...

Bulletin nr : B047 - Schriftelijke vraag en antwoord nr : 0277 - Zittingsperiode : 54


Auteur Filip Dewinter, VB (00472)
Departement Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken
Sub-departement Asiel, Migratie en Administratieve Vereenvoudiging
Titel De opvang van niet-begeleide buitenlandse minderjarigen.
Datum indiening08/09/2015
Taal N
Publicatie vraag     B047
Publicatiedatum 19/10/2015, 20152016
Termijndatum09/10/2015

 
Vraag

1. Hoeveel niet-begeleide buitenlandse minderjarigen werden in 2001, 2012, 2013, 2014 (telkens op jaarbasis) opgevangen? Hoeveel zijn er dit tot op heden voor 2015? 2. Wat is de verhouding tussen asielzoekers en niet-asielzoekers? Graag volgens dezelfde opdeling als in vraag 1. 3. a) Hoeveel leeftijdsonderzoeken werden er tijdens de jaren 2011, 2012, 2013 en 2014 uitgevoerd wegens twijfel aan de werkelijke leeftijd van niet-begeleide buitenlandse minderjarige? b) Hoeveel leeftijdsonderzoeken werden er om die reden tot nog toe uitgevoerd in 2015? Graag een opsplitsing van deze gegevens asielzoekers/niet-asielzoekers. 4. a) In hoeveel gevallen was de uitkomst van het leeftijdsonderzoek dat de niet-begeleide buitenlandse minderjarige in werkelijkheid meerderjarig was? b) Wat waren de belangrijkste nationaliteiten van de "valse minderjarigen"? Graag een opsplitsing van deze gegevens asielzoekers/niet-asielzoekers. 5. Hoeveel "valse minderjarigen" kregen uiteindelijk toch een verblijfsvergunning en om welke reden? Graag een opsplitsing van deze gegevens asielzoekers/niet-asielzoekers. 6. a) Worden niet-asielzoekende niet-begeleide minderjarige vreemdelingen ook in andere EU-lidstaten opgevangen, in het bijzonder wat de ons omringende landen betreft? b) Aan welke voorwaarden moeten zij in die landen voldoen? c) Wat zijn daar de opvangmodaliteiten? 7. a) Hoeveel niet-begeleide buitenlandse minderjarigen werden tijdens de jaren 2011, 2012, 2013 en 2014 gerepatrieerd omdat er een duurzame oplossing voor hun situatie werd gevonden in hun land van herkomst of in een ander land waar hun opvang verzekerd is? b) Hoeveel waren het er tot nu toe in 2015? Graag een opsplitsing van deze gegevens asielzoekers/niet-asielzoekers. 8. a) Hoeveel niet-begeleide buitenlandse minderjarige vreemdelingen verdwenen tijdens de jaren 2011, 2012, 2013 en 2014 en tot nu toe in 2015 met de noorderzon vanuit het centrum waar ze werden opgevangen? b) Hoeveel daarvan boden er zich opnieuw aan of werden toevallig onderschept? c) Welke procedure wordt er gevolgd wanneer een niet-begeleide buitenlandse minderjarige verdwijnt uit een opvangstructuur? 9. Welke maatregelen worden er genomen opdat niet-begeleide buitenlandse minderjarigen vlak voor het bereiken van de meerderjarige leeftijd niet "in de natuur verdwijnen"? 10. a) Hoeveel gewezen niet-begeleide buitenlandse minderjarigen werden tijdens de jaren 2011, 2012, 2013 en 2014 en tot nu toe in 2015 gerepatrieerd dan wel opgesloten in een gesloten centrum met het oog op hun gedwongen repatriëring? b) Hoeveel kregen er enkel een bevel om het grondgebied te verlaten? c) Hoeveel maakten er gebruik van een programma voor vrijwillige terugkeer? d) Hoeveel kregen er alsnog een verblijfsvergunning en om welke reden?


 
Status 1 réponse normale - normaal antwoord
Publicatie antwoord     B055
Publicatiedatum 21/12/2015, 20152016
Antwoord

1. Gelieve de gevraagde informatie in de volgende tabel te vinden (voor wat de aankomsten in de opvangstructuren betreft). 2. Gelieve de gevraagde informatie in de volgende tabel te vinden (voor wat de aankomsten in de opvangstructuren betreft). 3 en 4. De leeftijdsbepaling wordt door de Voogdijdienst van de FOD Justitie gedaan. Ik verzoek u dan ook om uw vraag aan mijn collega van Justitie, te stellen (Vraag nr. 759 van 12 januari 2016). 5. Zodra de jongere door de dienst Voogdij wordt geïdentificeerd als meerderjarig, krijgt hij geen omkadering en opvolging meer en ook niet meer de mogelijkheid de toepassing te vragen van de artikelen 61/14 tot 61/25 van de wet van 15 december 1980. Geen enkele meerderjarige geniet de NBMV-reglementering (artikelen 61/14 tot 61/25). Zodra ze meerderjarig zijn, zijn de algemene bepalingen van de wet van 15 december 1980 van toepassing. Een aantal jongeren die als meerderjarig werden geïdentificeerd verkrijgen inderdaad een verblijfstitel, meer bepaald als erkende vluchteling of gerechtigde van de subsidiaire bescherming, slachtoffer van mensenhandel, of op grond van een andere aan de situatie aangepaste procedure. Maar dit dus als volwassene en niet als "valse" minderjarige. 6. Wat betreft de opvang van (niet-)asielzoekende niet-begeleide buitenlandse minderjarigen in de EU-lidstaten publiceerde het Europees Migratienetwerk (EMN) in mei 2015 een synthese rapport van haar studie naar "het beleid, de praktijken en data over niet-begeleide minderjarigen in de EU-lidstaten en Noorwegen". Op basis van dit rapport stellen we vast dat: i) niet-asielzoekende niet-begeleide minderjarige vreemdelingen ook in andere EU-lidstaten opgevangen worden. De meerderheid van de lidstaten maakt geen onderscheid tussen asielzoekende en niet-asielzoekende niet-begeleide minderjarige vreemdelingen en voorziet dus materiële en niet-materiële opvang voor alle niet-begeleide minderjarige vreemdelingen, ongeacht hun migratie-status; ii) wat betreft "de voorwaarden waar zij in die landen aan moeten voldoen", het minderjarigen betreft, zoals bepaald door het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind, die op het ogenblik van de toegang tot het grondgebied van een staat niet begeleid zijn of na het betreden van het grondgebied van een staat niet meer begeleid zijn door een persoon die het ouderlijk gezag of de voogdij over hen uitoefent op grond van de wet die van toepassing is, en zolang zij niet daadwerkelijk onder de hoede van een dergelijke volwassene worden genomen. Het gaat om kinderen onderdanen van een derde land die al dan niet asiel aanvragen, met inbegrip van kinderen die irregulier een staat binnen komen en/of slachtoffer zijn van mensenhandel; iii) de meerderheid van de EU-lidstaten dezelfde opvangmodaliteiten voorziet voor alle niet-begeleide minderjarige vreemdelingen, ongeacht hun migratie-status (asielzoeker of niet-asielzoeker). In de meeste EU-lidstaten worden niet-asielzoekende en asielzoekende niet-begeleide minderjarige vreemdelingen dus opgevangen in gelijkaardige structuren, ofwel in afgezonderde vleugels van reguliere opvangstructuren voor asielzoekers ofwel in specifieke opvangstructuren voor kinderen ofwel in pleeggezinnen. Enkel Oostenrijk, Finland, Hongarije en Slovenië hanteren afzonderlijke opvangsystemen afhankelijk van de migratie-status van de niet-begeleide minderjarige vreemdelingen. Voor een gedetailleerde schematisch overzicht van de opvang van (niet-)asielzoekende niet-begeleide minderjarige vreemdelingen in de EU-lidstaten verwijzen we naar bijlage 3 van het desbetreffende rapport. 7. a) en b) De NBMV worden niet gedwongen teruggestuurd. 8. a) De gevraagde informatie staat in de volgende tabel. (2011-2013: studie EMN "Policies, practices and data on unaccompanied minors in belgium 2014 update 2014", October 2014 en 2014-2015: Fedasil). b) Fedasil beschikt niet over deze informatie in haar database. c) Een procedure werd op 12 november 2008 ingevoerd, door het opstellen en ondertekenen van een protocolakkoord tussen de verschillende betrokken besturen, het parket, de politie en Child Focus. Het protocol heet: "Samenwerkingsprotocol voor de behandeling van de verdwijningsdossiers van de minderjarigen uit de observatie- en oriëntatiecentra (OCC) van Steenokkerzeel en Neder-Over-Heembeek". 9. Om het risico op verdwijningen uit de opvangstructuren te verminderen, zijn volgende maatregelen van toepassing: Tijdens het verblijf in eerste fase in de Observatie en-Oriëntatiecentrum (OOC): - Vanaf de aankomst van NBMV en gedurende minimaal 7 dagen: verboden om contact te hebben met externen om zo het netwerk waarmee de NBMV contact heeft te overzien. In concreto: verbod om niet-begeleid het centrum te verlaten, geen bezoeken mogelijk en geen telefonische contacten. Deze beperkingen zijn niet van toepassing voor de noodzakelijke contacten in het kader van de procedure van de jongere en de identificatie van de jongere. - Deze beschermingsmaatregelen kunnen verlengd worden tot het einde van het verblijf indien noodzakelijk. - Observatie van indicaties van mensenhandel. In geval van twijfel, het OOC neemt contact op met de gespecialiseerde structuren mensenhandel en de NBMV wordt doorverwezen naar de vertrouwelijke centra. Tijdens het hele traject (van eerste tot derde fase): - een gestructureerd begeleidingstraject wordt opgestart in overleg met de voogd rond het leefproject en schoolproject van de NBMV. - dit begeleidingstraject is geharmoniseerd tussen de verschillende opvangstructuren over het hele netwerk. - dit heeft natuurlijk als objectief om de NBMV te stabiliseren in zijn leefomgeving en staat toe de verdwijningen te beperken. Een specifiek traject (project "My Future") werd opgestart om voor jongeren die niet over een verblijfstitel beschikken en waarvoor er een risico op verdwijning bestaat voor hun meerderjarigheid. Het traject "My Future" bestaat uit drie elementen: - beroepsgerichte, intensieve vormingen. - een informatietraject vnl. rond vrijwillige terugkeer. - individuele en groeps-coachingsessies. 10. a) b) d) De gegevens die DVZ verzamelt laten het niet toe om op deze vraag te antwoorden. c) De beschikbare cijfers betreffen enkel de niet-begeleide minderjarigen die zijn vertrokken met reïntegratiesteun.

 
Eurovoc-hoofddescriptorMIGRATIEBELEID
Eurovoc-descriptorenMINDERJARIGHEID | MIGRATIEBELEID | VLUCHTELING