakijken waarom u deze omzendbrief in Sint-
Truiden niet heeft ontvangen.
14.04 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
La circulaire clarifiant l'appel à un spectre plus large
de médecins agréés va sortir incessament. Je vais
vérifier pourquoi vous n'avez pas reçu la circulaire à
Saint-Trond.

14.05 Ludwig Vandenhove (SP): Wat is de
timing voor de rondzendbrief in voorbereiding?
14.05 Ludwig Vandenhove (SP): Quand la
circulaire en préparation devrait-elle être diffusée ?
14.06 Minister Antoine Duquesne (Frans) : Ik zal
het nakijken.
14.06 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
Je vérifierai.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de extra-
legale voordelen voor politieambtenaren"
(nr. 5003)
15 Question de M. Ludwig Vandenhove au
ministre de l'Intérieur sur "les avantages
extralégaux du personnel de police" (n° 5003)
15.01 Ludwig Vandenhove (SP): De gemeenten
zouden hun politieambtenaren niet langer andere
extralegale voordelen mogen toekennen dan die
bepaald door de wet en het KB. Dat doet problemen
rijzen in gemeenten waar al een sociale dienst voor
het politiepersoneel werkzaam was.

Kan de minister verduidelijking geven over
organisatie van een sociale dienst of het toekennen
15.01 Ludwig Vandenhove (SP): Les communes
ne pourraient plus désormais accorder à leurs
fonctionnaires de police des avantages extralégaux
autres que ceux fixés par la loi et l'arrêté royal.
Cette mesure risque de poser des problèmes dans
les communes où il existait un service social
réservé aux membres du personnel de police.
Le ministre pourrait-il apporter des précisions quant
à l'organisation d'un service social ou à l'octroi
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
18
van een kapitalisatieverzekering?
d'une assurance hospitalisation ?
15.02 Minister Antoine Duquesne (Frans): Het is
de lokale politie verboden in een politiezone een
sociale dienst te behouden of op te richten en haar
personeel sociale voordelen te bieden. De sociale
voordelen verdwijnen niet, in tegendeel.

Artikel 119 van de wet van 7 december 1998
waarborgt een eenvormig statuut. Voorts mag ook
artikel 11 van de wet van 24 maart 1999 tot regeling
van de betrekkingen tussen de overheid en de
vakverenigingen van het personeel van de
politiediensten niet uit het oog worden verloren.
Ingevolge de onderhandelingen met de vakbonden
is in 2000 overeengekomen dat de sociale dienst
bedoeld in het voormelde artikel 11 in
samenwerking met de RSZ/PPO zal worden
ingesteld en de lokale politie dezelfde voordelen zal
bieden als voorheen. Er is een technische
werkvergadering georganiseerd en een "directie
sociale zaken" opgezet. Binnenkort zal een
concreet voorstel ter discussie worden gebracht.


De lokale politie van een zone kan haar
personeelsleden en hun gezin niet langer een
hospitalisatieverzekering verstrekken. De leden van
het operationeel kader en sommige leden van het
administratief en logistiek kader genieten immers
gratis medische verzorging, hospitalisatie
inbegrepen.

De leden van het CALOG genieten een
hospitalisatieverzekering waarover de directeur van
de directie sociale zaken zich momenteel buigt.

Op grond van de voorstellen die mij worden
gedaan, zal ik de precieze regels en voorwaarden
voor een overheidstegemoetkoming in de premie
vaststellen.
Ten slotte zal de ziekteverzekering als dusdanig
voor sommigen deel uitmaken van hun oude
statuut. De personeelsleden die voor het behoud
van hun oorspronkelijk statuut kozen, behouden
deze verzekering. Zij zijn echter in de minderheid.
15.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
La police locale, dans une zone de police, ne peut
plus ni conserver de service social ou en créer un,
ni prévoir d'avantages sociaux pour son personnel.
Les avantages sociaux ne disparaissent nullement,
au contraire.
L'article 119 de la loi du 7 décembre 1998 garantit
un statut uniforme et il ne faut pas perdre de vue
l'article 11 de la loi du 24 mars 1999 établissant les
relations entre les autorités publiques et les
organisations syndicales du personnel des services
de police.

Suite aux négociations avec les syndicats, il a été
convenu en 2000 que le service social visé à
l'article 11 susmentionné sera mis en oeuvre avec
l'ONSS/APL et proposera les mêmes avantages
que les services sociaux offerts actuellement aux
membres des polices locales. Une réunion de
travail technique a été organisée et une « direction
des affaires sociales » a été mise sur pied. Dans un
futur proche, une proposition concrète sera mise en
discussion.

D'autre part, la police locale d'une zone de police ne
peut plus offrir d'assurance hospitalisation aux
membres de son personnel et à leur famille. En
effet, les membres du cadre opérationnel et certains
membres du cadre administratif et logistique
bénéficient des soins médicaux gratuits, y compris
en cas d'hospitalisation.

Les membres du CALOG bénéficient d'une
assurance hospitalisation sur laquelle travaille
actuellement le directeur de la direction des affaires
sociales.
Sur base des propositions qui me seront faites, je
déterminerai les règles précises et les conditions de
l'intervention de l'autorité dans la prime.

Enfin, l'assurance hospitalisation en tant que telle
fait partie, pour certains, de leur ancien statut. Les
membres du personnel qui ont opté pour le
maintien de leur statut d'origine conservent cette
assurance ; mais ce n'est pas le plus grand
nombre.
15.03 Ludwig Vandenhove (SP): Begrijp ik het
goed dat de sociale voordelen die samenvallen met
die van de steden en gemeenten wegvallen?
15.03 Ludwig Vandenhove (SP): Si j'ai bien
compris, les avantages sociaux qui coïncident avec
ceux octroyés par les villes et les communes
disparaissent?
15.04 Minister Antoine Duquesne (Frans) : Wij
zullen sociale regelingen hebben die geïnspireerd
zijn op die van het gemeentepersoneel.
15.04 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
Nous aurons des régimes sociaux calqués sur celui
des personnels communaux.
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
19
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Vraag van de heer Jean-Jacques Viseur tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
aanstelling van een burgemeester te Lobbes"
(nr. 5021)
16 Question de M. Jean-Jacques Viseur au
ministre de l'Intérieur sur "la désignation d'un
Bourgmestre à Lobbes" (n° 5021)
16.01 Jean-Jacques Viseur (PSC): De Koning
heeft op 2 april 2001 de heer André Bondroit tot
burgemeester van de gemeente Lobbes benoemd.
Op 12 oktober 2000 werd bij de gouverneur van de
provincie Henegouwen een akte van voordracht van
de heer Marcel Basile als kandidaat-burgemeester
ingediend. Die akte was ondertekend door de zes
verkozenen van de PSC-lijst en vier verkozenen van
de PS-lijst, onder wie de heer Bondroit. Op 16
november 2000 werd bij de gouverneur van
Henegouwen eveneens een akte van voordracht
van de heer Bondroit voor de functie van
burgemeester ingediend. De heer Bondroit heeft die
voordracht aanvaard en heeft de akte ondertekend,
net als drie andere PSC-verkozenen en zes
verkozenen van de PRL-MCC-lijst.
16.01 Jean-Jacques Viseur (PSC): Le 2 avril
2001, le Roi a désigné M. André Bondroit comme
bourgmestre de la commune de Lobbes. Le 12
octobre 2000, un acte de présentation de M. Marcel
Basile en qualité de candidat-bourgmestre était
déposé entre les mains du gouverneur de la
province de Hainaut. Cet acte était signé pas les six
élus de la liste PSC et quatre élus de la liste PS
dont M. Bondroit. Le 16 novembre 2000, un acte de
présentation de M. Bondroit aux fonctions de
bourgmestre fut également déposé entre les mains
du gouverneur du Hainaut. M. Bondroit a accepté
cette présentation, a signé l'acte ainsi que trois
autres élus de la liste PSC et les six élus de la liste
PRL-MCC.
Bij een eerste koninklijk besluit van 7 januari 2001
werd geoordeeld dat de voordrachten van de heren
Basile en Bondroit niet konden worden aanvaard; er
diende een nieuwe voordracht van een kandidaat te
worden gedaan.

Daarop werd de heer Bondroit opnieuw
voorgedragen, en uiteindelijk ook bij koninklijk
besluit aangesteld.

Die aanstelling staat geheel haaks op de circulaire
van 26 juli 2000, die bepaalt dat wie meer dan eens
een akte van voordracht ondertekent, geen
kandidaat-burgemeester meer kan zijn. Die
circulaire ligt geheel in de lijn van de wet van 2
januari 1987.

Hoe valt die inbreuk op de wet van 2 januari 1987
en op de circulaire van 26 juli 2000 te
verantwoorden ?
Un premier arrêté royal du 7 janvier 2001 a estimé
que les présentations de MM. Basile et Bondroit
n'étaient pas accueillies et a requis une nouvelle
présentation d'un candidat.


M. Bondroit a alors été représenté et désigné par
arrêté royal.


Cette désignation est en totale contradiction avec la
circulaire du 26 juillet 2000 qui stipule que celui qui
signe plus d'une fois un acte de présentation ne
peut plus être candidat-bourgmestre. De plus, cette
circulaire s'inscrit dans le droit fil de la loi du 2
janvier 1987.

Comment justifiez-vous la violation de la loi du 2
janvier 1987 et de la circulaire du 26 juillet 2000 ?
16.02 Minister Antoine Duquesne (Frans): De
heer Basile heeft bij de Raad van State een
verzoekschrift ingediend tot vernietiging van het
koninklijk besluit van 2 april 2001 waarbij zijn
kandidatuur voor het ambt van burgemeester van
Lobbes werd verworpen en de heer Bondroit tot
hetzelfde ambt werd benoemd.

Onder voorbehoud van het antwoord van de Raad
van State moet ik u antwoorden dat alle kandidaten
die door een meerderheid van de verkozen leden
van de gemeenteraad kunnen verkozen worden,
meer dan één voordrachtsakte hebben
16.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Une requête en annulation de l'arrêté royal du 2
avril 2001 n'accueillant pas la candidature de M.
Basile aux fonctions de bourgmestre de Lobbes et
nommant M. Bondroit aux mêmes fonctions a été
introduite devant le Conseil d'État par M. Basile.


Sous réserve de la décision du Conseil d'État, je
vous répondrai que les différents candidats
susceptibles de rallier sur leur nom une majorité
des élus au conseil avaient tous apposé leur
signature sur plus d'un acte de présentation.
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
20
ondertekend.

Daarnaast wordt in de omzendbrief van 26 juli 2000
duidelijk bepaald dat het tot de discretionaire
bevoegdheid van de minister van Binnenlandse
Zaken behoort de benoeming van een kandidaat die
meer dan één keer getekend heeft, niet door de
Koning te laten ondertekenen.

Daaruit kan echter ook, a contrario, worden afgeleid
dat het tot dezelfde discretionaire bevoegdheid van
de minister van Binnenlandse Zaken behoort een
dergelijke kandidaat door de Koning te laten
benoemen wanneer, zoals in dit geval, het
onmogelijk blijkt een andere kandidaat te vinden die
zich terzake niets te verwijten heeft.


Par ailleurs, la circulaire du 26 juillet 2000 prévoit
clairement qu'il relève du pouvoir discrétionnaire du
ministre de l'Intérieur de ne pas présenter à la
signature royale la nomination d'un candidat ayant
signé plus d'une fois.


On peut toutefois en déduire a contrario qu'il relève
du même pouvoir discrétionnaire du ministre de
proposer un tel candidat à la nomination par le Roi
lorsque, comme c'est le cas en l'occurrence, il
s'avère impossible de trouver un autre candidat
vierge de toute faute à cet égard.
16.03 Jean-Jacques Viseur (PSC): De enige
oplossing lijkt erin te bestaan de burgemeesters
door de kiezers te laten aanwijzen.
Wij zullen zien in welke richting de rechtspraak
evolueert.

Het incident is gesloten.
16.03 Jean-Jacques Viseur (PSC): La seule
solution semble être de donner le choix aux
électeurs d'élire les bourgmestres.
Nous verrons comment la jurisprudence tranchera.


L'incident est clos.
17 Interpellatie van de heer Vincent Decroly tot
de minister van Binnenlandse Zaken over "de
verklaringen van de minister in De Morgen van 22
juni 2001 en de aanhoudende blokkering van en
zelfs teruggang in de Belgische projecten
betreffende de opvang van niet-begeleide
minderjarige asielzoekers en zeer jonge
vluchtelingen (nr. 843)"
17 Interpellation de M. Vincent Decroly au
ministre de l'Intérieur sur "les déclarations du
ministre parues dans le Morgen du 22 juin 2001 et
les blocages persistants - voire les régressions -
des projets de la Belgique en matière d'accueil
des mineurs d'âge en exil et des enfants
réfugiés" (n° 843)
17.01 Vincent Decroly (ECOLO-AGALEV):
Tijdens de debatten van 1996 over de hervorming
van de wet van 15 december 1980 betreffende de
vreemdelingen uitten verscheidene
parlementsleden hun ongerustheid met betrekking
tot de leemten van de wetgeving inzake de opvang
en de bescherming van de buitenlandse
minderjarigen die zich aanmelden aan onze
landsgrenzen of die zich op ons grondgebied
bevinden.

Voorzitter: Jozef Van Eetvelt

De minister ging toen de verbintenis aan om het
probleem op te lossen.
In deze zittingsperiode heeft de minister van Justitie
aangekondigd dat hij een ontwerp zou indienen tot
invoering van een specifiek toezicht voor
buitenlandse jongeren.
Onder de leiding van de minister van Binnenlandse
Zaken werden diverse groepen ingesteld met als
taak zich te bezinnen over een specifieke procedure
voor buitenlandse minderjarigen naar aanleiding
van een mededeling van het "Plateforme mineurs
17.01 Vincent Decroly (ECOLO-AGALEV): Lors
des débats de 1996 sur la réforme de la loi du 15
décembre 1980 sur les étrangers, plusieurs députés
s'étaient émus des carences de la législation dans
le domaine de l'accueil et de la protection des
mineurs d'âge étrangers qui se présentent aux
frontières ou sur le territoire.




Président: Jozef Van Eetvelt

Le ministre s'était engagé à résoudre ce problème.

Lors de cette législature, le ministre de la Justice a
annoncé qu'il allait présenter un projet visant à
instaurer une tutelle spécifique des enfants
étrangers.
Sous la houlette du ministre de l'Intérieur, divers
groupes ont été mis en place pour réfléchir à une
procédure spécifique pour les mineurs étrangers,
suite à une communication de la plate-forme
«Mineurs en exil».
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
21
en exil".
Waarom staat de regering erop buitenlandse
minderjarigen op te sluiten? Zijn geheime centra
geen mogelijkheid? Zal bij de herziening van het
koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende de
gesloten centra rekening worden gehouden met het
verbod om niet-begeleide minderjarigen in gesloten
centra vast te houden? Welke maatregelen zal u
nemen om de bijzondere motivatie te preciseren die
overeenkomstig artikel 118 van het koninklijk besluit
nodig is om minderjarigen een bevel om het
grondgebied te verlaten te verstrekken? Welke
maatregelen worden er genomen om te voorkomen
dat de minderjarigen al in de luchthavens het land
worden uitgezet? Ik onderstreep terzake de rol van
onze verbindingsagenten. Op welke gronden
worden de minderjarigen vastgehouden? Waarom
wordt niet voor open centra geopteerd? Waarom
detentie op de luchthaven organiseren? Wat zijn
daar de waarborgen inzake bescherming van de
minderjarigen? Hoe kunnen wij op Europees niveau
een solidair systeem op poten zetten waarbij de last
wordt gedeeld?
Pourquoi le gouvernement s'obstine-t-il à enfermer
les mineurs étrangers? Des centres secrets ne
pourraient-ils être envisagés
? L'interdiction de
détenir en centres fermés des mineurs isolés sera-
t-elle envisagée lors de la révision de l'arrêté royal
du 4 mai 1999 sur les centres fermés ? Quelles
dispositions comptez-vous prendre pour préciser
les motivations spéciales exigées par l'article 118
de l'arrêté royal du 8 octobre 1981, relatif à la
délivrance d'un ordre de reconduire
? Quelles
mesures sont-elles prises pour éviter le refoulement
de mineurs aux aéroports ? J'insiste sur le rôle de
nos agents de liaison en cette matière. Sur quelle
base la détention de mineurs est-elle établie ?
Pourquoi ne pas opter pour les centres ouverts ?
Pourquoi organiser la détention à l'aéroport
?
Quelles sont, là, les garanties de protection pour
ces mineurs
? Comment organiser au niveau
européen un système solidaire de partage de la
charge ?
U verwijst naar de problematiek van de toestroom
van minderjarigen, met name in Nederland. Zij
zouden momenteel terugkrabbelen? Ik denk dat
men daar nochtans niet van zins is daar gesloten
centra op te richten.

Hoe zit het met het gesloten centrum nabij de
luchthaven? Het is belangrijk dat die minderjarigen
snel een voogd krijgen toegewezen zodat zij de
luchthaven zo spoedig mogelijk kunnen verlaten.
Zullen in dat centrum minderjarigen kunnen worden
opgesloten die op ons grondgebied werden
opgepakt?
Vous évoquez la problématique de l'afflux de
mineurs, aux Pays-Bas notamment.
Ceux-ci feraient actuellement marche arrière ? Je
pense qu'il ne s'agit pourtant pas d'y installer des
centres fermés.

Qu'en sera-t-il du centre fermé à l'aéroport ? Il est
important, pour ces mineurs, qu'un tuteur leur soit
désigné rapidement afin qu'ils puissent quitter
l'aéroport le plus vite possible.
Ce centre pourra-t-il détenir des mineurs
appréhendés sur notre territoire ?
17.02 Minister Antoine Duquesne (Frans) :
Volgens u zou elke minderjarige die zich aanmeldt
aan onze grens, met of zonder papieren,
onmiddellijk en zonder dat kan worden nagegaan of
de zelfverklaarde minderjarige wel degelijk
minderjarig is, toegang moeten krijgen tot ons
grondgebied en hier vervolgens moeten kunnen
verblijven, alleen maar omdat hij verklaart
minderjarig te zijn. En minderjarigen zonder
papieren moeten volgens u in open centra worden
ondergebracht.

Wij bekommeren ons wel degelijk om de situatie
van de niet-begeleide minderjarigen. Ik heb het
initiatief genomen werkgroepen in te stellen die
specifieke antwoorden moeten formuleren met de
bedoeling de situatie van de minderjarigen te
verbeteren.
17.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Vous prétendez que toute personne se présentant à
l'une des frontières du royaume, même sans
document, devrait immédiatement, sans que puisse
être examinée la minorité alléguée, être autorisée à
accéder au territoire puis à y séjourner, cela du seul
fait qu'elle se prétendrait mineure. De plus, les
mineurs sans papiers devraient, selon vous, être
placés dans des résidences ouvertes.


La situation des mineurs non accompagnés est
l'objet de nos préoccupations. J'ai pris l'initiative de
créer des groupes de travail chargés d'apporter des
réponses spécifiques et dont l'objectif est
d'améliorer la situation de ces mineurs.


Il faut savoir qu'un mineur arrive le plus souvent en
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
22
Minderjarigen komen doorgaans naar België met de
hulp van mensensmokkelaars. Er moet dus
onmiddellijk voor bescherming worden gezorgd. Als
ze in open centra terechtkomen, garandeert niets
ons dat ze er niet uit komen en aldus in de handen
van criminele organisaties vallen. De onderscheiden
betrokken departementen hebben dan ook
voorgesteld om een beveiligd centrum in te richten
aan de grens, waarin enkel minderjarigen worden
opgevangen en dat ook specifiek op minderjarigen
is berekend. De minderjarige vreemdelingen
kunnen medische verzorging, psychologische steun
en sociale bijstand krijgen. Binnen die structuur
kunnen er ook activiteiten worden georganiseerd
met de kinderen gedurende hun verblijf in ons land.

Door minderjarigen op te vangen in gesloten centra
kunnen we hen beschermen en tevens voorkomen
dat er misbruik gemaakt wordt van het systeem,
want heel wat zelfverklaarde minderjarigen zijn in
werkelijkheid meerderjarig en hopen alleen maar op
die manier de Schengenruimte zonder verdere
formaliteiten binnen te geraken. Bij gebrek aan
wetenschappelijk onderbouwde alternatieven, zal ik
de leeftijd laten bepalen aan de hand van een
radiografie van het polsgewricht.

Uit studies van Child Focus, de KUL en de IOM
blijkt dat 90% van de kinderen die verdwijnen in
opvangcentra zaten met het door u zo bepleite open
regime. Het hogere belang van het kind moet
vooropstaan.



De wet van 15 december 1980 betreffende de
toegang tot het grondgebied, het verblijf, de
vestiging en de verwijdering van vreemdelingen is
van toepassing wanneer een minderjarige in een
beveiligd centrum aan de grens wordt geplaatst. Die
wet zegt niet dat men zomaar toegang tot het
grondgebied krijgt omdat men minderjarig beweert
te zijn.
Belgique en ayant recours à des filières. Il importe
donc de le protéger immédiatement. S'il est placé
dans une résidence ouverte, rien ne pourra garantir
qu'il n'en sorte pas et ne tombe entre les mains
d'organisations criminelles. Les différents
départements concernés ont donc proposé que soit
créé un centre sécurisé à la frontière, n'accueillant
que des mineurs, conçu et encadré spécifiquement
pour eux. Ces mineurs bénéficieront donc d'une
assistance médicale, psychopédagogique et
sociale. Cette structure permettrait d'organiser des
activités avec les enfants durant leur séjour qui sera
de très courte durée.



Le passage des mineurs au sein des centres
fermés existants permet de les protéger et d'éviter
les abus du système car de nombreuses personnes
se déclarant mineures sont majeures dans les faits,
espérant ainsi accéder à l'espace Schengen sans
autres formalités. Je ferai aussi procéder à une
radiographie du poignet, faute d'alternative
sérieuse.



Plusieurs études réalisées par Child Focus, la KUL
et l'IOM démontrent que 90 % des enfants qui
disparaissent se trouvaient, avant leur disparition,
dans des centres d'hébergement, c'est-à-dire les
résidences ouvertes que vous préconisez. C'est
l'intérêt supérieur de l'enfant qui doit
impérativement être pris en considération.

C'est la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au
territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement
qui est appliquée quand un mineur est placé dans
un centre sécurisé à la frontière. Cette loi ne stipule
pas qu'il suffise de se déclarer mineur pour accéder
automatiquement au territoire.
Luidens de beslissing van de ministerraad van 1
november 2000 moeten beveiligde centra worden
opgericht opdat de kinderen niet meer worden
gehuisvest in centra die niet voor hen geschikt zijn.
Ik zal er bij mijn collega's op aandringen dat centra
worden opgericht die specifiek voor de opvang van
minderjarigen zijn bestemd. Nu hebben de
besprekingen betrekking op het budgettaire aspect
van die problematiek. Ondertussen blijven niet-
begeleide minderjarigen in gesloten centra.

De toezichthoudende dienst zal op de hoogte
worden gebracht van de aanwezigheid van de
minderjarige aan de grens en zal met hem contact
La décision du Conseil des ministres du 1
er
novembre 2000 stipule que les centres sécurisés
doivent être créés afin que les enfants ne soient
plus hébergés dans des centres qui ne sont pas
conçus pour eux.
J'insiste auprès de mes collègues pour que des
centres spécifiques dans l'accueil des mineurs
soient créés. Les discussions portent actuellement
sur l'aspect budgétaire de cette problématique.
Entre-temps, les mineurs non accompagnés seront
maintenus dans les centres fermés.
Le service des tutelles sera informé de la présence
du mineur à la frontière et prendra contact avec lui.
Dès que l'état de minorité est confirmé, ce service
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
23
opnemen. Zodra de minderjarigheid wordt
bevestigd, zal deze dienst een voogd aanwijzen die
contact met het kind zal opnemen. Een
identificatiefiche zal worden opgemaakt ten
behoeve van de betrokken diensten en een
hoorzitting zal pas kunnen plaatsvinden binnen een
termijn van vier dagen zodat het kind de tijd heeft
om zich geleidelijk aan thuis te voelen. Op basis
van die fiche zal worden uitgemaakt wie het kind
tijdens de reis heeft vergezeld en waar zijn familie
zich bevindt. In voorkomend geval zal de
minderjarige naar zijn familie worden teruggestuurd
waarbij de voogd hem of haar zo best mogelijk op
die terugkeer voorbereidt. In dat geval kan het kind
steun genieten.
désignera un tuteur qui prendra contact avec
l'enfant. Une fiche d'identification sera établie par
les services concernés et une audition ne pourra
être réalisée que dans un délai de quatre jours pour
permettre à l'enfant de s'acclimater. Cette fiche
déterminera qui a accompagné le mineur durant le
voyage et où se trouve la famille de celui-ci. Le cas
échéant, le mineur sera reconduit auprès de sa
famille, le tuteur le préparant au mieux à ce retour
pour lequel un soutien est prévu.
Indien de toegang tot het grondgebied wordt
toegestaan, zou het kind worden gehuisvest in
observatie- en oriënteringscentra. Indien het niet in
gevaar verkeert, zou het aan een `open centrum'
worden toevertrouwd.
Voor de minderjarigen die in gevaar verkeren,
werken wij momenteel aan een specifiek
beschermingsysteem.
Een minderjarige aan wie de toegang tot het
grondgebied werd toegestaan, zal niet terugkeren
naar het beveiligd centrum dat in de grensstreek is
gevestigd.
Alle door deze jongeren ingediende asielaanvragen
worden geregistreerd en geanalyseerd met
inachtneming van de huidige wetgeving terzake. De
minderjarigen die een asielaanvraag indienen
worden ondervraagd door daartoe speciaal
opgeleide ambtenaren. Elke aanvraag is het
voorwerp van een specifieke beslissing. Indien de
aanvraag ontvankelijk wordt verklaard, wordt het
kind ten laste genomen door de toezichtsdienst van
gemeen recht. Wanneer de aanvraag wordt
afgewezen, wordt het kind niet het bevel gegeven
het grondgebied te verlaten aangezien het een
bevel tot uitzetting betreft.
Si l'accès au territoire est accordé, l'enfant serait
hébergé au sein de « centres d'observation et
d'orientation ». Si l'enfant n'est pas en danger, il
sera orienté vers un centre ouvert.

Pour les mineurs en danger, nous élaborons
actuellement un système de protection spécifique.

Un mineur dont l'accès au territoire est accordé ne
retournera pas dans le centre sécurisé situé à la
frontière.

Toutes les demandes d'asile introduites par ces
mineurs sont enregistrées et analysées dans le
respect de la législation existante. Les mineurs qui
introduisent une demande d'asile sont entendus par
des agents formés spécialement. Chaque demande
fait l'objet d'une décision propre. Si elle est
recevable, l'enfant est pris en charge par le service
de tutelle du droit commun. S'il est débouté, il ne
reçoit pas d'ordre de quitter le territoire puisqu'il
s'agit d'un ordre de reconduire.
Onze Nederlandse partners zijn niet meer in staat
de niet-vergezelde minderjarigen die een beroep op
hen doen een passend kader te bieden en zij stellen
vast dat hun huidig systeem enkel de netwerken ten
goede komt. Ik wil niet met een dergelijke
rampzalige situatie worden geconfronteerd. De
problemen waarmee zij momenteel te maken
hebben, houden geen enkel verband met het
Belgisch asielbeleid, aangezien de nationaliteiten
die ginds asiel aanvragen niet dezelfde zijn als die
welke het in België aanvragen.

Ten slotte zou een Europees statuut moeten
worden uitgewerkt voor de niet-vergezelde
minderjarigen en moeten preventieve maatregelen
worden getroffen om de mensenhandel nog
Nos partenaires hollandais, quant à eux, ne sont
plus en mesure d'offrir un cadre adéquat aux
mineurs non accompagnés qui les sollicitent et
constatent que leur système actuel ne favorise que
les filières. Je ne veux pas être confronté à pareille
situation dramatique. Les problèmes qu'ils
rencontrent actuellement n'ont aucun rapport avec
la politique d'asile belge puisque les nationalités qui
demandent l'asile là-bas ne sont pas les mêmes
que celles qui le demandent en Belgique.


Enfin, il faudrait élaborer un statut européen pour
les mineurs non accompagnés, et adopter des
mesures de prévention pour lutter encore plus
efficacement contre la traite des êtres humains.
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
24
doeltreffender te bestrijden. Ik wil het Belgisch
voorzitterschap aangrijpen om het eerste gedeelte
van het dossier te bespoedigen en voor wat het
tweede gedeelte betreft, de ideeën op langere
termijn te laten rijpen.
J'entends utiliser la présidence belge pour faire
avancer le dossier en ce qui concerne le premier
volet et faire avancer les idées ­ à plus long terme ­
pour le second volet.
17.03 Vincent Decroly (ECOLO-AGALEV): Wij
moeten evolueren naar een specifieke regeling voor
minderjarigen. Bepaalde denksporen zijn
interessant. De gesloten centra zijn niet beveiligd,
maar er zal in een omkadering worden voorzien. Als
de minderjarige inziet dat hij goed begeleid wordt,
zal hij het spel meespelen. Momenteel wagen zij
ontsnappingspogingen omdat zij zich onbegrepen
en niet geholpen voelen. Het probleem bestaat al
sinds 1996 want uw voorgangers hebben het daar
al met mij over gehad. Wat het precieze geval
betreft waarnaar u verwijst, zal ik u een nota
bezorgen. Ik vrees echter dat het geen alleenstaand
geval betreft, maar slechts het topje van een ijsberg
die volgens mij een echte ramp betekent.
17.03 Vincent Decroly (ECOLO-AGALEV):Nous
devons évoluer vers un système spécifique pour les
mineurs. Des pistes sont intéressantes. Les centres
fermés ne sont pas sécurisés mais seront
contournés. Si le mineur comprend qu'il est bien
encadré, il jouera le jeu. Les «évasions» actuelles
se passent car les mineurs ne se sentent pas
compris et aidés. La problématique existe depuis
1996, vos prédécesseurs m'en ayant déjà parlé.
Quant au cas précis dont je vous parlais, je vous
transmettrai une note. Je crains cependant qu'il ne
soit pas un cas isolé mais seulement la partie
émergée d'un iceberg, que je suppose
catastrophique.
Moties
Motions
De voorzitter: Tot besluit van deze bespreking
werden volgende moties ingediend.
Le président: En conclusion de cette discussion les
motions suivantes ont été déposées.
Een motie van aanbeveling werd ingediend door de
heer Vincent Decroly en luidt als volgt:
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer Vincent
Decroly
en het antwoord van de minister van Binnenlandse
Zaken,
1. beveelt de regering aan zich voor het einde van
het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie
te conformeren aan de Resolutie van de Raad van
de EU van 26 juni 1997 betreffende de opvang van
minderjarige buitenlanders, met name door, zoals
herhaaldelijk werd aangekondigd, concreet werk te
maken van een specifieke opvangstructuur, door de
behoeften en de belangen van die minderjarigen te
onderzoeken en door de onderhandelingen met de
gemeenschappen over een verdeling van de
dienovereenkomstige budgettaire lasten tot een
goed einde te brengen;
2. wenst dat alle plannen voor de oprichting van
gesloten centra voor minderjarige buitenlanders
worden opgeborgen en spreekt haar duidelijke
voorkeur uit voor eventueel geheime open
opvangcentra, waar de veiligheid van de
minderjarigen zou zijn gewaarborgd en hun
belangen diepgaand zouden worden onderzocht,
wanneer zij niet snel met hun gezin kunnen worden
herenigd en evenmin onderdak kunnen vinden bij
een OCMW, een dienst voor jeugdzorg of een
opvanggezin."
Une motion de recommandation a été déposée par
M. Vincent Decroly et est libellée comme suit:
"La Chambre,
ayant entendu l'interpellation de M. Vincent Decroly
et la réponse du ministre de l'Intérieur,
1. recommande au gouvernement de se conformer,
avant la fin de la présidence belge de l'Union
européenne, à la Résolution du Conseil de l'Union
européenne du 26 juin 1997 relative à l'accueil des
mineurs étrangers, notamment en concrétisant
l'option plusieurs fois annoncée d'un dispositif
spécifique d'accueil et d'examen des besoins et de
l'intérêt de ces mineurs et en aboutissant dans ses
négociations avec les Communautés sur la
répartition des prises en charge budgétaires
correspondantes;
2. souhaite que soit évité tout projet de centre fermé
pour mineurs étrangers et marque sa nette
préférence pour des centres d'accueil ouverts
éventuellement secrets, où la sécurité des mineurs
serait assurée et leur intérêt, étudié en finesse ­
s'ils ne peuvent être rapidement réunis à leur
famille ni hébergés par un CPAS, un service d'aide
à la jeunesse ou une famille d'accueil."
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
25
Een eenvoudige motie werd ingediend door de heer
Willy Cortois.
Une motion pure et simple a été déposée par M.
Willy Cortois.
Over de moties zal later worden gestemd. De
bespreking is gesloten.
Le vote sur les motions aura lieu ultérieurement. La
discussion est close.
18 Vraag van de heer Jo Van Eetvelt tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
werking van de geïntegreerde politiedienst"
(nr. 5064)
18 Question de M. Jo Van Eetvelt au ministre de
l'Intérieur sur "le fonctionnement du service de
police intégré" (n° 5064)
18.01 Jozef Van Eetvelt (CVP): De Dirco's vragen
de lokale politie sommige van de federale
ondersteunende opdrachten, zoals bemanning van
dispatching of informatiekruispunt, zelf uit te voeren.


Is de minister op de hoogte van deze problemen?
Moet de lokale politie opdraaien voor die taken?
Kunnen ze niet worden vervuld door federaal
CALOG-personeel?
18.01 Jozef Van Eetvelt (CVP): Les DIRCO
demandent à la police locale d'effectuer elle-même
certaines missions d'appui de la police fédérale,
telles que l'affectation de personnel au dispatching
ou le carrefour d'information.

Le ministre est-il au courant de ces problèmes? La
police locale est-elle tenue d'assurer ces missions?
Celles-ci ne peuvent-elles être mises en oeuvre par
le personnel du service fédéral qu'est le CALOG?
18.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
Tot de invoering van ASTRID staat het de
gemeente- en de lokale politie vrij om ofwel hun
eigen dispatchingcentrale te organiseren en te
bemannen, of om gebruik te maken van de
communicatiecentra.

In het laatste geval is het logisch dat de betrokken
korpsen een bijdrage leveren aan de
dispatchingcentrale door een proportionele
terbeschikkingstelling van personeel. De kosten van
deze infrastructuur worden immers integraal
gedragen door de federale politie.

Het leeuwendeel van het personeel van de
arrondissementele informatiekruispunten wordt nog
steeds geleverd door de federale politie. Gelet op
het streven naar een geïntegreerde werking van de
politiediensten, is het wenselijk dat ook de korpsen
van de lokale politie personeel ter beschikking
stellen om deze diensten te bemannen.
18.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais): Jusqu'à la mise en service d'ASTRID,
la police communale et locale a le choix soit
d'organiser elle-même un central de dispatching et
d'y affecter du personnel, soit d'utiliser les centres
de communication.

Dans ce dernier cas, la logique veut que les corps
concernés contribuent à l'organisation d'un central
de dispatching en y affectant des membres de leur
personnel, sur une base proportionnelle. Les coûts
de cette infrastructure sont, en effet, supportés
intégralement par la police fédérale.

La plus grande partie des membres du personnel
des carrefours d'information organisés à l'échelle
des arrondissements est toujours fournie par la
police fédérale. Compte tenu de la volonté
d'organiser le fonctionnement des services de
police sur une base intégrée, il est souhaitable que
les corps de la police locale mettent également du
personnel à la disposition de ces services.
18.03 Jozef Van Eetvelt (CVP): Dit antwoord is
niet goed voor de lokale politie, die moet opdraaien
voor ondersteunende taken als dispatching en
informatiekruispunt. Die taken dreigen daardoor in
het gedrang te komen. Ik pleit ervoor dat deze
coördinerende taken zouden worden uitgevoerd
door het federale niveau.
18.03 Jozef Van Eetvelt (CVP): Votre réponse ne
sert guère les intérêts de la police locale qui doit
prendre en charge des missions d'appui, telles que
le dispatching et l'organisation d'un carrefour
d'information. La mise en oeuvre de ces tâches se
trouve ainsi menacée. Je plaide pour que ces
missions de coordination soit réalisées par le niveau
fédéral.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
19 Vraag van de heer Willy Cortois tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de vervanging
19 Question de M. Willy Cortois au ministre de
l'Intérieur sur "le remplacement de la carte SIS"
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
26
van de SIS-kaart" (nr. 5070)
(n° 5070)
19.01 Willy Cortois (VLD): Wij vernamen dat in
2003 de identiteitskaart wordt vervangen door een
elektronische kaart. De gedelegeerd bestuurder van
de kruispuntbank zou als coördinator zijn
aangesteld. In feite zou het een uitbreiding van de
SIS-kaart zijn. Dit is een belangrijke stap naar het e-
government.

Zullen die elektronische kaarten, gebaseerd op het
principe van de SIS-kaart, er komen in 2003 en
2004? Hoe zal de controle op het systeem
verlopen? Er zou een hele handel in zake Belgische
papieren bestaan. Zal er voldoende controle zijn op
de identiteit van de kaarthouder? Zal zo'n kaart
duurder uitvallen dan de huidige?
19.01 Willy Cortois (VLD): Il nous revient que la
carte d'identité serait remplacée en 2003 par une
carte électronique. L'administrateur délégué de la
banque carrefour aurait été désigné en qualité de
coordinateur. Dans la pratique, il s'agirait d'un
développement de la carte SIS. Cette mesure
représente un pas important vers le e-government.

Ces cartes électroniques, fondées sur le principe de
la carte SIS, seront-elles mises en circulation en
2003 et en 2004. Comment le système sera-t-il
contrôlé ? Il existerait un trafic important en faux
documents d'identité belges. Le contrôle de
l'identité du détenteur de la carte sera-t-il suffisant?
La nouvelle carte sera-t-elle plus coûteuse que la
carte actuelle ?
19.02 Minister Antoine Duquesne (Frans) : De
regering wil de huidige identiteitskaarten vervangen
door een elektronische identiteitskaart. Er werd
dienaangaande een wetsontwerp opgesteld.

Aan dat ontwerp ligt een theoretische studie ten
grondslag van de firma Computer Science
Corporation, die haar verslag eind mei heeft
ingediend. Het was de bedoeling na te gaan hoe de
identiteitskaart, de elektronische handtekening en
de SIS-kaart geïntegreerd kunnen worden. De
Ministerraad zal uitmaken welke gegevens op de
nieuwe identiteitskaart moeten worden vermeld,
waarna het Parlement uiteindelijk de knoop zal
doorhakken. Bijzondere aandacht gaat uit naar
veiligheid en controle.

De elektronische gegevens op de nieuwe kaart
zullen zeer goed beveiligd worden en enkel met
behulp van speciale apparatuur gelezen kunnen
worden.

Bij diefstal zal men de kaart via een permanent
bereikbare helpdesk kunnen laten blokkeren.
Vervalsingen zijn onmogelijk zonder dat dit te zien
is.

Het wetsontwerp zal de commissie voor de
bescherming van de persoonlijke levenssfeer eerst
om advies worden voorgelegd en daarna in het
Parlement worden ingediend.
19.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Le gouvernement prévoit le remplacement de la
carte d'identité actuelle par une carte d'identité
électronique. Un projet de loi a été rédigé à ce sujet.
A la base du projet se trouve une étude
conceptuelle réalisée par l'entreprise « Computer
Science Corporation »
qui a remis son rapport fin
mai. Le but était d'étudier la façon d'intégrer la carte
d'identité, la signature électronique et la carte SIS.
Le Conseil des ministres décidera quelles données
figureront sur la nouvelle carte et la décision finale
dépendra du Parlement. Une attention particulière
est accordée à l'aspect contrôle et sécurité.



Les données électroniques reprises sur la carte
seront particulièrement protégées et ne seront
lisibles qu'à l'aide d'appareils spéciaux.


En cas de vol, il sera possible de bloquer la carte
auprès d'un help desk ouvert en permanence. Il
sera impossible de falsifier la carte sans que cela
soit visible.

Le projet de loi devra d'abord être transmis pour
avis à la commission pour la protection de la vie
privée avant d'être introduit au Parlement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
20 Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de stand
van zaken inzake de politiehervorming - situatie
in onze hoofdstad" (nr. 5072)
20 Question de M. Karel Van Hoorebeke au
ministre de l'Intérieur sur "l'état de la réforme des
polices, en particulier dans notre capitale"
(n° 5072)
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
27
20.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): De politie-
integratie in de hoofdstad komt moeilijk op gang. Ze
werd bovendien verstoord door een editoriaal in een
politietijdschrift dat bijzonder onvriendelijk was
tegenover de federale politie. Er is nog geen
korpschef bekend.

Wat is de stand van zaken in de Brusselse
politiezone 4? Worden er maatregelen overwogen
naar aanleiding van een editoriaal in het korpsblad?
Loopt er al een aanwervingprocedure voor de
zonechef? Zal de minister erop toezien dat echt
wordt gewerkt aan een nieuwe organisatie? Kan hij
garanderen dat ook de "zachte en menselijke kant
van de hervorming" aandacht krijgt en dat het
personeel voldoende inspraak heeft?
20.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID):
L'intégration des services de police se déroule
plutôt difficilement dans la capitale. En outre, elle a
été perturbée par un éditorial paru dans une revue
de police et qui était particulièrement hostile à la
police fédérale. L'identité du chef de corps n'est pas
encore connue.

Qu'en est-il dans la zone de police 4 à Bruxelles ?
Envisage-t-on de prendre des mesures à la suite de
l'éditorial paru dans cette revue de police ? Une
procédure de recrutement du chef de corps est-elle
en cours ? Le ministre veillera-t-il à ce que la
nouvelle organisation soit réellement appliquée ?
Est-il en mesure de garantir que l'on s'intéressera
également au côté humain de la réforme et que le
personnel aura suffisamment voix au chapitre ?
20.02 (Frans) Minister Antoine Duquesne : Ik denk
niet dat men zich inzonderheid zorgen moet maken
over de zone Brussel-Elsene. Genoemde zone is
erg belangrijk wegens het groot aantal
personeelsleden die daar zullen worden gevestigd.
Gisteren moesten de kandidaten voor de functie
van korpsoverste zich aanmelden. Ik hoop eerlang
een kandidaat te kunnen voordragen aan de
Koning.
Het persartikel waarover u het heeft, dient mij te
worden voorgelegd. De democratie moet worden
verdedigd, maar een tuchtprocedure dient, indien
nodig, te kunnen worden ingesteld.
Eenieder van de basis tot de top moet, via een
nieuwe politiecultuur, daadwerkelijk bij de werking
worden betrokken. Er dient een ware dialoog tot
stand te komen. Iedereen moet ook kritisch blijven.
De plaatselijke autoriteiten moeten met de
vakbonden discuteren. Er zal een dialoog tot stand
komen en die dialoog zal verbeteren. Aan de hand
van een informatiestelsel dat onder mijn toezicht zal
staan, zal ik trachten de pedagogische rol te
vergroten.
Nog voor een korpsoverste was aangesteld, had ik
al in een intermediair stelsel voorzien.
Ik denk niet dat dat te Brussel is gebeurd. Spijtig
genoeg.
20.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Je ne crois pas qu'il faille s'inquiéter
particulièrement pour la zone Bruxelles-Ixelles. Elle
est très importante, de par les effectifs qui y seront
installés.

Hier, les candidats au poste de chefs de corps
devaient être appelés. J'espère pouvoir présenter
prochainement un candidat au Roi.

L'article dont vous parlez doit m'être soumis. La
démocratie doit être défendue mais une procédure
disciplinaire doit pouvoir être entamée, en cas de
nécessité.
L'association de la base au sommet doit être
effective, via une nouvelle culture policière. Il faut
un vrai dialogue. Chacun doit utiliser un chemin
critique. Les autorités locales doivent discuter avec
les organisations syndicales. Le dialogue va se
nouer et s'améliorer. J'essaie d'intensifier le rôle
pédagogique via un système d'information placé
sous mon contrôle.


Avant même d'avoir un chef de corps, j'avais prévu
un système intermédiaire.
Je ne pense pas que cela ait été fait à Bruxelles et
je le regrette.
20.03 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Ik betreur
dat er zo weinig aandacht uitgaat van de menselijke
begeleiding van de politiehervorming.

Enkele ex-rijkswachters die nu samenwerken met
de Gentse politie klaagden over hun gebrekkige
huisvesting in het politiebureau van Ekkergem, waar
ze voorheen nooit geweest zijn. Dat is geen goede
begeleiding. Kan de minister daar een bijkomende
inspanning voor doen?
20.03 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Je regrette
de constater que l'on ait consacré aussi peu
d'attention à l'encadrement humain de la réforme
des polices.

Des anciens gendarmes, qui collaborent aujourd'hui
avec la police de Gand, se sont plaints des
conditions d'hébergement déplorables dans le
bureau de police d'Ekkergem où ils ne s'étaient
jamais rendus auparavant. Voilà qui est regrettable.
Le ministre ne pourrait-il pas consentir un effort
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
28
supplémentaire en cette matière?
20.04 Minister Antoine Duquesne (Frans) : Ik zal
die inspanning doen. Ik ben niet blind. Ik weet dat
de betrekkingen tussen de politie van de stad
Brussel en de rijkswacht moeizaam verlopen. Tal
van moeilijkheden zijn te wijten aan sommige leden
van de politie van de stad Brussel. De auteur van
het gewraakte hoofdartikel, de heer Van Reusel,
geeft zelf toe dat hij het wat bont heeft gemaakt en
relativeert zijn uitlatingen enigszins in een brief die
hij mij heeft toegestuurd. Het betreft een echte
cultuurverandering. De hervorming moet integraal
worden uitgevoerd.
20.04 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Je ferai cet effort. Je ne suis pas aveugle. Je sais
qu'il existe des difficultés dans les relations entre la
police de la Ville de Bruxelles et la gendarmerie.
Beaucoup de difficultés émanent de certains
policiers de la ville de Bruxelles. Le rédacteur de
l'éditorial incriminé, M. Van Reusel, reconnaît lui-
même qu'il y est allé un peu fort et relativise ses
propos dans une lettre qu'il m'a adressée.
Il s'agit d'un vrai changement de culture. Il faut aller
jusqu'au bout de la réforme.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
21 Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de stand
van zaken inzake de politiehervorming" (nr. 5073)
21 Question de M. Karel Van Hoorebeke au
ministre de l'Intérieur sur "l'état de la réforme des
polices" (n° 5073)
21.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Sinds 1
april vallen alle politieambtenaren onder hetzelfde
statuut en bevinden ze zich in dezelfde
rechtspositie. In praktijk zou daar naar verluidt een
zeer verscheiden concrete invulling worden aan
gegeven.

Wat is de stand van zaken van de lokale
politiezones? Hoeveel voldoen er al aan de
voorwaarden van artikel 248 WGP? In hoeveel
zones is de lokale politiechef gekend? Uit welke
eenheid komen de lokale zonechefs die al
aangeduid zijn? Welk tijdsschema hanteert de
minister voor de talrijke uitvoeringsbesluiten in het
kader van de WGP?
21.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Depuis le
1er avril, tous les fonctionnaires de police ont le
même statut et la même position juridique. Il me
revient que, dans la pratique, cette disposition serait
appliquée différemment.


Qu'en est-il dans les différentes zones de police
locale? Combien de zones satisfont déjà aux
conditions inscrites à l'article 248 de la loi sur la
police intégrée ? Dans combien de zones connaît-
on l'identité du chef de la police locale ? De quelle
unité proviennent les chefs de zone locaux qui ont
déjà été désignés ? Quel calendrier le ministre a-t-il
fixé pour les nombreux arrêtés d'exécution à
prendre dans le cadre de la loi sur la police
intégrée ?
21.02 Minister Antoine Duquesne (Frans) : De
gestelde termijnen zullen in acht worden genomen.
Het is mijn bedoeling dat alles per 1 januari van
volgend jaar rond is.

Amper vijf van de 196 politiezones hebben de
procedure voor de voordracht van een korpschef
nog niet opgestart. Wat de verdeling betreft werden
11 korpschefs inmiddels benoemd.
21.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Les délais seront respectés. Mon objectif est que
tout cela soit réglé au 1
er
janvier de l'année
prochaine.


Sur 196 zones de police, 5 seulement n'ont pas
encore entamé la procédure pour présenter un chef
de corps. Quant à la répartition, 11 chefs de corps
ont été nommés.
(Nederlands): Er werden elf zonechefs benoemd,
waaronder vijf afkomstig van de gemeentepolitie en
zes van de federale politie. Een twintigtal dossiers
wordt afgehandeld en drie bevinden zich bij de
Koning ter ondertekening. Vijf zones hebben tot nu
toe nog geen procedure opgestart.
(En néerlandais) Onze chefs de zone ont été
nommés. Cinq sont issus de la police communale
et six de la police fédérale. Une vingtaine de
dossiers ont été traités, dont trois sont actuellement
soumis à la signature royale. Jusqu'à présent, cinq
zones n'ont pas encore entamé de procédure.
(Frans) Voor eenzelfde evenwicht werd gezorgd wat (En français) Pour les dossiers actuellement à
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
29
de momenteel onderzochte dossiers betreft : 50%
komt van de politie, 50% van de vroegere
rijkswacht. In veruit de meeste gevallen hakt de
gemeenteraad in alle eerlijkheid de knoop door,
zonder rekening te houden met de achtergrond van
de kandidaat (politie of rijkswacht).
l'examen, c'est le même équilibre, 50% émanant de
la police, 50% de la précédente gendarmerie. Dans
l'immense majorité des cas, le conseil communal
décide avec le maximum d'honnêteté et ne tient pas
compte de l'origine ­ police ou gendarmerie ­ du
candidat.
21.03 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Is het
normaal dat die vijf politiezones de procedure nog
niet hebben opgestart? Hoe komt dat?
21.03 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Est-il
normal que la procédure n'ait pas encore été mise
en route dans ces cinq zones ? Comment pouvez-
vous expliquer cela?
21.04 Minister Antoine Duquesne (Frans) : Ik zal
inlichtingen inwinnen. Begin juli hoeven we ons nog
geen zorgen te maken. Ik zal u meedelen om welke
zones het gaat en waarom een en ander nog niet
gebeurd is.

Wat de adjunct-inspecteurs betreft, zijn er hier in
het Parlement begrotingstechnische problemen
geweest. Die plooien zijn nu gladgestreken.
21.04 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Je vais me renseigner. Début juillet, il ne faut pas
s'inquiéter. Je vous donnerai les zones en question
et les raisons pour lesquelles cela n'a pas encore
été fait.

Pour ce qui est des adjoints de l'inspecteur, il y a eu
des problèmes au niveau budgétaire, ici, au
Parlement. Tout est actuellement rentré dans
l'ordre.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22 Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de stand
van zaken inzake de politiehervorming -
algemeen" (nr. 5074)
22 Question de M. Karel Van Hoorebeke au
ministre de l'Intérieur sur "l'état de la réforme des
polices en général" (n° 5074)
22.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Vrijwel alle
politieambtenaren hebben sinds 1 april recht op een
aanpassing van hun oude weddeschaal. Het
verschil varieert van enkele honderden tot meer dan
10.000 frank.

In de Brusselse politiezone 4, die Brussel en Elsene
omvat, zou het personeel nog geen loonsverhoging
hebben ontvangen. Dat zou nog in andere
gemeenten het geval zijn. Circulaire ZPZ 16 wordt
in het algemeen niet correct toegepast. Dat zou, zo
wordt gezegd, onbegonnen werk zijn voor de
personeelsdiensten.

Is de minister op de hoogte van deze situatie? Wat
zal hij eraan doen? Zou het niet aangewezen zijn
een tijdelijk systeem van voorafbetalingen in te
voeren met een circulaire, terwijl de
personeelsdiensten zich voorbereiden op de nieuwe
barema's? Vanaf welke datum zal het sociaal
secretariaat bij de federale politie de betaling van
alle politieambtenaren regelen? Klopt het dat de
leden van de federale politie al hun nieuwe loon
ontvangen?
22.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): Depuis le
1
er
avril, quasiment tous les fonctionnaires de police
ont droit à une adaptation de leur ancienne échelle
barémique. La différence varie entre quelques
centaines et plus de 10.000 francs.

Dans la zone de police 4 de Bruxelles, qui englobe
Bruxelles-ville et Ixelles, le personnel n'aurait pas
encore été augmenté. Ce serait également le cas
dans d'autres communes. D'une manière générale,
la circulaire ZPZ 16 n'est pas correctement
appliquée. On dit que ce serait mission impossible
pour les services du personnel.

Le ministre est-il au courant de cette situation ? Que
compte-t-il faire ? Ne serait-il pas souhaitable de
prévoir une circulaire instaurant un système
intérimaire de paiements anticipés pendant que les
services du personnel se préparent à l'application
des nouveaux barèmes ? A partir de quelle date le
secrétariat social de la police fédérale prendra-t-il
en charge le paiement de tous les fonctionnaires de
police ? Est-il exact que les membres de la police
fédérale ont déjà perçu leur nouveau traitement ?
22.02 Minister Antoine Duquesne (Frans): Dat
zal niet meer gebeuren. Een sociaal secretariaat zal
alle lonen van het politiepersoneel uitbetalen. De
22.02 Antoine Duquesne , ministre (en français):
Cela n'arrivera plus. Il y aura un secrétariat social
qui effectuera l'ensemble des payements des
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
30
persoonlijke gegevens zullen zo snel mogelijk
worden overgezonden. De snelheid waarmee dit
gebeurt hangt af van de organisatie op gemeentelijk
niveau. Sinds de circulaire kan althans 80% van het
loon worden gestort. Vanzelfsprekend moet op
termijn 100% worden gestort.
De instelling en de organisatie van het secretariaat
zouden vóór het jaareinde rond moeten zijn.
traitements pour les policiers. Les données
personnelles seront transférées dès que possible.
La vitesse du transfert dépend de l'organisation des
communes. Depuis la circulaire, 80 % du traitement
peuvent au moins être versés. À terme, les 100 %
doivent être bien sûr réalisés.
L'installation et l'organisation du secrétariat social
devraient être finalisées avant la fin de cette année.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
23 Vraag van de heer Jan Peeters tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de bijzondere
rekenplichtige in de politiezones" (nr. 5084)
23 Question de M. Jan Peeters au ministre de
l'Intérieur sur "le comptable spécial désigné dans
une zone de police" (n° 5084)
Voorzitter: Karel Van Hoorebeke.
Président: Karel Van Hoorebeke.
23.01 Jan Peeters (SP): Als in een
meergemeentepolitiezone geen
gemeenteontvanger wordt gevonden als bijzondere
rekenplichtige, dan kan de gewestelijke ontvanger
als bijzondere rekenplichtige worden aangesteld.
Het ontwerpbesluit dat de vergoeding voor de
bijzondere rekenplichtige in de politiezones instelt,
bepaalt dat die niet van toepassing is op de
gewestelijke ontvanger die als bijzondere
rekenplichtige wordt aangesteld.

Welke vergoeding wordt dan wel toegekend? Komt
die bovenop de normale vergoeding? Kan een
politiezone aan de gewestelijke ontvanger eenzelfde
extra vergoeding betalen als aan de gemeentelijke
ontvanger? Kan het KB worden aangepast om
eenzelfde regeling in te voeren voor de
gemeentelijke en gewestelijke ontvangers?
23.01 Jan Peeters (SP): Lorsqu'au sein d'une
zone de police pluricommunale, on ne trouve aucun
receveur communal pouvant être désigné en qualité
de comptable spécial, le receveur régional peut être
désigné à cette fonction. L'arrêté royal fixant
l'indemnité versée au comptable spécial au sein des
zones de police dispose qu'il n'est pas d'application
au receveur régional désigné en qualité de
comptable spécial.


Dans ce cas, quelles indemnités un receveur
régional faisant office de comptable spécial perçoit-
il? Une zone de police peut-elle octroyer à un
receveur régional désigné en qualité de comptable
spécial une indemnité complémentaire identique à
celle octroyée au receveur communal exerçant la
même fonction? L'arrêté royal peut-il être adapté
afin de permettre l'instauration d'une réglementation
unique pour les receveurs communaux et
régionaux?
23.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
Overeenkomstig artikel 32 WGP ontvangt de
gemeente- en OCMW-ontvanger die optreedt als
bijzondere rekenplichtige een vergoeding voor die
bijkomende taak. Voor de gewestelijke ontvanger is
het echter een deeltaak van het toegewezen
takenpakket. Er wordt wel gewerkt aan een
aanpassing van de vergoeding.



De gemeenten mogen die vergoeding voor de
gemeenteontvangers niet toekennen aan de
gewestelijke ontvangers, want daarvoor bestaat
geen wettelijke basis. Op termijn komt er een
allesomvattende evaluatie.
23.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais) : En application de l'article 32 de la loi
sur la police communale, le receveur communal ou
de CPAS faisant office de comptable spécial perçoit
une indemnité pour l'accomplissement de cette
mission complémentaire. En ce qui concerne le
receveur régional, la fonction de comptable spécial
fait partie intégrante de l'ensemble des tâches qui
lui incombent. Mes services planchent toutefois sur
une adaptation du mode de rémunération.

Les communes ne peuvent octroyer l'indemnité des
receveurs communaux aux receveurs régionaux, la
base légale autorisant une telle rémunération
faisant défaut. Il sera procédé, à terme, à une
évaluation globale.
23.03 Jan Peeters (SP): Met dit antwoord brengt
de minister vele zones in de problemen. Heel wat
23.03 Jan Peeters (SP): La réponse du ministre
mettra de nombreuses communes en difficulté. A
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31
gemeenten doen immers bij gebrek aan lokale
ontvanger een beroep op gewestelijke ontvangers.
Als zij geen extra vergoeding krijgen voor hun
optreden in de zones of als de bepalingen met
betrekking tot de gemeenteontvangers niet op hen
van toepassing zijn, komen zij niet. Heel wat zones
zullen zonder bijzondere rekenplichtige geen
uitgaven kunnen doen of geen wedden kunnen
uitbetalen.

In Antwerpen zitten al veel zones zonder
rekenplichtige. Een snelle degelijke regeling is
noodzakelijk om goedwillende bijzondere
rekenplichtigen te vergoeden voor hun extra
optreden.
défaut de receveur local, bon nombre de
communes font en effet appel à des receveurs
régionaux. Si ceux-ci ne perçoivent pas d'indemnité
complémentaire pour leur intervention dans la zone
de police ou si les dispositions relatives aux
receveurs communaux ne s'appliquent pas eux, ils
ne se dérangent pas. Privées de comptable spécial,
bon nombre de communes se verront dans
l'impossibilité d'effectuer des dépenses ou de
verser des salaires.

A Anvers, bon nombre de zones fonctionnent déjà
sans comptable. Une réglementation adéquate en
vue de la rémunération des comptables spéciaux
de bonne volonté s'impose dès lors dans les
meilleurs délais.
23.04 Minister Antoine Duquesne (Frans) : Ik heb
neen gezegd, niet aan de situatie in het veld, maar
omdat er momenteel geen gemeenschappelijke
wettelijke grondslag voor beide bestaat.
23.04 Antoine Duquesne , ministre (en français) :
J'ai dit non à la réalité du terrain parce qu'il n'existe
pas actuellement de base légale commune pour les
deux situations.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
24 Vraag van de heer Ludwig Vandenhove tot de
minister van Binnenlandse Zaken over "de
situatie van het personeel bij de Regularisatie
Commissie" (nr. 5088)
24 Question de M. Ludwig Vandenhove au
ministre de l'Intérieur sur "la situation du
personnel de la commission de régularisation"
(n° 5088)
24.01 Ludwig Vandenhove (SP): De
personeelsleden van de regularisatiecommissie
kregen een verlenging van hun contract tot einde
2001. Personeel van niveau 1, dat een contract
krijgt bij Binnenlandse Zaken en van daaruit naar de
Commissie, krijgt uitzicht op verlenging na 31
december 2001. Het personeel van niveau 2, 3 en 4
blijft tewerkgesteld bij de Commissie.


Is mijn informatie correct? Is het niet mogelijk om
ook zekerheid te bieden aan deze
personeelsleden? Bovendien zou de detachering
van de personeelsleden van niveau 1 nog niet
contractueel zijn vastgelegd?
24.01 Ludwig Vandenhove (SP): Les membres
du personnel de la commission de régularisation
ont vu leur contrat prolongé jusqu'à la fin de 2001.
Le personnel de niveau 1, qui est détaché à la
commission après avoir obtenu un contrat au
ministère de l'Intérieur, pourrait obtenir une
prolongation de son contrat au-delà du 31
décembre 2001. Le personnel des niveaux 2, 3 et 4
restera employé à la commission.

Mes informations sont-elles exactes ? Ne serait-il
pas possible d'offrir également une sécurité à ces
agents-là ? En outre, le détachement des agents de
niveau 1 n'aurait pas encore été réglé
contractuellement.
24.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
De Ministerraad van 11 mei besliste dat ik het
personeel een arbeidsovereenkomst vanaf 30 juni
2001 mocht aanbieden. De vrijgekomen plaatsen
binnen de Commissie voor de Regularisatie werden
zo snel mogelijk aangevuld met drie
personeelsleden van niveau 1, tien van niveau 2 en
twee van niveau 3.

Die overeenkomsten mochten ook voor andere
diensten van Binnenlandse Zaken worden
afgesloten, maar de eerste drie maanden moeten
voor de Commissie voor de Regularisatie worden
24.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais): Le Conseil des ministres du 11 mai
m'a autorisé à offrir au personnel un contrat de
travail à partir du 30 juin 2001. Les places qui se
sont libérées au sein de la Commission des
régularisations ont été pourvues aussitôt que
possible par le recrutement de trois agents de
niveau 1, de dix agents de niveau 2 et de deux
agents de niveau 3.

J'ai également été autorisé à conclure des contrats
de ce type pour d'autres services du département
de l'Intérieur, mais les agents concernés sont tenus
04/07/2001
CRABV 50
COM 523
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
32
gepresteerd. Na interviews werden voor de diensten
van Binnenlandse Zaken 18 adjunct-adviseurs, 17
bestuursassistenten en 5 klerken aangenomen.
Door onvoorziene omstandigheden werden de
overeenkomsten nog niet bekrachtigd door minister
Van den Bossche. Dat zou morgen 5 juli gebeuren.
de travailler au cours des trois premiers mois pour
la Commission de régularisation. A la suite
d'interviews, j'ai procédé à l'embauche, pour les
services du ministère de l'Intérieur, de 18
conseillers adjoints, de 17 assistants de direction et
de 5 commis. En raison d'impondérables, le
ministre Van den Bossche n'a pas encore ratifié ces
contrats. Il devrait le faire demain 5 juillet.
24.03 Ludwig Vandenhove (SP): Dit antwoord is
vrij positief. Kan nog worden gepoogd om de
contracten bij de Regularisatiecommissie bij
Binnenlandse Zaken onder te brengen?
24.03 Ludwig Vandenhove (SP): Cette réponse
est plutôt positive. Peut-on encore tenter de faire
relever du ministère de l'Intérieur les contrats
d'embauche au sein des Commissions de
régularisation?
24.04 Minister Antoine Duquesne (Frans) : Dat is
wat ik wens, en dat heb ik de regering ook gezegd.
24.04 Antoine Duquesne , ministre (en français):
C'est ce que je souhaite et c'est ce que j'ai dit au
gouvernement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
25 Vraag van de heer Jan Eeman tot de minister
van Binnenlandse Zaken over "de ontslaggeving
bij benoeming tot commissaris van politie"
(nr. 5094)

25 Question de M. Jan Eeman au ministre de
l'Intérieur sur "la procédure de démission en cas
de nomination au grade de commissaire de
police" (n° 5094)
25.01 Jan Eeman (VLD): Een adjunct-commissaris
van politie werd onlangs bij KB benoemd tot
commissaris in een andere gemeente.

Welke instantie moet zijn ontslag regelen: de
gouverneur, de gemeenteraad of de politieraad?
25.01 Jan Eeman (VLD): Un commissaire de
police adjoint a récemment été nommé, par arrêté
royal, au poste de commissaire dans une autre
commune.

Quelle instance doit régler sa démission
: le
gouverneur, le conseil communal ou le conseil de
police ?
25.02 Minister Antoine Duquesne (Nederlands):
Een benoeming in een hogere graad brengt het
ontslag mee uit de lagere graad. Er wordt echter
formeel verslag verleend als men wordt benoemd in
een andere gemeente.
Sinds de inwerkingtreding van het nieuwe
politiestatuut is de benoemende overheid bevoegd
om ontslag te verlenen.
Dat is in meergemeentezones in principe de
politieraad. Zolang die nog niet bestaat, oefent de
gemeenteraad zijn bevoegdheden uit. De persoon
in kwestie doet er dus goed aan zijn ontslag aan te
bieden bij de gemeenteraad van zijn vroegere
gemeente, alhoewel hij daar was benoemd door de
gouverneur.

25.02 Antoine Duquesne , ministre (en
néerlandais): Une nomination à un grade supérieur
entraîne la démission du grade inférieur. En cas de
nomination dans une autre commune, la démission
est toutefois formellement accordée.
Depuis l'entrée en vigueur du nouveau statut de la
police, l'autorité qui procède à la nomination est
habilitée à accorder la démission.
Dans les zones regroupant plusieurs communes, il
s'agit en principe du conseil de police. Tant que
celui-ci n'est pas mis en place, c'est le conseil
communal qui exerce ses compétences. La
personne concernée devrait donc remettre sa
démission au conseil communal de son ancienne
commune, même s'il y avait été nommé par le
gouverneur.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 18.00 uur.
La réunion publique de commission est levée à
18.00 heures.
CRABV 50
COM 523
04/07/2001
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
33