Schriftelijke vraag en antwoord nr : 0906 - Zittingsperiode : 54

Overeenkomstig artikel 19, § 5 van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid stellen de bewakingsondernemingen een op eerste verzoek uitvoerbare bankwaarborg ten belope van een som van 12.500 euro als waarborg tot betaling van retributies en administratieve geldboetes. Die maatregel, die werd ingevoerd bij de wet van 13 januari 2014 en uitgevoerd bij koninklijk besluit van 22 mei 2014, strekt ertoe de doorlooptijd en de kosten van de procedures voor de inning van de boetes en retributies die verschuldigd zijn door de in België gevestigde bewakingsondernemingen, te beperken; het is de bedoeling om het inschakelen van deurwaarders en beslagleggingen te voorkomen - een en ander kost de Staat en de betrokken ondernemingen immers veel geld - door de regeling van de verplichte bankwaarborg algemeen in te voeren. Dankzij die maatregel kan er ook werk gemaakt worden van de bestrijding van bepaalde verontrustende fenomenen, zoals de frauduleuze onderaanneming, de inmenging in een arbeidsconflict of het weigeren van de toegang tot een openbare plaats op grond van een discriminerend argument, enz. 1. Hoe evalueert u die maatregel in globo? Stelt men vast dat het inningspercentage voor de boetes en retributies stijgt en dat de doorlooptijd en de kosten van die procedures dalen? 2. Hoe vaak heeft de FOD Binnenlandse Zaken de betrokken bepaling van artikel 19, § 5 van de wet toegepast? Welke bedragen werden er afgenomen van de bankwaarborg? Voor welke inbreuken? 3. Zijn er ondernemingen die de bankwaarborg van 12.500 euro niet bevrijd hebben en dus het bovenvermelde artikel met voeten treden? Zo ja, over hoeveel (procent van de) ondernemingen gaat het? Hoe reageert de FOD Binnenlandse Zaken in dat geval? Welke consequenties zijn er aan die weigering verbonden voor de betrokken bedrijven?

1. De invoering van een verplichte bankwaarborg voor de bewakingsondernemingen is doeltreffend. Niet enkel is deze verplichting een proactief controle-instrument bij de toekenning van vergunningen maar laat een waarborg eveneens toe dat de inning van schulden kosteloos en snel kan verlopen. Immers, daar waar een bankwaarborg voorhanden is wordt de inzet van deurwaarders en dwangbevelen vermeden evenals de daaraan verbonden kosten. Het behoedt de administratie voor het bedrag van de bankwaarborg in geval van faillissement. 2. In 2015 werd de bankwaarborg 24 maal aangesproken voor een totaal van meer dan 40.000 euro. De te innen rechten betroffen zowel verschuldigde retributies als openstaande boetes ten gevolge van inbreuken op de wetgeving tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. 3. Bij de invoering van de verplichte bankwaarborg kregen de reeds vergunde bewakingsondernemingen een termijn van drie maanden om aan te tonen dat zij beschikten over een bankwaarborg. De ondernemingen die zich op 1 februari 2015 nog niet in orde hadden gesteld, hebben nadien nog verschillende schriftelijke aanmaningen gekregen om dit alsnog te doen. Van de 184 vergunde bewakingsondernemingen zijn er 6 ondernemingen die tot op heden nagelaten hebben zich in regel te stellen met deze wettelijke verplichting. Het uitblijven van de waarborg leidt voor deze ondernemingen tot het intrekken van de vergunning.