BV 50
COM 140
BV 50
COM 140
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
Beknopt Verslag
VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE COMMISSIE VOOR DE BINNENLANDSE ZAKEN,
DE ALGEMENE ZAKEN EN HET OPENBAAR AMBT
VAN
02 - 03 - 2000
namiddag
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
2
BV 50
COM 140 02.03.2000
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
AGALEV-ECOLO
:
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP
:
Christelijke Volkspartij
FN
:
Front National
PRL FDF MCC
:
Parti Réformateur libéral - Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS
:
Parti socialiste
PSC
:
Parti social-chrétien
SP
:
Socialistische Partij
VLAAMS BLOK
:
Vlaams Blok
VLD
:
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
:
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000
: Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
DOC 50 0000/000
: Document parlementaire de la 50e
het nummer en het volgnummer
législature, suivi du n° et du n° consécutif
QRVA
: Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
: Questions et Réponses écrites
HA
: Handelingen (Integraal Verslag)
HA
: Annales (Compte Rendu Intégral)
BV
: Beknopt Verslag
CRA
: Compte Rendu Analytique
PLEN
: Plenum
PLEN
: Séance plénière
COM
: Commissievergadering
COM
: Réunion de commission
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Bestellingen :
Commandes :
Tel. : 02/549 81 60
Tél. : 02/549 81 60
Fax : 02/549 82 74
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
www.laChambre.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
e-mail : aff.generales@laChambre.be
BV 50
COM 140 02.03.2000
3
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
COMMISSIE VOOR DE BINNENLANDSE ZAKEN, DE ALGEMENE ZAKEN EN HET OPENBAAR AMBT C 140
INTERPELLATIES EN VRAGEN
Interpellaties van de heren Paul Tant en Bart Laeremans tot de eerste minister over het optreden
van een kabinetsmedewerker van de eerste minister (nrs 268 en 269).
Sprekers : Paul Tant, Bart Laeremans en Guy Verhofstadt, eerste minister
5
Interpellatie van de heer Francis Van den Eynde tot de eerste minister over de uitspraken van de
heer Leman (nr 266).
Sprekers : Francis Van den Eynde en Guy Verhofstadt, eerste minister
7
Vragen van de heer Pieter De Crem en mevrouw Els Van Weert tot de eerste minister over de
nieuwe opdracht van regeringscommissaris Willockx" (nrs 1158 en 1197).
Sprekers : Pieter De Crem, Els van Weert en Guy Verhofstadt, eerste minister
8
INHOUD
INTERPELLATIES EN VRAGEN
O
PTREDEN VAN EEN KABINETSMEDEWERKER VAN DE EERSTE
MINISTER
Interpellatie van de heer Paul Tant tot de eerste minis-
ter over "het ontoelaatbare optreden van een kabinet-
smedewerker in een parlementaire onderzoekscommis-
sie" (nr. 268)
Interpellatie van de heer Bart Laeremans tot de eerste
minister over "het onwettelijk en hoogst ongemanierde
optreden van zijn communicatiespecialist" (nr. 269)
De heer Paul Tant (CVP) : Ik dank de voorzitter van de
parlementaire onderzoekscommissie, die initiatieven
nam om deze interpellaties nu te organiseren, vooraleer
de dioxinecommissie haar werkzaamheden verderzet.
Een medewerker van de premier heeft de werking van
de dioxinecommissie ondermijnd door intentieprocessen
te maken ten aanzien van enkele commissieleden, door
vragen van die leden als niet relevant af te wijzen en
door parlementsleden ernstig te beledigen. Vindt de pre-
mier zo'n gedrag toelaatbaar ? Kan de premier zich
voorstellen dat zich in de Rwanda-commissie een getui-
ge op zo'n arrogante wijze zou hebben gedragen ?
Iedereen zou getuige geweest zijn van de afkeuring door
de heer Verhofstadt. De premier reageert overigens
totaal anders ten aanzien van de heer Leman dan ten
aanzien van de heer Slangen.
Met de verklaring van de heer Leman was de premier
"allerminst opgezet". Over de houding van de heer Slan-
gen in de dioxinecommissie heeft de premier alleen een
"geen commentaar".
Daar moet het Parlement het dan maar mee doen.
Dit lijkt mij een onaanvaardbaar verschil in houding. Bei-
den zijn in dienst van de eerste minister. De uitlatingen
van de heer Slangen werden echter gedaan in een
onderzoekscommissie, de verklaring van de heer Leman
werd maar aan een krant afgelegd. Heeft de premier de
heer Slangen al ter verantwoording geroepen ? Zo ja,
BV 50
COM 140 02.03.2000
5
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
COMMISSIE VOOR
DE BINNENLANDSE ZAKEN,
DE ALGEMENE ZAKEN
EN HET OPENBAAR AMBT
OPENBARE VERGADERING
DONDERDAG 02 MAART 2000
NAMIDDAG
VOORZITTER :
de heer
Tony SMETS
De vergadering wordt geopend om
18.02
uur.
6
BV 50
COM 140 02.03.2000
met welk resultaat ? Indien niet, waarom wordt de heer
Slangen anders behandeld dan de heer Leman ?
De premier moet echter beseffen dat hij meer vereen-
zelfdigd wordt met de heer Slangen dan met de heer
Leman. De heer Slangen leverde kritiek op de aanpak
van de dioxinecrisis en op de heer Dehaene, maar alleen
vanuit zijn invalshoek als mediadeskundige. Gelukkig
adviseerde de heer Slangen toen de eerste minister niet,
want dan zou hij premier Dehaene de raad hebben
gegeven om zich afzijdig te houden. Het is ook duidelijk
geworden dat de heer Slangen is opgetreden als
beheerder of medebeheerder van het rapport-Destickere
en dat dit document politiek gebruikt werd.
Des te minder begrijpen wij waarom dit per se verborgen
moest blijven. Verschillende verklaringen zijn tegenstrij-
dig. De heer Slangen heeft de premier slechte raad
gegeven in verband met het hanteren van het rapport-
Destickere. Dat verklaart het agressieve en arrogante
gedrag van de heer Slangen voor de dioxinecommissie.
Bovendien wordt de premier door de bevolking vereen-
zelvigd met dat arrogante gedrag tegenover de dioxine-
commissie.
Wordt de handelwijze van de heer Slangen door de eer-
ste minister gedekt ? Welke sancties zal de premier
nemen ? Was er overleg met de heer Slangen ? Zal de
heer Slangen zich verontschuldigen voor de parlemen-
taire onderzoekscommissie, aangezien hij zelfs voor de
media verklaarde dat hij te ver was gegaan ?
De heer Bart Laeremans (VL. BLOK) : De mediaspecia-
list en communicatiestrateeg van de eerste minister
heeft op 18 februari leden van een onderzoekscommis-
sie beledigd. Zijn gedrag is strafbaar. Bovendien heeft hij
via de camera's de eerste minister de raad gegeven om
zich even onbeschoft te gedragen. De eerste minister
zou zich bij elke regeringsbeslissing laten adviseren door
de heer Slangen. Hij zou de regering meeslepen in een
anti-blokobsessie. Waartoe dat leidt, blijkt uit de onder-
tussen ingetrokken black lists van De Post.
Velen vragen zich af hoe de eerste minister zo veranderd
is en hoe het komt dat de VLD zo naar links opschuift.
De heer Leman had zeker gelijk toen hij zei dat de con-
servatieve kiezer bij de VLD niet meer terecht kan. Uw
intieme raadgever, Slangen, heeft de grote bocht naar
links en naar de groenen voorbereid. Hij is daarmee een
slechte raadgever geweest. Het type van de manipuleer-
der wordt dikwijls als een slang voorgesteld. What's in a
name ?
Erkent de eerste minister dat zijn kabinetsmedewerker
door zijn gedrag de wet heeft overtreden en de Kamer
en in het bijzonder de dioxinecommissie geblameerd
heeft ?
Had de eerste minister hierover voorafgaandelijk overleg
met de heer Slangen ? Was de eerste minister op de
hoogte van hetgeen zijn adviseur zou doen ? Keurt hij
het gedrag van zijn medewerker goed ?
Is de eerste minister van oordeel dat de positie van de
heer Slangen als duur betaalde kabinetsmedewerker
gehandhaafd kan worden ?
Gaat de eerste minister zelf in op de suggestie van zijn
kabinetsmedewerker en zal hij in de toekomst niet meer
antwoorden op vragen van parlementsleden van welbe-
paalde partijen ?
Eerste minister Guy Verhofstadt (in het Nederlands) : De
bezorgdheid van de heer Tant voor mijn imago doet mij
veel plezier, maar ik weet niet goed waarom die vragen
aan mij worden gesteld. De heer Slangen werd immers
niet ondervraagd als kabinetsmedewerker, maar als de
man die de VLD-campagne heeft geleid. Wat de heer
Slangen doet in de dioxinecommissie is zijn zaak.
Volgens de heer De Croo heeft de heer Slangen overi-
gens op alle vragen geantwoord. Als er processen wor-
den ingespannen, dan mag ik daar als hoofd van de uit-
voerende macht niet in tussenkomen. Overigens
beschouwt de dioxinecommissie zelf de zaak als afge-
handeld. Ik respecteer dat.
Het is de heer Laeremans duidelijk te doen om het
opkloppen van een aantal extreem-rechtse stellingen.
De heer Paul Tant (CVP) : De premier probeert er zich
heel gemakkelijk vanaf te maken en ontvlucht zijn ver-
antwoordelijkheid. Zijn kabinetsmedewerker heeft het
Parlement op een onaanvaardbare wijze beledigd. De
heer Slangen heeft overigens niet op alle vragen geant-
woord. Kamervoorzitter De Croo was niet aanwezig in
de dioxinecommissie. Hij kan niet als getuige worden
ingeroepen. De dioxinecommissie wordt door dergelijke
voorvallen gepolitiseerd, wat de kwaliteit van de debat-
ten schaadt. De geloofwaardigheid van de premier is
door deze handelwijze onderuitgehaald. De werking van
de parlementaire onderzoekscommissie werd op een
onaanvaardbare wijze gedwarsboomd. Ik meen dat de
premier hem ontslag moet geven.
De heer Bart Laeremans (VL. BLOK) : Ik kan de heer
Tant bijtreden : de heer Slangen is vandaag kabinetsme-
dewerker en hij heeft de dioxinecommissie geschof-
feerd. Ik vind het bijzonder laf dat de eerste minister
daaruit geen enkele conclusie durft te trekken. Blijkbaar
zit hij te erg in de greep van die man. De gemeenschap
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
zal hem dus vier miljoen frank per jaar blijven betalen.
Het is dan ook niet meer dan normaal dat een motie van
aanbeveling wordt ingediend.
De heer Hugo Coveliers (VLD) : Dit wordt hallucinant ! In
een onderzoekscommissie probeerde men eerst alle ver-
antwoordelijkheid voor de crisis af te schuiven op een
regering die nog niet eens aan de macht was. Omdat
men daarin niet slaagde, gaat men nu de premier inter-
pelleren naar aanleiding van een incident met een van
zijn medewerkers. De heer Tant heeft het in zijn interpel-
latie overigens meer over het optreden van de premier
dan over dat van de heer Slangen. Hij misbruikt zo zijn
interpellatierecht en de mogelijkheid om een motie in te
dienen. Wij dienen dan ook een eenvoudige motie in.
De heer Francis Van den Eynde (VL. BLOK) : De heer
Coveliers gebruikte het woord "hallucinant". Als er iets
hallucinant is, dan is het de wijze waarop de eerste
minister en de VLD de dans pogen te ontspringen. Een
kabinetsmedewerker beledigt een onderzoekscommis-
sie en raadt dan de eerste minister aan hetzelfde te
doen en niet meer te antwoorden op vragen van bepaal-
de parlementsleden. Ik vraag een beetje respect voor de
feiten en de waarheid.
De voorzitter : Ik heb een motie van aanbeveling ont-
vangen, ingediend door de heren Bart Laeremans (VL.
BLOK) en Francis Van den Eynde (VL. BLOK). Die motie
luidt als volgt :
"De Kamer van Volksvertegenwoordigers,
gehoord de interpellaties van de volksvertegenwoordi-
gers Tant en Laeremans,
gehoord het antwoord van de eerste minister,
roept de eerste minister op Slangen met onmiddellijke
ingang te ontslaan."
Een tweede motie van aanbeveling werd ingediend door
de heren Paul Tant (CVP) en Marc Van Peel (CVP) en
luidt als volgt :
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heren Tant en Laere-
mans,
vraagt het ontslag van de heer Slangen als kabinetsme-
dewerker van de eerste minister."
De eenvoudige motie werd ondertekend door de heren
Jean Depreter (PS), Denis D'hondt (PRL FDF MCC),
Willy Cortois (VLD), mevrouw Vanden Poel-Welkenhuy-
sen (VLD) en mevrouw Géraldine Pelzer-Salandra (Ecolo-
Agalev).
Over beide moties zal in een volgende plenaire vergade-
ring worden gestemd.
De bespreking is gesloten.
U
ITSPRAKEN VAN DE HEER
L
EMAN
Interpellatie van de heer Francis Van den Eynde tot de
eerste minister over "de uitspraken van de directeur van
het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racis-
mebestrijding in de Gazet van Antwerpen van 17 februari
2000 en de deelname van het Centrum voor Gelijkheid
van Kansen en voor Racismebestrijding aan de betoging
op 20 februari 2000 tegen de deelname van de FPÖ aan
de Oostenrijkse regering" (nr. 266)
De heer Francis Van den Eynde (VL. BLOK) : Pater
Leman, de directeur van het zogenaamde Centrum voor
gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding, gaf
enkele weken geleden raad aan een paar politieke partij-
en met betrekking tot de houding die ze moesten aanne-
men ten aanzien van het Vlaams Blok. De raad werd niet
geapprecieerd en plots vond iedereen dat hij niet aan
politiek mocht doen. Het is nochtans niet de eerste keer
dat pater Leman aan politiek doet.
Mevrouw Paula D'Hondt, die door het regime bij leven
als een heilige werd beschouwd, moest natuurlijk wor-
den opgevolgd door een pater, en vermits hij de inquisi-
tie tegen het Vlaams Blok moest voeren, een domini-
caan.
Zijn werk was duidelijk niet de racismebestrijding, maar
wel het tegenwerken van één partij. Zijn houding blijkt
voldoende uit de punten die werden toegekend op de
vraag wat men doet als men ziet dat een Vlaams-Blok-
kopstuk wordt aangevallen in een test die in 1996 in de
Gentse scholen werd verspreid.
In 1994 was Leman betrokken bij de hand-in-hand-beto-
ging en laatst ook bij een betoging tegen de FPÖ-rege-
ringsdeelname in Oostenrijk. Zowel Leman als het Cen-
trum doen dus aan politiek. Beide hebben steeds het
Vlaams Blok bekampt. Pas nu wordt daartegen gere-
ageerd omdat zij blijkbaar op een verkeerde manier poli-
tiek bedreven.
In een democratie hoort zo'n Centrum, dat politiek niet
neutraal is en met belastinggeld gefinancierd wordt, niet
thuis ! Het Centrum werd opgericht door het Parlement,
heeft talrijke functies, maar geen enkele duidelijke
opdracht. Het is onaanvaardbaar dat zo'n overheidsma-
chine wordt gebruikt om één politieke partij en haar
BV 50
COM 140 02.03.2000
7
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
8
BV 50
COM 140 02.03.2000
mandatarissen aan te vallen. Welk initiatief gaat de eer-
ste minister nemen ten aanzien van de heer Leman ?
Eerste minister Guy Verhofstadt (in het Nederlands) : Ik
ben het er absoluut niet mee eens dat het Centrum voor
gelijke kansen en racismebestrijding geen rol te spelen
heeft in onze maatschappij. Het feit alleen al dat de heer
Van den Eynde zich verzet tegen een centrum dat het
racisme bestrijdt, is een bekentenis van formaat.
Ik blijf erbij dat de directeur van zo'n centrum zich met
specifieke acties moet bezighouden en zich niet in de
plaats moet stellen van de politici. Dat heb ik hem ook
gezegd. Ik wens geen herhaling van dergelijke inciden-
ten en de heer Leman is zich daarvan bewust en zal
daar strikt rekening mee houden.
De heer Francis Van den Eynde (VL. BLOK) : De pater
trok dus een boetekleed aan ? Ik hoorde nog nooit zo'n
dubbelzinnig antwoord. De premier verwijt de heer
Leman dat hij aan politiek deed. Hij werd precies daar-
voor aangesteld, zoals het Centrum voor racismebestrij-
ding precies daarom werd opgericht ! In België moeten
de rechtbanken en niet zo'n overheidsmachine het racis-
me bestrijden. Het Centrum werd overigens ook niet
opgericht om tegen de FPÖ te manifesteren !
Het Centrum doet al jaren aan politiek, zoals de heer
Leman zelf. Alleen gebeurde dat nu op een onhandige
wijze.
De voorzitter : Ik heb een motie van aanbeveling ont-
vangen van de heren Bart Laeremans (VL. BLOK) en
Francis Van den Eynde (VL. BLOK). Die motie luidt als
volgt :
"De Kamer,
gehoord de interpellatie van de heer Van den Eynde,
gehoord het antwoord van de eerste minister,
verzoekt de regering er niet alleen voor te zorgen dat
het zogenaamde Centrum voor Gelijkheid van Kansen
en voor Racismebestrijding niet langer aan politiek zou
doen, maar bovendien ook nog het nodige te doen
opdat deze instelling, waarvan het nut meer dan betwist-
baar is, zo vlug mogelijk zou opgedoekt worden."
De eenvoudige motie werd ondertekend door de heren
François-Xavier de Donnéa (PSC), Jean Depreter (PS),
Denis D'Hondt (PRL FDF MCC), Patrick Lansens (SP) en
mevrouw Marilou Vanden Poel-Welkenhuysen (VLD).
Over beide moties zal in een volgende plenaire vergade-
ring worden gestemd.
De bespreking is gesloten.
N
IEUWE OPDRACHT VAN REGERINGSCOMMISSARIS
W
ILLOCKX
Vraag van de heer Pieter De Crem tot de eerste minis-
ter over "de nieuwe opdracht voor de regeringscommis-
saris Freddy Willockx" (nr. 1158)
Vraag van mevrouw Els Van Weert tot de eerste minis-
ter over "de nieuwe opdracht voor regeringscommissa-
ris, de heer Freddy Willockx" (nr. 1197)
De heer Pieter De Crem (CVP) : Regeringscommissaris
Willockx kreeg twee maanden geleden een bijkomende
opdracht, namelijk het opvolgen van het omzetten van
Europese richtlijnen. Nu vernemen wij dat hij er nog een
taak heeft bij gekregen, namelijk het vergemakkelijken
van collectieve uitwijzingen van illegalen door middel
van terugkeerverdragen.
Heeft de Ministerraad beslist om de heer Willockx die
opdracht toe te vertrouwen, wanneer en waarom ? Wat
houdt de nieuwe opdracht precies in ? Er zouden nu al
een vijfentwintigtal richtlijnen zijn omgezet, maar nu blijkt
dat veertien daarvan zonder voorwerp geworden zijn of
dat hun omzetting al was voorbereid door de vorige
regering. Er zijn er nu nog honderdvijftig over.
Hoe is de nieuwe opdracht in overeenstemming te bren-
gen met de doelstelling van de regering om de rol van
de administratie en meer bepaald van het corps diplo-
matique te versterken ?
Hoe moet het corps diplomatique zich gedragen ten
aanzien van leden van het corps van andere landen, die
wel de opdracht kregen over die readmissieverdragen te
onderhandelen ? Volstaat het omzetten van enkele Euro-
pese richtlijnen in onze Belgische wetgeving terwijl er
nog honderdvijftig op die omzetting wachten om een
nieuwe taak te geven aan de regeringscommissaris ?
Hoe zit het met regeringscommissaris André ? We hoor-
den daar nauwelijks iets van.
Wat behelst de nieuwe functie van de heer Willockx ?
Met welke landen moet hij onderhandelen over de read-
missieverdragen ? Ligt er eventueel een nieuwe job voor
hem klaar bij de gemeenteraadsverkiezingen ?
Zal regeringscommissaris Willockx nog andere opdrach-
ten krijgen ?
Mogen de andere regeringscommissarissen zich ook
aan nieuwe opdrachten verwachten ?
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
Mevrouw Els Van Weert (VU-ID) : Onze fundamentele
kritiek op het systeem van de regeringscommissarissen
is bekend. Ik zal ook de vragen van de heer De Crem
niet herhalen.
De heer Willockx heeft een opdracht gekregen voor een
volledige regeerperiode, hoewel minister Daems indertijd
heeft gezegd dat de opdracht beperkt was in duur. Wij
hebben de indruk dat men voortdurend naar nieuwe
opdrachten zoekt om de tijd te vullen.
Wat is de precieze taakomschrijving van de heer Wil-
lockx ? Waar en wanneer is de beslissing genomen om
weer een nieuwe opdracht te bedenken ?
In een eerder antwoord verklaarde de eerste minister dat
de functie van regeringscommissaris niet verenigbaar is
met een gewestelijk uitvoerend mandaat. Wat dan met
de gemeentelijke ambities van de commissaris ?
Naar onze mening maakt de regeringscommissaris inte-
graal deel uit van de uitvoerende macht. Dan is het ook
niet mogelijk dat de heer Picqué in het Parlement blijft
zetelen. Is de eerste minister het eens met die interpre-
tatie, die ook in de pers aan zijn vorig antwoord werd
gegeven ?
Welke argumenten zijn er om de heer Willockx met nog
maar een nieuwe commissarisfunctie te bekleden ?
Eerste minister Guy Verhofstadt (in het Nederlands) : Ik
verwijs naar de antwoorden die ik vroeger reeds gaf in
verband met het statuut van de regeringscommisaris-
sen.
Wat de rol van de heer Willockx in de dioxinecrisis
betreft, wijs ik erop dat hij de zeer strenge Europese
maatregelen tegen België hielp opheffen en zo de crisis
hielp beheersen. Dat de maatregelen werden opgeheven
was geenszins evident ! Een aantal dossiers moeten nog
een administratieve afhandeling krijgen. De heer Wil-
lockx volgt ze op.
We hebben de heer Willockx ook gevraagd om zich
bezig te houden met de opvolging van de omzetting van
de Europese richtlijnen. Er zijn 181 openstaande dos-
siers waarvan 93 de uiterste datum reeds lang over-
schreden hebben ; 39 dossiers waarvoor de omzetting
niet op de juiste manier gebeurde ; en 11 dossiers waar-
voor het arrest van het Hof van Justitie niet gerespec-
teerd werd. De heer Willockx houdt een scorebord bij
om de ministers ertoe aan te zetten werk te maken van
de omzettingen. Op 15 februari was het aantal achters-
tallige dossiers al tot 150 gezakt. De werkwijze van de
heer Willockx werpt dus al zijn vruchten af. Ik realiseer
me wel dat dit aantal nooit tot nul zal kunnen worden
gereduceerd, maar ik hoop toch op een halvering.
Het probleem van de achterstand inzake Europese richt-
lijnen is al jaren oud. Het is dus hoog tijd dat er nu een
inhaaloperatie wordt ingezet. De regering heeft hiervan
een belangrijke prioriteit gemaakt.
Hetzelfde geldt voor ons beleid inzake regularisatie-,
naturalisatie- en vreemdelingenproblematiek. Men mag
niet vergeten dat er na de dood van Sémira Adamu geen
sprake meer was van enig uitwijzingsbeleid. Deze rege-
ring heeft de collectieve uitwijzingen opnieuw aangevat.
Vandaar dat we om efficiënt te werk te gaan met een
aantal landen terugnameakkoorden hebben gesloten.
Op die manier wordt er veel tijd gewonnen.
De heer Willockx moet deze akkoorden afsluiten. Dat is
zeer arbeidsintensief en neemt veel tijd in beslag. De
regularisaties én de uitwijzingen zorgen samen voor een
geloofwaardig beleid. We constateren nu al een afname
van het aantal asielaanvragen. In februari zal dit onge-
veer op 2000 liggen.
De heer Willockx is een zeer gedreven man. Hij is de
meest geschikte persoon om zich op deze opdracht toe
te spitsen. Hij zal niet onverrichterzake terugkeren. We
willen vooral met die landen waaruit we een al te hoge
migratie hebben kunnen vaststellen, terugnameakkoor-
den afsluiten.
De heer Pieter De Crem (CVP) : We maken hier werke-
lijk de zaligverklaring van de heer Willockx mee. (Glim-
lachjes)
De omzetting van de Europese richtlijnen is mijns inziens
geen titanenwerk, zoals de eerste minister het hier voor-
stelt. Sommige dossiers konden werkelijk in een hand-
omdraai worden omgezet. Dergelijke taken moeten toch
door ambtenaren worden gedaan.
Ik vind dat de positieve appreciatie van de heer Willockx
voldoende zegt over de andere regeringscommissaris-
sen.
Wat de terugnameakkoorden betreft, zie ik ook niet in
waarom het departement Buitenlandse Zaken dit niet
zou kunnen doen. Is daar echt een politicus voor nodig ?
Eerste minister Guy Verhofstadt (in het Nederlands) : De
onderhandelingen gebeuren in de betrokken landen op
het niveau van de minister van Buitenlandse Zaken en
niet op het niveau van de ambtenarij. Tegenover een
minister moeten wij een politicus plaatsen.
De heer Pieter De Crem (CVP) : We zijn het enige land
waar voor dergelijke zaken diplomaten opzij worden
geschoven.
BV 50
COM 140 02.03.2000
9
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
10
BV 50
COM 140 02.03.2000
Eerste minister Guy Verhofstadt (in het Nederlands) : Dit
is niet correct. Ook in Italië wordt ons systeem toege-
past. Politici voeren daar de onderhandelingen met Tira-
na.
De heer Pieter De Crem (CVP) : Wij blijven erbij dat
deze opdracht een bezigheidstherapie is voor de heer
Willockx en vinden dat dit niet in een efficiënt staatsbe-
heer past. In het regeerakkoord staat trouwens dat de
ambtenarij zou worden geherwaardeerd. Dat doet men
niet door alles naar regeringscommissarissen door te
schuiven.
Eerste minister Guy Verhofstadt (in het Nederlands) : Ik
vind het erg dat u over dit onderwerp durft te interpelle-
ren. Jarenlang werd er terzake geen beleid gevoerd ; nu
er een beleid is, vindt u het jammer dat het een politicus
is die eraan werkt.
Mevrouw Els Van Weert (VU-ID) : De premier zegt dat
veel taken exclusief voor politici zijn weggelegd en hij
zingt de lof van de heer Willockx. Waarom reserveert hij
dan geen plaatsje voor deze uitmuntende politicus in zijn
regering ?
Over de onverenigbaarheid van de functie van regerings-
commissaris met een wetgevend of gemeentelijk man-
daat heb ik geen duidelijkheid. Het statuut van de heer
Picqué blijft dus vragen oproepen, en ook de heer Wil-
lockx baart ons zorgen nu de gemeenteraadsverkiezin-
gen naderen.
De voorzitter : Het incident is gesloten.
De vergadering met interpellaties en vragen wordt
gesloten om 19.20 uur.
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
Drukkerij St-Luc · Nazareth · Tel 09/385 44 03