K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
BV 50
COM 029
BV 50
COM 029
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
Beknopt Verslag
VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE COMMISSIE VOOR
HET BEDRIJFSLEVEN,
HET WETENSCHAPSBELEID,
HET ONDERWIJS,
DE NATIONALE WETENSCHAPPELIJKE EN CULTURELE INSTELLINGEN,
DE MIDDENSTAND EN DE LANDBOUW
VAN
26 - 10 - 1999
ochtend
2
BV 50
COM 029 26.10.1999
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
AGALEV-ECOLO
:
Anders gaan leven / Ecologistes Confédérés pour l'organisation de luttes originales
CVP
:
Christelijke Volkspartij
FN
:
Front National
PRL FDF MCC
:
Parti Réformateur libéral - Front démocratique francophone-Mouvement des Citoyens pour le Changement
PS
:
Parti socialiste
PSC
:
Parti social-chrétien
SP
:
Socialistische Partij
VLAAMS BLOK
:
Vlaams Blok
VLD
:
Vlaamse Liberalen en Democraten
VU&ID
:
Volksunie&ID21
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
Abréviations dans la numérotation des publications :
DOC 50 0000/000
: Parlementair document van de 50e zittingsperiode +
DOC 50 0000/000
: Document parlementaire de la 50e
het nummer en het volgnummer
législature, suivi du n° et du n° consécutif
QRVA
: Schriftelijke Vragen en Antwoorden
QRVA
: Questions et Réponses écrites
HA
: Handelingen (Integraal Verslag)
HA
: Annales (Compte Rendu Intégral)
BV
: Beknopt Verslag
CRA
: Compte Rendu Analytique
PLEN
: Plenum vergadering
PLEN
: Séance plénière
COM
: Commissievergadering
COM
: Réunion de commission
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Bestellingen :
Commandes :
Tel. : 02/549 81 60
Tél. : 02/549 81 60
Fax : 02/549 82 74
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
www.laChambre.be
e-mail : alg.zaken@deKamer.be
e-mail : aff.generales@laChambre.be
BV 50
COM 029 26.10.1999
3
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
COMMISSIE VOOR HET BEDRIJFSLEVEN, HET WETENSCHAPSBELEID, HET ONDERWIJS, DE NATIONALE
WETENSCHAPPELIJKE EN CULTURELE INSTELLINGEN, DE MIDDENSTAND EN DE LANDBOUW C 029
VRAGEN EN INTERPELLATIES
Vragen van mevrouw Simonne Creyf, de heer Daan Schalck en mevrouw Frieda Brepoels tot de
staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, toegevoegd aan de minister van Mobiliteit
en Vervoer, over de stranded costs in de elektriciteitssector (nr. 225)
Sprekers
: Daan Schalck, Frieda Brepoels, Olivier Deleuze, staatssecretaris voor Energie en
Duurzame Ontwikkeling, toegevoegd aan de minister van Mobiliteit en Vervoer, en Simonne Creyf
5
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de minister van Economie en Wetenschappelijk
Onderzoek over de werking van de Raad voor Mededinging (nr. 252)
Sprekers
: Karel Van Hoorebeke en Rudy Demotte, minister van Economie en Wetenschappelijk
Onderzoek
7
Vraag van de heer Ferdy Willems tot de minister van Economische Zaken en Wetenschappelijk
Onderzoek over de Europese chocoladerichtlijn (nr. 267)
Sprekers
: Ferdy Willems en Rudy Demotte, minister van Economie en Wetenschappelijk Onder-
zoek
8
Vraag van mevrouw Magda De Meyer tot de minister van Economie en Wetenschappelijk Onder-
zoek over de toegang tot de informatiesnelweg (nr. 269)
Sprekers
: Magda De Meyer en Rudy Demotte, minister van Economie en Wetenschappelijk
Onderzoek
8
Interpellaties van de heer Gerolf Annemans tot de eerste minister en van mevrouw Simonne
Creyf tot de minister van Financiën en tot de staatssecretaris voor Energie en Duurzame Ontwikke-
ling, toegevoegd aan de minister van Mobiliteit en Vervoer, over de overname van Tractebel door
Suez-Lyonnaise des Eaux (nrs 14 en 107)
Sprekers
: Simonne Creyf en Didier Reynders, minister van Financiën
9
INHOUD
VRAGEN EN INTERPELLATIES
S
TRANDED COSTS IN DE ELEKTRICITEITSSECTOR
Vraag van mevrouw Simonne Creyf tot de staatssecre-
taris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, toege-
voegd aan de minister van Mobiliteit en Vervoer, over "de
stranded costs naar aanleiding van de liberalisering van
de elektriciteitsmarkt" (nr. 225)
Vraag van de heer Daan Schalck tot de staatssecretaris
voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, toegevoegd
aan de minister van Mobiliteit en Vervoer, over "de stran-
ded costs" (nr. 280)
Vraag van mevrouw Frieda Brepoels tot de staatsse-
cretaris voor Energie en Duurzame Ontwikkeling, toege-
voegd aan de minister van Mobiliteit en Vervoer, over "de
indiening van een officieel dossier "verloren kosten" in
de elektriciteitssector bij de Europese Commissie" (nr.
271)
De heer Daan Schalck (SP) : De liberalisering van de
Belgische elektriciteits- en gasmarkt is volop aan de
gang. De belangrijkste discussie draait rond de "verloren
kosten" uit het verleden. In de eerste plaats is de liberali-
sering voordelig voor de industriële en niet voor de resi-
dentiële verbruikers.
In welke mate zullen deze laatsten rechtstreeks of
onrechtstreeks moeten opdraaien voor de kosten ?
Ik heb drie concrete vragen over de elektriciteitssector.
Hoe groot zijn de kosten ? Wat wordt in aanmerking
BV 50
COM 029 26.10.1999
5
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
COMMISSIE VOOR
HET BEDRIJFSLEVEN,
HET WETENSCHAPSBELEID,
HET ONDERWIJS,
DE NATIONALE WETENSCHAPPELIJKE
EN CULTURELE INSTELLINGEN,
DE MIDDENSTAND
EN DE LANDBOUW
OPENBARE VERGADERING
DINSDAG 26 OKTOBER 1999
OCHTEND
VOORZITTER :
de heer
Jos ANSOMS
De vergadering wordt geopend om
10.35
uur.
6
BV 50
COM 029 26.10.1999
genomen ? Hoe worden ze betaald, direct door de
belastingbetaler of via een fonds ?
Dezelfde vragen rijzen voor de gassector. Hoe groot zijn
de kosten ?
Wat wordt in aanmerking genomen ? Hoe worden ze
betaald, direct door belastingbetaler of via een fonds ?
Mevrouw Frieda Brepoels (VU-ID) : De regering heeft
onlangs een officiële aanvraag ingediend bij de Europe-
se Commissie inzake de zogenaamde verloren kosten.
Het zag er nochtans een tijdlang naar uit dat dit niet zou
gebeuren.
Een tijdje geleden was er een studie aangekondigd inza-
ke dit dossier. Wanneer zal deze studie worden afgeslo-
ten ?
De verloren kosten zouden 36 miljard frank bedragen.
De kosten voor sanering van de nucleaire onderzoekssi-
te en behandeling van radioactief afval zouden 15 mil-
jard frank belopen, rationeel energiegebruik en her-
nieuwbare energiebronnen 5 miljard en de pensioenlas-
ten voor gewezen werknemers van Electrabel vóór 1993
16 miljard. Heeft Electrabel niet te weinig pensioenreser-
ves aangelegd ?
Kan de staatssecretaris de inhoud van dit dossier toe-
lichten ? Kan hij de genoemde cijfers bevestigen ? Hoe
worden de verschillende kosten verantwoord ?
Heeft de staatssecretaris inzicht in de dossiers van de
andere lidstaten ?
Zullen de kosten gerecupereerd worden door een heffing
op de elektriciteitskosten of zal de federale overheid
haar verantwoordelijkheid opnemen ?
Staatssecretaris Olivier Deleuze (in het Nederlands) : Ik
dank beide vraagstellers. (Verder in het Frans)
De verloren kosten hebben als juridische grondslag arti-
kel 21 van de wet betreffende de elektriciteit. (Verder in
het Nederlands)
De Koning kan een fonds oprichten om deze kosten te
beheren, in de mate dat de Europese commissie ze aan-
vaardt. (Verder in het Frans)
België heeft een uitstel van één jaar gevraagd en verkre-
gen voor de liberalisering van de markt, die op 19 febru-
ari 2000 ingaat. De aanvraag betreffende de verloren
kosten moet vier maanden voor die datum worden inge-
diend. De regering heeft op 18 oktober 1999 bij de Euro-
pese Commissie een dossier met betrekking tot drie
soorten verloren kosten ingediend.
Tijdens de vorige zittingsperiode werd op 19 februari
1998 een dossier met betrekking tot een bedrag van 180
miljard aan verloren kosten ingediend. De regering heeft
de verloren kosten op 14 oktober op 37 miljard frank
geschat.
Dat is minder dan vroeger, waardoor de elektriciteits-
markt sneller zal kunnen worden geliberaliseerd.
Bij de Commissie werd een dossier voor drie soorten
verloren kosten ingediend. Eerst is er het nucleair pas-
sief. De regeling terzake tussen de overheid en de parti-
culiere sector wordt omschreven in een overeenkomst
van december 1990 die tot eind 2000 loopt.
De vorige regering besliste op 26 januari 1996 om voor
juni 1997 opnieuw over een verlenging van die overeen-
komst te onderhandelen. Die onderhandelingen hebben
jammer genoeg niet plaatsgevonden.
Het resultaat van de onderhandelingen, die veel eerder
hadden moeten plaatsvinden om overhaasting te voor-
komen, hangt als een zwaard van Damocles boven de
Rijksbegroting.
De aangevoerde kosten van het nucleair passief zijn de
"waste"-kosten van het SCK (BP2) ten belope van 14
miljard, en de kosten van het SCK/SC4 (ontmanteling
van de reactor BR3) ten belope van 25 procent, of 1,6
miljard. De overeenkomst van 1990 bepaalt dat de parti-
culiere sector 100 procent van eerstgenoemde kosten
en 25 procent, van laatstgenoemde kosten op zich
neemt. Het passief omvat nog twee andere, minder
omvangrijke kostenposten : de beheerskosten van de
NIRAS voor het afval van kleine producenten (87 miljoen)
en de kosten voor de NIRAS-studie over "technologi-
sche bewaking" van het afvalbeheer, waarvoor Electra-
bel 35 miljoen zal betalen. In totaal gaat het om 15,9 mil-
jard BEF.
Er moet worden onderhandeld over een verlenging van
de overeenkomst van 1990 tot na 2000. In die overeen-
komst wordt het kader voor de verlenging vastgesteld,
maar een slimmerd die kan zeggen of dat kader wel nor-
matief is ! De financiering wordt verrekend op grond van
het in België verbruikte aantal kilowatt/uur uit kernener-
gie.
De tweede kostenpost is het pensioenfonds van de pro-
ductiesector, ten gunste van wie vóór 1993 met pen-
sioen ging. Het gaat hierom 25 miljard. (Verder in het
Nederlands)
Het Controlecomité voor gas en elektriciteit wil eveneens
in de toekomst bijkomende lasten inzake pensioenen
vermijden. Sedert vijf jaar betaalt de elektriciteitssector
in kapitalen de pensioenlasten van haar op rust gestelde
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
agenten uit. De volledige pensioenlasten zullen uitbe-
taald worden, maar dan alleen voor hen die vóór 1993
op rust gesteld zijn.
Voor de elektriciteitsproductie werd een REG-plan inge-
diend, dat door de Controlecommissie werd goedge-
keurd. De productiesector wil 380 miljoen frank investe-
ren in 2000. Het bedrag wordt opgetrokken tot 450 mil-
joen frank in 2005, wat het totaal brengt op 2,4 miljard
frank.
Bovendien wordt een extratarifaire tegemoetkoming
ingevoerd voor installaties die elektriciteit produceren op
basis van hernieuwbare energie. Dit initiatief lost jaarlijks
30 miljoen frank.
Al deze maatregelen zijn bedoeld om de uitstoot van
broeikasgassen te verminderen, zoals afgesproken in
Kyoto en in de beleidsverklaring van deze regering. (Ver-
der in het Frans)
Die "stranded costs" zijn door de regering ingediend.
Het betekent niet dat de regering besloten heeft die kos-
ten ten laste te nemen. Het houdt gewoon in dat die
kosten bij de commissie worden ingediend. (Verder in
het Nederlands)
Er zijn geen "stranded costs" in de gassector : de Euro-
pese richtlijn voorziet daar niet in. Er is nog geen beslis-
sing van de Europese Commissie met betrekking tot de
"stranded costs" die werden ingediend door de andere
lidstaten.
Ik heb ook gelezen dat er een voorbeslissing is genomen
op 7 of 8 juli, maar officieel is nog niets bekend.
Mevrouw Frieda Brepoels (VU-ID) : Ik heb het eerste
deel van deze bijzonder technische uitleg slecht kunnen
volgen. Ik had een integraal Nederlands antwoord verko-
zen.
Zijn de onderzoeken die de vorige regering had aange-
kondigd inzake het afsluiten van de nucleaire brandstof-
cyclus en inzake de ontmanteling van de kerncentrales
al afgerond ? Zo ja, kan het Parlement deze studies inkij-
ken ?
De heer Daan Schalck (SP) : De "stranded costs" zijn
dus beperkter dan wij vroeger dachten. Het is belangrijk
dat zij in de toekomst ten laste zullen blijven van de
nucleaire-elektriciteitsproducenten en ik hoop dat de
kilowattuurprijs voor iedereen gelijk zal zijn.
Mevrouw Simonne Creyf (CVP) : Als het bedrag beperkt
wordt tot 36 miljard frank, steekt dat schril af tegen de
160 à 180 miljard frank die vroeger werd berekend. Ik
onthoud dat de minister stelt dat niet noodzakelijk de
overheid betaalt. Maar wie dan wel ?
Staatssecretaris Olivier Deleuze (in het Nederlands) :
Het Parlement krijgt alle gevraagde informatie, voor
zover niet vertrouwelijk. Wat de provisies voor nucleaire
ontmanteling en afval betreft, dat is een ander onder-
werp. De vorige studie terzake dateert uit 1995, de vol-
gende wordt in 2000 uitgevoerd. Ik ben van plan een en
ander door internationale deskundigen te laten verifiëren
in een zogenaamde "peer review".
De studies waarop mevrouw Brepoels alludeert hadden
inderdaad al afgerond moeten zijn. Dit zal nu pas vol-
gend jaar het geval zijn. Ik verwijs echter in dit verband
naar de regeringsverklaring. Tijdens deze regeerperiode
zal de heropwerking van kernsplijtstof worden afgeslo-
ten. Dat is zo afgesproken.
De voorzitter : Het incident is gesloten.
W
ERKING VAN DE
R
AAD VOOR
M
EDEDINGING
Vraag van de heer Karel Van Hoorebeke tot de minister
van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek over "de
werking van de Raad voor Mededinging" (nr. 252)
De heer Karel Van Hoorebeke (VU-ID) : Er was al eerder
sprake van de slechte werking van de Raad voor Mede-
dinging. Wat is de huidige stand van zaken met betrek-
king tot deze problemen ? Ik hoop op een duidelijker
antwoord dan datgene dat minister Di Rupo in het verle-
den gaf.
Minister Rudy Demotte (in het Nederlands) : De werking
van de Raad voor Mededinging voldoet duidelijk niet en
dit om een aantal redenen.
De wet die zijn werking regelt dateert pas van 26 april
1999. De vorige regering was niet tot een akkoord geko-
men inzake de invulling van de beschikbare mandaten.
Ik heb nu een nieuwe oproep gedaan om kandidaten
voor de Raad te vinden. Sinds kort beschikt ik over een
lijst van kandidaten.
Ik zal de Ministerraad een besluit voorleggen om de ver-
nieuwde Raad zo snel mogelijk operationeel te maken.
Ook de aanstelling van de verslaggevers van de betrok-
ken Raad zal worden geregeld. Indien het VWS niet tijdig
kandidaten kan selecteren, zal ik hiervoor een regeling
treffen.
Ik nam inmiddels concrete initiatieven om de materiële
problemen op te lossen, met name nieuwe lokalen en
BV 50
COM 029 26.10.1999
7
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
8
BV 50
COM 029 26.10.1999
een toereikende vergoeding. Het is belangrijk dat de
Raad voor Mededinging snel operationeel wordt.
De heer Karel Van Hoorebeke (VU-ID) : Er werd een
begin gemaakt met de rechtzetting. Dat is goed, al zal
een en ander nog enkele maanden duren : de VWS-pro-
cedure en de parlementaire procedure vragen tijd. De
commissie moet de ontwikkeling verder opvolgen.
Minister Rudy Demotte (in het Nederlands) : Ik vind dit
ook zeer dringend. Er moet een duurzame oplossing
komen.
De voorzitter : Het incident is gesloten.
D
E
E
UROPESE CHOCOLADERICHTLIJN
Vraag van de heer Ferdy Willems tot de minister van
Economie en Wetenschappelijk Onderzoek over "de
Europese chocoladerichtlijn" (nr. 267)
De heer Ferdy Willems (VU-ID) : Deze vraag heeft te
maken met de fabricatie van chocolade. Het centrale
thema is het al dan niet toelaten van vet bij de productie
van chocolade. De Europese lidstaten zijn terzake ver-
deeld. België is een tegenstander van het toelaten van
vet, samen met zeven andere landen.
Het toelaten van vet in de chocoladeproductie is een
levensbelangrijk probleem voor de vele kleine cacao-
boeren in de Derde Wereld. Dat het toe te laten vet van
Afrikaanse afkomst zou moeten zijn, is slechts een
doekje voor het bloeden. Als het vet officieel wordt toe-
gelaten, betekent dit een financiële strop voor vele kleine
boeren.
Is er al een methode ontwikkeld om deze vetten te
detecteren ? Zijn er al maatregelen getroffen met betrek-
king tot etikettering ? Wat zijn de veranderingen in de
nieuwe richtlijn ? Wordt er rekening gehouden met het
Zwitserse standpunt ? Is er al een studie die de impact
van de richtlijnen berekent ? Welke houding zal België
aannemen in dit dossier ?
Minister Rudy Demotte (in het Nederlands) : Acht lidsta-
ten hebben het commissievoorstel negatief onthaald. In
oktober 1997 werden in het Europees Parlement amen-
dementen ingediend. (Verder in het Frans)
Het nieuwe ontwerpcompromis betekent een doorbraak
op verscheidene punten. Het gebruik van plantaardige
vetstoffen ter vervanging van cacaoboter wordt beperkt
tot 5 procent van het eindproduct. Het aantal toegestane
vervangende plantaardige vetstoffen werd van twintig tot
zes herleid. De procedure om de lijst van vervangende
vetstoffen te herzien en de aanpassing van de richtlijn
aan de technische vooruitgang werden verbeterd. Elke
wijziging moet voortaan aan de Raad en aan het Euro-
pees Parlement worden voorgelegd.
De lijst van vervangende vetstoffen zal worden herzien in
het licht van de resultaten van het onderzoek van de
Commissie over de weerslag van de richtlijn op de eco-
nomieën van de cacaoproducerende landen.
De meeste landen zouden nu niet meer tegen de richtlijn
zijn gekant.
U vroeg of de Raad het standpunt van de Zwitserse pro-
ducenten in aanmerking nam. Met het standpunt van
derde landen wordt in het debat niet rechtstreeks reke-
ning gehouden.
Wat de impact voor de producerende landen betreft,
blijkt uit een voorafgaande studie dat de gevolgen kun-
nen worden beperkt. Men kan echter betreuren dat er
geen grondige studie voorhanden is over alle gevolgen
van de richtlijn, zowel voor de landen die cacaobonen
produceren als voor de consument. (Verder in het
Nederlands)
België is een fervent tegenstander van deze richtlijn,
onder meer uit bezorgdheid voor het aanbieden van een
kwaliteitsproduct.
De richtlijn voorziet in een aantal uitzonderingen en
bevat een aantal onduidelijkheden en dat valt te betreu-
ren. De controle op de aanwezigheid van de hoeveelheid
vet is bovendien helemaal niet sluitend.
De vroegere reserves bij deze richtlijn zijn bijgevolg nog
altijd actueel.
De heer Ferdy Willems (VU-ID) : Het antwoord van de
minister schenkt mij voldoening. Het ontbreken van een
studie is onwaarschijnlijk maar toch waar. Ik steun ook
zijn kritische houding in het algemeen en tegenover
Groot-Brittannië en Ierland in het bijzonder. Het is
belangrijk dat België consequent deze positie aanhoudt
in de Commissie. De stemming daar is immers bepa-
lend.
De voorzitter : Het incident is gesloten.
T
OEGANG TOT DE INFORMATIESNELWEG
Vraag van mevrouw Magda De Meyer tot de minister van
Economie en Wetenschappelijk Onderzoek over "de toe-
gang tot de informatiesnelweg" (nr. 269)
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
Mevrouw Magda De Meyer (SP) : Volgens een recente
studie blijkt dat het surfen op Internet tijdens de daluren
nergens zo duur is als in België. Belgacom heeft de
gegevens van de studie al in twijfel getrokken, omdat
niet met alle parameters rekening zou gehouden zijn.
De toegang tot Internet wordt momenteel op grote
schaal gepromoot, onder meer via groots opgezette
publiciteitscampagnes in de media. De consument
wordt tegen bijzonder gunstige voorwaarden op Internet
gelokt en deze acties zijn blijkbaar erg succesvol. Eens
op het net is het echter gedaan met de interessante prij-
zen. De financiële valstrikken worden gespannen en de
consument moet voor ongeveer alles betalen.
Ook de kwaliteit van de gratis toegang is vaak slecht.
Daarnaast is er ongevraagde publiciteit en misbruik van
persoonlijke gegevens als koopwaar. Zijn er al klachten
binnengekomen bij de Commissie voor de bescherming
van de persoonlijke levenssfeer ? Kent de consument
deze Commissie ? Is er geen inspectie vanwege de
overheid nodig ? Is er geen nood aan prijscontrole ?
Minister Rudy Demotte (in het Nederlands) : De ontwik-
keling van de elektronische handel en de ontwikkeling
ervan op Internet zijn voor mij een prioriteit.
Daarom heb ik een beleidsnota over de elektronische
handel voorgelegd aan de Ministerraad van 1 oktober.
Ik heb drie prioriteiten op dit terrein.
De consumenten moet vertrouwen worden ingeboe-
zemd. Het is de hoeksteen van de ontwikkeling van de
elektronische handel. Vanaf 2000 zal een toezichtssys-
teem operationeel zijn. Het Belgische en Europese kader
moeten verenigbaar zijn met de internationale regels. De
concurrentiekracht van onze ondernemingen mag niet in
het gedrang worden gebracht. De principes moeten dui-
delijk worden geformuleerd, veel meer dan een massa
regels, die toch telkens zouden moeten worden aange-
past.
Men moet rekening houden met het mondiaal karakter
van deze problematiek. Bepaalde aspecten moeten op
internationaal vlak worden geregeld en afgesproken.
De elektronische handel zal de consument een enorme
markt kunnen aanbieden. Dit zal voor een enorme con-
currentie tussen de producenten en de verdelers zorgen.
Hierbij kan men zich afvragen of hier ook geen gevaar
voor de privacy zal ontstaan. Gaan de bedrijven niet
geneigd zijn om voor hen interessante consumentenge-
gevens uit te wisselen ?
Ander probleem : de mogelijke creatie van een duale
maatschappij. De toegang tot en het gebruik van Inter-
net zal hoe dan ook aan bepaalde bevolkingsgroepen
voorbijgaan. (Verder in het Frans)
Die advertenties kunnen voor de consument misleidende
informatie bevatten. De economische inspectie pluist die
advertenties grondig uit. (Verder in het Nederlands)
Naast de communicatiekosten vormt ook de computer-
uitrusting zelf een bron van uitsluiting. De technologie
ligt nog lang niet binnen ieders bereik. Moeten wij niet
het niet-elektronische alternatief verplicht maken ten
aanzien van diensten die dagdagelijks noodzakelijk zijn ?
Het is immers aan de politieke wereld om de spelregels
van de elektronische handel te bepalen en om door de
promotie van het onderwijs de aansluiting van allen te
bevorderen. Datzelfde geldt overigens op internationaal
vlak, waar vele landen nog geen uitzicht hebben op aan-
sluiting. (Verder in het Frans)
In onze strijd tegen een duale samenleving is de kost-
prijs van een telefoongesprek een belangrijk gegeven.
De door Belgacom aangekondigde verhoging is een
slecht teken. Er moeten alternatieven worden gezocht.
De rest van uw vraag behoort veeleer tot de bevoegd-
heid van de minister van Telecommunicatie, wie ik al
gevraagd heb het nodige te doen om de Internettarieven
te doen dalen. Zoals u uit de pers heeft kunnen verne-
men, heeft hij al stappen gezet in die richting.
Mevrouw Magda De Meyer (SP) : Heeft de Commissie
voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer al
klachten ontvangen ?
Minister Rudy Demotte (in het Nederlands) : Neen.
De voorzitter : Het incident is gesloten.
O
VERNAME VAN
T
RACTEBEL DOOR
S
UEZ
-L
YONNAISE DES
E
AUX
Interpellatie van de heer Gerolf Annemans tot de eerste
minister over "de overname van Tractebel door het Fran-
se Suez-Lyonnaise des Eaux" (nr. 14)
Interpellatie van mevrouw Simonne Creyf ot de minis-
ter van Financiën en tot de staatssecretaris voor Energie
en Duurzame Ontwikkeling, toegevoegd aan de minister
van Mobiliteit en Vervoer, over "het openbaar bod van
Suez-Lyonnaise des Eaux op de resterende aandelen
van de nutsgroep Tractebel en het gevaar voor de Belgi-
sche belangen" (nr. 107)
De heer Jaak Van den Broeck (VL. BLOK) : De heer
Annemans zal dit interpellatieverzoek blijven indienen tot
de eerste minister zelf antwoordt.
BV 50
COM 029 26.10.1999
9
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
10
BV 50
COM 029 26.10.1999
De voorzitter : Vorige keer had de heer Annemans
gelijk, ditmaal echter wordt de eerste minister vervangen
door de bevoegde minister, wat conform het Reglement
is.
Mevrouw Simonne Creyf (CVP) : Het openbaar ruilbod
van de groep Suez-Lyonnaise des Eaux op 49 procent
van de aandelen van Tractebel verloopt zeker niet rim-
pelloos. De belangenvereniging van kleine aandeelhou-
ders stelt een sterke onderwaardering van vooral de bui-
tenlandse afdeling van Tractebel vast. Op die manier zou
SLdE wel een erg interessante zaak doen.
Andere acties tegen het ruilbod hebben al tot juridische
stappen geleid. De handelsrechtbank van Brussel zou
verleden week zelfs het advies hebben ontvangen om
het ruilbod voorlopig op te schorten.
De vzw die aandeelhouders en werknemers van Tracte-
bel vertegenwoordigt, adviseert haar leden niet op het
aanbod in te gaan, omdat het te laag is. De prospectus
geeft ook geen inzicht in de plannen van SLdE met Trac-
tebel : het kan nog alle kanten op, niets is uitgesloten.
Men wacht onder meer op de invulling door de Belgi-
sche overheid van de liberalisering van de energiemarkt.
Distrigas en Electrabel zijn nochtans van strategisch
belang voor onze energievoorziening en voor de
gemeentefinanciën. De minister verklaart dat hij gerust-
gesteld is door deze vage tekst in de prospectus, wat
merkwaardig is. Blijft de Belgische verankering van Trac-
tebel gegarandeerd ? Wat heeft de regering meer in han-
den dan een belofte ? Men zwicht voor de belangen van
de Fransen en van Albert Frère.
Wordt het bod op Tractebel eigenlijk niet geïnspireerd
door Frans staatsbelang ? De Franse holding zou zijn
oog hebben laten vallen op de Tractebel-belangen in
Kazachstan, wat tot het versnelde bod zou hebben
geleid. Dat de projecten in Kazachstan verlieslatend zijn,
maakt de Belgen tot een gemakkelijke prooi voor de
Fransen.
Natuurlijk kunnen bepaalde internationale evoluties niet
worden tegengehouden. Het unilateraal opgeven van
onze nationale belangen is echter zinloos.
Wat zal de uiteindelijke toekomst zijn van Distrigas en
Electrabel ? Zal de Belgische regering een "golden
share" willen behouden, om de belangen van de Belgi-
sche consument te kunnen behartigen ?
Ons land heeft een sterke "knowhow" in de sector. Ik
stel vast dat die nergens wordt gevaloriseerd in het aan-
bod.
Als het ruilbod afgesloten is, zal Tractebel uit de BEL 20-
index verdwijnen. De zoveelste verdwijning van een Bel-
gisch bedrijf ...
Wat is de houding van de regering in dit dossier ?
Minister Didier Reynders (in het Nederlands) : Op 19
augustus 1999 hebben Suez-Lyonnaise des Eaux en de
Generale Maatschappij samen een onvoorwaardelijk ruil-
aanbod ingediend op de aandelen van Tractebel die ze
nog niet in het bezit hadden. Op 27 augustus heb ik de
vertegenwoordigers van deze twee ondernemingen en
van Tractebel ontvangen. Tijdens dat onderhoud hebben
zij de verbintenissen ten aanzien van Tractebel toege-
licht en beloofd die duidelijk in de prospectus te formu-
leren.
Ik heb hierover een brief geschreven aan de heer Mes-
trallet. Ze is wel in het Frans. (Verder in het Frans)
Die verbintenissen zijn :
ongeacht de uitkomst van het openbaar ruilaanbod
blijven de statuten van de NV Tractebel, inzonderheid de
bepalingen betreffende de samenstelling van de raad
van bestuur en het strategisch comité, behouden ;
dezelfde statutaire garanties gelden mutatis mutandis
voor elke nieuwe entiteit waarbij Tractebel, Electrabel en
Distrigas gebeurlijk zouden worden ondergebracht ;
de rol van Brussel als zetel van de operationele en
strategische directie van de "Energie"-pool van
SLdE wordt -bevestigd, ongeacht nieuwe ontwikkelin-
gen in de sector ;
de groep SLdE bevestigt de strategische rol op lange
termijn van de energiepool in de niches van de groep
SLdE ;
in de prospectus voor het openbaar ruilaanbod ver-
bindt men zich ertoe geen bod te doen tot overname
van de Tractebel-aandelen die niet in handen zijn van
SLdE en de Generale Maatschappij ;
er wordt bij de betrokken marktautoriteit geen verzoek
ingediend om het Tractebel-aandeel te schrappen van
de BXS Exchanges (tenzij natuurlijk alle aandelen in het
kader van het ruilaanbod aan SLdE en de Generale wer-
den aangeboden) ;
de algemene directie van Tractebel of de nieuwe enti-
teit die de "Energie"-pool van SLdE beheert, is bevoegd
voor de indienstneming van in België tewerkgesteld (uni-
versitair geschoold) personeel. (Verder in het Neder-
lands)
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
De regering heeft tijdens de gesprekken met de verte-
genwoordigers van SLdE aangedrongen op de strikte
naleving van onze wetgeving inzake de nationale ener-
giesector.
De prospectus voor het ruilbod werd op 8 oktober goed-
gekeurd door de Commissie voor het bank- en financie-
wezen. Hierin en dat is nieuw wordt een belangrijke
paragraaf gewijd aan garanties inzake communicatie
met de Belgische regering.
Als minister van Financiën kan ik me niet uitspreken over
de marktappreciatie van de Tractebel-aandelen.
De Belgische Staat beschikt over 625 aandelen op een
totaal van 84 miljoen.
Het kernkabinet zal donderdag beslissen of al dan niet
wordt ingegaan op het ruilaanbod voor het geheel of een
deel van het pakket. De afloopdatum van het ruilaanbod
werd opgeschort door het kort geding dat is ingespan-
nen bij de handelsrechtbank. Voordat deze rechtbank
later op de dag uitspraak doet, kan ik daarover niets
meer zeggen.
De federale regering heeft reeds een groep experten
aangesteld met het oog op de liberalisering van de gas-
en elektriciteitssector. Het is nog te vroeg om daarvan
resultaten te geven.
Mevrouw Simonne Creyf (CVP) : Ik neem akte van dit
antwoord, ik heb geen nieuwe argumenten gehoord. De
heer Mestrallet gebruikte dezelfde argumenten toen er
nog geen sprake was van een ruilaanbod. Deze bocht
stelt mij niet gerust.
De minister verwijst naar de garanties die de regering
heeft gekregen ter vrijwaring van de Belgische belangen.
Maar die garanties overstijgen nergens het stadium van
de goede intenties. Hoe reëel is het engagement van de
Fransen eigenlijk ? Bestaan er geschreven garanties ?
Ik blijf bij mijn standpunt : we verkopen een belangrijk
Belgisch bedrijf aan de Fransen en dit tegen een bijzon-
der zacht prijsje.
Wat is de houding van minister Reynders ten aanzien
van de denkpiste dat SLdE al langer op de Tractebel-
belangen in Kazachstan aan het azen was en dat deze
"honger" het ruilbod heeft geïnspireerd ? Deze denkpiste
stond onlangs in De Financieel Economische Tijd.
Minister Didier Reynders (in het Nederlands) : Ik heb het
antwoord in een brief van de heren Davignon en Mestral-
let van 17 september. (Verder in het Frans)
In die brief vermelden de beide vertegenwoordigers van
de ondernemingen van wie het openbaar ruilaanbod uit-
gaat, de verbintenissen waarover ik het daarnet had en
beloven zij die in een prospectus op te nemen.
Zij verbinden zich ertoe de statuten van Tractebel na te
leven, en de bieders zullen erin bevestigen dat de note-
ring van de aandelen niet zal worden geschrapt, ook al
mocht er een nieuwe structuur komen.
Toen het voorstel in de zomer werd gedaan, beschikten
wij over geen enkele informatie over het dossier. Welke
minister was bevoegd voor de behandeling van het dos-
sier ? Ik vond het logisch dat de bieders zich tot de
minister van Financiën zouden wenden. Er werd echter
gewag gemaakt van gesprekken die tussen SLdE, de
Generale Maatschappij en de regering zouden hebben
plaatsgevonden.
De vorige eerste minister zou de huidige eerste minister
mondeling op de hoogte hebben gebracht van het feit
dat een vergadering had plaatsgevonden waaraan de
heer Dehaene zou hebben deelgenomen en tijdens
welke men statuten zou hebben uitgewerkt die als
ontoereikend werden bestempeld.
Ik blijf toezien op de onafhankelijkheid en de houding
van de bestuurders.
De keuze van de bestuurders werd met de vorige eerste
minister besproken. De meeste bestuurders hebben zich
voor het openbaar ruilbod uitgesproken. Persoonlijk
vroeg ik de grootst mogelijke transparantie met betrek-
king tot alle industriële verbintenissen en de werking van
de markt. De informatie wordt aan de andere betrokken
ministers bezorgd.
Wat de valorisatie betreft, heeft de Commissie voor het
bank- en financiewezen zich over de prospectus uitge-
sproken.
In geval van rechtszaak en wanneer het gerecht een pro-
cedure vernietigt of opschort, moet de regering er van-
zelfsprekend rekening mee houden bij haar keuze.
Ik kom tot de wijze waarop wij de Belgische belangen in
dit dossier behartigden. De wet betreffende de elektrici-
teit maakt het mogelijk bijzondere maatregelen in de sta-
tuten van de vennootschappen in te schrijven. Een
groep door de regering aangestelde experts onderzoekt
de kwestie. Wij zullen met hun besluiten rekening hou-
den.
Ik kan niet zeggen wat van de minister van Financiën
kon worden verwacht in verband met andere vormen
van aanbod. Ik kan geen openbaar aanbod van overna-
me of van aankoop verbieden. Ik kan er slechts op toe-
BV 50
COM 029 26.10.1999
11
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
12
BV 50
COM 029 26.10.1999
zien dat verbintenissen in een prospectus worden opge-
nomen, en dat is gebeurd, en ik kan eventueel wetsarti-
kelen wijzigen. Momenteel beperk ik mij tot het toepas-
sen van een bestaande wetgeving. De eerste minister
zal een commissie oprichten waar hij een tekst terzake
zal voorleggen. Ik ben bereid een parlementair debat te
voeren. Iedereen moet zijn verantwoordelijkheid op zich
nemen.
Mevrouw Simonne Creyf (CVP) : Minister Reynders ver-
wijst exclusief naar de prospectus als basis voor de
garanties vanwege SLdE. Ik blijf erbij dat dit te eenzijdig
is.
De voorzitter : Het incident is gesloten.
De openbare vergadering wordt gesloten om 12.07
uur.
K A M E R · 2 e Z I T T I N G V A N D E 5 0 e Z I T T I N G S P E R I O D E
1999
2000
C H A M B R E · 2 e S E S S I O N D E L A 5 0 e L É G I S L A T U R E
Drukkerij St-Luc · Nazareth · Tel 09/385 44 03