CRABV 50 COM 1040
CRABV 50 COM 1040
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
V
OLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
J
USTITIE
C
OMMISSION DE LA
J
USTICE
maandag lundi
31-03-2003 31-03-2003
14:26 uur
14:26 heures
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 1040
31/03/2003
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van mevrouw Pierrette Cahay-André aan de
minister van Justitie en aan de minister van
Binnenlandse Zaken over "de werking van de
AIK's, artikel 105, §4 WGP" (nr. B328)
1
Question de Mme Pierrette Cahay-André au
ministre de la Justice et au ministre de l'Intérieur
sur "le fonctionnement des CIA - MFO 6 article
105, § 4 LPI" (n° B328)
1
Sprekers: Pierrette Cahay-André, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs: Pierrette Cahay-André, Marc
Verwilghen, ministre de la Justice
Vraag van de heer Bernard Baille aan de minister
van Justitie over "de conflicten bij de statutaire
ambtenaren in overheidsdienst" (nr. B437)
3
Question de M. Bernard Baille au ministre de la
Justice sur "les conflits des agents statutaires de
services publics" (n° B437)
3
Sprekers: Bernard Baille, Marc Verwilghen,
minister van Justitie
Orateurs: Bernard Baille, Marc Verwilghen,
ministre de la Justice
Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de minister
van Justitie over "de uitvoering van het akkoord
met de administratieve diensten van de
gevangenissen" (nr. B451)
3
Question de Mme Greta D'hondt au ministre de la
Justice sur "la mise en oeuvre de l'accord avec les
services administratifs des établissements
pénitentiaires" (n° B451)
3
Sprekers: Greta D'hondt, Marc Verwilghen,
minister van Justitie
Orateurs: Greta D'hondt, Marc Verwilghen,
ministre de la Justice
Vraag van mevrouw Dalila Douifi aan de minister
van Justitie over "de deloyale concurrentie aan de
Belgische kust" (nr. B456)
4
Question de Mme Dalila Douifi au ministre de la
Justice sur "la concurrence déloyale à la côte
belge" (n° B456)
4
Sprekers: Dalila Douifi, Marc Verwilghen,
minister van Justitie
Orateurs: Dalila Douifi, Marc Verwilghen,
ministre de la Justice
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
minister van Justitie over "de omzendbrief waarbij
winkeldiefstallen en fietsdiefstallen enkel nog
aanleiding geven tot een minnelijke schikking"
(nr. B464)
5
Question de M. Tony Van Parys au ministre de la
Justice sur "la circulaire disposant que désormais
les vols à l'étalage et les vols de vélo feront
encore uniquement l'objet d'une conciliation"
(n° B464)
5
Sprekers:
Tony Van Parys, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs: Tony Van Parys, Marc Verwilghen,
ministre de la Justice
Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
minister van Justitie over "de afbouw van het
slachtofferonthaal en de bemiddeling in strafzaken
in het Justitiehuis te Gent" (nr. B465)
7
Question de M. Tony Van Parys au ministre de la
Justice sur "le démantèlement de l'accueil des
victimes et de la médiation en matière pénale au
sein de la Maison de justice de Gand" (n° B465)
7
Sprekers:
Tony Van Parys, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs: Tony Van Parys, Marc Verwilghen,
ministre de la Justice
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke aan de
minister van Justitie over "de openbare
aanbesteding voor de uitwerking van een
controlesysteem en een beperking van de
communicaties op de gevoerde gesprekken in de
strafinrichtingen" (nr. B483)
8
Question de M. Karel Van Hoorebeke au ministre
de la Justice sur "l'adjudication publique relative
au développement d'un système de contrôle et de
limitation des communications téléphoniques dans
les établissements pénitentiaires belges"
(n° B483)
8
Sprekers: Karel Van Hoorebeke, Marc
Verwilghen, minister van Justitie
Orateurs: Karel Van Hoorebeke, Marc
Verwilghen, ministre de la Justice
Vraag van de heer Fred Erdman aan de minister
van Justitie over "de bevoegdheid van de
'stagecommissie' in het kader van de statutaire
aanstelling van penitentiaire beambten" (nr. B455)
9
Question de M. Fred Erdman au ministre de la
Justice sur "la compétence de la 'commission de
stage' dans le cadre de la nomination statutaire
d'agents pénitentiaires" (n° B455)
9
Sprekers: Fred Erdman, Marc Verwilghen,
minister van Justitie
Orateurs: Fred Erdman, Marc Verwilghen,
ministre de la Justice
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 1040
31/03/2003
1
COMMISSIE VOOR DE JUSTITIE
COMMISSION DE LA JUSTICE
van
MAANDAG
31
MAART
2003
14:26 uur
______
du
LUNDI
31
MARS
2003
14:26 heures
______
De vergadering wordt geopend om 14.26 uur door
de heer Fred Erdman, voorzitter.
La séance est ouverte à 14.26 heures par M. Fred
Erdman, président.
01 Vraag van mevrouw Pierrette Cahay-André
aan de minister van Justitie en aan de minister
van Binnenlandse Zaken over "de werking van de
AIK's, artikel 105, §4 WGP" (nr. B328)
01 Question de Mme Pierrette Cahay-André au
ministre de la Justice et au ministre de l'Intérieur
sur "le fonctionnement des CIA - MFO 6 article
105, § 4 LPI" (n° B328)
(Het antwoord zal worden verstrekt door de minister
van Justitie)
(La réponse sera fournie par le ministre de la
Justice)
01.01 Pierrette Cahay-André (MR): In
omzendbrief MFO-6 met betrekking tot de werking
van de arrondissementele informatiekruispunten
(AIK's) wordt bepaald dat de lokale politie
personeel moet detacheren bij de AIK's.
Wat is er gebeurd met de codeerders van de
processen-verbaal van de politie die vroeger in de
rijkswachtdistricten werkten ? Hoeveel waren er ?
Artikel 105, § 4 van de WGP wordt daarbij terzijde
gelaten. Dat artikel regelt nochtans de detachering
door de Dirju van verbindingsambtenaren bij de
zones, waar ze belast worden met de coördinatie
van de gerechtelijke politietaken tussen de lokale
politie en de GDA.
In heel wat zones wacht men nog altijd op die
manschappen.
Zal dat artikel 105, § 4 worden toegepast ?
01.01 Pierrette Cahay-André (MR): Dans la
circulaire MFO 6 relative aux modalités de
fonctionnement des Carrefours d'information
d'arrondissement (CIA), il est indiqué que les
polices locales doivent détacher du personnel
auprès de ceux-ci.
Que sont devenus les codeurs des PV de police qui
travaillaient dans le passé dans les districts de
gendarmerie ? Combien étaient-ils ?
L'article 105, § 4 LPI est passé sous silence. Il
institue pourtant le détachement par le Dir-Jud. de
fonctionnaires de liaison auprès des zones où ils
sont chargés de coordonner les missions de police
judiciaire entre police locale et SJA.
De nombreuses zones les attendent encore !
Est-il envisagé d'appliquer cet article 105, § 4 ?
01.02 Minister Marc Verwilghen (Frans): Ik wil u
vooreerst herinneren aan het antwoord dat de
minister van Binnenlandse Zaken op 15 januari aan
de heer Pieters heeft gegeven in verband met de
arrondissementele informatiekruispunten (AIK).
Zoals voorgeschreven door rondzendbrief MFO 6,
moet het AIK worden georganiseerd als een
01.02 Marc Verwilghen , ministre (en français) :
Je tiens tout d'abord à vous rappeler la réponse
apportée, le 15 janvier dernier, par le ministre de
l'Intérieur à M. Dirk Pieters relativement à
l'organisation des Carrefours d'Information
d'Arrondissement (CIA).
Comme le stipule la circulaire MFO 6, le CIA doit
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31/03/2003
CRABV 50
COM 1040
2
gemeenschappelijke dienst en om die reden is de
aanwezigheid van de leden van de lokale en van de
federale politie niet alleen een onontbeerlijke factor
voor succes, maar beantwoordt ze ook aan een
wettelijke verplichting.
Het AIK is een dienst die voor de twee niveaus van
de geïntegreerde politie werkt. De organogrammen
van de voormalige rijkswacht voorzagen in 110
betrekkingen van codeerder binnen de
inlichtingenbureaus van de districten (RDB). Die
betrekkingen gingen over naar de nieuwe AIK's.
Die personeelsleden stonden niet alleen in voor het
coderen van de gegevens, maar deels ook voor de
verwerking ervan. Bovendien werkten in heel wat
RDB's gedetacheerde leden van de territoriale
brigades. Die bijkomende codeerders een vijftigtal
werden overgeheveld naar de politiezones.
Het werk van de rijkswachtdistricten en de huidige
AIK's is niet vergelijkbaar. Die laatste staan veeleer
in voor de exploitatie van de informatie.
Bovendien is het coderen van pv's vandaag
gemakkelijker en gaat het sneller dan vroeger. Op
dat punt ben ik het dus niet eens met uw analyse.
Wat de detachering van de verbindingsofficieren
naar de lokale politiekorpsen betreft, deel ik uw
zienswijze niet.
Vooreerst zijn de verbindingsofficieren geen
gedetacheerde leden van de federale politie in de
zin van het RPPOL. Voorts dient ook met de
verschillende opdrachten van die
verbindingsofficieren rekening te worden
gehouden.
Het komt de gerechtelijk directeur toe de
voorwaarden van die samenwerking vast te stellen
en te beslissen over de aanwijzing. Die
voorwaarden zijn niet in alle arrondissementen
dezelfde, zoals duidelijk blijkt uit de bestaande
uiteenlopende regelingen.De verantwoordelijke
personen van de algemene directie van de
gerechtelijke politie hebben onlangs de werking van
die verbindingsofficieren 57 over het hele land
geëvalueerd. Indien een lokale overheid niet
helemaal tevreden is over de samenwerking, dan
moet die contact opnemen met de gerechtelijk
directeur en de directeur-generaal van de
gerechtelijke politie.
être organisé comme un service commun et, dans
ce contexte, la présence de membres de la police
locale et de la police fédérale constitue un facteur
critique de succès mais également une obligation
légale. Le CIA est un service qui travaille au profit
des deux niveaux de la police intégrée.
Les tableaux organiques de l'ancienne
gendarmerie prévoyaient 110 emplois de codeurs
au sein des Bureaux de Renseignement des
Districts (BDR). Ces emplois ont été transférés aux
nouveaux CIA. Ces membres du personnel ne se
limitaient pas à l'encodage des données mais
participaient également à leur traitement. De plus,
de nombreux BDR comptaient des membres
détachés des brigades territoriales. Ces codeurs
supplémentaires - une cinquantaine - ont été
transférés aux zones de police.
Le travail des districts de gendarmerie et des
actuels CIA ne peut être comparé. Ces derniers
s'occupent plutôt de l'exploitation de l'information.
Du reste, l'encodage des procès-verbaux est
aujourd'hui plus aisé et plus rapide que par le
passé. Sur ce point, je ne peux donc pas me rallier
à votre analyse.
En ce qui concerne le détachement de
fonctionnaires de liaison vers les corps de police
locale, je ne partage pas votre vision des choses.
Tout d'abord, ces officiers de liaison ne sont pas
des membres de la police fédérale « détachés » au
sens du PJPOL. Ensuite, il faut tenir compte des
différentes fonctionnalités de ces officiers de
liaison.
Il appartient au directeur judiciaire de fixer les
modalités de cette collaboration et de cette
désignation. Ces modalités peuvent varier d'un
arrondissement judiciaire à l'autre, les modalités
actuelles, multiples, en étant la meilleure preuve.
Les responsables de la Direction générale de la
police judiciaire ont récemment évalué le
fonctionnement de ces officiers de liaison qui sont
actuellement au nombre de 57 pour tout le pays. Si
une autorité locale estime que la fonctionnalité n'est
pas optimale, il convient d'installer un dialogue
avec le Directeur judiciaire et le Directeur général
de la police judiciaire.
01.03 Pierrette Cahay-André (MR): Toen er
verscheidene politiediensten waren bestond er een
probleem van gebrekkige informatie en coördinatie.
De organisatie van een geïntegreerde politie is
zeker geen gemakkelijke opdracht. Ik hoop dat de
toestand er voor de gemeenten, vooral financieel,
zal op vooruit gaan.
De integratie verloopt niet slecht, maar hier en daar
kan het toch wat gesmeerder.
01.03 Pierrette Cahay-André (MR) : Nous avons
vécu le manque d'information et de coordination au
moment où nous avions plusieurs polices.
L'organisation d'une police intégrée n'est certes
pas une chose facile et j'espère que la situation
s'améliorera pour les communes, surtout au niveau
financier.
En termes d'intégration, si cela ne va pas trop mal,
il y a encore de l'huile à mettre dans certains
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 1040
31/03/2003
3
engrenages.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van de heer Bernard Baille aan de
minister van Justitie over "de conflicten bij de
statutaire ambtenaren in overheidsdienst"
(nr. B437)
02 Question de M. Bernard Baille au ministre de
la Justice sur "les conflits des agents statutaires
de services publics" (n° B437)
02.01 Bernard Baille (ECOLO-AGALEV): Dit is
mijn eerste en meteen ook mijn laatste vraag in
deze commissie. Soms ontstaan betwistingen
tussen statutaire ambtenaren in overheidsdienst en
hun hiërarchische meerderen. Die ambtenaren
wenden zich dan tot de toezichthoudende overheid,
vervolgens tot de Raad van State en ten slotte tot
de burgerlijke rechtbanken. De procedures slepen
lang aan, soms zo lang dat men aan pesterijen zou
gaan denken.
Is het niet mogelijk sneller recht te spreken? Zou
men die problemen niet aan een bijzonder
rechtscollege moeten toevertrouwen? Beschikt u
over statistieken in dat verband?
02.01 Bernard Baille (ECOLO-AGALEV) : Cette
question sera la première et la dernière que je
poserai en cette commission. Il arrive que des
agents statutaires des services publics entrent en
conflit avec leur hiérarchie. Ils ont alors recours à la
tutelle, puis au Conseil d'Etat et, in fine, aux
tribunaux civils. Les procédures sont alors très
longues, c'est parfois une forme de harcèlement
moral.
N'y aurait-il pas moyen de rendre justice plus
rapidement
? Ne faudrait-il pas confier ces
problèmes à une juridiction particulière ? Disposez-
vous de statistiques sur le sujet ?
02.02 Minister Marc Verwilghen (Frans) : Net als
u moet ik vaststellen dat bepaalde administratieve
procedures betreffende statutaire ambtenaren die
zich persoonlijk benadeeld achten doorgaans
overdreven lang aanslepen.
Wat de statutaire federale ambtenaren betreft, komt
het in de eerste plaats de minister van
Ambtenarenzaken toe de oorzaken van het
probleem te onderzoeken en desgevallend
voorstellen te formuleren om dat te verhelpen.
Uit de statistieken kan duidelijk worden afgeleid
hoeveel tijd er verstrijkt tussen de indiening van de
klacht en het arrest.
02.02 Marc Verwilghen , ministre (en français) :
Comme vous, je dois constater que le règlement de
certaines procédures administratives concernant
des agents statutaires s'estimant personnellement
lésés semble généralement excessivement long.
En ce qui concerne les agents statutaires de la
Fonction publique fédérale, c'est au ministre de la
Fonction publique que revient en premier lieu le
soin d'analyser les causes de la problématique
évoquée et de formuler le cas échéant des
propositions en vue d'y remédier.
Les statistiques démontreront à l'évidence le temps
que prend une affaire entre l'introduction de la
plainte et l'arrêt.
02.03 Bernard Baille (ECOLO-AGALEV): Ik denk
niet enkel aan de federale ambtenaren. Ik pleit
terzake voor een allesomvattende bezinning.
Verbittering kan sommigen ertoe aanzetten
autoritaire en antidemocratische standpunten in te
nemen.
02.03 Bernard Baille (ECOLO-AGALEV) : Je ne
pense pas seulement aux agents de la Fonction
publique fédérale. La réflexion en la matière doit
me semble-t-il être globale. L'amertume peut mener
certains à des idées liberticides et
antidémocratiques.
02.04 Minister Marc Verwilghen (Frans) :
Dezelfde problemen rijzen inderdaad voor alle
federale ambtenaren. De federale minister van
Ambtenarenzaken is zich daarvan bewust.
02.04 Marc Verwilghen , ministre (en français) :
Ce sont en effet les mêmes problèmes qui se
posent à l'ensemble des agents de la Fonction
publique. Le ministre fédéral de la Fonction
publique en est bien conscient.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Greta D'hondt aan de
minister van Justitie over "de uitvoering van het
akkoord met de administratieve diensten van de
03 Question de Mme Greta D'hondt au ministre
de la Justice sur "la mise en oeuvre de l'accord
avec les services administratifs des
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31/03/2003
CRABV 50
COM 1040
4
gevangenissen" (nr. B451)
établissements pénitentiaires" (n° B451)
03.01 Greta D'hondt (CD&V): Na veel stakingen
en protest werd begin juni 2000 de
Copernicushervorming in de
gevangenisadministratie doorgevoerd. De
overeenkomst was dat 25 procent van de
administratieve bedienden die in de loonbarema's
C2 en C3 zitten, zouden worden overgeheveld naar
22B.
Hoeveel personen zullen volgens deze afspraak
worden betaald? Klopt het dat deze berekening nog
niet is gemaakt? Zullen de betrokkenen met
terugwerkende kracht worden betaald?
03.01 Greta D'hondt (CD&V): Après maintes
grèves et protestations, la réforme Copernic a été
opérée au sein de l'administration pénitentiaire au
début de juin 2002. Aux termes de l'accord, 25 pour
cent des agents administratifs qui sont rémunérés
selon les barèmes C2 et C3 devraient être
transférés au barème 22B.
Combien de personnes seront-elles rémunérées
conformément à cet accord ? Est-il exact que ce
calcul n'a pas encore été réalisé ? Les intéressés
seront-ils payés avec effet rétroactif ?
03.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Het gaat om 52 betrekkingen. De FOD Personeel
en Organisatie maakte de berekening en deelde ze
op 14 maart 2003 mee aan de FOD Justitie.
Volgens deze mededeling gelden de
bevorderingen met terugwerkende kracht tot 1 juni
2002.
03.02 Marc Verwilghen , ministre (en
néerlandais): Cinquante-deux emplois sont
concernés. Le SPF Personnel et Organisation a
effectué le calcul et l'a communiqué au SPF Justice
le 14 mars 2003. Selon cette communication, les
promotions ont un effet rétroactif au 1
er
juin 2002.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
04 Vraag van mevrouw Dalila Douifi aan de
minister van Justitie over "de deloyale
concurrentie aan de Belgische kust" (nr. B456)
04 Question de Mme Dalila Douifi au ministre de
la Justice sur "la concurrence déloyale à la côte
belge" (n° B456)
04.01 Dalila Douifi (SP.A): Horeca Vlaanderen is
niet te spreken over allerlei commerciële activiteiten
die sinds geruime tijd het strand overspoelen. De
organisatoren bieden ook drank aan, maar zijn niet
aan de horecawetgeving onderworpen. Voor heel
wat horeca-uitbaters uit Knokke-Heist , verenigd in
de VZW Ter Dijk, is de maat vol omdat zij die
activiteiten als deloyale concurrentie ervaren.
Vragen van de heer Van Nieuwkerke in het Vlaams
Parlement hebben aanleiding gegeven tot
onderzoek van allerlei commerciële
strandactiviteiten. De procureur des Konings van
Brugge heeft einde 2001 een bijkomend onderzoek
laten uitvoeren.
Welke uitspraken kan het parket doen om
dergelijke deloyale concurrentie te bestraffen en te
voorkomen? Welke initiatieven kan de minister
nemen om deze praktijken een halt toe te roepen?
Waarom duurt het zo lang voor het parket gevolg
geeft aan de overgemaakte processen-verbaal? Is
de minister bereid om de problematiek te
agenderen op de bijzondere commissie bevoegd
over milieu en natuurbehoud? Zo neen, welke
initiatieven kan de minister dan wel nemen?
04.01 Dalila Douifi (SP.A): En Flandre, le secteur
horeca est très indisposé par toute une série
d'activités commerciales menées sur les plages
depuis quelque temps déjà. Les organisateurs
offrent également des boissons mais ils ne sont pas
soumis à la législation relative à l'horeca. Pour de
nombreux exploitants horeca de Knokke-Heist,
membres de l'asbl Ter Dijk, la coupe est pleine. En
effet, ils considèrent que toutes ces activités
entraînent une concurrence déloyale. A la suite de
questions posées par M. Van Nieuwkerke au
Parlement flamand, une enquête a été menée à
propos d'un grand nombre d'activités commerciales
organisées sur les plages. Fin 2001, le procureur
du Roi de Bruges a ordonné une enquête
complémentaire.
Quelles mesures le parquet peut-il prendre pour
sanctionner ce type de concurrence déloyale et
éviter que ce phénomène se produise ? Quelles
initiatives le ministre peut-il prendre afin de mettre
un terme à ces pratiques ? Pour quelle raison faut-il
attendre aussi longtemps avant que le parquet
donne suite aux procès-verbaux transmis? Le
ministre est-il disposé à aborder cette question lors
d'une réunion de la commission spéciale pour la
préservation de l'environnement et de la nature ?
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 1040
31/03/2003
5
Dans la négative, quelles initiatives prendra-t-il ?
04.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Het parket kan eigenmachtig geen inbreuken
bestraffen. Het kan alleen de zaak via een
dagvaarding aanhangig maken bij een bevoegde
rechtbank, seponeren of een voorstel doen tot
minnelijke schikking. De procureur des Konings van
Brugge behandelt een vijftal dossiers in dit genre.
De commissie Vervolgingsbeleid van de Vlaamse
Gemeenschap is het forum bij uitstek waar
dergelijke problemen kunnen worden aangekaart
en uitgeklaard. De Commissie vergadert op 18 juni
en agendering van deze problematiek is heel
waarschijnlijk.
04.02 Marc Verwilghen , ministre (en néerlandais)
: Le parquet ne peut d'autorité infliger de peines
pour sanctionner des infractions. Il ne peut que
saisir le tribunal compétent de l'affaire par la voie
d'une citation, classer le dossier sans suite ou
proposer une transaction. Le procureur du Roi de
Bruges traite cinq dossiers de ce type.
La commission Vervolgingsbeleid (politique des
poursuites) de la Communauté flamande est
l'organe privilégié pour aborder et clarifier ces
problèmes. La commission se réunira le 18 juin, et
il est plus que probable que cette problématique
sera mise à l'ordre du jour.
VZW Ter Dijk viseert een surfclub die eten en drank
aan leden aanbiedt en in de zomer fuiven en
barbecues organiseert. De procureur kondigt
seponering aan van dit dossier. Voorts heeft de
VZW zich burgerlijke partij gesteld in een zaak van
eventuele bouwovertredingen door de surfclub. Het
gerechtelijk onderzoek is op 28 februari 2003
afgerond en de procureur des Konings zal elk
moment beslissen of het dossier al dan niet naar de
correctionele rechtbank moet worden
doorverwezen.
L'asbl Ter Dijk vise un club de surf qui offre le boire
et le manger à ses membres et qui organise des
soirées et des barbecues en été. Le procureur du
Roi a annoncé le classement sans suite de ce
dossier. L'asbl s'est constituée partie civile dans le
dossier relatif à d'éventuelles infractions en matière
d'urbanisme commises par le club de surf.
L'enquête judiciaire ayant été clôturée le 28 février
2003, le procureur du Roi pourra à tout moment
décider du renvoi ou non du dossier au tribunal
correctionnel.
04.03 Dalila Douifi (SP.A): Ik zou er bij de minister
op willen aandringen dat de problematiek zeker
apart wordt geagendeerd op de vergadering van 18
juni. De politiek is verantwoordelijk voor het beleid,
maar ook voor de handhaving van het beleid en elk
bestuursniveau moet zijn verantwoordelijkheid
opnemen. Dat het parket de klacht van VZW Ter
Dijk seponeert, wijst op een zekere normvervaging.
Het is vooral daarom dat de beleidslijnen heel
duidelijk moeten zijn. De middenstand in Knokke-
Heist heeft echt wel een punt.
04.03 Dalila Douifi (SP.A): Je voudrais insister
auprès du ministre pour que la question figure en
tout cas à l'ordre du jour le 18 juin comme un point
distinct. Le gouvernement est responsable de la
politique mais aussi de sa mise en oeuvre, et
chaque niveau administratif doit assumer ses
responsabilités. Le classement sans suite de la
plainte de l'asbl Ter Dijk par le parquet traduit un
certain estompement de la norme. C'est pour cette
raison précisément que les orientations politiques
devraient être très claires. Dans ce dossier, les
classes moyennes de Knokke-Heist ont
certainement marqué un point.
04.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Het beleid is gericht op de handhaving en
uitbreiding van de constructies voor
sportbeoefening op stranden. Het is uiteraard niet
de bedoeling om deloyale concurrentie te
organiseren. De commissie moet nauwgezet
toezien op mogelijk misbruik.
04.04 Marc Verwilghen , ministre (en
néerlandais): La politique tend au maintien et à
l'extension des infrastructures pour la pratique de
sports sur la plage. L'objectif n'est évidemment pas
d'organiser une concurrence déloyale. La
commission devra être très attentive à d'éventuels
abus.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
minister van Justitie over "de omzendbrief
waarbij winkeldiefstallen en fietsdiefstallen enkel
nog aanleiding geven tot een minnelijke
05 Question de M. Tony Van Parys au ministre de
la Justice sur "la circulaire disposant que
désormais les vols à l'étalage et les vols de vélo
feront encore uniquement l'objet d'une
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31/03/2003
CRABV 50
COM 1040
6
schikking" (nr. B464)
conciliation" (n° B464)
05.01 Tony Van Parys (CD&V): De procureur des
Konings te Leuven heeft een rondzendbrief
uitgevaardigd waarbij winkeldiefstal en fietsdiefstal
enkel nog via een minnelijke schikking geregeld
zullen worden. Hij noemt dit het lik-op-stuk- of LOS-
beleid. Concreet zal de dader van dergelijke feiten
een overschrijvingsformulier ontvangen met het
verzoek om binnen de dertig dagen te betalen.
Nochtans tonen recente cijfers een forse stijging
van dossiers inzake overlast, openbare
dronkenschap, nachtlawaai, fietsdiefstal en
bromfietsdiefstal.
Biedt dit beleid dan wel de juiste respons op deze
zeer hinderlijke vormen van criminaliteit? Er gaat
alleszins weinig afschrikking van uit. Ook het
signaal naar de slachtoffers is twijfelachtig. Ik
huiver persoonlijk van de tendens om
straatcriminaliteit administratief af te handelen. Er
moet mijns inziens plaats blijven voor alternatieve
straffen zoals dienstverlening.
Geeft de procureur van Leuven hier het juiste
signaal? Is dit beleid conform het vervolgingsbeleid
van het College van procureurs-generaal en van de
minister? Gaat de minister akkoord met de
rondzendbrief?
05.01 Tony Van Parys (CD&V): En application à
une directive du procureur du Roi de Louvain, le vol
à l'étalage et le vol de bicyclette ne seront
désormais plus réglés que par le biais d'une
transaction. Le procureur qualifie lui-même cette
politique de «
riposte du tac-au-tac
».
Concrètement, l'auteur de tels faits se verra
adresser un formulaire de virement l'invitant à
payer dans un délai de trente jours. Des chiffres
récents indiquent toutefois une importante
augmentation des dossiers concernant des faits
engendrant une nuisance sociale, tels que l'ivresse
sur la voie publique, le tapage nocturne, le vol de
bicyclette ou de vélomoteur.
Cette politique constitue-t-elle une réponse
adéquate à ces formes de criminalité qui
constituent une importante source de nuisance ?
Elle ne produit en tout cas guère d'effet dissuasif.
Le signal adressé aux victimes me semble
également douteux. Personnellement, j'éprouve
une réelle réticence à l'égard de la tendance à
apporter à la criminalité urbaine une réponse
administrative. A mes yeux, les peines alternatives,
telles que la prestation de services, doivent rester
possibles.
Le procureur du Roi de Louvain adresse-t-il un bon
signal à la population
? Sa politique est-elle
conforme à la politique de poursuites préconisée
par le Collège des procureurs généraux et le
ministre ? Le ministre est-il d'accord avec cette
directive ?
05.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Het is de bedoeling van het LOS-beleid om zekere
vormen van straatcriminaliteit zeer snel justitieel op
te volgen. De doelstellingen zijn: maximale
vervolging van veel voorkomende misdrijven,
responsabilisering van politieambtenaren, een
begrijpelijke, overzichtelijke en eenvoudige
procedure en het vermijden van administratieve
werkdruk voor parket of politie. De opstartfase blijft
beperkt tot Leuven en viseert in de eerste plaats
winkel- en fietsdiefstal. In een volgende fase
worden ook openbare dronkenschap en
nachtrumoer geviseerd en later nog andere
misdrijven.
Het systeem van de minnelijke schikking wordt
enkel toegepast wanneer de dader de feiten
bekent, geen gerechtelijk verleden heeft, niet in
georganiseerd verband heeft gehandeld en
wanneer de schade werd vergoed. Het gaat
fundamenteel om een versnelde toepassing van het
bestaande systeem van de minnelijke schikking.
05.02 Marc Verwilghen, ministre (en néerlandais):
La politique de répression immédiate vise à
permettre à la justice de réagir très rapidement à
certaines formes de criminalité de rue. Les objectifs
sont les suivants : une poursuite maximale de délits
courants, une responsabilisation des fonctionnaires
de police, une procédure simple et compréhensible
et une réduction du travail administratif du parquet
ou de la police. La phase de lancement reste
limitée à Louvain et vise en premier lieu les vols à
l'étalage et les vols de bicyclettes. Dans une phase
ultérieure, l'ivresse sur la voie publique et le tapage
nocturne seront également visés, puis, plus tard
encore, d'autres délits.
Le système de la conciliation n'est appliqué que
lorsque l'auteur reconnaît les faits, a un passé
judiciaire vierge, n'a pas agi dans un cadre
organisé et que les dommages ont été réparés. Il
s'agit en définitive de l'application accélérée du
système de conciliation existant.
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 1040
31/03/2003
7
Het beleid in Leuven is niet strijdig met de
algemene richtlijnen of met het vervolgingsbeleid
van het College van procureurs-generaal. Ik heb
het College wel opdracht gegeven om tot
gezamenlijke definities van straatcriminaliteit te
komen.
Een onmiddellijke aanpak van een hinderlijke vorm
van criminaliteit lijkt mij de juiste reactie op een
specifiek, lokaal fenomeen zoals in Leuven. Er volgt
uiteraard een evaluatie van dit beleid en dan zal de
nood aan eventuele bijsturing blijken.
La politique suivie à Louvain n'est pas contraire aux
directives générales ni à la politique des poursuites
du Collège des procureurs généraux. Toutefois, j'ai
chargé le Collège de tendre vers des définitions
communes de la petite criminalité.
Une réaction immédiate à une forme nuisible de
criminalité me semble être la bonne approche d'un
phénomène spécifique et local, comme il existe à
Louvain. Cette politique fera bien évidemment
l'objet d'une évaluation qui permettra de décider si
une adaptation s'impose.
05.03 Tony Van Parys (CD&V): De
administratieve afhandeling van de
stadscriminaliteit is geen goed signaal aan de
slachtoffers ervan. De strafbemiddeling moet een
ruimer optreden mogelijk maken. Er is nood aan
een eenduidige en gezamenlijke aanpak van dit
zeer irriterend fenomeen. Aan het College van
procureurs-generaal werd gevraagd algemene
richtlijnen uit te werken. De beloofde evaluatie is
slechts een doekje voor het bloeden. Dit is en blijft
een betreurenswaardig initiatief.
05.03 Tony Van Parys (CD&V): En privilégiant le
traitement administratif de la petite criminalité, on
n'adresse pas un bon signal aux victimes. La
médiation en matière pénale doit permettre une
approche plus large. Ce phénomène extrêmement
irritant exige une approche uniforme et commune.
Le Collège des procureurs généraux a été chargé
de l'élaboration de directives générales.
L'évaluation annoncée est un emplâtre sur une
jambe de bois. Cette initiative est et reste
déplorable.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
06 Vraag van de heer Tony Van Parys aan de
minister van Justitie over "de afbouw van het
slachtofferonthaal en de bemiddeling in
strafzaken in het Justitiehuis te Gent" (nr. B465)
06 Question de M. Tony Van Parys au ministre de
la Justice sur "le démantèlement de l'accueil des
victimes et de la médiation en matière pénale au
sein de la Maison de justice de Gand" (n° B465)
06.01 Tony Van Parys (CD&V): Het Gentse
justitiehuis kampt momenteel met een schrijnend
personeelstekort. Op 44 personeelsleden zijn er
niet minder dan 11 tekort. Dit heeft vanzelfsprekend
een impact op de dienstverlening. Bovendien
toonde een doorlichting van de dienst een
noodzakelijke personeelsuitbreiding met 20
personen aan.
Door dit personeelstekort moet de dienst
slachtofferonthaal - in tegenstelling tot de dienst
daderhulp - inleveren en worden de nieuwe
dossiers strafbemiddeling tot na de zomer
uitgesteld. Dat alles is ongehoord.
Wat zal de minister doen aan het personeelstekort?
Hoe zal hij een behoorlijke dienstverlening
verzekeren?
06.01 Tony Van Parys (CD&V): La maison de
justice de Gand connaît actuellement une grave
pénurie de personnel. Sur les 44 membres du
personnel, il en manque au moins 11, ce qui influe
évidemment sur le service. En outre, une
radioscopie du service a permis de démontrer
qu'une extension de cadre de 20 personnes était
nécessaire.
En raison de cette pénurie de personnel, le service
d'accueil aux victimes a dû être réduit, à l'inverse
du service d'aide aux auteurs, et les nouveaux
dossiers de médiation pénale ont été reportés à la
rentrée. C'est inadmissible.
Que compte faire le ministre pour pallier cette
pénurie de personnel ? Comment assurera-t-il le
bon fonctionnement de la maison de justice ?
06.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Het effectieve aantal statutaire justitieassistenten bij
het justitiehuis te Gent bedraagt momenteel 42 en
zal op 1 mei 2003 uitbreiden tot 44. De afwezige
06.02 Marc Verwilghen , ministre (en
néerlandais): A l'heure actuelle, le nombre effectif
d'assistants judiciaires statutaires au sein de la
maison de justice de Gand est de 42 et s'élèvera à
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31/03/2003
CRABV 50
COM 1040
8
personeelsleden die reglementair mochten worden
vervangen, werden vervangen, op drie mensen na
voor wie een aanwervingsprocedure loopt.
Afwezigheid door ziekte, zwangerschaps- of
ouderschapsverlof laat niet toe in vervanging te
voorzien. Voor de aanwerving van contractuelen in
het kader van uitzonderlijke en tijdelijke
personeelsbehoeften bestaat onvoldoende
rechtsgrond. Ik gaf opdracht hiervoor oplossingen
te zoeken, want de toestand is inderdaad
onhoudbaar.
Ik heb nooit opdracht gegeven om de diensten
slachtofferonthaal, strafbemiddeling of civiele
opdrachten af te bouwen. Integendeel, ik drong er
bij het directiecomité op aan de dienst
slachtofferonthaal prioritair te bemannen. Het
probleem bestaat overigens niet alleen in het
Gentse justitiehuis. De aanpassing van de
regelgeving moet oplossingen mogelijk maken.
44 le 1
er
mai 2003. Les membres du personnel
absents qui pouvaient être remplacés
conformément au règlement l'ont été, à l'exception
de trois cas au sujet desquels une procédure de
recrutement est en cours. Nous ne sommes pas
autorisés à pourvoir au remplacement des
personnes absentes pour raison de santé, de
congé de maternité ou de congé parental. En ce qui
concerne l'engagement de contractuels dans le
cadre de besoins en personnel exceptionnels et
temporaires, les fondements juridiques sont
insuffisants. J'ai demandé qu'en l'espèce une
solution soit recherchée car il est exact que la
situation est intenable.
Je n'ai jamais ordonné le démantèlement des
services d'accueil aux victimes, de médiation
pénale et de missions civiles. Bien au contraire : j'ai
insisté auprès du comité de direction pour que les
membres du personnel soient affectés en priorité
au service d'accueil aux victimes. Ce problème
touche d'ailleurs d'autres maisons de justice que
celle de Gand. L'adaptation de la réglementation
devrait permettre de trouver des solutions.
06.03 Tony Van Parys (CD&V): De situatie is
onhoudbaar. Er moet voldoende personeel worden
aangesteld en dat doet men niet. Dit antwoord
volstaat niet en geeft geen enkel perspectief aan de
betrokkenen.
06.03 Tony Van Parys (CD&V): La situation est
intenable. Il n'est pas procédé aux recrutements
indispensables. Cette réponse est insuffisante et
n'offre aucune perspective aux intéressés..
06.04 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Voor vijf personen is er binnenkort wel een
perspectief, maar voor de rest kunnen geen
vervangingen doorgevoerd worden vanwege de
bestaande regelgeving.
06.04 Marc Verwilghen , ministre (en
néerlandais): Une perspective s'ouvrira
prochainement à cinq personnes mais la
réglementation en vigueur ne permet pas de
procéder à d'autres remplacements.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke aan
de minister van Justitie over "de openbare
aanbesteding voor de uitwerking van een
controlesysteem en een beperking van de
communicaties op de gevoerde gesprekken in de
strafinrichtingen" (nr. B483)
07 Question de M. Karel Van Hoorebeke au
ministre de la Justice sur "l'adjudication publique
relative au développement d'un système de
contrôle et de limitation des communications
téléphoniques dans les établissements
pénitentiaires belges" (n° B483)
07.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): In het
najaar van 2002 heeft het directoraat-generaal
Uitvoering Straffen en Maatregelen een openbare
aanbesteding uitgeschreven inzake de plaatsing en
het onderhoud van telefooncellen met een
controlesysteem in de strafinrichtingen. Naar
verluidt had één bedrijf in verschillende
gevangenissen al een telefoniesysteem geplaatst
en daardoor een machtspositie ingenomen. Het
bedrijf in kwestie zou de
aanbestedingsvoorwaarden hebben trachten te
07.01 Karel Van Hoorebeke (VU&ID): A
l'automne 2002, la Direction générale des
Exécutions des Peines et Mesures a lancé une
adjudication en vue de l'installation, dans les
établissements pénitentiaires, de cabines
téléphoniques dotées d'un système de contrôle et
de leur entretien. Or il me revient qu'une société
avait déjà installé un système de téléphonie dans
plusieurs prisons et acquis ainsi une position de
force. Qui plus est, la société en question aurait
tenté d'influencer les conditions de l'adjudication.
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
CRABV 50
COM 1040
31/03/2003
9
beïnvloeden. Ook werden bedreigingen geuit ten
opzichte van de andere deelnemers.
Hoeveel bedrijven namen deel aan de openbare
aanbesteding? Welke aanbestedingen zijn nog in
het geding? Werden de voorwaarden geïnspireerd
door de firma die reeds bepaalde systemen had
geïnstalleerd? Is het gedecentraliseerde systeem
dat via de openbare aanbesteding werd
geselecteerd, wel het meest aangewezen?
Wanneer moet het nieuwe systeem
geïmplementeerd zijn?
En outre, elle aurait adressé des menaces aux
autres soumissionnaires.
Combien d'entreprises ont-elles participé à cette
adjudication ? Quelles autres adjudications sont-
elles encore en cause ? Les conditions de cette
nouvelle adjudication ont-elles été inspirées par la
société qui a déjà installé certains systèmes ? Le
système décentralisé sélectionné au terme de la
procédure d'adjudication est-il bien le plus
approprié ? Quand le nouveau système devrait-il
être mis en place ?
07.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Drie bedrijven hebben deelgenomen aan deze
aanbesteding. Geen enkel bedrijf komt tot dusver in
aanmerking. De procedure wordt in de komende
dagen afgesloten.
De voorwaarden van de openbare aanbesteding
zijn gebaseerd op de eis dat elke gevangenis
individueel de controle op het telefoonverkeer van
haar gedetineerden moet kunnen beheren. Een
gelijkaardige aanbesteding was al eerder
uitgeschreven voor de gevangenissen van Vorst,
Ittre en Nijvel. De huidige aanbesteding heeft
betrekking op de rest van de gevangenissen in het
land. Het gedecentraliseerde systeem past het best
voor de strafinrichtingen. De definitieve
implementatie is gepland in de loop van de
volgende maanden.
07.02 Marc Verwilghen , ministre (en
néerlandais) : Trois sociétés ont soumissionné
dans le cadre de cette adjudication. Jusqu'à ce
jour, aucune ne répond à nos attentes. La
procédure sera clôturée dans les prochains jours.
Une exigence fondamentale sous-tend les
conditions de cette adjudication : chaque prison doit
pouvoir contrôler individuellement les
communications téléphoniques de ses détenus.
Une adjudication analogue avait déjà été lancée
pour les prisons de Forest, d'Ittre et de Nivelles.
L'adjudication qui vient d'être lancée concerne le
reste des prisons du pays. Un système décentralisé
est ce qui convient le mieux aux établissements
pénitentiaires. Ce système devrait être
définitivement mis en oeuvre au cours des
prochains mois.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van de heer Fred Erdman aan de
minister van Justitie over "de bevoegdheid van
de 'stagecommissie' in het kader van de
statutaire aanstelling van penitentiaire
beambten" (nr. B455)
08 Question de M. Fred Erdman au ministre de la
Justice sur "la compétence de la 'commission de
stage' dans le cadre de la nomination statutaire
d'agents pénitentiaires" (n° B455)
08.01 Fred Erdman (SP.A): Penitentiaire
beambten moeten, om toegelaten te worden tot het
statutair kader, gedurende een welbepaalde
periode stage lopen in een gevangenis. Tijdens
deze stage worden de kandidaten geëvalueerd op
het vlak van hun psychologische, sociale en
intellectuele capaciteiten en van hun attitude. Deze
evaluatie gebeurt grondig en wordt uitgevoerd door
een onafhankelijke stagecommissie, die
samengesteld is uit specialisten op het vlak van het
gevangeniswezen en uit vertegenwoordigers van
de vakorganisaties.
Kan deze stagecommissie volledig autonoom een
beslissing treffen? Is haar beslissing altijd bindend?
Hebben de kandidaten de mogelijkheid om beroep
08.01 Fred Erdman (SP.A): Pour pouvoir être
admis au cadre statutaire, les agents pénitentiaires
doivent effectuer un stage d'une durée déterminée
dans une prison. Lors de ce stage, les candidats
font l'objet d'évaluations de leurs capacités
psychologiques, sociales et intellectuelles ainsi que
de leur attitude. Une commission de stage
indépendante est chargée de cette évaluation en
profondeur. Elle est composée de spécialistes du
régime pénitentiaire et de représentants des
organisations professionnelles.
La commission de stage jouit-elle d'une autonomie
complète dans sa prise de décision ? Ses décisions
sont-elles toujours contraignantes ? Les candidats
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
31/03/2003
CRABV 50
COM 1040
KAMER
-5
E ZITTING VAN DE
50
E ZITTINGSPERIODE
2002
2003
CHAMBRE
-5
E SESSION DE LA
50
E LEGISLATURE
10
aan te tekenen tegen de beslissing van de
stagecommissie?
peuvent-ils interjeter appel contre une décision de
la commission de stage?
08.02 Minister Marc Verwilghen (Nederlands):
Deze aangelegenheid wordt geregeld door het KB
van 2 oktober 1937 inzake het statuut van het
rijkspersoneel. De stageperiode voor penitentiaire
ambtenaren bedraagt drie maanden en verloopt
onder toezicht van de opleidingsdirecteur. Na
afloop van de stage beslist de opleidingsdirecteur -
of in de toekomst het hoofd van de stafdienst
Personeel en Organisatie - om de kandidaat al dan
niet in statutair dienstverband aan te nemen.
In geval van problemen tijdens de stageperiode
wordt de departementale stagecommissie
samengeroepen. Deze commissie is paritair
samengesteld uit ten minste twee door de voorzitter
van het directiecomité aangewezen ambtenaren
van rang 13 of hoger, de opleidingsdirecteur en
vertegenwoordigers van de vakbonden. Deze
stagecommissie kan alleen maar op initiatief van de
opleidingsdirecteur worden samengeroepen. De
commissie beslist autonoom tot het benoemen van
de stagiair of tot het verlengen van de
stageperiode. Hiertegen kan de kandidaat beroep
aantekenen bij de Raad van State. De commissie
kan eventueel ook een voorstel tot ontslag indienen
bij de minister. Indien de minister dat voorstel niet
volgt, wordt de kandidaat vooralsnog benoemd.
Volgt de minister het voorstel wél, dan kan de
kandidaat hiertegen weer beroep aantekenen bij de
Raad van State.
08.02 Marc Verwilghen , ministre (en
néerlandais): Cette matière est réglée par l'arrêté
royal du 2 octobre 1937 relatif au statut du
personnel de l'Etat. La période de stage pour les
agents pénitentiaires est de trois mois, les
stagiaires étant surveillés par le directeur de stage.
Au terme du stage, le directeur de stage - ou à
l'avenir le directeur du Service d'encadrement
Personnel et Organisation - décide d'engager ou
non le candidat à titre statutaire.
Si des problèmes se posent au cours de la période
de stage, la commission de stage départementale
est convoquée. Cette commission est composée de
manière paritaire d'au moins deux fonctionnaires de
rang 13 ou supérieur désignés par le président du
comité de direction, du directeur de stage et de
représentants des syndicats. Cette commission de
stage ne peut se réunir qu'à l'initiative du directeur
de stage. La commission décide de manière
autonome de nommer le stagiaire ou de prolonger
la période de stage. Le candidat peut introduire un
recours contre cette décision auprès du Conseil
d'Etat. La commission peut aussi éventuellement
soumettre une proposition de renvoi au ministre. Si
ce dernier n'accède pas à cette proposition, le
candidat est tout de même nommé. Si, en
revanche, le ministre décide de suivre la
proposition de renvoi, le candidat peut introduire un
recours auprès du Conseil d'Etat.
08.03 Fred Erdman (SP.A): Dit antwoord zorgt
voor de nodige duidelijkheid, zeker in het licht van
de recente problemen bij het penitentiair personeel.
08.03 Fred Erdman (SP.A): Cette réponse
apporte les nécessaires clarifications, surtout à la
lumière des récents problèmes au sein du
personnel pénitentiaire.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 15.35 uur.
La réunion publique de commission est levée à 15
h 35.