KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50 COM 287
CRABV 50 COM 287
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
S
OCIALE
Z
AKEN
C
OMMISSION DES
A
FFAIRES SOCIALES
dinsdag mardi
07-11-2000 07-11-2000
14:30 uur
14:30 heures

KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE































AGALEV-ECOLO
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP Christelijke
Volkspartij
FN Front
National
PRL FDF MCC
Parti Réformateur libéral ­ Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS Parti
socialiste
PSC Parti
social-chrétien
SP Socialistische
Partij
VLAAMS BLOK
Vlaams Blok
VLD
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000 Parlementair document van de 50e zittingsperiode + nummer
en volgnummer
DOC 50 0000/000
Document parlementaire de la 50e législature, suivi du n° et du
n° consécutif
QRVA
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
Questions et Réponses écrites
CRIV
Integraal Verslag (op wit papier, bevat de bijlagen en het
beknopt verslag, met kruisverwijzingen tussen Integraal en
Beknopt Verslag)
CRIV
Compte Rendu Intégral (sur papier blanc, avec annexes et
CRA, avec renvois entre le CRI et le CRA)
CRIV
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen papier)
CRIV
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral (sur papier vert)
CRABV Beknopt Verslag (op blauw papier)
CRABV Compte
Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN
Plenum (witte kaft)
PLEN
Séance plénière (couverture blanche)
COM
Commissievergadering (beige kaft)
COM
Réunion de commission (couverture beige)
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes
:
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/ 549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be

e-mail : aff.generales@laChambre.be
CRABV 50
COM 287
07/11/2000
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
i


INHOUD
SOMMAIRE
Mondelinge vraag van mevrouw Marie-Thérèse
Coenen aan de vice-eerste minister en minister
van Werkgelegenheid over "de opvangmoeders
en hun rechten op werkloosheid" (nr. 2308)
1
Question orale de Mme Marie-Thérèse Coenen à
la vice-première ministre et ministre de l'Emploi
sur "la problématique des gardiennes encadrées
et leurs droits au chômage" (n° 2308)
1
Sprekers: , Laurette Onkelinx, vice-eerste
minister en minister van Werkgelegenheid ,
Greta D'Hondt
Orateurs: , Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre de l'Emploi , Greta
D'Hondt
Mondelinge vraag van mevrouw Kristien Grauwels
aan de vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de aanwezigheid van
mannen en vrouwen in de adviesraden" (nr 2437)
3
Question orale de Mme Kristien Grauwels à la
vice-première ministre et ministre de l'Emploi sur
"la présence des hommes et des femmes dans
les organes d'avis" (n° 2437)
3
Sprekers: Kristien Grauwels, Laurette
Onkelinx
, vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Kristien Grauwels, Laurette
Onkelinx
, vice-première ministre et ministre
de l'Emploi
Mondelinge vraag van mevrouw Zoé Genot aan
de vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de bescherming van de
syndicale afgevaardigden" (nr 2470).
4
Question orale de Mme Zoé Genot à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "la
protection des délégués syndicaux" (n° 2470)
4
Sprekers: Zoé Genot, Laurette Onkelinx,
vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid
Orateurs: Zoé Genot, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre de l'Emploi
07/11/2000
CRABV 50
COM 287
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
ii
CRABV 50
COM 287
07/11/2000
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
1


COMMISSIE VOOR DE SOCIALE
ZAKEN
COMMISSION DES AFFAIRES
SOCIALES
van
DINSDAG
07
NOVEMBER
2000
14:30 uur
______
du
MARDI
07
NOVEMBRE
2000
14:30 heures
______



De vergadering wordt geopend om 14.32 uur door
de heer Joos Wauters, voorzitter.

La séance est ouverte à 14.32 heures par M. Joos
Wauters, président.
01 Mondelinge vraag van mevrouw Marie-
Thérèse Coenen aan de vice-eerste minister en
minister van Werkgelegenheid over "de
opvangmoeders en hun rechten op
werkloosheid" (nr. 2308)
01 Question orale de Mme Marie-Thérèse Coenen
à la vice-première ministre et ministre de l'Emploi
sur "la problématique des gardiennes encadrées
et leurs droits au chômage" (n° 2308)
01.01 Marie-Thérèse Coenen (AGALEV-ECOLO):
Erkende onthaalmoeders, die maximaal drie
kinderen thuis mogen opvangen, krijgen een
forfaitaire vergoeding per kind om hun kosten te
dekken. Die vergoeding is niet belastbaar, en geeft
ook geen recht op sociale zekerheid.

Het zijn overwegend werkloze vrouwen die een
schorsing van hun rechten aanvragen om als
onthaalmoeder te werken. In België zijn er zo'n
10.000. Hun activiteit wordt echter niet erkend door
de RVA. De vergoeding die ze ontvangen wordt als
vervangingsinkomen beschouwd, niet als een
inkomen uit arbeid. De werkloze vrouwen halen
daardoor het vereiste aantal werkuren niet om
opnieuw in een normale loopbaan te stappen.

Kan de RVA-reglementering niet voorzien in het
behoud van de rechten van werklozen die hun
statuut opgeven om als onthaalmoeder aan de slag
te gaan ?

Kan deze beroepswerkzaamheid bovendien niet,
gezien de onbestendigheid van de inkomsten (die
sterk kunnen schommelen, bijvoorbeeld in
vakantieperioden) erkend worden als volwaardig
beroep, waardoor de onthaalmoeder recht zou
hebben op een vervangingsinkomen wegens
technische of onvrijwillige werkloosheid ?
01.01 Marie-Thérèse Coenen (ECOLO-AGALEV):
Les gardiennes encadrées, qui peuvent garder
jusqu'à trois enfants à domicile, touchent un forfait
par enfant pour couvrir leurs charges. Ce montant
ne leur donne pas accès à la sécurité sociale et
n'est pas imposable.

Ce sont en général des chômeuses, qui demandent
une suspension de droits pour exercer cette activité.
Il y en a 10.000 en Belgique.
Or, l'Onem ne reconnaît pas leur activité,
considérée comme revenu de compensation et non
comme un travail. Les chômeuses n'arrivent pas à
atteindre les quotas d'heures de travail pour se
réinsérer dans une vie professionnelle normale.


N'est-il pas possible d'envisager dans la
réglementation de l'Onem le maintien des droits des
personnes qui quittent le statut de chômeuses pour
devenir gardiennes encadrées ?

Par ailleurs, étant donné le caractère aléatoire de
leurs revenus, qui peuvent varier, par exemple, en
fonction des périodes de vacances, n'est-il pas
possible de considérer cette profession comme
étant une profession à part entière, ce qui donnerait
droit à un revenu de remplacement dans le cadre
du chômage technique ou involontaire ?
07/11/2000
CRABV 50
COM 287
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
2
Sinds juli hebben zich nieuwe pistes geopend. De
Vrouwenmars heeft nieuwe suggesties aangereikt,
en in de regeringsverklaring werd de uitbreiding van
de fiscale aftrekbaarheid van kinderopvang en het
onderzoek van sociale dossiers zoals onder meer
het sociaal statuut van de onthaalmoeders
aangekondigd.
Entre-temps, de nouvelles pistes sont apparues
depuis juillet. La Marche des Femmes a apporté
des suggestions et la déclaration gouvernementale
a prévu l'élargissement de la déduction fiscale pour
la garde d'enfants et l'examen de dossiers sociaux
tels que le statut des gardiennes d'enfants.
01.02 Minister Laurette Onkelinx : De regelgeving
bepaalt dat wanneer een werkloze die activiteit
gedurende ten hoogste negen jaar uitoefent, hij na
het stopzetten ervan automatisch recht heeft op
werkloosheidsuitkeringen. De periode van
uitoefening van de activiteit wordt niet in
aanmerking genomen voor de berekening van de
uitkeringen, die op grond van de voorheen verrichte
bezoldigde arbeid worden vastgesteld.

Wanneer die activiteit langer dan negen jaar werd
uitgeoefend, blijft er een probleem bestaan
waarvoor een allesomvattende oplossing moet
worden uitgewerkt. Ik onderzoek thans de
mogelijkheid om die onthaalmoeders een
werknemersstatuut te verlenen, wat het mogelijk
zou maken hun rechten op het stuk van de
werkloosheid te vrijwaren en rechten op uitkeringen
op grond van de activiteit als onthaalmoeder vast te
stellen en tevens het pad zou effenen voor de
toekenning van een aanvullende uitkering in geval
van een deeltijdse activiteit, die vergelijkbaar is met
de uitkering die wordt toegekend aan mensen die
wegens overmacht niet aan de slag kunnen.

Wat de uitsluiting betreft, wordt enkel rekening
gehouden met de dagen waarvoor een uitkering
werd uitbetaald en geldt de periode tijdens welke
een activiteit als onthaalmoeder werd uitgeoefend
dus niet.
01.02 Laurette Onkelinx , ministre: La
réglementation prévoit que lorsque le chômeur
exerce cette activité pendant un maximum de 9
ans, il peut automatiquement bénéficier
d'allocations de chômage après l'arrêt de l'activité.
La période d'activité n'est pas prise en compte pour
le calcul des allocations, qui sont fixées sur base du
travail salarié exercé auparavant.


Dans le cas où cette activité est exercée pendant
plus de 9 ans, un problème subsiste, pour lequel
une solution globale doit être trouvée. J'examine
pour le moment la possibilité de donner à ces
gardiennes un statut de travailleur, ce qui
maintiendrait leurs droits en matière de chômage,
permettrait d'établir des droits à des allocations sur
base de l'activité de gardienne et ouvrirait la voie à
une allocation complémentaire en cas d'activité
partielle, comparable à une pénurie de travail en
cas de force majeure.




Pour l'exclusion, seuls les jours ayant donné lieu au
paiement d'une allocation sont pris en compte et
donc pas la période d'activité en tant que gardienne.
01.03 Marie-Thérèse Coenen (AGALEV-ECOLO):
Werd de periode van negen jaar onlangs
vastgesteld? De betrokkenen zijn daarover blijkbaar
niet volledig ingelicht. Zolang er geen statuut voor
de onthaalmoeders is, doet men er goed aan de
sector beter in te lichten. De mogelijkheid van
werkloosheid ten gevolge van overmacht doet een
probleem rijzen op het vlak van deeltijdwerk. Maar
misschien kunt u een vast maandinkomen
waarborgen, dat een einde zou maken aan de
onzekerheid die deze vrouwen nu kennen? Ten
slotte hoop ik dat er in dit dossier snel een
oplossing uit de bus komt

01.03 Marie-Thérèse Coenen (ECOLO-AGALEV):
La période de neuf ans a-t-elle été fixée
récemment
? Les personnes concernées ne
semblent pas être informées complètement en cette
matière. Tant que le statut de ces gardiennes est
inexistant, il serait bon d'améliorer l'information pour
le secteur. La possibilité de chômage pour cause de
force majeur pose le problème du temps partiel,
mais peut-être pourriez-vous leur garantir un revenu
mensuel stable, qui sortirait ces femmes de
l'instabilité qu'elles connaissent ? Enfin, j'espère
que ce dossier connaîtra une solution rapidement.
01.04 Greta D'Hondt (CVP): We hebben
betreffende dit onderwerp in het voorjaar een
wetsvoorstel ingediend. Het zou opportuun zijn om
dit zo snel mogelijk te behandelen. Deze zaak
01.04 Greta D'Hondt (CVP):Nous avons déposé
une proposition de loi à ce sujet au printemps. Il
serait opportun de la traiter le plus rapidement
possible. Cette affaire doit être réglée d'urgence.
CRABV 50
COM 287
07/11/2000
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
3
vraagt hoogdringend om een oplossing.



Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Mondelinge vraag van mevrouw Kristien
Grauwels aan de vice-eerste minister en minister
van Werkgelegenheid over "de aanwezigheid van
mannen en vrouwen in de adviesraden" (nr 2437)
02 Question orale de Mme Kristien Grauwels à la
vice-première ministre et ministre de l'Emploi sur
"la présence des hommes et des femmes dans
les organes d'avis" (n° 2437)
02.01 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO): In
adviesraden mogen sinds 1999 niet meer dan twee
derden van de leden tot hetzelfde geslacht behoren.
Er werd echter uitstel verleend tot eind 2000.
Ondertussen moet de minister elke drie maanden
een stand van zaken krijgen van de verschillende
ministeries.
Heeft de minister die stand van zaken al
ontvangen? Wordt er vooruitgang geboekt? Wat
begrijpt men onder raden die "in hoofdzaak advies
verlenen"? Hoe vaak kan men een afwijking
vragen? Wordt bij de oprichting van een nieuwe
raad meteen bepaald of hij onder de regel valt?
02.01 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO):
Depuis 1999, les organes d'avis ne peuvent
compter plus de deux tiers de membres du même
sexe. Un sursis a été accordé jusque fin 2000. Les
différents ministères doivent transmettre tous les
trois mois un rapport à la ministre.

Recevez-vous ce rapport ? Des progrès ont-ils été
réalisés ? Quels sont les organes qui émettent des
avis à titre principal? Combien de dérogations
peuvent-être demandées? Décide-t-on dès la
création d'un nouvel organe s'il est soumis ou non à
la règle visée dans la loi?
02.02 Minister Laurette Onkelinx : Een eerste
trimesterieel verslag werd voorgelegd op de
Ministerraad van 28 april 2000. Voor bepaalde
ministeries ontbraken gegevens. Ongeveer een
vierde van de raden was op dat moment
samengesteld volgens de regel opgelegd door de
wet van 20 juli 1990.
Op de Ministerraad van 14 juli 2000 bleken 109 van
de 236 raden het vereiste evenwicht te vertonen,
102 raden beschikten over een tijdelijke afwijking,
28 raden werden geherstructureerd. In februari
1999 nog schatte minister Smet dat slecht 10
procent van de raden de verhouding naleefden. Een
laatste verslag voor 2000 wordt verwacht in
november.

02.02 Laurette Onkelinx , ministre: Un premier
rapport trimestriel a été soumis au Conseil des
ministres du 28 avril 2000. Il manquait des données
concernant certains ministères. La composition
d'environ un quart des organes respectait la règle
imposée par la loi du 20 juillet 1990.

Lors du Conseil des ministres du 14 juillet 2000, il
est apparu que 109 des 236 organes atteignaient
l'équilibre requis, que 102 organes bénéficiaient
d'une dérogation provisoire et que 28 étaient en
restructuration. En février 1999, la ministre Smet
estimait encore que seuls 10% des organes
respectaient le rapport requis. Nous devons
recevoir en novembre le dernier rapport relatif à
2000
Het feit dat organen die bevoegd zijn om in
hoofdzaak adviezen uit te brengen binnen het
toepassingsgebied van de wet vallen, heeft geen
problemen opgeleverd. Wanneer organen andere
taken hebben, moet worden uitgemaakt of het al
dan niet om bijkomstige taken gaat. Er kan een
schifting gebeuren tussen organen die wel en
organen die niet onder de wetsbepalingen vallen.
De door de ministerraad aan een orgaan verleende
afwijking is verlengbaar, als het orgaan in kwestie
een goed onderbouwd verzoek daartoe indient. Elk
nieuw orgaan dat aan de voorwaarden van artikel 1
van de wet van 20 juli 1990 beantwoordt, valt
ambtshalve binnen het toepassingsgebied van de
wet.
Le fait que tombent dans le champ d'application de
la loi les organes ayant pour compétence de rendre
des avis à titre principal n'a pas posé de difficulté.
Quand des organes ont d'autres missions, il faut
s'interroger sur le caractère accessoire ou non de
ces missions. Un tri peut s'opérer entre les organes
concernés par la loi et ceux qui ne le sont pas.

La dérogation accordée par le Conseil des ministres
à un organe est renouvelable si l'organe en
présente la demande argumentée.Tout nouvel
organe qui correspond aux caractéristiques de
l'article 1 de la loi du 20 juillet 1990 entre d'office
dans son champ d'application.
02.03 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO): Het 02.03 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO):Le
07/11/2000
CRABV 50
COM 287
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
4
feit dat één vierde van de raden in orde is, is geen
voldoende reden om te beweren dat een herziening
van de voorwaarden niet nodig is.
fait qu'un quart des conseils soient en ordre ne
constitue pas une raison suffisante pour affirmer
qu'une révision des conditions n'est pas nécessaire.
02.04 Minister Laurette Onkelinx : Het gaat om
meer dan 40 procent van de raden en niet om één
vierde.
02.04 Laurette Onkelinx , ministre:Il s'agit de plus
de 40 pour cent des conseils et non d'un quart.
02.05 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO):
Bestaan er lijsten van de raden die aan de wet van
20 juli 1990 voldoen? Kunnen we daarover
beschikken?
02.05 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO):
Existe-t-il des listes des conseils concernés
?
Pouvons-nous en disposer ?
02.06 Minister Laurette Onkelinx :In 43,2% van de
gevallen wordt het gewenste evenwicht bereikt.
02.06 Laurette Onkelinx , ministre: 43,2%
rencontrent l'équilibre voulu.
02.07 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO):
Volgens de minister is er geen probleem om uit te
maken welke raad "in hoofdzaak advies verleent".
Bestaat daarvan een lijst?
02.07 Kristien Grauwels (AGALEV-ECOLO): La
ministre estime que cela ne pose aucun problème
pour déterminer quel conseil « rend un avis à titre
principal». Existe-t-il une liste à ce sujet ?
02.08 Minister Laurette Onkelinx: Er wordt altijd
gevraagd of het in hoofdzaak om adviezen gaat. Ik
kan de lijsten publiek maken.

02.08 Laurette Onkelinx , ministre: La question se
pose à chaque fois de savoir si c'est à titre principal
ou à titre provisoire. Je peux rendre les listes
publiques.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Mondelinge vraag van mevrouw Zoé Genot
aan de vice-eerste minister en minister van
Werkgelegenheid over "de bescherming van de
syndicale afgevaardigden" (nr 2470).
03 Question orale de Mme Zoé Genot à la vice-
première ministre et ministre de l'Emploi sur "la
protection des délégués syndicaux" (n° 2470)
03.01 Zoé Genot (AGALEV-ECOLO): Toen ik de
minister in november 1999 een vraag stelde
omtrent het ontslag van de syndicaal
afgevaardigden tijdens de periode die aan de
sociale verkiezingen voorafgaat, antwoordde zij dat
haar diensten de toepassing van de in 1991
gewijzigde wet van 1948 betreffende de
bescherming van de werknemers en hun
afgevaardigden zouden nagaan.

Is dat gebeurd? Wat is het resultaat? Worden
efficiëntere maatregelen overwogen?


Er werd geopperd de bescherming van de
afgevaardigden op de agenda van de paritaire
comités te plaatsen en de arbeidsauditoraten
terzake bewust te maken. De vakbonden deden
interessante voorstellen zoals de invoering van de
syndicale onschendbaarheid en de
correctionalisering van de weigeringen tot
reïntegratie
Die vragen zijn uiterst belangrijk voor ons
overlegsysteem.
03.01 Zoé Genot (AGALEV-ECOLO): A une
question posée en novembre 1999, concernant les
licenciements de délégués syndicaux durant la
période précédant les élections sociales, la ministre
m'avait répondu que ses services vérifieraient
l'application de la loi de 1948, modifiée en 1991,
assurant la protection des travailleurs et des
délégués.

Les enquêtes ont-elles été réalisées ? Quel en est
le résultat ? Des mesures plus efficaces sont-elles
envisagées ?

L'inscription de la protection des délégués à l'ordre
du jour des commissions paritaires et la
sensibilisation des auditorats du travail ont été
évoquées. Des idées intéressantes sont présentées
par les syndicats, comme l'introduction de
l'indemnité syndicale ou la correctionnalisation du
refus de réintégration.

Ces questions sont primordiales pour notre système
de concertation.
CRABV 50
COM 287
07/11/2000
KAMER
-3
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2000
2001
CHAMBRE
-3
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
5
03.02 Minister Laurette Onkelinx : Ik heb de
paritaire comités op 17 januari en op 6 maart 2000
geschreven met de vraag mij een gedragscode
betreffende de beschermde werknemers te
bezorgen.
Er zijn op dit ogenblik twee CAO's afgesloten die in
dwingende maatregelen voorzien: een eerste voor
de diamantsector, een tweede voor de binnenvaart.
Die sectoren hebben beslist dat over elke
moeilijkheid die in de overlegorganen van de
ondernemingen rijst, binnen het paritair comité
overleg wordt gepleegd alvorens een wettelijke
procedure wordt ingesteld.
Vier andere comités hebben gelijkaardige
aanbevelingen geformuleerd en 21 andere
bespraken preventiemaatregelen die vóór de
sociale verkiezingen moesten worden getroffen.


We moeten de sociale partners de tijd geven
oplossingen te vinden. In 2002 zal een balans van
de werkzaamheden van de paritaire comités
worden opgemaakt. Alleen als de sociale partners
geen consensus bereiken, moet voor de wettelijke
weg worden gekozen.
03.02 Laurette Onkelinx , ministre: J'ai adressé
deux notes aux commissions paritaires, le 17
janvier et le 6 mars 2000, pour obtenir un code de
bonne conduite relatif aux travailleurs protégés.

A l'heure actuelle, deux conventions collectives de
travail portant des dispositions contraignantes ont
été conclues, l'une dans le secteur du diamant,
l'autre dans la navigation intérieure. Les secteurs
ont décidé que toute difficulté qui se produirait dans
les organes de concertation des entreprises devrait
faire l'objet d'une conciliation préalable devant
l'instance paritaire avant toute procédure légale.
Quatre autres commissions ont émis des
recommandations dans le même sens et 21 autres
ont discuté de mesures préventives qui devaient
être prises avant les élections sociales.


Il faut laisser le temps aux partenaires sociaux
d'essayer de trouver des solutions. Un bilan des
travaux des commissions paritaires sera dressé en
2002. Ce n'est que dans le cas où les partenaires
sociaux ne pourraient pas aboutir à des consensus
qu'il faudrait agir par la voie législative.
03.03 Zoé Genot (AGALEV-ECOLO): De door de
paritaire comités opgemaakte balans is
veelbelovend.
Werd het arbeidsauditoraat daarover ingelicht ?
03.03 Zoé Genot (AGALEV-ECOLO): Le bilan des
commissions paritaires est relativement
encourageant. L'auditorat du travail a-t-il été
sensibilisé ?
03.04 Minister Laurette Onkelinx : Ja.
03.04 Laurette Onkelinx , ministre: Il l'a été.

Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 15.05 uur.
La réunion publique de commission est levée à
15.05 heures