BV 50
COM 196
BV 50
COM 196
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
Beknopt Verslag
VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE COMMISSIE VOOR DE BINNENLANDSE ZAKEN,
DE ALGEMENE ZAKEN EN HET OPENBAAR AMBT
VAN
10 - 05 - 2000
namiddag
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
2
BV 50
COM 196 10.05.2000
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
AGALEV-ECOLO
:
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP
:
Christelijke Volkspartij
FN
:
Front National
PRL FDF MCC
:
Parti Réformateur libéral - Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS
:
Parti socialiste
PSC
:
Parti social-chrétien
SP
:
Socialistische Partij
VLAAMS BLOK
:
Vlaams Blok
VLD
:
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
:
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000
: Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
DOC 50 0000/000
: Document parlementaire de la 50e
het nummer en het volgnummer
législature, suivi du n° et du n° consécutif
QRVA
: Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
: Questions et Réponses écrites
HA
: Handelingen (Integraal Verslag)
HA
: Annales (Compte Rendu Intégral)
BV
: Beknopt Verslag
CRA
: Compte Rendu Analytique
PLEN
: Plenum
PLEN
: Séance plénière
COM
: Commissievergadering
COM
: Réunion de commission
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Bestellingen :
Commandes :
Tel. : 02/549 81 60
Tél. : 02/549 81 60
Fax : 02/549 82 74
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
www.laChambre.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
e-mail : aff.generales@laChambre.be
BV 50
COM 196 10.05.2000
3
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
COMMISSIE VOOR DE BINNENLANDSE ZAKEN, DE ALGEMENE ZAKEN EN HET OPENBAAR AMBT C 196
VRAGEN
van de heren Karel Van Hoorebeke en Bart Laeremans tot tot de minister van Ambtenarenzaken
en Modernisering van de openbare besturen over de Brusselse taalexamens (nrs 1502 en 1645)
Sprekers : Karel Van Hoorebeke, Bart Laeremans en Luc Van den Bossche, minister van Ambte-
narenzaken en Modernisering van de openbare besturen
5
van de heer Karel Van Hoorebeke tot de eerste minister over de taalkennis van de heer Philippe
Busquin (nr. 1502)
Sprekers : Karel Van Hoorebeke en Guy Verhofstadt, eerste minister
7
INHOUD
VRAGEN
B
RUSSELSE
T
AALEXAMENS
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de minister
van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openba-
re besturen over "de aangekondigde versoepeling van
de taalexamens" (nr. 1502)
Vraag van de heer Bart Laeremans tot de minister van
Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare
besturen over "het verzoek van de Brusselse regering
om de taalexamens van het SELOR te vergemakkelijken"
(nr. 1645)
De heer Karel Van Hoorebeke (VU-ID) : In antwoord op
een vraag in een vergadering van de Gemeenschappelij-
ke Gemeenschapscommissie op woensdag 29 maart
inzake de naleving van de taalwetgeving en het taalhof-
felijkheidsakkoord meldde Brussels minister Annemie
Neyts dat er binnen de federale regering een principeak-
koord zou bestaan met betrekking tot de versoepeling
van de taalexamens. De minister verwees naar een prin-
cipeakkoord in de federale regering hieromtrent, geslo-
ten op 21 januari 2000. Naar alle waarschijnlijkheid refe-
reerde minister Neyts aan de basisnota inzake de
modernisering van het Vast Wervingssecretariaat.
Punt 8 van deze nota gaat over de taalexamens, doch
niet over een eventuele versoepeling, louter over de
informatisering van het schriftelijk gedeelte en over de
creatie van een lessenpakket ter voorbereiding van het
taalexamen. Het vermelde punt sluit af met de medede-
ling dat er later een uitgebreide nota wordt voorgelegd
met bijkomende maatregelen over de taalexamens.
Kan de minister het bestaan van een akkoord met
betrekking tot de versoepeling van de taalexamens
bevestigen ? Welk zijn de concrete inhoud en gevolgen
er van ?
Waarom werd het principeakkoord niet bekend gemaakt
samen met de plannen tot hervorming van het Vast Wer-
BV 50
COM 196 10.05.2000
5
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
COMMISSIE VOOR
DE BINNENLANDSE ZAKEN,
DE ALGEMENE ZAKEN
EN HET OPENBAAR AMBT
OPENBARE VERGADERING
WOENSDAG 10 MEI 2000
NAMIDDAG
VOORZITTER :
de heer
Paul TANT
De vergadering wordt geopend om
15.05
uur.
6
BV 50
COM 196 10.05.2000
vingssecretariaat ? Betreft het hier een sluikse toegeving
van de Vlaamse aan de Franstalige coalitiepartners ?
De heer Bart Laeremans (VL. BLOK) : Op 19 november
1997 sloten de toenmalige Brusselse regering en het
college van de Gemeenschappelijke Gemeenschaps-
commissie het zogenaamde "taalhoffelijkheidsakkoord".
In dit taalakkoord, maar ook in de daaruit voortvloeiende
rondzendbrief die op 3 december 1997 van dat jaar naar
de Brusselse gemeenten, OCMW's en IRIS-ziekenhuizen
werd gestuurd, wordt onder meer bepaald dat de Brus-
selse plaatselijke besturen vanwege de Brusselse rege-
ring en het college de toelating krijgen om voortaan via
een arbeidscontract voor een periode van twee jaar con-
tractuele personeelsleden aan te werven die niet over
een bewijs van taalkennis van de tweede taal beschik-
ken. In dat geval kwamen de Brusselse meerderheids-
partijen overeen om deze benoemingen en aanstellingen
gegarandeerd niet te vernietigen. Zo'n politiek akkoord
is uiteraard in strijd met de taalwet die vereist dat elke
Brusselse ambtenaar, behalve de arbeiders die niet in
contact komen met het publiek, vóór zijn aanwerving
over een bewijs van taalkennis van de tweede taal van
het SELOR moet beschikken. Het taalwetsovertredings-
akkoord heeft een vernietigend effect gesorteerd op de
tweetaligheid van de ambtenaren in de Brusselse plaat-
selijke besturen. Het aantal illegale benoemingen in de
OCMW's is explosief gestegen. Momenteel zijn drie-
kwart van die benoemingen illegaal. Toch heeft de vice-
gouverneur in 1998 slechts 32 procent van de benoe-
mingen geschorst. In 1999 werden nog slechts 12 pro-
cent ervan geschorst, alhoewel er 63 procent voor
schorsing in aanmerking kwamen volgens de taalwet.
Voor wat de Brusselse gemeenten betreft liep het aantal
legale benoemingen van 1997 tot 1999 terug van 78 pro-
cent naar 68 procent. Bovendien worden de schorsingen
nauwelijks omgezet in vernietigingen door de Brusselse
regering en het college.
Sinds januari van dit jaar lopen de eerste tweejarige con-
tracten van eentalig contractuelen af. Daardoor moet
normaal gezien een clausule uit het akkoord in werking
treden dat erop neerkomt dat deze personen worden
ontslagen indien zij nog geen bewijs van taalkennis bij
het SELOR hebben verworven, en worden vervangen
door contractuelen uit een wervingsreserve van het
SELOR die wel over een bewijs van kennis over de
tweede taal beschikken. De Brusselse gemeenten,
OCMW's en de regering weigeren echter om deze clau-
sule toe te passen, en beroepen zich daarvoor op een
passage uit het akkoord dat voor interpretatie vatbaar is
en waaruit men zou kunnen argumenteren dat dit slechts
zal gebeuren nadat het SELOR de taalexamens heeft
versoepeld.
Naar verluidt heeft minister-president Simonet de minis-
ter van Ambtenarenzaken onlangs gevraagd de taalexa-
mens grondig te versoepelen.
Heeft het SELOR, of zijn voorganger, het Vast Wervings-
secretariaat, ooit toezeggingen gedaan aan de Brusselse
regering omtrent de aanpassing van de taalexamens
voor de Brusselse plaatselijke besturen ? Waaruit
bestaan deze toezeggingen ? Werden deze ook nageko-
men ?
Wanneer werd u gecontacteerd door minister-president
Simonet ? Welke waren zijn vragen ? Is de minister van
zin om op die vragen in te gaan, en zo ja in welke mate ?
Welke waarborgen biedt hij dat de taalexamens werkelijk
een garantie vormen voor een degelijke tweetaligheid ?
Kunnen de federale en de Brusselse volksvertegenwoor-
digers dergelijke examens bijwonen om ze te
controleren ?
Hoe zit het met de wervingsreserve van personen die
over een bewijs van taalkennis beschikken, die door het
SELOR zou worden aangelegd ? Hoeveel personen zit-
ten er in deze wervingsreserve ? Functioneert deze
reserve, en wordt daar regelmatig uit geput door de
Brusselse gemeenten en OCMW's ?
Minister Luc Van den Bossche (in het Nederlands) : Het
Vast Wervingssecretariaat heeft geen enkele toegeving
gedaan in verband met de versoepeling van het taalexa-
men voor de Brusselse lokale besturen. Ik heb ook geen
enkele Brusselse eis ontvangen om dit te versoepelen.
In 1997 is er een brief gestuurd door de heren Piqué,
Grijp en Gosuin aan het college belast met het toezicht
op de OCMW's, om het Atlassysteem te beschouwen
als een goede basis voor de taalexamens. Er werd een
werkgroep opgericht voor de organisatie van taalcursus-
sen en het aanleggen van een werfreserve van voor het
taalexamen geslaagde kandidaten. Die werkgroep moet
ook voorstellen formuleren ter verfijning van het Atlas-
systeem. De Didaskaliagroep werd gevraagd om in de
periode 1998-2000 het Atlassysteem aan te passen en
de objectiviteit ervan te verhogen.
Ik ben nooit gecontacteerd door de heer Simonet. De
taalproef moet garanderen dat we de ambtenaren krij-
gen met de juiste vaardigheden en kennis.
Er was ook een vraag naar de waarborgen die het taal-
examen biedt. Ik heb al gezegd de taalproblematiek van
nabij te bekijken. Enkele vaststellingen kan ik reeds
doen. Er is een totale afwezigheid van voorbereiding op
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
het taalexamen. Er is ook geen vorming bij SELOR. Er
moet meer aandacht gaan naar de voorbereiding van de
kandidaten en het bijsturen van de computerlessen eer-
der dan een braderie van eisen te maken, waaraan geen
kandidaat kan voldoen. Ik heb aan Didaskalia gevraagd
een beter vormings- en voorbereidingsprogramma op
punt te stellen. Het uiteindelijke taalexamen moet meer
zijn dan een formaliteit. Ook moet het studiepakket op
regelmatige wijze geëvalueerd worden er moeten de
computergestuurde programma's aangepast worden
aan de suggesties en eisen van de evaluatiecommissie.
Ik heb gevraagd aan Didaskalia om onder hun verant-
woordelijkheid een kwaliteitscontrole te doen, in samen-
werking met de universiteit van Luik. De keuze van Luik
is een objectieve keuze, alhoewel sommigen liever een
andere universiteit verkozen. Aan Didaskalia wordt
gevraagd om na te gaan of er vragen moeten bijkomen
of wegvallen. De niveaubepaling van de vragen moet
ook nagegaan worden. De toetsing van de taalkennis
moet worden aangepast aan de actualiteit. Wat de wijk-
reserve betreft, dit is de verantwoordelijkheid van het
Brussels Gewest.
Er is dus geen akkoord in verband met versoepeling van
de examens. Dat het princiepsakkoord niet werd bekend
gemaakt samen met de hervormingsplannen voor het
VWS is te wijten aan het feit dat de taalexamens met
professor De Coo en de 2 linguïsten van SELOR, die de
examens beheren, nog moesten besproken worden. Er
zal een financiële inspanning gebeuren in het kader van
de voorbereidingen zodat de kandidaten meer slaagkan-
sen hebben.
De heer Karel Van Hoorebeke (VU-ID) : Het nieuws dat
het taalhoffelijkheidsakkoord in de Brusselse regering
niet gerespecteerd zou worden, heeft ons gealarmeerd.
Mevrouw Neyts zou gezegd hebben dat er op federaal
vlak een akkoord was over de versoepeling van het taal-
examen. Uit het betoog van de minister begrijp ik echter
dat er geen akkoord is in de federale regering over een
versoepeling van het taalexamen. Wij begrijpen ook dat
de minister door een betere vorming en voorbereiding
juist naar meer een betere tweetaligheid streeft. Ik reken
op de Vlaamse reflex van de vertegenwoordigers in de
federale regering om niet toe te geven aan een mogelijke
gevraagde versoepeling.
De heer Bart Laeremans (VL. BLOK) : Uw antwoord
heeft ons bijkomende informatie bezorgd. Enkele beden-
kingen. Ik denk dat het moet mogelijk zijn om deze proef
bij te wonen. Ik hoop dat de doorlichting geen camoufla-
ge is om het examen te versoepelen.
Minister Luc Van den Bossche (in het Nederlands) :
Kent u professor De Coo ? Soepelheid is niet eigen aan
professor De Coo.
De heer Bart Laeremans (VL. BLOK) : Ik verwijs enkel
naar de bedenkingen van mevrouw Neyts, die me ver-
ontrusten.
De voorzitter : Het incident is gesloten.
T
AALKENNIS VAN
P
HILIPPE
B
USQUIN
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de eerste
minister over "de taalkennis van Philippe Busquin" (nr.
1715)
De heer Karel Van Hoorebeke (VU-ID) : Wij hebben
altijd belang gehecht aan de taalkennis van onze minis-
ters en mandatarissen. De eerste minister heeft gezegd
over de tweetaligheid van deze vertegenwoordigers te
zullen waken.
Bij de aanstelling van de heer Busquin tot Europees
Commissaris heeft de premier toegegeven dat zijn ken-
nis van het Nederlands ontoereikend was. Hij heeft
beloofd dat de heer Busquin de nodige inspanningen
zou doen om hierin verandering te brengen.
Hoever staat het met de kennis van het Nederlands van
de heer Busquin ?
Eerste minister Guy Verhofstadt (in het Nederlands) : De
heer Busquin heeft inderdaad op 1 september 1999 in
het Europees Parlement toegegeven dat zijn kennis van
het Nederlands niet bijster groot was en dat hij inspan-
ningen zou doen om zijn Nederlands te verbeteren. Het
Europees Parlement moet dit gegeven verder beoorde-
len. Het Nederlands van de heer Busquin wordt welis-
waar steeds beter, zoals dat ook bij al onze regeringsle-
den het geval is.
Er worden inspanningen geleverd en onze ministers
beantwoorden vragen in principe in de taal van de
vraagsteller. Bovendien stel ik vast dat de heer Busquin
minstens één Nederlandstalige kabinetsmedewerker
heeft, wat zijn Nederlands zeker ten goede komt.
BV 50
COM 196 10.05.2000
7
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
8
BV 50
COM 196 10.05.2000
De heer Karel Van Hoorebeke (VU-ID) : Dat volstaat. Ik
dring er op aan dat de eerste minister in zijn contacten
met de heer Busquin Nederlands zou spreken.
De voorzitter : Het incident is gesloten.
De openbare vergadering met vragen wordt gesloten
om 15.45 uur.
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
Drukkerij St-Luc · Nazareth · Tel 09/385 44 03