KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
CRABV 52 COM 277
CRABV 52 COM 277
B
ELGISCHE
K
AMER VAN
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
C
HAMBRE DES REPRESENTANTS
DE
B
ELGIQUE
B
EKNOPT
V
ERSLAG
C
OMPTE
R
ENDU
A
NALYTIQUE
C
OMMISSIE VOOR DE
V
OLKSGEZONDHEID
,
HET
L
EEFMILIEU EN DE MAATSCHAPPELIJKE
H
ERNIEUWING
C
OMMISSION DE LA
S
ANTE PUBLIQUE
,
DE
L
'E
NVIRONNEMENT ET DU
R
ENOUVEAU DE LA
S
OCIETE
woensdag
mercredi
25-06-2008
25-06-2008
namiddag
après-midi
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
i
INHOUD
SOMMAIRE
Vraag van mevrouw Sofie Staelraeve aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de SINE- en
ACTIVA-maatregelen" (nr. 5809)
1
Question de Mme Sofie Staelraeve à la ministre
de l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "les mesures SINE et ACTIVA"
(n° 5809)
1
Sprekers: Sofie Staelraeve, Marie Arena,
minister van Maatschappelijke Integratie,
Pensioenen en Grote Steden
Orateurs: Sofie Staelraeve, Marie Arena,
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions
et des Grandes Villes
Vraag van mevrouw Sofie Staelraeve aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de OCMW-
steun aan geregulariseerden" (nr. 6010)
2
Question de Mme Sofie Staelraeve à la ministre
de l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "l'aide du CPAS dont
bénéficient les personnes régularisées" (n° 6010)
2
Sprekers: Sofie Staelraeve, Marie Arena,
minister van Maatschappelijke Integratie,
Pensioenen en Grote Steden
Orateurs: Sofie Staelraeve, Marie Arena,
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions
et des Grandes Villes
Vraag van mevrouw Maggie De Block aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "dringende
medische hulp aan mensen zonder wettig verblijf"
(nr. 6289)
4
Question de Mme Maggie De Block à la ministre
de l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "l'aide médicale urgente
accordée aux personnes en séjour illégal"
(n° 6289)
4
Sprekers: Maggie De Block, Marie Arena,
minister van Maatschappelijke Integratie,
Pensioenen en Grote Steden
Orateurs: Maggie De Block, Marie Arena,
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions
et des Grandes Villes
Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de minister
van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en
Grote Steden over "de tenlasteneming van de
medische
kosten
van
de
hongerstakers"
(nr. 6603)
5
Question de Mme Zoé Genot à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des Grandes
villes sur "la prise en charge des frais médicaux
relatifs aux grévistes de la faim" (n° 6603)
5
Sprekers: Zoé Genot, Marie Arena, minister
van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen
en Grote Steden
Orateurs: Zoé Genot, Marie Arena, ministre
de l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes Villes
Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de
behandeling van de bewoners van de open centra
voor asielzoekers en het personeelsbeheer"
(nr. 6563)
7
Question de Mme Muriel Gerkens à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des Grandes
villes sur "le traitement des résidents et la gestion
du personnel dans les centres ouverts pour
demandeurs d'asile" (n° 6563)
7
Sprekers: Muriel Gerkens, Marie Arena,
minister van Maatschappelijke Integratie,
Pensioenen en Grote Steden, Maggie De
Block, Sonja Becq
Orateurs: Muriel Gerkens, Marie Arena,
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions
et des Grandes Villes, Maggie De Block,
Sonja Becq
Vraag van mevrouw Kattrin Jadin aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het gebruik van een
xenonhoudend anestheticum" (nr. 5511)
10
Question de Mme Kattrin Jadin à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "l'utilisation d'un anesthésiant
au xénon" (n° 5511)
10
Sprekers: Kattrin Jadin, Laurette Onkelinx,
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Kattrin Jadin, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
minister van KMO, Zelfstandigen, Landbouw en
Wetenschapsbeleid over "het getuigschrift van
vakbekwaamheid voor het vervoer van dieren"
(nr. 5587)
11
Question de M. Jean-Luc Crucke à la ministre des
PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la
Politique scientifique sur "le certificat d'aptitude
pour le transport d'animaux" (n° 5587)
11
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
ii
Sprekers:
Jean-Luc
Crucke,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Jean-Luc
Crucke,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Maggie De Block aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het statuut van de
ambulanciers" (nr. 6288)
12
Question de Mme Maggie De Block à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "le statut des
ambulanciers" (n° 6288)
12
Sprekers: Maggie De Block, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Maggie De Block, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Sonja Becq aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de registratie van schade
naar aanleiding van medisch handelen" (nr. 5877)
13
Question de Mme Sonja Becq à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé
publique
sur
"l'enregistrement
de
dommages à la suite d'actes médicaux" (n° 5877)
13
Sprekers: Sonja Becq, Laurette Onkelinx,
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Sonja Becq, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
Samengevoegde vragen van
14
Questions jointes de
14
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de snelle stijging van de
kosten van de rusthuizen" (nr. 5918)
15
- M. Georges Gilkinet à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'augmentation rapide du coût des
maisons de repos" (n° 5918)
15
- de heer Koen Bultinck aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de stijging van de
rusthuisprijzen" (nr. 5925)
15
- M. Koen Bultinck à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'augmentation des prix pratiqués
dans les maisons de repos" (n° 5925)
15
- mevrouw Kattrin Jadin aan de minister van
Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote
Steden over "de stijging van de dagprijzen in de
rusthuizen" (nr. 5927)
15
- Mme Kattrin Jadin à la ministre de l'Intégration
sociale, des Pensions et des Grandes villes sur
"l'augmentation du coût d'hébergement en maison
de repos" (n° 5927)
15
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eersteminister
en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de stijging van de
rusthuisprijzen" (nr. 6071)
15
- Mme Sonja Becq à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'augmentation des prix des maisons
de repos" (n° 6071)
15
Sprekers: Georges Gilkinet, Koen Bultinck,
Kattrin Jadin, Sonja Becq, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Georges Gilkinet, Koen Bultinck,
Kattrin Jadin, Sonja Becq, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de identificatie en
registratie van honden" (nr. 5822)
19
Question de Mme Josée Lejeune à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'identification et
l'enregistrement des chiens" (n° 5822)
19
Sprekers: Josée Lejeune, Laurette Onkelinx,
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Josée Lejeune, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de evaluatie en de
terugbetaling van de Progensa PCA3 test"
(nr. 5975)
20
Question de Mme Colette Burgeon à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'évaluation et le
remboursement du test Progensa PCA3"
(n° 5975)
20
Sprekers:
Colette
Burgeon,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Colette
Burgeon,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iii
Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de besmetting door
GGO's van een proefveld met conventionele
koolzaadplanten" (nr. 6021)
21
Question de Mme Colette Burgeon à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la contamination d'un
essai de colza conventionnel par des OGM"
(n° 6021)
21
Sprekers:
Colette
Burgeon,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Colette
Burgeon,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Lieve Van Daele aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het zorgproces rond
prenatale
diagnostiek
en
zwangerschapsafbreking" (nr. 6044)
22
Question de Mme Lieve Van Daele à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "le processus de soins
concernant le diagnostic prénatal et l'interruption
de grossesse" (n° 6044)
22
Sprekers: Lieve Van Daele, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Lieve Van Daele, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de voeding en de
gezondheid van bejaarden" (nr. 6051)
23
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'alimentation et la
santé des personnes âgées" (n° 6051)
23
Sprekers:
Laurette
Onkelinx,
vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid, Jean-Jacques Flahaux
Orateurs: Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique, Jean-Jacques Flahaux
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de meest recente
vooruitgang in de studie van de wiegendood bij
baby's" (nr. 6053)
25
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les dernières
avancées dans l'étude de la mort subite du
nourrisson" (n° 6053)
25
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "stand van zaken in het
Belgisch onderzoek naar kankerbestrijding"
(nr. 6054)
25
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la situation de la
recherche belge dans la lutte contre le cancer"
(n° 6054)
25
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de vooruitgang in de
behandeling van borstkanker" (nr. 6055)
28
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les avancées dans le
traitement du cancer du sein" (n° 6055)
28
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de alternatieve
behandeling voor teelbalkanker" (nr. 6056)
29
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "le traitement alternatif
du cancer des testicules" (n° 6056)
29
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de vice-
30
Question de M. Xavier Baeselen à la vice-
30
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
iv
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de opvolging van de
werken op het Poelaertplein" (nr. 6086)
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "le suivi des travaux
de la Place Poelaert" (n° 6086)
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de ontwikkelingen in de
behandeling van longkanker" (nr. 6088)
30
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les évolutions dans le
traitement du cancer du poumon" (n° 6088)
30
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Olivier Destrebecq aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de PET-scans"
(nr. 6098)
31
Question de M. Olivier Destrebecq à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les Pet-scans"
(n° 6098)
31
Sprekers: Olivier Destrebecq, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Olivier Destrebecq, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Samengevoegde vragen van
32
Questions jointes de
32
- mevrouw Sarah Smeyers aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de financiering van
ziekenhuizen" (nr. 6113)
32
- Mme Sarah Smeyers à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le financement des hôpitaux"
(n° 6113)
32
- de heer Koen Bultinck aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "1,4 miljard euro federaal
geld voor de Waalse ziekenhuizen" (nr. 6114)
32
- M. Koen Bultinck à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le montant de 1,4 milliard d'euros
attribué par le niveau fédéral aux hôpitaux
wallons" (n° 6114)
32
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eersteminister
en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de investeringen in
ziekenhuizen" (nr. 6186)
32
- Mme Sonja Becq à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "les investissements dans les
hôpitaux" (n° 6186)
32
- de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het federale geld voor
Waalse ziekenhuizen" (nr. 6195)
32
- M. Michel Doomst à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'argent attribué par le niveau
fédéral aux hôpitaux wallons" (n° 6195)
32
- mevrouw Martine De Maght aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de financiering van
Waalse ziekenhuizen en het protocol dat werd
afgesloten met de Waalse minister van
Volksgezondheid, de heer Didier Donfut"
(nr. 6422)
32
- Mme Martine De Maght à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "le financement des hôpitaux
wallons et le protocole conclu avec le ministre
wallon de la Santé publique, M. Didier Donfut"
(n° 6422)
32
Sprekers: Sarah Smeyers, Koen Bultinck,
Laurette Onkelinx, vice-eersteminister en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid, Sonja Becq
Orateurs: Sarah Smeyers, Koen Bultinck,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique, Sonja Becq
Vraag van mevrouw Rita De Bont aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het akkoord Tandartsen-
Ziekenfondsen 2007-2008" (nr. 6152)
37
Question de Mme Rita De Bont à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "l'accord Dentistes-Mutuelles
2007-2008" (n° 6152)
37
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
v
Sprekers: Rita De Bont, Laurette Onkelinx,
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Rita De Bont, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de problematiek van het
stijgend aantal aidspatiënten" (nr. 6198)
37
Question de Mme Josée Lejeune à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la problématique liée
à la recrudescence du sida" (n° 6198)
37
Sprekers: Josée Lejeune, Laurette Onkelinx,
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Josée Lejeune, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Koen Bultinck aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de samenstelling van de
Nationale Raad voor dringende geneeskundige
hulpverlening" (nr. 6203)
38
Question de M. Koen Bultinck à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "la composition du Conseil
national des secours médicaux d'urgence"
(n° 6203)
38
Sprekers: Koen Bultinck, Laurette Onkelinx,
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Koen Bultinck, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het in kaart brengen
van persoonsgegevens voorafgaand aan de
analyse van de beroepsgerelateerde kankers"
(nr. 6219)
39
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la mise en place
d'une cartographie préalable à l'analyse des
causes des cancers professionnels" (n° 6219)
39
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de vooruitgang in het
stamcelonderzoek" (nr. 6220)
40
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les avancées dans la
recherche sur les cellules souches" (n° 6220)
40
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Thérèse Snoy et d'Oppuers
aan de vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid over "de
officiële erkenning van de osteopaten" (nr. 6254)
41
Question de Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la
reconnaissance
officielle
des
ostéopathes"
(n° 6254)
41
Sprekers: Thérèse Snoy et d'Oppuers,
Laurette Onkelinx, vice-eersteminister en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
Orateurs: Thérèse Snoy et d'Oppuers,
Laurette Onkelinx, vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique
Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de risico's verbonden aan
de aanwezigheid van ftalaten in cosmetica, vlees
en zuivelproducten" (nr. 6265)
43
Question de Mme Valérie Déom à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les risques liés aux
phtalates présentes dans les cosmétiques, la
viande et les produits laitiers" (n° 6265)
43
Sprekers: Valérie Déom, Laurette Onkelinx,
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Valérie Déom, Laurette Onkelinx,
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "een studie om potentieel
delinquent gedrag op te sporen" (nr. 6363)
44
Question de Mme Valérie Déom à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "une étude pour
détecter les graines de délinquants" (n° 6363)
44
Sprekers: Valérie Déom, Laurette Onkelinx,
Orateurs: Valérie Déom, Laurette Onkelinx,
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
vi
vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique
Samengevoegde vragen van
46
Questions jointes de
46
- de heer Xavier Baeselen aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"de
oproep
van
internationale wetenschappers inzake het gsm-
gebruik en de emissienormen voor gsm-
zendmasten" (nr. 6375)
46
- M. Xavier Baeselen à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'appel lancé par des scientifiques
internationaux sur l'usage des GSM et les normes
d'émissions des antennes relais GSM" (n° 6375)
46
- mevrouw Thérèse Snoy et d'Oppuers aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de oproep van
20 internationale experten met betrekking tot het
gebruik van mobiele telefoons" (nr. 6449)
46
- Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "l'appel de
vingt experts internationaux sur l'utilisation des
téléphones portables" (n° 6449)
46
- de heer Éric Thiébaut aan de vice-eersteminister
en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de gevaren van gsm's
voor kinderen jonger dan twaalf jaar" (nr. 6511)
46
- M. Éric Thiébaut à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "les dangers que représentent les
gsm pour les enfants de moins de douze ans"
(n° 6511)
46
Sprekers: Xavier Baeselen, Thérèse Snoy et
d'Oppuers,
Laurette
Onkelinx,
vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid
Orateurs: Xavier Baeselen, Thérèse Snoy et
d'Oppuers, Laurette Onkelinx, vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en
Volksgezondheid
over
"de
eventuele
oversterfte ten gevolge van de transfusie van
kunstbloed" (nr. 6383)
49
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la surmortalité
possible suite à la transfusion de sang artificiel"
(n° 6383)
49
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de verhoogde risico's
op dementie bij overgewicht" (nr. 6384)
50
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les risques
augmentés de démence en cas de surpoids"
(n° 6384)
50
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Samengevoegde vragen van
52
Questions jointes de
52
- de heer Xavier Baeselen aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het resultaat van de
vergadering
van
de
ministers
van
Volksgezondheid van dinsdag 17 juni over het
alcoholplan" (nr. 6440)
52
- M. Xavier Baeselen à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le résultat de la réunion des
ministres de la Santé du mardi 17 juin sur le plan
alcool" (n° 6440)
52
- mevrouw Sophie Pécriaux aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"de
campagne
'Respect16' " (nr. 6477)
52
- Mme Sophie Pécriaux à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "la campagne Respect16"
(n° 6477)
52
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
vii
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de vooruitgang van de
wetenschap bij de aanpak van zwaarlijvigheid"
(nr. 6455)
53
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les progrès de la
science dans la lutte contre l'obésité" (n° 6455)
53
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de vooruitgang in de
uitroeiing van kinderverlamming" (nr. 6456)
54
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "les progrès dans
l'éradication de la poliomyélite" (n° 6456)
54
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de invoering van een
beleid ter bestrijding van hepatitis C" (nr. 6530)
55
Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la mise en place
d'une politique de lutte contre l'hépatite C"
(n° 6530)
55
Sprekers: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs: Jean-Jacques Flahaux, Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"het
gebrek
aan
transparantie in de toetreding van geneesheren
en tandartsen tot akkoorden" (nr. 5919)
56
Question de Mme Muriel Gerkens à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "le manque de
transparence dans l'adhésion des médecins et
dentistes aux accords" (n° 5919)
56
Sprekers:
Muriel
Gerkens,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Muriel
Gerkens,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de veiligheid in de
ziekenhuizen en de ontvoering van een zuigeling
uit het ziekenhuis van Charleroi" (nr. 6557)
57
Question de M. Xavier Baeselen à la vice-
première ministre et ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique sur "la sécurité dans les
hôpitaux et l'enlèvement d'un nourrisson à
l'hôpital de Charleroi" (n° 6557)
57
Sprekers:
Xavier
Baeselen,
Laurette
Onkelinx, vice-eersteminister en minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Orateurs:
Xavier
Baeselen,
Laurette
Onkelinx, vice-première ministre et ministre
des Affaires sociales et de la Santé publique
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
1
COMMISSIE VOOR DE
VOLKSGEZONDHEID, HET
LEEFMILIEU EN DE
MAATSCHAPPELIJKE
HERNIEUWING
COMMISSION DE LA SANTE
PUBLIQUE, DE
L'ENVIRONNEMENT ET DU
RENOUVEAU DE LA SOCIETE
van
WOENSDAG
25
JUNI
2008
Namiddag
______
du
MERCREDI
25
JUIN
2008
Après-midi
______
De vergadering wordt geopend om 14.21 uur en
voorgezeten door mevrouw Muriel Gerkens.
La réunion publique est ouverte à 14 h 21 par
Mme Muriel Gerkens, présidente.
01 Vraag van mevrouw Sofie Staelraeve aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de SINE- en
ACTIVA-maatregelen" (nr. 5809)
01 Question de Mme Sofie Staelraeve à la
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions et
des Grandes villes sur "les mesures SINE et
ACTIVA" (n° 5809)</b>
01.01 Sofie Staelraeve (Open Vld): De Sine-en
Activa-maatregelen
zorgen
voor
tewerkstellingsmogelijkheden voor kansarmen en
bevorderen aldus hun maatschappelijke integratie.
In haar beleidsnota belooft de minister een
versterking van deze initiatieven en van de
begeleiding van de werkzoekenden. Wat is de
algemene evaluatie van deze maatregelen?
Vanwaar het wisselend succes ervan in beide
landsdelen? Aan welke concrete maatregelen denkt
de minister om tot de beloofde versterking te
komen?
01.01 Sofie Staelraeve (Open Vld) : Les mesures
Sine et Activa offrent des possibilités d'emploi aux
personnes défavorisées et stimulent dès lors leur
intégration sociale. Dans sa note politique, la
ministre s'est engagée à renforcer ces initiatives et
l'accompagnement des demandeurs d'emploi.
Quelle est l'évaluation générale de ces mesures ?
Comment peut-on expliquer le succès différent
dans les deux parties du pays ? À quelles mesures
concrètes la ministre songe-t-elle pour respecter
son engagement ?
01.02 Minister Marie Arena (Nederlands): De
bewuste
maatregelen
zijn
bijkomende
activeringsinstrumenten voor de OCMW's. Sine en
Activa willen een langdurig perspectief op werk
bieden door zich te richten op doelgroepen en op
werkgevers die omkadering kunnen bieden.
01.02 Marie Arena, ministre (en néerlandais) : Les
mesures prévues sont des instruments d'activation
supplémentaires pour les CPAS. Les mesures Sine
et Activa ont pour but d'offrir des perspectives de
travail à long terme en s'adressant à des groupes
cibles et à des employeurs susceptibles d'offrir un
encadrement.
Zij mogen echter niet los worden gezien van alles
wat globaal ondernomen wordt op het vlak van
tewerkstelling
en
van
begeleiding
op
de
arbeidsmarkt. Bovendien varieert de arbeidsmarkt
volgens de regio, wat gevolgen heeft voor de
maatregelen die worden ingezet.
Elles ne doivent néanmoins pas être dissociées de
l'ensemble de mesures prises globalement en
matière d'emploi et d'accompagnement sur le
marché du travail. Le marché de l'emploi diffère par
ailleurs d'une région à l'autre et ces différences ont
une incidence sur les mesures instaurées.
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
2
Qua versterking van de Sine- en Activa-
maatregelen kan er nog een tandje bij gestoken
worden inzake de begeleiding van het OCMW-
publiek op de arbeidsmarkt, onder meer door het
gebruik van bepaalde instrumenten te stimuleren of
door OCMW's structureel te belonen voor
intensievere inspanningen.
En ce qui concerne le renforcement des mesures
Sine et Activa, des efforts peuvent encore être
fournis pour l'accompagnement du public des
CPAS sur le marché du travail, entre autres en
stimulant l'utilisation de certains instruments ou en
rétribuant les CPAS sur une base structurelle
lorsqu'ils ont fourni des efforts plus soutenus.
De activering op de arbeidsmarkt is een belangrijke
hefboom om het leven weer in eigen handen te
kunnen nemen. Men moet daaraan werken samen
met de OCMW's.
L'activation sur le marché du travail constitue un
levier important pour permettre aux intéressés de
reprendre leur vie en main. Il faut y oeuvrer en
collaboration avec les CPAS.
01.03 Sofie Staelraeve (Open Vld): Kan de
minister een voorbeeld geven van drempels die
OCMW's beletten om nu reeds de middelen
voldoende te gebruiken? En hoe denkt de minister
daarvoor een oplossing te vinden?
01.03 Sofie Staelraeve (Open Vld) : La ministre
peut-elle donner un exemple des seuils qui
empêchent les CPAS d'utiliser déjà correctement
les moyens disponibles ? Quelle solution la ministre
entrevoit-elle sur ce plan ?
01.04 Minister Marie Arena (Nederlands):
Ondernemingen kunnen bijvoorbeeld artikel 61 niet
gemakkelijk gebruiken. We zullen zien of het via
artikel 60 gemakkelijker is of misschien kunnen we
artikel 61 veranderen om tot een betere afstemming
te komen.
01.04 Marie Arena, ministre (en néerlandais) : Les
entreprises ne peuvent par exemple pas appliquer
aisément l'article 61. Nous examinerons si la
procédure peut être simplifiée par le biais de l'article
60 ou nous adapterons éventuellement l'article 61
pour parvenir à une meilleure harmonisation.
01.05 Sofie Staelraeve (Open Vld): Mag men een
vergelijking maken met de IBO-maatregel?
01.05 Sofie Staelraeve (Open Vld) : Peut-on
établir une comparaison avec la mesure FPI ?
01.06 Minister Marie Arena (Nederlands): Het gaat
niet om een stage. Het is de bedoeling om artikel 61
te veranderen. De werkgeversbijdrage is misschien
te hoog op dit moment.
01.06 Marie Arena, ministre (en néerlandais) : Il
ne s'agit pas d'un stage. L'objectif est d'adapter
l'article 61. La cotisation patronale est peut-être trop
élevée aujourd'hui.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
02 Vraag van mevrouw Sofie Staelraeve aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de OCMW-
steun aan geregulariseerden" (nr. 6010)
02 Question de Mme Sofie Staelraeve à la
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions et
des Grandes villes sur "l'aide du CPAS dont
bénéficient les personnes régularisées" (n° 6010)</b>
02.01 Sofie Staelraeve (Open Vld): Nederland
organiseerde in 2007 een zogenaamd generaal
pardon voor asielzoekers. Deze maatregel kost de
Nederlandse overheid jaarlijks 40 tot 50 miljoen
euro aan uitkeringen. Ook in België hebben we zo'n
grootscheepse regularisatiecampagne achter de
rug.
Hoeveel mensen werden er geregulariseerd en
hoeveel daarvan krijgen nog steun van het OCMW?
Vindt de minister niet dat tewerkstelling een
belangrijk criterium dient te zijn bij toekomstige
regularisaties?
02.01 Sofie Staelraeve (Open Vld) : En 2007, les
Pays-Bas ont instauré une « amnistie générale »
pour les demandeurs d'asile. Cette mesure coûte
40 à 50 millions d'euros par an, que l'État
néerlandais verse en indemnités. La Belgique a
également mené une telle campagne de
régularisation à grande échelle.
Combien de personnes ont été régularisées et,
parmi elles, combien bénéficient d'une aide du
CPAS ? Le fait d'avoir un emploi ne doit-il pas
constituer aux yeux de la ministre un critère
important à prendre en compte pour les futures
régularisations ?
02.02 Minister Marie Arena (Nederlands): Iemand
die geregulariseerd wordt, verkrijgt een volwaardig
02.02
Marie
Arena,
ministre (en
néerlandais) : Toute personne qui a bénéficié d'une
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
3
burgerschap en komt dus ook in aanmerking voor
steun indien nodig. Deze cijfers worden niet
afzonderlijk bijgehouden.
Wel is het zo dat er in sommige steden een
specifieke
werking
is
opgezet
voor
geregulariseerden. Via deze individuele acties
werden enkele duizenden mensen bereikt.
régularisation devient un citoyen à part entière et
peut donc obtenir une aide si nécessaire. Ces
chiffres ne sont pas enregistrés distinctement.
Par contre, certaines villes ont mis en place des
actions spécifiques pour les demandeurs d'asile
régularisés. Ces actions individuelles ont concerné
quelques milliers de personnes.
De OCMW's kunnen verschillende maatregelen
treffen om de activering te stimuleren. Vooral de
werkbereidheid van de personen is in dit verband
zeer belangrijk.
Les CPAS peuvent prendre plusieurs mesures pour
stimuler l'activation. L'employabilité constitue à cet
égard un aspect très important.
02.03 Sofie Staelraeve (Open Vld): Mocht er toch
concreet cijfermateriaal zijn, dan zouden we ons
beleid kunnen aanpassen om aldus de personen in
kwestie beter te ondersteunen.
De minister spreekt ook van individuele begeleiding
door enkele gemeenten. Kregen deze mensen
tegelijkertijd dan ook steun van de OCMW's van
deze gemeenten?
02.03 Sofie Staelraeve (Open Vld) : Si nous
disposions toutefois de chiffres, nous pourrions
adapter notre politique pour mieux soutenir les
personnes concernées.
La ministre évoque également un accompagnement
individuel par quelques communes. Ces personnes
ont-elles bénéficié en même temps du soutien des
CPAS de ces communes ?
Kregen zij een specifieke begeleiding in hun eigen
OCMW?
Ont-elles
bénéficié
d'un
accompagnement
spécifique dans leur propre CPAS ?
02.04 Minister Marie Arena (Nederlands): Ja.
02.04 Marie Arena, ministre (en néerlandais) : Oui.
02.05 Sofie Staelraeve (Open Vld): Wat is de
definitie van werkbereidheid?
02.05 Sofie Staelraeve (Open Vld) : Comment
définissez-vous la notion d'employabilité ?
02.06 Minister Marie Arena (Nederlands): We zijn
in onderhandeling met minister Turtelboom om de
criteria wat betreft werkbereidheid duidelijk te
definiëren.
Mensen die geregulariseerd worden zijn Belgen en
aangezien er geen etnische statistieken in België
zijn, bestaan hiervoor ook geen afzonderlijke cijfers.
Er is wel een studie aangevraagd bij het Centrum
voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding.
02.06 Marie Arena, ministre (en néerlandais) :
Nous sommes en négociation avec la ministre
Turtelboom en vue de définir clairement les critères
relatifs à l'employabilité.
Les personnes naturalisées sont belges et puisqu'il
n'existe pas en Belgique de statistiques ethniques,
nous ne disposons pas à cet égard de chiffres
séparés. Une étude a toutefois été demandée
auprès du Centre pour l'égalité des chances et la
lutte contre le racisme.
(Frans) We beschikken maar voor een beperkt
aantal personen over informatie. Het Centrum voor
gelijkheid van kansen zal ons inlichtingen bezorgen
met betrekking tot het traject dat sommige
personen die geregulariseerd werden, hebben
gevolgd.
(En français) On ne dispose d'informations que pour
un échantillon de personnes. Le Centre pour
l'égalité des chances va nous fournir des indications
sur les trajectoires de certaines personnes qui ont
été régularisées.
02.07 Sofie Staelraeve (Open Vld): Zal die studie
nog voor het reces bekendgemaakt worden?
02.07 Sofie Staelraeve (Open Vld) : Cette étude
pourra-t-elle encore être publiée avant les vacances
parlementaires ?
02.08 Minister Marie Arena (Frans): Dat verslag
zal openbaar zijn en zal dus via het Centrum voor
gelijkheid
van
kansen
kunnen
worden
02.08 Marie Arena, ministre (en français) : Ce
rapport sera public et donc accessible via le Centre
pour l'égalité des chances. Nous reviendrons au
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
4
geraadpleegd. We zullen er hier in het Parlement op
terugkomen zodra we over een analyse van dat
verslag beschikken.
Parlement dès que nous serons en possession
d'une analyse de ce rapport.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
03 Vraag van mevrouw Maggie De Block aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "dringende
medische hulp aan mensen zonder wettig
verblijf" (nr. 6289)
03 Question de Mme Maggie De Block à la
ministre de l'Intégration sociale, des Pensions et
des Grandes villes sur "l'aide médicale urgente
accordée aux personnes en séjour illégal"
(n° 6289)</b>
03.01 Maggie De Block (Open Vld): Voor mensen
zonder wettig verblijf kan een geneesheer, heel
terecht, dringende medische hulp bieden. Maar wat
verstaat
men
onder
dringende
medische
hulpverlening? Het KB van 12 december 1996 is
hier niet duidelijk over. Het kan over preventieve en
curatieve zorg gaan, ambulante en andere, kortom
dit KB biedt geen houvast.
In de praktijk beslist doorgaans de behandelende
arts of de hulpverlening al dan niet als dringend
moet worden beschouwd. Het OCMW, dat instaat
voor de terugbetaling van de hulp, kan eventueel
een tegenexpertise laten uitvoeren door een
geneesheer. Daarbij botst men wel op het
beroepsgeheim van de behandelende geneesheer,
het OCMW is dus zeer voorzichtig met die
tegenexpertise.
In sommige gevallen zou er sprake zijn van
oneigenlijk gebruik van de zogenaamde dringende
hulp. Een tand trekken vullen is noodzakelijke zorg,
maar is het plaatsen van prothesen dat ook?
Overweegt de minister om het KB aan te passen en
een limitatieve lijst op te stellen van wat er precies
onder de dringende medische hulpverlening dient te
worden begrepen.
03.01 Maggie De Block (Open Vld) : Tout
médecin est habilité à dispenser une aide médicale
urgente à des personnes en séjour illégal, ce qui se
justifie tout à fait. Mais que recouvre exactement la
notion d'aide médicale urgente ? L'arrêté royal du
12 décembre 1996 ne répond pas clairement à
cette question. Cette notion peut désigner des soins
préventifs et curatifs, des soins ambulatoires et
autres. Bref, cet arrêté royal n'offre aucun point de
repère.
En pratique, c'est généralement le médecin traitant
qui décide si l'aide doit être considérée ou non
comme urgente. Le CPAS, qui rembourse l'aide
dispensée, peut éventuellement faire procéder à
une contre-expertise par un médecin. Etant donné
qu'on se heurte alors au secret professionnel du
médecin traitant, les CPAS font preuve d'une très
grande prudence lorsqu'ils envisagent une telle
contre-expertise.
Dans certains cas, l'aide médicale urgente serait
invoquée abusivement. Les plombages et les
extractions dentaires sont des soins nécessaires
mais en est-il de même de la pose de prothèses ?
La ministre envisage-t-elle d'adapter l'arrêté royal
en dressant une liste limitative et précise des soins
qui relèvent de l'aide médicale urgente ?
03.02 Minister Marie Arena
(Nederlands):
Dezelfde vraag werd me een maand geleden al
gesteld.
Mensen zonder wettig verblijf hebben recht op
dringende medische hulpverlening. Het plaatselijke
OCMW neemt de kosten voor zijn rekening en de
POD Maatschappelijke Integratie betaalt die terug
binnen wettelijk vastgelegde criteria en op
voorwaarde dat het OCMW een getuigschrift
voorlegt waaruit blijkt dat de hulp dringend
noodzakelijk is.
De verstrekking moet voorkomen op de lijsten van
de Riziv-nomenclatuurcode. De arts bepaalt of de
03.02 Marie Arena, ministre (en néerlandais) : La
même question m'a déjà été posée il y a un mois.
Les personnes en séjour illégal ont droit à l'aide
médicale urgente. Le CPAS local en assume le coût
et le SPF Intégration sociale la rembourse en
fonction de critères légaux et à condition que le
CPAS produise une attestation certifiant que l'aide
dispensée présentait bien un caractère d'urgence.
La prestation doit figurer sur les listes du code de
nomenclature de l'INAMI. Il appartient au médecin
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
5
verstrekking dringend is. Een OCMW kan altijd een
tegenexpertise aanvragen, maar dat is inderdaad
niet zo eenvoudig.
Het werken met een gesloten lijst garandeert een
gelijke behandeling, maar alleen een arts kan
beoordelen of een interventie dringend is voor die
persoon in die omstandigheden. Zulke factoren kun
je niet in een KB vastleggen.
de déterminer si la prestation est urgente. Le CPAS
peut toujours demander une contre-expertise mais
cela ne va effectivement pas sans poser de
problème.
Dresser une liste limitative des prestations relevant
de l'aide médicale urgente garantirait l'égalité de
traitement mais le problème, c'est que seul un
médecin peut déterminer si une intervention est
urgente
pour
telle
personne
dans
telles
circonstances. Et ces éléments ne peuvent être
fixés dans un arrêté royal.
03.03 Maggie De Block (Open Vld): Ik wist niet
dat de vraag een maand geleden ook al gesteld
was.
De arts is blijkbaar rechter en partij. Hij moet
normaal correct kunnen oordelen, maar ik vrees dat
er artsen zijn die nogal arbitrair beslissen.
03.03 Maggie De Block (Open Vld) : J'ignorais
que la question avait déjà été posée à la ministre il y
a un mois.
Le médecin est manifestement juge et partie. Il doit
normalement être à même de porter une
appréciation correcte mais je crains que certains
médecins portent des appréciations arbitraires.
Er zijn wel degelijk misbruiken gerapporteerd. Een
tandarts strijk misschien graag het honorarium op
voor een rij nieuwe kronen. Men doet zelfs al
esthetische ingrepen, ingrepen die door andere
mensen ook moeten worden aangevraagd als ze
terugbetaling
willen.
De
kosten
voor
de
gemeenschap lopen op die manier erg hoog op. De
minister moet daar aandacht voor hebben.
Certains abus ont bien été signalés. Il peut s'agir
par exemple d'un dentiste qui empochera volontiers
les honoraires dus pour la pose d'une série de
nouvelles couronnes. Des opérations de chirurgie
esthétique sont également pratiquées alors que
toute autre personne souhaitant subir ce type
d'opération doit introduire une demande si elle veut
obtenir son remboursement. De cette manière, le
coût de l'aide médicale urgente à charge de la
collectivité devient très élevé. La ministre se doit de
prêter attention à cette évolution.
03.04 Minister Marie Arena (Nederlands):
Misbruiken moeten worden tegengegaan, maar in
een lijst van toegestane handelingen geloof ik niet
erg. De tegenexpertises van het OCMW zijn mijns
inziens beter geschikt om misbruiken te bestrijden.
03.04 Marie Arena, ministre (en néerlandais) : Il
est impératif de lutter contre les abus mais je ne
suis pas convaincue qu'il soit opportun de dresser
une liste limitative de prestations autorisées. Je
pense que les contre-expertises des CPAS sont un
meilleur instrument pour lutter contre les abus.
03.05 Maggie De Block (Open Vld): Als er toch
geen lijst komt, moet men maar, met bewaring van
het beroepsgeheim, nagaan of het bedrag
overeenstemt met de dringende hulpverlening die
op dat moment moest worden geboden.
03.05 Maggie De Block (Open Vld) : A défaut
d'une telle liste, il faut contrôler sans porter
atteinte au secret professionnel si le montant
correspond bien à l'aide médicale urgente qui a dû
être dispensée.
03.06 De voorzitter : Wanneer vragen opnieuw
worden gesteld, zouden de diensten waar de
vragen worden ingediend de vraagstellers naar de
vroegere vragen en antwoorden moeten kunnen
verwijzen om na te gaan of er wel nieuwe gegevens
zijn. Er dient erop te worden gewezen dat de
minister de vraagsteller naar de reeds beantwoorde
vraag mag verwijzen.
03.06 La présidente: Dans les cas de questions
reposées, les services, où sont déposées les
questions,
devraient
pouvoir
renvoyer
les
parlementaire aux « questions-réponses », afin de
voir s'il y a des éléments nouveaux. Il faut rappeler
que le ministre a l'autorisation de renvoyer le
parlementaire à la question à laquelle il a déjà
répondu.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
6
04 Vraag van mevrouw Zoé Genot aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de
tenlasteneming van de medische kosten van de
hongerstakers" (nr. 6603)
04 Question de Mme Zoé Genot à la ministre de
l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "la prise en charge des frais
médicaux relatifs aux grévistes de la faim"
(n° 6603)</b>
04.01 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Momenteel zijn
er mensen zonder papieren op twee plekken in
hongerstaking : de Begijnhofkerk en een kerk in
Vorst.
Ik
heb
vanochtend
mevrouw
Turtelboom
ondervraagd om haar ervan te overtuigen een
dialoog aan te gaan en de onderhandelingen over
de regularisatiecriteria die nu al een aantal jaren
aan de mensen zonder papieren beloofd worden,
vooruit te helpen.
De Standaard publiceert vandaag een getuigenis
van dokter Vidar. Volgens hem is de medische
situatie ernstig.
De heer Mayeur en uzelf heeft al de gelegenheid
gehad om besprekingen te beginnen. Bij het lezen
van de pers heb ik vernomen dat de situatie
opgelost was en dat de medische opvolging nu
goed georganiseerd is. Ik heb dus beslist mijn
vraag in te trekken. Ik ben op die beslissing
teruggekomen omdat ik heb kunnen vaststellen dat
er te weinig artsen zijn die bovendien gebukt gaan
onder een werkoverlast. De medische opvolging
kan dus niet verzekerd worden, dat is
onaanvaardbaar! De situatie is op dit ogenblik zo
erg dat Ecolo Brussel er zich toe heeft moeten
verbinden de factuur te betalen voor de honoraria
van de artsen van wacht die bij de hongerstakers
geroepen werden. Het OCMW van Brussel heeft
beslist vitamine B niet meer terug te betalen, omdat
het vindt dat die vitamines een comfortproduct zijn.
Kan het team artsen versterking krijgen?
Welke bepalingen worden overwogen om de artsen
te betalen?
04.01 Zoé Genot (Ecolo-Groen!) : Actuellement,
deux lieux sont occupés par des sans papiers en
grève de la faim : l'église du Béguinage et une
église à Forest.
J'ai interrogé, ce matin, Mme Turtelboom pour la
convaincre d'établir un dialogue et de faire avancer
les négociations au sujet des critères de
régularisation promis aux sans papiers depuis un
certain nombre d'années.
De Standaard publie aujourd'hui le témoignage du
docteur Vidar selon lequel la situation médicale est
grave.
M. Mayeur et vous-même avez eu l'occasion
d'entamer des discussions. J'ai appris en lisant la
presse que la situation avait été résolue et que le
suivi médical était dorénavant bien organisé. J'avais
donc décidé de retirer ma question. Je suis revenue
sur cette décision parce que j'ai pu constater que
les médecins sont trop peu nombreux et surchargés
de travail. Le suivi médical ne peut plus être assuré,
c'est inacceptable ! Aujourd'hui, la situation est telle
qu'Écolo Bruxelles a dû s'engager à payer la facture
relative aux honoraires des médecins de garde
appelés au chevet des grévistes. Le CPAS de
Bruxelles ville a décidé de ne plus rembourser la
prise de vitamines B, considérant qu'il s'agit d'un
produit de confort.
L'équipe des médecins pourrait-elle être renforcée ?
Quelles
dispositions
pourraient-elles
être
envisagées pour que les médecins puissent être
payés ?
04.02 Minister Marie Arena
(Frans): De
plaatselijke overheden en de OCMW's in het
bijzonder krijgen te maken met een actie die niet
onder hun verantwoordelijkheid valt. Via het
systeem van de dringende medische hulpverlening
kan er een medische begeleiding worden
aangeboden. In het kader van een hongerstaking
kunnen de kosten op de POD Maatschappelijke
Integratie
verhaald
worden.
Er
bestaan
overeenkomsten tussen de OCMW's en de POD.
Indien er een door de raad voor maatschappelijk
welzijn geldig verklaard hoogdringendheidsattest
wordt uitgereikt door een erkend geneesheer, zullen
04.02 Marie Arena, ministre (en français) : Les
pouvoirs locaux et les CPAS en particulier sont
confrontés à une action qui ne relève pas de leur
responsabilité. Via le système de l'aide médicale
urgente, un accompagnement médical est prévu.
Dans le cadre d'une grève de la faim, les frais
peuvent être récupérés auprès du SPF Intégration
sociale. Il existe des conventions entre le CPAS et
le SPP. Si une attestation d'urgence est délivrée par
un médecin agréé et validée par le Conseil de l'aide
sociale, les frais pourront être récupérés auprès du
SPP.
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
7
de kosten van de POD teruggevorderd kunnen
worden.
Ik kan geen aparte behandeling voor een bepaalde
categorie personen of acties invoeren. De opvolging
gebeurt in het bestaande wettelijke kader.
Gelet op de bijkomende werklast voor de OCMW's,
zijn de administratieve eisen tot een minimum
beperkt. Normaal moet het bestaande wettelijke
kader volstaan voor de terugbetaling, met
inachtneming van de gemeentelijke autonomie. We
zouden een slecht signaal geven, als we, zeker in
het geval van de hongerstakingen, een specifieke
regeling zouden uitwerken.
Je ne puis prévoir un traitement distinct pour une
catégorie spécifique de personnes ou d'actions. Le
suivi se fait dans le cadre et les dispositions légales
existantes.
Vu la charge supplémentaire pour les CPAS, les
exigences
administratives
sont
minimales.
Normalement, le cadre légal existant doit permettre
le remboursement, conditionné à l'autonomie
communale. Nous donnerions un mauvais signal si,
particulièrement au sujet de la grève de la faim,
nous élaborions un dispositif spécifique.
Het is belangrijk dat de OCMW's het bestaande
wettelijke kader zo optimaal mogelijk benutten. Wij
voeren besprekingen met de betrokken OCMW's.
Il importe que les CPAS utilisent au mieux le cadre
légal existant. Nous avons des discussions avec les
CPAS concernés.
04.03 Zoé Genot (Ecolo-Groen!): Momenteel
werkt dat niet. Nieuwe artsen steken geen hand uit
naar hun collega-artsen die die medische follow-up
traditiegetrouw verzekeren. Er moet snel een
coördinatievergadering georganiseerd worden om
naar de artsen toe een positiever signaal te geven.
04.03 Zoé Genot (Ecolo-Groen!) : Actuellement,
cela ne fonctionne pas. De nouveaux médecins ne
rejoignent pas leurs confrères qui assurent
traditionnellement ce suivi médical. Une réunion de
coordination doit être rapidement organisée pour
donner un signal plus positif aux médecins.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Vraag nr. 6435 van mevrouw De
Maght wordt uitgesteld, net als vraag nr. 5623 van
de heer Baeselen.
L'incident est clos.
La présidente : La question n° 6435 de Mme De
Maght est reportée et la question n°5623 de M.
Baeselen le sera aussi.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
05 Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
minister
van
Maatschappelijke
Integratie,
Pensioenen en Grote Steden over "de
behandeling van de bewoners van de open
centra
voor
asielzoekers
en
het
personeelsbeheer" (nr. 6563)
05 Question de Mme Muriel Gerkens à la ministre
de l'Intégration sociale, des Pensions et des
Grandes villes sur "le traitement des résidents et
la gestion du personnel dans les centres ouverts
pour demandeurs d'asile" (n° 6563)</b>
05.01 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!): Op 18
december 2007 ondervroeg ik minister Dupont naar
aanleiding van een aantal klachten van de
bewoners van het opvangcentrum van Bovigny
tegen de directie en het personeel. Deze mensen
hebben toen een fax gestuurd naar Fedasil.
Volgens de vigerende procedure is het de directeur
van het centrum die dan een onderzoek instelt naar
de feiten. Alleen is de klacht net tegen de directeur
gericht. Minister Dupont gaf toe dat er een
procedureprobleem was, en zou nadenken over een
wijziging (cf. Beknopt Verslag, 52 COM 53, blz. 19).
Heeft deze zaak intussen voortgang gehad? Wat is
de stand van zaken met betrekking tot het
05.01 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!) : Le 18
décembre 2007, j'interrogeais le ministre Dupont
suite à des plaintes déposées par des résidents du
centre d'accueil de Bovigny contre la direction et le
personnel. Ils ont, à l'époque, envoyé un fax à
Fedasil. La procédure veut que le directeur du
centre enquête sur les événements. Or, le directeur
était visé par la plainte. Le ministre Dupont avait
reconnu le problème de procédure et envisagé une
modification (voir Compte rendu analytique 52 COM
53, p. 19).
Quelles suites ont-elles été données à cette
affaire ? Où en est la charte de déontologie que les
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
8
deontologisch handvest dat de centra samen
zouden uitwerken?
De klacht die bepaalde personeelsleden bij IDEWE
hebben ingediend, werd nog altijd niet behandeld.
Krachtens de wet is de aanklagende partij
gedurende
een
jaar
beschermd,
en
die
bescherming kan verlengd worden indien er een
klacht wordt ingediend bij de rechtbank, maar de
wet zegt niets over klachten die ingediend worden
via een bemiddelende organisatie. De minister van
Werk bevestigde dat de wet niet duidelijk genoeg is.
Ik zal dan ook een wetsvoorstel indienen om meer
duidelijkheid te scheppen. De minister wees mij
erop dat de klagers sinds de inwerkingtreding van
het koninklijk besluit van 17 mei 2007 om de drie
maanden op de hoogte moeten worden gehouden
van de voortgang van de behandeling van hun
klacht. Volgens mijn informatie gebeurt dat echter
niet. Waarom komt Fedasil die verplichting niet na?
centres devaient élaborer collectivement ?
La plainte déposée, auprès de l'IDEWE, par
certains membres du personnel n'a toujours pas été
traitée. La loi prévoit la protection des plaignants
pendant un an, avec prolongement dans le cas de
plainte au tribunal, mais ne dit rien en cas de plainte
via un organisme intermédiaire. La ministre de
l'Emploi m'a confirmé que la loi n'est pas assez
claire. Je déposerai donc une proposition de loi
dans ce sens. La ministre me rappelait que, depuis
l'arrêté royal du 17 mai 2007, il y a obligation
d'informer les plaignants tous les trois mois du
traitement de leur plainte. Or selon mes
informations, cela ne se fait pas. Pour quelles
raisons Fedasil ne respecte-t-il pas cette
obligation ?
05.02 Minister Marie Arena (Frans): In de federale
opvangcentra verblijven 15.000 bewoners. We
vinden het erg belangrijk dat de mensen er met
inachtneming van de menselijke waardigheid
worden opgevangen, zoals de wet voorschrijft.
Er kan zich altijd een probleem voordoen, maar dat
is zeer uitzonderlijk. Ik kom daar nog op terug. Wat
bepaalt de wet in dat verband?
Overeenkomstig artikel 46 en 47 van de opvangwet
kunnen de begunstigden van de opvang een klacht
indienen
met
betrekking
tot
de
levensomstandigheden in het opvangcentrum en de
toepassing van het huishoudelijk reglement. Zij
kunnen eveneens een beroep tot herziening
instellen tegen elke beslissing die een sanctie
oplegt, alsook tegen elke beslissing met betrekking
tot de medische begeleiding. De procedureregels
met betrekking tot de klachtenbehandeling zijn op
dit ogenblik vervat in richtlijnen. In oktober zal
daaromtrent een koninklijk besluit verschijnen.
Wat waren de gevolgen van de nieuwe wet voor de
klachtenbehandeling? Uit de evaluatie blijkt dat 57
klachten werden ingediend met betrekking tot de
levensomstandigheden en de toepassing van het
huishoudelijk reglement in de opvangcentra. Slechts
twintig
daarvan
bleken
gegrond,
wat
verwaarloosbaar is. Voor de gegronde klachten kon
een oplossing worden gevonden die de klagers
tevredenstelt. Naar aanleiding van een aantal
ongegrond verklaarde klachten konden extra
maatregelen worden genomen en konden sommige
punten worden verduidelijkt. De 57 klachten werden
ingediend in twaalf verschillende instellingen. Het
grootste aantal klachten had betrekking op het Klein
Kasteeltje, waar tien klachten ten dele gegrond
05.02 Marie Arena , ministre (en français) : Les
centres fédéraux accueillent quinze mille résidents
dans leurs structures d'accueil. Nous avons à coeur
que cet accueil se passe dans la dignité humaine
comme le prévoit la loi.
Il peut arriver qu'un problème surgisse mais c'est
extrêmement rare. J'y reviendrai. Que prévoit la loi
en la matière?
Les articles 46 et 47 de la loi "Accueil" prévoient la
possibilité pour les bénéficiaires de l'accueil,
d'introduire une plainte concernant les conditions de
vie au sein de la structure d'accueil et l'application
du règlement d'ordre intérieur. Elle permet aussi
d'introduire un recours en révision d'une décision
infligeant une sanction ou encore la révision d'une
décision relative à l'accompagnement médical. Les
règles de procédure applicables au traitement des
plaintes font actuellement l'objet d'instructions. Ces
dernières feront l'objet d'un arrêté royal en octobre
2008.
Quel a été l'impact de la nouvelle loi sur les
pratiques du personnel d'accueil en matière de
plaintes? L'évaluation nous montre que les plaintes
relatives aux conditions de vie et à l'application du
règlement d'ordre intérieur dans les structures
d'accueil sont au nombre de 57. Seules vingt
plaintes se sont avérées fondées, soit un nombre
dérisoire. Pour les plaintes fondées, une solution a
pu être trouvée pour mettre un terme à
l'insatisfaction des plaignants. Les plaintes qui n'ont
pas été déclarées fondées ont parfois fourni
l'occasion de prendre des mesures et d'apporter
plus de clarté. Les 57 plaintes ont été déposées
dans douze structures d'accueil différentes. La
majorité des plaintes concernaient le Petit-Château
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
9
waren.
avec dix plaintes en partie fondées.
De federale ombudsmannen voeren op dit ogenblik
een audit uit, waarvoor ze uitstekend samenwerken
met de diensten van Fedasil, die hun alle nodige
inlichtingen verschaften.
Wat de klachten met betrekking tot pesterijen in het
centrum van Bovigny betreft, beschikt u niet over
volledige informatie. IDEWE, de dienst die de
klachtenprocedures met betrekking tot pesterijen
beheert, heeft vier maanden na de indiening van de
vier klachten een verslag opgesteld. Daaruit is
gebleken dat de problemen het individuele niveau
overstegen.
Daarom werd voor een globale benadering
gekozen, via een onderhoud met het voltallige
personeel. Er gebeurde eveneens een analyse van
het human resources management. Een en ander
bracht aan het licht dat er zowel nood was aan een
nieuwe personeelscultuur als aan een opleiding
voor de leidinggevenden op het stuk van functioneel
leiderschap. Ik kan met stelligheid zeggen dat de
wettelijke bescherming van de klagers in acht werd
genomen. Het klopt wel dat een aantal
personeelsleden zijn opgestapt.
En ce qui concerne l'audit en cours de réalisation
par les médiateurs fédéraux, ces derniers travaillent
en parfaite collaboration avec les services de
Fedasil qui leur ont fourni l'ensemble des
informations nécessaires.
Concernant la question des plaintes pour
harcèlement du centre de Bovigny, vos informations
ne sont pas complètes. En effet, un rapport a été
réalisé
par
l'IDEWE,
l'organisme
d'accompagnement en matière de procédures pour
harcèlement et ce, quatre mois après la plainte des
quatre personnes concernées. À la suite de ce
rapport, il est apparu que les difficultés devaient
être traitées au-delà du cas individuel de ces
personnes.
C'est la raison pour laquelle un travail global a été
réalisé via un entretien avec tout le personnel. Une
analyse de la gestion des ressources humaines a
aussi été effectuée. Les conclusions de ce travail
ont pointé la nécessité de mettre sur pied une
nouvelle culture du personnel mais aussi de
renforcer la formation de la hiérarchie en matière de
leadership fonctionnel. Quant à la protection légale
des plaignants, je peux vous assurer qu'elle a été
respectée. Certes des départs ont eu lieu.
05.03 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!): We kunnen
ons er alleen maar over verheugen dat het voltallige
team, daarbij gecoacht door extern personeel, dit
probleem heeft aangepakt.
Betekent het feit dat vier maanden na de indiening
van de klachten een verslag werd opgesteld dat de
klachten ook afgehandeld zijn? Ik zou denken van
niet. Gaat men ervan uit dat het verslag een
beslissing omtrent de klachten inhoudt, of loopt de
klachtenprocedure nog? De klagers moeten weten
waar ze aan toe zijn.
05.03 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!) : Un travail
a en effet été effectué avec l'ensemble de l'équipe
et des superviseurs extérieurs. On ne peut
qu'apprécier la démarche.
Néanmoins, le fait qu'un rapport ait été rédigé
quatre mois après a-t-il eu pour conséquence que
les plaintes soient éteintes? J'aurais tendance à
répondre par la négative. Considère-t-on qu'on a
statué sur les plaintes via le rapport ou la plainte
est-elle toujours en cours ? Auquel cas il faudrait
informer les plaignants de leur sort.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De voorzitter: Als voorzitter kan ik geen vragen
weigeren, zelfs al weet ik dat bepaalde vragen twee
weken geleden reeds werden gesteld. Men werkt
samen met de diensten van de Kamer, opdat zij de
parlementsleden hierover in kennis stellen en hen
verwijzen naar de verschafte antwoorden. Ik
herinner de minister eraan dat zij het recht heeft om
te zeggen dat zij een vraag reeds beantwoord heeft
en naar het verslag te verwijzen.
Dit gezegd zijnde wordt vraag nr. 5623 van de heer
Xavier Baeselen uitgesteld.
La présidente : En tant que présidente, je ne peux
pas refuser de questions, même si je sais que
certaines ont été posées voici quinze jours. On
travaille avec les services de la Chambre afin qu'ils
informent les parlementaires en ce sens et les
orientent vers les réponses déjà fournies. Je
rappelle à la ministre qu'elle a le droit de dire qu'elle
a déjà répondu à une question et de renvoyer au
compte rendu.
Ceci dit, la question n°5623 de M. Xavier Baeselen
est reportée.
05.04 Maggie De Block (Open Vld): Ik steun de
oproep van de voorzitter voor een rigoureuze
05.04 Maggie De Block (Open Vld) : Je soutiens
l'appel de la présidente pour une application
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
10
toepassing van het Reglement inzake de vragen. Ik
wijs er evenwel op dat er deze namiddag nog
andere commissievergaderingen geagendeerd zijn
waar wetsontwerpen aan bod komen. Daarmee
moet de voorzitter ook rekening houden.
De voorzitter: Mevrouw De Block, als u uw vraag
vóór uw collega's wil stellen, moeten ze akkoord
gaan. Mevrouw Becq heeft hetzelfde probleem.
rigoureuse du Règlement sur les questions. J'attire
toutefois l'attention sur le fait que sont
programmées pour cet après-midi d'autres réunions
de commission avec des projets de loi à leur ordre
du jour. La présidente doit également en tenir
compte.
La présidente: Madame De Block, si vous
souhaitez poser votre question avant vos collègues,
il vous faut leur accord. Ceci dit, Mme Becq a le
même problème.
05.05 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Ook ik wil
aanwezig zijn bij de bespreking van dat
wetsontwerp en heb bovendien nog vragen te
stellen in de commissie Financiën.
05.05 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : Je souhaite
également être présente pour la discussion de ce
projet de loi et j'ai en outre encore des questions à
poser en commission des Finances.
De voorzitter: Iedereen heeft hetzelfde probleem!
Het eenvoudigste zou zijn dat men u roept wanneer
u aan de beurt is.
La présidente: Tout le monde a le même
problème ! Le plus simple est que l'on vous appelle
quand c'est votre tour.
06 Vraag van mevrouw Kattrin Jadin aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het gebruik van een
xenonhoudend anestheticum" (nr. 5511)
06 Question de Mme Kattrin Jadin à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "l'utilisation
d'un anesthésiant au xénon" (n° 5511)</b>
06.01 Kattrin Jadin (MR): Mijn vraag gaat over het
gebruik van een nieuw anesthesiegas op basis van
xenon dat in Frankrijk opgedoken is en al sinds
december 2007 in het CHU van Nîmes gebruikt
wordt. Het is een innovatie van Air Liquide
"LENOXe" genoemd en het bestaat uit xenon. Dit
gas, dat in kleine hoeveelheden in de lucht
aanwezig is, heeft opmerkelijke verdovende
eigenschappen. Wanneer het vermengd met
zuurstof toegediend wordt, werkt het in op de
centrale hersenreceptoren. Xenon dat een
luchtbestanddeel is, kan zonder schade afgestoten
worden. De eliminatie via de longen gebeurt snel
en stelt de patiënt in staat snel te ontwaken en
makkelijk te recupereren. De Franse artsen
bevestigen de revolutionaire aard van het
anestheticum. Het is een troef voor de veiligheid
en het comfort van de patiënten. Het gas
veroorzaakt geen daling van de bloeddruk.
In maart 2007 heeft de directie van de groep Air
Liquide een vergunning verworven om het op de
Europese markt te brengen. De groep wijdt zich nu
aan de ontwikkeling van LENOXe in de Europese
landen. In Frankrijk hebben verscheidene
ziekenhuiscentra het voorbeeld van het CHU van
Nîmes gevolgd en er werden meer dan 200
verdovingen met xenon uitgevoerd in Duitsland.
Graag vernam ik hoever men staat met de invoering
van
dit
anestheticum
in
de
Belgische
operatiekamers. Anesthesieprocedures zijn steeds
moeilijker te dragen door bejaarde personen. Ik
06.01 Kattrin Jadin (MR) : Ma question concerne
l'utilisation d'un anesthésiant à base de xénon
apparu en France et déjà utilisé depuis décembre
2007 au CHU de Nîmes. C'est une innovation d'Air
Liquide appelée "LENOXe" et composée de xénon.
Ce gaz, présent en petite quantité dans l'air,
dispose de propriétés anesthésiques remarquables.
Administré en mélange avec de l'oxygène, il agit sur
les récepteurs cérébraux centraux. Constituant de
l'air, le xénon peut être rejeté sans dommage. Son
élimination par voie pulmonaire est rapide et permet
un réveil rapide et une récupération facilitée du
patient. Les praticiens français affirment son
caractère révolutionnaire. Il représente un atout
pour la sécurité et le confort des patients. Ce gaz
n'entraîne pas de baisse de la pression artérielle.
En mars 2007, la direction du groupe Air Liquide a
obtenu une autorisation de mise sur le marché
européen et s'attèle à développer LENOXe dans les
pays européens. En France, plusieurs centres
hospitaliers ont emboîté le pas au CHU de Nîmes et
plus de 200 anesthésies au xénon ont été
pratiquées en Allemagne. Je souhaiterais savoir ce
qu'il en est de l'introduction de cet anesthésiant
dans les blocs opératoires belges. Quelles sont les
intentions de votre département en la matière? Les
procédures d'anesthésie sont de plus en plus
difficiles à supporter pour les personnes âgées. Je
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
11
denk dat we met een reële opportuniteit te maken
hebben.
pense qu'il y a là une réelle opportunité.
06.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Op 19
september 2006 werd bij de Europese instanties
een registratieaanvraag voor een xenonhoudend
vloeibaar
gas
ingediend.
De
deskundigen
formuleerden
geen
bijzondere
opmerkingen,
behalve dat de naam `LENOXe' te veel lijkt op die
van een bestaand geneesmiddel. Verschillende
Europese landen formuleerden opmerkingen met
betrekking tot de efficiëntie en de veiligheid van het
product. De procedure voor wederzijdse erkenning
liep af op 6 april 2007. Er werd beslist dat een
risicobeheersplan moet worden opgesteld.
Voor
België
verleende
het
Comité
voor
geneesmiddelen voor menselijk gebruik op 18
januari 2008 een gunstig advies voor de toekenning
van een vergunning voor het in de handel brengen
van dat product. Het departement `registratie' van
het
Agentschap
voor
Geneesmiddelen
en
Gezondheidsproducten wacht echter nog op een
voorstel voor een nieuwe naam en op een aantal
administratieve documenten.
06.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Une demande d'enregistrement d'un gaz liquide
composé de xénon a été introduite auprès des
instances européennes le 19 septembre 2006. Les
experts n'ont émis aucune remarque particulière, à
l'exception d'un commentaire sur l'appellation
"LENOXe" qui est trop proche de celle d'un
médicament existant. Ce dossier a fait l'objet de la
part des différents pays européens de remarques
sur l'efficacité et la sécurité du produit. La
procédure de reconnaissance mutuelle s'est
terminée le 6 avril 2007. La décision d'adopter un
plan de gestion de risque a été imposée.
Pour la Belgique, la Commission des médicaments
à usage humain a émis un avis favorable à l'octroi
d'une autorisation de mise sur le marché en date du
18 janvier 2008. Actuellement, le département
"enregistrement" de l'Agence des médicaments et
des produits de santé attend toujours une
proposition de nouvelle dénomination ainsi que
certains documents administratifs.
06.03 Kattrin Jadin (MR): Ik ga ervan uit dat de
werking van dat geneesmiddelen ten gronde werd
onderzocht. Vanaf wanneer zou het door de
ziekenhuizen kunnen worden gebruikt?
06.03 Kattrin Jadin (MR): J'imagine que la
pertinence de ce médicament a bien été analysée.
À partir de quand son utilisation en milieu hospitalier
est-elle envisageable?
06.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): We
moeten het bedrijf ertoe aanmanen het dossier in
orde te brengen. Alles hangt dus van de fabrikant
af.
06.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Nous devons envoyer des rappels pour que
l'entreprise régularise son dossier. Cela dépend
donc de sa bonne volonté.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
07 Vraag van de heer Jean-Luc Crucke aan de
minister van KMO, Zelfstandigen, Landbouw en
Wetenschapsbeleid over "het getuigschrift van
vakbekwaamheid voor het vervoer van dieren"
(nr. 5587)
07 Question de M. Jean-Luc Crucke à la ministre
des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de
la Politique scientifique sur "le certificat
d'aptitude pour le transport d'animaux" (n° 5587)</b>
07.01 Jean-Luc Crucke (MR): De Europese
verordening 1/2005 inzake de bescherming van
dieren tijdens het vervoer stelt dat de bestuurders
en begeleiders van dierentransporten vanaf 5
januari 2008 in het bezit dienen te zijn van een
getuigschrift van vakbekwaamheid. De FOD heeft
ruiterlijk toegegeven dat hij bij de uitvoering ervan
vertraging heeft opgelopen en moeilijkheden
ondervindt om die verordening toe te passen.
Ondertussen heeft men een oplossing op zijn
Belgisch uitgedokterd: het voorlopig getuigschrift
van vakbekwaamheid. Zou die voorlopige regeling
definitief kunnen worden voor wie dat voorlopig
07.01 Jean-Luc Crucke (MR) : Le Règlement
européen 1/2005 relatif à la protection des animaux
durant le transport imposait, à partir du 5 janvier
2008, l'obligation aux conducteurs et aux
convoyeurs de transports agricoles d'être en
possession d'un certificat d'aptitude professionnelle.
Le SPF a largement reconnu son retard en la
matière et la difficulté de se mettre en conformité
avec ce Règlement.
Entre-temps, on a imaginé un système bien belge:
le certificat provisoire d'aptitude professionnelle.
Peut-on imaginer que le provisoire devienne du
définitif pour tous ceux qui sont en possession de
cette autorisation provisoire et qui pourraient
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
12
getuigschrift bezit en zou kunnen bewijzen dat hij
dat beroep gedurende een zekere tijd heeft
uitgeoefend?
Werd het examen als dusdanig al ingevoerd? Zo ja,
met welk resultaat? Zo nee, wanneer zal het in de
praktijk worden gebracht?
prouver l'exercice de la profession sur une certaine
durée?
L'examen en tant que tel a-t-il été mis sur pied? Si
oui, quels en sont les résultats? Sinon, quand sera-
t-il mis en pratique?
07.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Onze
Europese collega's waren het niet eens met het
standpunt van de Belgische delegatie, die personen
met een grote ervaring in het vervoer van dieren
wilde valoriseren.
De Europese verordening 1/2005, die niet in een
afwijking voorziet voor wie over ervaring beschikt, is
afdwingbaar en de lidstaten kunnen er geen
afwijking op toestaan.
Tot op heden werd er nog geen examen
afgenomen, omdat er nog geen erkend officieel
examencentrum bestaat. De dienst Dierenwelzijn
van de administratie Volksgezondheid heeft daartoe
een ontwerp van koninklijk besluit opgesteld. We
kunnen het pas bekendmaken, nadat de
gewestregeringen hun akkoord gegeven hebben.
De eerste examens zouden in de herfst kunnen
afgenomen worden.
07.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Le point de vue de la délégation belge, visant à
valoriser les personnes disposant d'une vaste
expérience dans le transport d'animaux, n'a pas été
partagé par les collègues européens.
Le Règlement 1/2005, qui ne prévoit aucune
dérogation pour les personnes disposant d'une
expérience, est contraignant et les États membres
ne peuvent y accorder aucune dérogation.
Aucun examen n'a eu lieu pour l'instant parce qu'il
n'existe encore aucun centre d'examen officiel
agréé. Le service du bien-être animal de
l'administration Santé publique a rédigé à cet effet
un projet d'arrêté royal. Les gouvernements des
Régions doivent toutefois marquer leur accord
avant que nous puissions le publier.
Les premiers examens devraient débuter à
l'automne.
07.03 Jean-Luc Crucke (MR): Als het standpunt
van België steun had gevonden, hadden we nu niet
te kampen gehad met de moeilijkheden die we
momenteel kennen. Dura lex, sed lex!
Ik hoop dat er met het examen niet te veel mensen
uit de boot zullen vallen.
07.03 Jean-Luc Crucke (MR) : Si le point de vue
de la Belgique avait été soutenu, nous ne serions
pas face aux difficultés que nous connaissons
actuellement. Dura lex, sed lex!
J'espère que l'examen n'écartera pas trop de
monde.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
08 Vraag van mevrouw Maggie De Block aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het statuut van de
ambulanciers" (nr. 6288)
08 Question de Mme Maggie De Block à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le statut des
ambulanciers" (n° 6288)</b>
08.01 Maggie De Block (Open Vld): Het statuut
van de ambulancier en het vervoer van patiënten
worden geregeld door artikel 22 van KB nr.78. Er
zouden echter plannen zijn om de ambulanciers die
aan dringende medische hulpverlening doen, onder
te brengen onder artikel 21 dat het statuut van
verpleegkundigen en zorgkundigen regelt. In de
praktijk zouden ambulanciers hierdoor geen
autonoom paramedisch beroep meer vormen.
Klopt het bericht dat de ambulancier geschrapt zal
worden van de lijst van paramedische beroepen?
Zo ja, wat is hiervoor de motivatie? Werd het advies
van de Nationale Raad van Paramedische
Beroepen gevraagd?
08.01 Maggie De Block (Open Vld) : Le statut
d'ambulancier et le transport de patients sont régis
par l'article 22 de l'arrêté royal n°78. Il serait
toutefois prévu de soumettre les ambulanciers qui
dispensent des soins médicaux urgents à l'article
21 qui règle le statut des infirmiers et des aides-
soignants. Dans la pratique, le métier d'ambulancier
ne constituerait dès lors plus une profession
paramédicale autonome.
Confirmez-vous que le métier d'ambulancier sera
rayé de la liste des professions paramédicales ?
Dans l'affirmative, pour quel motif ? A-t-on recueilli
l'avis du Conseil national des Professions
paramédicales ?
08.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De lijst van paramedische beroepen uit 1988 werd
08.02 Laurette Onkelinx , ministre (en
néerlandais)
:
La
liste
des
professions
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
13
door een arrest van de Raad van State al in 1989
opgeheven. Het is de bedoeling om de
hulpverleners-ambulanciers die aan dringende
medische hulpverlening doen, te integreren in KB
78 en dit in het kader van een functionele relatie
arts-verpleegkundige-hulpverlener-ambulancier en
niet in het kader van een apart beroep.
paramédicales de 1988 a déjà été annulée par un
arrêt du Conseil d'État en 1989. L'objectif consiste à
intégrer
les
secouristes-ambulanciers
qui
dispensent des soins médicaux urgents dans
l'arrêté royal n°78, et cela dans le cadre d'une
relation
médecin-infirmier-secouriste-ambulancier
fonctionnelle et non dans le cadre d'une profession
distincte.
Volgens mij zorgt het KB 78 voor een zeer
duidelijke organisatie op het vlak van de
hulpverlening met een duidelijke taakverdeling voor
artsen,
verpleegkundigen
en
hulpverleners-
ambulanciers.
Dit houdt in dat een deel van de hulpverstrekking op
het terrein toevertrouwd zal worden aan de
hulpverleners-ambulanciers met supervisie door
artsen en verpleegkundigen. Dit toezicht is nodig
omdat de opleiding van Belgische hulpverleners-
ambulanciers, zeker in vergelijking met de
buurlanden, zeer beperkt is.
Aangezien de Nationale Raad van Paramedische
Beroepen in deze zaak niet bevoegd is, zal zij niet
geraadpleegd worden. De Nationale Raad voor
Dringende Medische Hulp heeft daarentegen wel
een werkvergadering ter zake georganiseerd
Selon moi, l'arrêté royal 78 instaure une
organisation très claire en matière de secours, avec
une répartition très précise des tâches respectives
des médecins, des infirmiers et des secouristes-
ambulanciers.
Cette option implique qu'une partie de l'assistance
sur
place
sera
confiée
aux
secouristes-
ambulanciers sous la supervision de médecins et
d'infirmiers. Celle-ci est nécessaire parce que la
formation des secouristes-ambulanciers belges est
très limitée, surtout par comparaison avec les pays
qui nous entourent.
Le Conseil national des professions paramédicales
ne sera pas consulté puisqu'il n'est pas compétent
en la matière. Par contre, le Conseil national des
secours médicaux d'urgence a organisé une
réunion de travail sur le sujet.
08.03 Maggie De Block (Open Vld): De sector van
de hulpverlening is een zeer moeilijk juridisch
kluwen. Misschien kan hier in de toekomst iets aan
gedaan worden.
Indien men wil overgaan tot een soort van
professionalisering van het korps, zullen er
overgangsmaatregelen
moeten
komen.
In
Nederland heeft men wel zo'n professioneel kader
ingericht en ik denk dat dit misschien ook in België
wenselijk zou zijn, ten minste indien het betaalbaar
is.
08.03 Maggie De Block (Open Vld) : Le secteur
des soins constitue un imbroglio juridique très
complexe. Peut-être peut-on tenter d'y remédier à
l'avenir.
Si on souhaite tendre vers une certaine
professionnalisation du corps, des mesures
transitoires devront être prises. Aux Pays-Bas, on a
instauré un cadre professionnel de ce type et je
pense qu'une telle option serait peut-être également
souhaitable en Belgique, à tout le moins si elle est
abordable financièrement.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
09 Vraag van mevrouw Sonja Becq aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de registratie van schade
naar aanleiding van medisch handelen" (nr. 5877)
09 Question de Mme Sonja Becq à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'enregistrement de dommages à la suite d'actes
médicaux" (n° 5877)</b>
09.01 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Vaak wordt de
vraag gesteld of de wet op de medische
aansprakelijkheid wel betaalbaar is. Bovendien
rijzen er ook vragen over de juridische correctheid
van deze procedure.
Wat is de stand van zaken met betrekking tot deze
wet? Opteert de minister voor het gebruik van
09.01 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : On se
demande souvent si la loi sur la responsabilité
médicale
est
effectivement
applicable
financièrement. Des questions se posent également
sur l'exactitude juridique de cette procédure.
Quel est l'état d'avancement de cette loi ? La
ministre
préconise-t-elle
l'adoption
d'arrêtés
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
14
uitvoeringsbesluiten of voor een aanpassing van de
wet? Wat vindt de minister van het zogenaamde no
blame-principe, waarbij er geen schuldige moet
aangewezen worden?
d'exécution ou l'adaptation de la loi ? Que pense la
ministre du principe `no blame', en vertu duquel
aucun coupable ne doit être désigné ?
Komt er een algemeen registratiesysteem voor
medische schadegevallen?
Un système d'enregistrement général des sinistres
médicaux sera-t-il instauré ?
09.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
De uitvoering van de wet van 15 mei 2008 is een
prioriteit. Er moeten inderdaad nog talrijke
uitvoeringsbesluiten
genomen
worden.
Deze
besluiten zouden voorbereid worden door een
werkgroep van de FOD Volksgezondheid. De
werkgroep heeft zich vooral geconcentreerd op een
aantal voorstellen van amendementen op deze wet
en die worden op de dit moment binnen de regering
besproken. Aan het principe van de wet wordt
echter geenszins geraakt.
09.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : L'exécution de la loi du 15 mai 2008
est une priorité. De nombreux arrêtés d'exécution
doivent effectivement encore être pris. Ces arrêtés
seraient préparés par un groupe de travail du SPF
Santé publique. Le groupe de travail a
essentiellement examiné quelques propositions
d'amendements de cette loi et celles-ci sont
actuellement analysées au sein du gouvernement.
Le principe de la loi n'est toutefois nullement
modifié.
Ik heb mijn administratie de opdracht gegeven om
parallel aan de opmaak van de uitvoeringsbesluiten
te werken. Ik hoop dat de wet op de voorziene
datum van 1 januari 2009 in werking kan treden.
Het fonds heeft de uitdrukkelijke opdracht om
aanbevelingen te formuleren met het oog op het
voeren van een beleid tot voorkoming van de
schade die ontstond door gezondheidszorg. Het
fonds zal systematisch en op anonieme wijze alle
gevallen en het gevolg dat eraan werd gegeven
registreren.
J'ai demandé à mon administration de préparer les
arrêtés d'exécution en parallèle. J'espère que la loi
pourra entrer en vigueur à la date prévue du 1
er
janvier 2009. Le Fonds a expressément pour
mission de formuler des recommandations dans le
cadre d'une politique de prévention des dommages
dus à des soins de santé. Le Fonds enregistrera
systématiquement et anonymement l'ensemble des
cas et les suites qui y sont données.
09.03 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Wij willen
uiteraard een regeling voor de medische
schadegevallen, maar het moet een werkbaar
systeem zijn. Het is nodig om naar een zo ruim
mogelijke omschrijving voor schadegevallen te
gaan en om ervoor te zorgen dat de mensen de
schadegevallen ook durven aangeven.
De voorzitter: Gelet op het aantal vragen, zouden
we een wetsvoorstel inzake medische fouten
moeten indienen.
09.03 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : Il va de soi
que nous souhaitons une réglementation pour les
dommages médicaux mais le système doit pouvoir
fonctionner. Il est nécessaire de définir les
dommages le plus largement possible et de veiller à
ce que les patients osent également les déclarer.
La présidente: Vu le nombre de questions, nous
devrions déposer une proposition de loi relative aux
erreurs médicales.
09.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): In de
volgende gezondheidswet zal dat punt aan bod
komen. Wanneer die wet zal worden bestudeerd,
zullen de belangrijke elementen aangekaart kunnen
worden en zullen er wijzigingen kunnen worden
aangebracht om de wet operationeel te maken.
De voorzitter: Er is inderdaad sprake van
uiteenlopende visies en de vragen in dat verband
kunnen zich alleen maar herhalen.
09.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Nous travaillerons le sujet dans la prochaine loi
Santé dont l'examen permettra de soulever les
points importants et d'apporter des amendements
pour la rendre opérationnelle.
La présidente: Il s'agit, en effet, de visions
différentes et les questions ne peuvent que se
répéter en la matière.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
10 Samengevoegde vragen van
10 Questions jointes de
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
15
- de heer Georges Gilkinet aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de snelle stijging van de
kosten van de rusthuizen" (nr. 5918)
- de heer Koen Bultinck aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de stijging van de
rusthuisprijzen" (nr. 5925)
- mevrouw Kattrin Jadin aan de minister van
Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote
Steden over "de stijging van de dagprijzen in de
rusthuizen" (nr. 5927)
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eersteminister
en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de stijging van de
rusthuisprijzen" (nr. 6071)
- M. Georges Gilkinet à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'augmentation rapide du coût des
maisons de repos" (n° 5918)<br>- M. Koen Bultinck à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'augmentation des prix pratiqués
dans les maisons de repos" (n° 5925)<br>- Mme Kattrin Jadin à la ministre de l'Intégration
sociale, des Pensions et des Grandes villes sur
"l'augmentation du coût d'hébergement en
maison de repos" (n° 5927)<br>- Mme Sonja Becq à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'augmentation des prix des
maisons de repos" (n° 6071)</b>
10.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Voor de
laagste pensioenen wordt de kloof met het
welvaartspeil onrustbarend groot, inzonderheid in
het licht van de stijging van de dagprijzen in de
rusthuizen.
De gemiddelde dagprijs in het rusthuis zou de
voorbije drie jaar met 7,15 procent en de voorbije
vijf jaar met 12 procent gestegen zijn; de
indexaanpassingen in die periode waren maar goed
voor 9 procent.
Oorzaken hiervan zijn de gestegen energieprijzen,
de bijkomende omkadering en het feit dat het RIZIV
geen rekening houdt met de recente indexsprongen
voor de werknemers. Bovendien wordt er
momenteel
onderhandeld
over
collectieve
arbeidsovereenkomsten met het oog op een
terechte stijging van de lonen van de werknemers,
maar daardoor zullen de lasten voor de rusthuizen
ook zwaarder worden, en die zouden die stijging wel
eens kunnen doorberekenen in de prijzen voor de
bewoners.
De situatie wordt er ook niet simpeler op door alle
niet-medische verzorging, waarmee amper rekening
wordt gehouden in de officiële statistieken.
Bevestigt u die prijsstijgingen? Is die stijging even
groot in alle Gewesten en provincies van het land?
Beschikt u over statistieken van de niet-medische
kosten?
Lijkt het u niet wenselijk om de kosten binnen de
perken te houden; dat kan u bijvoorbeeld doen door
meer middelen uit te trekken om de rusthuizen
meer subsidie te geven en de toename van de
personeelskosten als gevolg van de indexstijging en
de nieuwe collectieve arbeidsovereenkomsten te
ondervangen?
10.01 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): Les plus
petites pensions souffrent d'un décrochage
inquiétant, notamment au regard de l'augmentation
du coût de séjour en maison de repos.
Le prix moyen d'une journée en maison de repos
aurait augmenté de 7,1 % pendant les trois
dernières années et de 12 % au cours des cinq
dernières années alors que l'index n'a augmenté
que de 9 %.
Parmi les causes, on cite la hausse des prix de
l'énergie, l'encadrement supplémentaire ou la non-
prise en compte par l'INAMI des récents sauts
d'index qui ont bénéficié aux travailleurs. Qui plus
est, il y a des conventions collectives en négociation
qui vont légitimement augmenter le salaire des
travailleurs mais alourdir la charge des maisons de
repos qui risquent de répercuter cette augmentation
sur leurs résidents.
La situation est également rendue plus compliquée
par tous les soins non médicaux qui sont peu
comptabilisés dans les statistiques officielles.
Confirmez-vous ce phénomène d'augmentation des
prix? Est-elle équivalente dans toutes les Régions
et provinces du pays? Disposez-vous de
statistiques incluant les frais non médicaux?
Ne vous semble-t-il pas opportun d'agir sur les
coûts, notamment en dégageant des moyens pour
subventionner mieux les maisons de repos et
prendre en charge les coûts en personnel qui
augmentent à la suite des hausses d'index et de la
conclusion des nouvelles conventions collectives?
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
16
Kan er niet meer toezicht worden uitgeoefend op de
prijzen
die
instellingen
met
winstoogmerk
aanrekenen, gelet op het feit dat er overheidsgeld
wordt aangewend?
Welke andere pistes worden er bestudeerd om die
kosten te drukken of het bijdragevermogen van de
bewoners te verhogen? Zal men de rusthuizen
helpen om energie-efficiënter te werken, wat een
dubbel positief effect zou hebben?
Par ailleurs, est-il envisageable de mieux encadrer
les prix pratiqués par des entités à but lucratif en
vertu de l'utilisation des deniers publics?
Quelles sont les autres pistes étudiées pour
diminuer ces coûts ou augmenter la capacité
contributive des résidents? Est-il notamment
envisagé d'aider les maisons de repos à améliorer
leur efficacité énergétique, ce qui aurait un double
effet positif?
10.02 Koen Bultinck (Vlaams Belang): De dalende
koopkracht treft uiteraard ook rusthuisbewoners.
Juist in die rusthuizen zijn de ligdagprijzen de
laatste drie jaar met 7 procent gestegen, onder
meer omdat supplementen voor bijvoorbeeld
shampoo of zeep verplicht moeten worden
doorgerekend. Is de minister bereid om iets te doen
aan de koopkracht van rusthuisbewoners? Zal de
minister ook de mogelijkheid onderzoeken om de
financiering van rusthuizen en rusthuispersoneel te
verbeteren?
10.02 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : La baisse
du pouvoir d'achat touche bien entendu aussi les
pensionnaires des maisons de repos où les prix de
journée ont augmenté de 7 % ces trois dernières
années, notamment en raison de l'obligation de
facturer des suppléments pour le shampoing ou le
savon, par exemple. La ministre est-elle disposée à
prendre des mesures en faveur des pensionnaires
des maisons de repos ? Étudiera-t-elle également
la possibilité d'améliorer le financement des
maisons de repos et de leur personnel ?
10.03 Kattrin Jadin (MR): De dagprijzen zijn de
afgelopen jaren stellig gestegen.
Willen we tegemoet kunnen komen aan de
behoeften van onze oudsten, dan zullen we ons
vragen moeten stellen bij de koopkracht en bij de
demografische evolutie.
Heeft u de prijsevolutie kunnen meten?
Welke oplossingen worden er aangereikt om ervoor
te zorgen dat ouderen die geplaatst worden minder
afhankelijk zijn van anderen die hen nu en dan wat
geld toestoppen?
Zal u stappen doen met betrekking tot het
probleem, en zo ja, welke punten zal u aanpakken?
10.03 Kattrin Jadin (MR) : Les coûts
d'hébergement ont indéniablement augmenté ces
dernières années.
Il convient dès lors de s'interroger sur le pouvoir
d'achat ainsi que sur l'évolution démographique si
voulons pouvoir faire face aux besoins de nos
aînés.
Avez-vous pu mesurer l'évolution des prix?
Quelles sont les solutions envisagées pour que les
personnes
âgées
placées
soient
moins
dépendantes des compléments financiers de la part
de tierces personnes?
Prévoyez-vous d'agir en la matière et, si tel est le
cas, sur quels points ?
10.04 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Hoewel er een
onderscheid is tussen OCMW-rusthuizen, vzw's en
privérusthuizen, stijgen de ligdagprijzen overal en
vooral sterker dan de index. Welke maatregelen
plant de minister om de financiering van de
rusthuizen te verbeteren?
10.04 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : Bien qu'il
existe une différence entre les maisons de repos
des CPAS, les ASBL et les maisons de repos
privées, les prix de journée augmentent partout et,
surtout, plus que l'index. Quelles mesures la
ministre compte-t-elle prendre pour améliorer le
financement des maisons de repos ?
10.05 Minister Laurette Onkelinx (Frans) : De
kost voor een verblijf in een rusthuis bestaat uit de
verblijfskosten ten laste van de bewoner waarvoor
ik geen enkele bevoegdheid heb waar
supplementen bijkomen voor diensten aan de
bewoners en gezondheidszorg. De verplichte
ziekteverzekering komt in dit geval enkel
tussenbeide alsof de bewoner nog thuis was
behalve voor de verpleegkundige verzorging indien
de zelfredzaamheid van de bewoner achteruit gaat,
in dat geval wordt een specifiek forfait voor de
10.05 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Le coût d'un séjour en maison de repos est
composé des frais de séjour à charge du résident -
et pour lesquels je n'exerce aucune compétence -
additionnés de suppléments pour services rendus
aux résidents, et de soins de santé. L'assurance
obligatoire soins de santé intervient uniquement
dans ce cas comme si le résident était à son
domicile sauf pour les soins infirmiers si le résident
connaît une perte d'autonomie, auquel cas un forfait
spécifique pour les maisons de repos est appliqué.
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
17
rusthuizen toegepast.
Het toezicht op de prijzen voor rusthuisverblijven
behoort tot de bevoegdheid van de federale minister
van Economie. Elk nieuw rusthuis moet hem zijn
verblijfsprijzen meedelen en elke verhoging bij de
prijzencommissie rechtvaardigen. De deelstaten
hebben ook bepaalde bevoegdheden in dit verband.
Gelet op de versnippering van de bevoegdheden
werd een protocolakkoord gesloten tussen de
federale regering, de Gemeenschappen en de
Gewesten. Het bevat de regels met betrekking tot
de berekening van de supplementen boven op de
verblijfsprijs. Geen enkel supplement boven op het
remgeld kan aan een patiënt worden aangerekend
voor
de
door
het
RIZIV
terugbetaalde
zorgprestaties. Het contract betreffende het verblijf
van de bewoner in het rusthuis moet de door de
verblijfsprijs gedekte elementen evenals de boven
op de verblijfsprijs gefactureerde kosten
vermelden.
Op 12 augustus 2005 heeft de federale minister van
Economie een ministerieel besluit genomen dat de
administratieve procedure voor het aanvragen van
een prijsverhoging vereenvoudigt, indien ze beperkt
is tot een aanpassing aan de levensduur van het
contract of een prijsaanpassing op grond van de
evolutie van het indexcijfer der consumptieprijzen.
La surveillance du prix de séjour en maisons de
repos relève du ministre fédéral de l'Économie.
Toute nouvelle maison de repos doit lui notifier son
prix de séjour et justifier toute hausse auprès d'une
commission des prix. Les entités fédérées ont
également certaines compétences en la matière.
Vu cette dispersion des compétences, un protocole
d'accord a été conclu en 2005 entre le
gouvernement fédéral, les Communautés et les
Régions, qui reprend des règles concernant le
calcul des suppléments au-delà du prix de séjour.
Aucun supplément au-delà du ticket modérateur ne
peut être facturé au patient pour des prestations de
soins remboursées par l'INAMI. Le contrat relatif au
séjour du résident en maison de repos doit
mentionner les éléments couverts par le prix de
séjour et le coût facturé en sus de son prix de
séjour.
Le 12 août 2005, le ministre fédéral de l'Economie a
pris un arrêté ministériel, qui simplifie la procédure
administrative de demande d'augmentation du prix,
si celle-ci se limite à une adaptation de la durée de
vie du contrat ou une adaptation de prix basée sur
l'évolution de l'indice des prix à la consommation.
De cijfers die in de pers zijn verschenen en die u -
terecht - de wenkbrauwen hebben doen fronsen,
betreffen de dagprijzen met inbegrip van de
supplementen. Daarvoor ben ik niet bevoegd, en ik
kan u de gevraagde bijkomende informatie dan ook
niet verstrekken.
Het voorstel om meer subsidie te verlenen voor de
personeelskosten in de rusthuizen lijkt me een goed
voorstel. Sinds het midden van de jaren 90 worden
er trouwens al inspanningen geleverd op dat vlak.
Het gemiddelde zorgforfait voor rusthuisbewoners
dat
door
de
verplichte
verzekering
voor
geneeskundige verzorging wordt uitbetaald, is
tussen 1995 en 2007 gestegen van 16,96 euro per
dag en per patiënt tot 41,25 euro per dag en per
patiënt. Die evolutie vloeit voort uit twee gegevens:
enerzijds
werden
de
omkaderingsnormen
verscherpt, anderzijds worden de kosten van de
sociale akkoorden van 2000 en 2005 voor het
verzorgend personeel gedragen door de verplichte
verzekering voor geneeskundige verzorging. Die
budgettaire inspanningen zullen we moeten
voortzetten, maar tegelijk moeten we ook de
evolutie van de uitgaven voor de verplichte
verzekering voor geneeskundige verzorging onder
controle houden. Hulp in het dagelijkse leven voor
de rusthuisbewoners is geen federale, maar een
gedefederaliseerde bevoegdheid.
Les chiffres parus dans la presse qui vous ont
interpellés, à juste titre, se rapportent à des prix de
séjours avec leurs suppléments. Ils ne ressortissent
pas à mes compétences et je ne peux donc pas
vous fournir les compléments d'information
demandés à ce propos.
La proposition d'une meilleure prise en charge du
personnel des maisons de repos par les
subventions publiques me paraît pertinente. Des
efforts ont déjà été consentis en la matière depuis
le milieu des années 1990. Le niveau moyen des
forfaits de soins en maison de repos versés par
l'assurance obligatoire soins de santé est passé de
16,96 à 41,25 euros par jour et par patient entre
1995 et 2007. Cette évolution résulte de deux
éléments
:
le
renforcement
des
normes
d'encadrement et la prise en charge par l'assurance
obligatoire soins de santé du coût des accords
sociaux de 2000 et de 2005 pour le personnel
soignant. Il faudra poursuivre ces efforts
budgétaires, tout en veillant à maîtriser l'évolution
des dépenses de l'assurance obligatoire soins de
santé. Les aides à la vie quotidienne en maison de
repos ne sont pas une compétence fédérale mais
fédérée.
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
18
Er geldt nu al een strikt prijzenbeleid voor de
rusthuizen. Commerciële privé-instellingen krijgen
geen overheidssubsidie voor investeringen. Het
RIZIV betaalt hun enkel de kosten terug voor
zorgen die aan de patiënten werden verstrekt.
Wat eventuele nieuwe pistes betreft om de kosten
van het verblijf in het rusthuis voor de bewoners te
drukken, bestaan er gerichte tegemoetkomingen in
het
kader
van
de
ziekteverzekering
(maximumfactuur en zorgforfaits voor chronisch
zieke mensen).
Idealiter zou iedereen een zorgverzekering moeten
hebben, zoals die in de Vlaamse Gemeenschap
bestaat.
Il y a déjà un strict encadrement des prix pour les
maisons de repos. Les institutions privées
commerciales n'ont accès à aucun subside public à
l'investissement. L'INAMI leur paie uniquement le
remboursement de soins prestés en faveur des
patients.
Pour la recherche de nouvelles pistes pour diminuer
le coût d'un séjour en maison de repos pour le
patient, il existe des interventions ciblées dans le
cadre de l'assurance maladie (MAF et forfaits de
soins pour les malades chroniques).
Idéalement, tout le monde devrait pouvoir bénéficier
d'une assurance-dépendance. A ce sujet, nous
avons la « zorgverzekering » en Communauté
flamande.
Dat systeem lijkt echter nogal duur uit te vallen,
terwijl het niet geheel aan de verwachtingen
voldoet. Het Waalse Gewest en de Franse
Gemeenschap hebben niet voor dat systeem
geopteerd, omdat ze van oordeel zijn dat de
federale sociale zekerheid de sociale dekking van
die kosten voor haar rekening moet nemen, en de
terbeschikkingstelling tegen een lagere prijs een
even efficiënte oplossing biedt. Indien alle
deelnemers aan de interministeriële conferenties
Volksgezondheid en bejaarden daaraan willen
deelnemen, ben ik bereid een debat te organiseren
over de rol van elk bestuursniveau in de
tenlasteneming van bejaarden met beperkte
zelfredzaamheid.
Wat de projecten in verband met duurzaam wonen
en energiebesparing betreft, verwijs ik u naar de
deelstaten die ter zake bevoegd zijn.
Ce système semble cependant coûter assez cher,
sans vraiment répondre aux attentes. La Région
wallonne et la Communauté française ne sont pas
engagées dans cette voie, estimant que la
couverture sociale des coûts en la matière relève de
la sécurité sociale fédérale et qu'il peut être tout
aussi efficace de jouer sur la mise à disposition à
coût réduit. Si toutes les composantes des
Conférences interministérielles Santé publique et
personnes âgées acceptent de participer, je suis
prête à organiser un débat en vue d'aboutir à une
définition de la place de chaque niveau de pouvoir
dans la prise en charge de la perte d'autonomie des
personnes âgées.
Pour les projets d'habitations durables et
d'économie d'énergie, je vous renvoie aux entités
fédérées, compétentes en la matière.
10.06 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!): In uw
uiteenzetting schetst u een beeld van de
bevoegdheden en het historisch kader van het
dossier, maar stelt u ons niet gerust met betrekking
tot de toestand van de betrokkenen.
Ofwel moet het protocol tussen de diverse
bestuurseenheden aangevuld worden, ofwel moet
erover worden nagedacht in de context van de
institutionele onderhandelingen. We zouden kunnen
controleren hoe de rusthuizen hun inkomsten op de
rug van hun bewoners aanvullen.
De twee recente indexsprongen hebben de
financiële toestand van de rusthuizen even hard
geraakt.
10.06 Georges Gilkinet (Ecolo-Groen!) : Si votre
explication nous rappelle les compétences et
l'historique du dossier, elle ne nous rassure pas sur
la situation des personnes concernées.
Il conviendrait soit de compléter le protocole entre
les différentes entités, soit d'y réfléchir dans le
contexte des négociations institutionnelles. Nous
pourrions contrôler la façon dont les maisons de
repos complètent leurs revenus à charge de leurs
résidents.
Les deux sauts d'index récents ont aussi touché
durement les finances des maisons de repos.
Indien men in het kader van de subsidies die
verleend worden aan de rusthuizen rekening zou
houden met die prijsstijgingen, kan voorkomen
worden dat de rusthuisbewoners voor die
indexsprongen moeten opdraaien.
Een ander punt betreft de levenskwaliteit in de
rusthuizen. De logica met betrekking tot een
Une prise en compte de ces augmentations dans le
cadre des subsides octroyés aux maisons de repos
éviterait que ce soient les résidents qui paient ces
sauts d'index.
Une autre question porte sur la qualité de vie dans
les maisons de repos. Les logiques d'équilibre
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
19
begrotingsevenwicht is moeilijk te verwezenlijken,
wat de bewoners soms niet ten goede komt.
budgétaire difficiles à réaliser se font parfois au
détriment des résidents.
10.07 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Als
inderdaad meer dan 60 procent van de rusthuizen
een prijsverhoging heeft aangevraagd ten opzichte
van vorig jaar, dan moeten we deze verhogingen
misschien strenger reglementeren.
Bovendien denk ik dat wij als overheid moeten
zorgen voor een betere financiering van de
rusthuizen, zodat niet alle kosten worden
afgewenteld op de bewoners.
Misschien is het aangewezen dat de minister over
deze zaken verder overleg pleegt met minister Van
Quickenborne.
10.07 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : S'il
s'avère que plus de 60% des maisons de repos ont
introduit une demande d'augmentation de prix par
rapport à l'an dernier, il conviendrait peut-être de
réglementer plus strictement ces augmentations.
En outre, je considère qu'en tant qu'autorité, nous
devons améliorer le financement des maisons de
repos de sorte que les résidents ne doivent pas
endosser tous les frais.
Il s'indique peut-être que la ministre se concerte
plus avant en la matière avec le ministre Van
Quickenborne.
10.08 Kattrin Jadin (MR): Ik dank u voor uw
overzichtelijke voorstelling van het probleem. De
"overlappende" bevoegdheden tussen het federale
niveau en de Gemeenschap maken het er niet
makkelijker op. De financiële ruimte ziet er beperkt
uit. Men zou misschien de valorisatie van het
personeel van de rusthuizen moeten herbekijken en
zich toespitsen op de waardering van de thuiszorg
in plaats van de rusthuizen overvol te stoppen,
aangezien sommige personen thuis kunnen blijven
wonen, wanneer ze regelmatig hulp krijgen.
10.08 Kattrin Jadin (MR) : Merci d'avoir bien
retracé l'ensemble du problème. Les compétences
« à cheval » entre le fédéral et la Communauté ne
facilitent pas les choses. Les marges de manoeuvre
financières semblent restreintes.
Il faudrait peut-être repenser à une valorisation du
personnel des maisons de repos et se focaliser sur
la valorisation des soins à domicile plutôt que
d'engorger les maisons de repos, alors que
certaines personnes sont encore capables, avec
une aide régulière, de vivre dans leur foyer.
10.09 Sonja Becq (CD&V - N-VA): De kostprijs die
rusthuizen aanrekenen mag dan eerlijk zijn, de
overheid zal beter moeten subsidiëren om de
prijzen betaalbaar te houden. Uiteraard is de
zorgverzekering ook al een stuk van de oplossing.
10.09 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : Même si les
maisons de repos facturent le juste prix, l'État devra
relever le niveau des subventions pour que ce prix
reste abordable. L'assurance dépendance constitue
évidemment aussi une partie de la solution.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
11 Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de identificatie en
registratie van honden" (nr. 5822)
11 Question de Mme Josée Lejeune à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'identification et l'enregistrement des chiens"
(n° 5822)</b>
11.01 Josée Lejeune (MR): Sinds 1 september
1998 is de identificatie door chip of tatoeage
verplicht. In weerwil van de wettelijke verplichting
schijnt de identificatie nochtans niet systematisch te
worden toegepast. Maar in geval van een beet
bijvoorbeeld is het belangrijk voor het slachtoffer het
baasje van het dier te kunnen opsporen. Hoe
worden de controleacties verricht, en hoe dikwijls?
Beschikt
u
over
statistieken
over
de
tekortkomingen? Welk risico lopen de weinig
nauwgezette verkopers, fokkers of eigenaars? Dient
men geen bewustmaking van de publieke opinie te
overwegen? Denkt u niet dat het opportuun zou zijn
de gegevens met betrekking tot zogenaamde
11.01 Josée Lejeune (MR) : Depuis le 1
er
septembre 1998, l'identification par puce ou
tatouage est rendue obligatoire. Il semblerait que,
malgré l'obligation légale, l'identification ne soit pas
appliquée systématiquement. Pourtant, en cas de
morsure par exemple, il est important pour la
victime de pouvoir retrouver le maître de l'animal.
De quelle manière et à quelle fréquence les actions
de contrôle sont-elles effectuées ? Disposez-vous
de statistiques relatives aux manquements ? Que
risquent les vendeurs, éleveurs ou propriétaires peu
scrupuleux ? Ne devrait-on pas envisager une
sensibilisation de l'opinion publique ? Ne pensez-
vous pas qu'il serait opportun de centraliser les
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
20
probleemhonden
of
gevaarlijke
honden
te
centraliseren?
données relatives aux chiens à problèmes ou dits
dangereux ?
11.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans) : De
meeste controles die door de inspectiedienst
Dierenwelzijn worden verricht, gebeuren op plekken
waar honden vastzitten. In de afgelopen twee jaar
heeft de inspectiedienst, in samenwerking met de
lokale politie, gedurende één week een grote
campagne gevoerd over de identificatie en
registratie van honden. In 2006 en 2007 betreft dit
respectievelijk 628 en 710 honden die tijdens de
campagneweek gecontroleerd werden.
11.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
La majorité des contrôles effectués par le service
d'inspection bien-être animal ont lieu dans des
endroits où sont détenus des chiens. Lors des deux
dernières années, le service d'inspection - en
collaboration avec la police locale - a fait une
grande campagne d'une semaine sur l'identification
et l'enregistrement des chiens. En 2006 et 2007, ce
sont respectivement 628 et 710 chiens qui ont été
contrôlés pendant cette semaine de campagne.
Overtreders krijgen een waarschuwing, en moeten
een en ander vervolgens binnen een bepaalde
termijn in orde maken met de voorschriften. Als die
termijn niet in acht wordt genomen, of in geval van
recidive, wordt er proces-verbaal opgemaakt. In
ernstige gevallen kan de erkenning van de fokker of
handelaar worden ingetrokken en kunnen de dieren
in beslag worden genomen.
Het is niet gemakkelijk om mensen die niet weten
dat ze wettelijk verplicht zijn hun hond te laten
identificeren en registreren, te sensibiliseren, want
deze mensen gaan zelden of nooit naar de
dierenarts, die wat dat betreft in eerste instantie het
aanspreekpunt is. Voor diegenen die de wet niet uit
eigen beweging naleven, zal enkel een boete effect
sorteren. Daarom kijkt de inspectiedienst bij
controles altijd de identificatie van de hond na, en
worden
er
gerichte
mediacampagnes
georganiseerd.
Wat de registratie betreft, werd op 15 februari
jongstleden in de Kamer een voorstel ingediend (nr.
829)
door
mevrouw
Schryvers
c.s.
Registratiesystemen
met
louter
statistische
doeleinden, die niet echt zouden bijdragen tot een
oplossing voor het probleem van de aanvallen door
honden, wil ik met de grootste omzichtigheid
benaderen. Ik sta echter wel open voor discussie.
En cas d'infraction, le responsable reçoit un
avertissement et dispose d'un délai pour se mettre
en ordre. En cas de non-respect du délai ou de
récidive, un procès-verbal est dressé. Dans des cas
graves, l'agrément de l'éleveur ou du marchand est
retiré et les animaux peuvent être saisis.
Il est difficile de sensibiliser les personnes qui
ignorent l'obligation légale de faire identifier et
enregistrer leur chien car ils consultent rarement -
ou jamais - les vétérinaires qui sont à cet égard en
première ligne. Quant aux personnes qui ne
respectent pas volontairement la législation, seules
les amendes s'avèreront efficaces. C'est pour cette
raison que, lors d'un contrôle, le service d'inspection
vérifie l'identification de tout chien et organise des
campagnes ciblées et médiatisées.
En ce qui concerne l'enregistrement, une
proposition n° 829 a été déposée le 15 février
dernier par Mme Schryvers et consorts sur le
bureau de la Chambre pour discussion. Je me
montre très prudente envers des systèmes
d'enregistrement qui serviraient à des fins purement
statistiques et qui n'apporteraient pas ou peu de
solutions à la problématique des morsures canines.
Je reste néanmoins ouverte à la discussion.
11.03 Josée Lejeune (MR): Op dit moment is er
nog geen oplossing voor het probleem van de
gevaarlijke honden. Wat vindt u van de suggestie
om een databank op te richten? Ik zal kennis
nemen van dat voorstel.
11.03 Josée Lejeune (MR) : À l'heure actuelle, on
n'a pas encore trouvé la solution à la problématique
des chiens dangereux. J'aurais aimé avoir votre
sentiment par rapport à cette idée de banque de
données. Je prendrai connaissance de cette
proposition.
Het incident is gesloten.
De voorzitter : Vraag nr. 5963 van mevrouw
Avontroodt is uitgesteld.
L'incident est clos.
La présidente : La question n° 5963 de Mme
Avontroodt est reportée.
12 Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de 12 Question de Mme Colette Burgeon à la vice-
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
21
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de evaluatie en de
terugbetaling van de Progensa PCA3 test"
(nr. 5975)
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "l'évaluation
et le remboursement du test Progensa PCA3"
(n° 5975)</b>
12.01 Colette Burgeon (PS): De eerste niet
invasieve genetische test die het mogelijk maakt
prostaatkanker te detecteren werd vorig jaar in
september op de Belgische markt gelanceerd. Het
eerste laboratorium dat in België uitgerust en
geaccrediteerd werd voor die test is het Centre de
technologies
moléculaires
Saint-Luc
(UCL).
Overwegen andere UVC's ook gebruik te maken
van deze diagnosemethodologie? Die test heeft
een nadeel, namelijk de hoge prijs (259 euro)
volledig ten laste van de patiënt. Ligt de
terugbetaling van die test ter studie?
12.01 Colette Burgeon (PS) : Le premier test
génétique non invasif permettant de détecter un
cancer de la prostate a été lancé en septembre de
l'année dernière sur le marché belge. En Belgique,
le premier laboratoire qui a été équipé et accrédité
pour ce test est le Centre de technologies
moléculaires
appliquées
des
Cliniques
universitaires Saint-Luc (UCL). D'autres CHU
envisagent-ils d'utiliser cette méthodologie de
diagnostic ? Ce test présente un inconvénient, celui
d'un prix élevé (259 euros) entièrement à charge du
patient. Le remboursement de ce test est-il à
l'étude ?
12.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans) : Er is
een valideringsstudie aan de gang in de
universitaire diensten van de KUL en UCL. We
moeten de resultaten van die studie afwachten om
ons te kunnen uitspreken over het reële klinische
belang van de test. Er heeft nog geen enkel
Belgisch laboratorium een erkenning gekregen van
Volksgezondheid om de test uit te voeren. Andere
universitaire diensten mogen ook deelnemen aan
de evaluatie ervan.
12.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Une étude de validation est en cours dans les
services universitaires de la KUL et de l'UCL. Il faut
attendre les résultats de cette étude pour pouvoir se
prononcer sur l'intérêt clinique réel de ce test.
Aucun laboratoire belge n'a encore reçu d'agrément
Santé publique pour réaliser ce test, à l'évaluation
duquel d'autres services universitaires peuvent
également participer.
Thans bestaan er ernstige wetenschappelijke
proeven die een meerwaarde bieden en waarmee
uitsluitend voorkomen wordt dat de prostaatbiopten
moeten worden herhaald na een eerste negatieve
biopsie. De voorwaarden voor terugbetaling van de
testen waarmee prostaatkanker wordt opgespoord
en er een diagnose wordt gesteld, worden
bestudeerd door de Technisch Geneeskundige
Raad van het RIZIV.
Op basis van het KCE-rapport van 2006
dienaangaande en de resultaten van de evaluaties
die met het oog op die test worden uitgevoerd,
zullen de voorwaarden en de modaliteiten voor de
terugbetaling herzien worden.
Ik wijs er ten slotte op dat er in het Kankerplan
voorzien wordt in de terugbetaling van verscheidene
nieuwe, bijzonder kostelijke, genetische tests om na
te gaan of iemand aanleg heeft voor kanker.
Il existe aujourd'hui des preuves scientifiques
sérieuses de plus-value uniquement pour prévenir
la répétition des biopsies de la prostate après une
première biopsie négative. Les conditions de
remboursement des tests permettant le dépistage
et le diagnostic du cancer de la prostate sont à
l'étude au conseil technique médical de l'INAMI.
Sur la base du rapport KCE de 2006 sur ce sujet et
des résultats des évaluations en cours pour ce test,
les conditions et modalités de son remboursement
seront revues.
Enfin, je signale que le plan Cancer prévoit le
remboursement de plusieurs nouveaux tests
génétiques
de
prédisposition
au
cancer
particulièrement coûteux.
12.03 Colette Burgeon (PS): Ik reken erop dat u
nauwlettend toeziet op het probleem.
12.03 Colette Burgeon (PS) : Je compte sur vous
pour être attentive au problème.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
13 Vraag van mevrouw Colette Burgeon aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de besmetting door
13 Question de Mme Colette Burgeon à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
22
GGO's van een proefveld met conventionele
koolzaadplanten" (nr. 6021)
contamination d'un essai de colza conventionnel
par des OGM" (n° 6021)</b>
13.01 Colette Burgeon (PS): De pers heeft
melding gemaakt van de besmetting van een
proefveld met conventionele koolzaadplanten door
ggo's die in Europa niet voor de teelt mogen
gebruikt worden. Welke maatregelen werden er
getroffen om het risico van de verspreiding van die
niet-toegelaten ggo's te voorkomen? Hoe kon een
besmette
partij
op
Europees
grondgebied
uitgezaaid worden? Welke acties zal u ondernemen
om de verantwoordelijkheden in dit dossier vast te
stellen? Heeft u in verband met die besmetting
contact opgenomen met de Waalse minister van
Landbouw en Milieu?
13.01 Colette Burgeon (PS) : La presse a fait état
de la contamination d'un essai de colza
conventionnel par les OGM non autorisés à la
culture en Europe. Quelles sont les dispositions
prises afin de prévenir les risques de dissémination
de ces OGM non autorisés ? Comment un lot
contaminé a-t-il pu être semé sur le territoire
européen ? Quelles actions allez-vous prendre afin
d'établir les différentes responsabilités dans ce
dossier ? Avez-vous eu un contact concernant cette
contamination avec le ministre wallon de
l'Agriculture et de l'Environnement ?
13.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Men
heeft de zaadkiemen op de besmette percelen
onmiddellijk vernietigd. Voorts zal Bayer die
percelen
regelmatig
controleren
om
de
uitschietende koolzaadplanten te vernietigen. Die
percelen zullen een aantal jaren in de gaten
gehouden worden, omdat we weten dat die zaden in
de komende jaren nog kunnen ontkiemen. De
inspecteurs van Volksgezondheid zullen deze week
ter plaatse nagaan of de vernietiging wel degelijk
werd uitgevoerd en de opvolging verzekerd wordt.
Het handelszaad wordt gecontroleerd door de
overheid, met uitzondering van de experimentele
zaden die eigendom zijn van de houders, en in dit
geval gaat het om dergelijke zaden. De FOD heeft
Bayer gevraagd de herkomst van die besmetting te
bestuderen en er verslag over uit te brengen.
Een gedetailleerde nota werd naar de Vlaamse en
Waalse ministeries van Landbouw en Leefmilieu
verzonden om ze op de hoogte te brengen van het
incident. De FOD zal ze op de hoogte houden van
alle nieuwe ontwikkelingen in dat dossier.
13.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Les dispositions prises ont été la destruction
immédiate des plantules sur les parcelles
concernées.
Par
ailleurs,
Bayer
contrôlera
régulièrement ces parcelles pour éliminer les
repousses de colza. Un suivi de ces parcelles sur
plusieurs années aura également lieu car nous
savons que ces semences peuvent encore germer
dans les années suivantes. Les inspecteurs de la
santé publique se rendent cette semaine sur place
pour vérifier que la destruction a bien eu lieu et que
le suivi est assuré.
Les semences commerciales sont contrôlées par
les pouvoirs publics mais pas les semences
expérimentales qui sont la propriété des détenteurs
et qui sont en cause ici. Le SPF a demandé à Bayer
qu'il étudie l'origine de cette contamination et fasse
rapport.
Une note détaillée a été envoyée aux ministres
wallon et flamand de l'Agriculture et de
l'Environnement afin de les mettre au courant de
l'incident. Le SPF continuera à les tenir informés
des nouveaux éléments de ce dossier.
13.03 Colette Burgeon (PS): Zouden de
proefvelden niet aan hetzelfde toezicht kunnen
onderworpen worden als de commerciële teelt?
13.03 Colette Burgeon (PS) : Ne pourrait-on, en
ce qui concerne les plantations-tests, exercer la
même surveillance qu'au niveau commercial ?
13.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik zal
die mogelijkheid laten onderzoeken.
13.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je vais examiner cette possibilité.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
14 Vraag van mevrouw Lieve Van Daele aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het zorgproces rond
prenatale
diagnostiek
en
zwangerschapsafbreking" (nr. 6044)
14 Question de Mme Lieve Van Daele à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le
processus de soins concernant le diagnostic
prénatal et l'interruption de grossesse" (n° 6044)</b>
14.01 Lieve Van Daele (CD&V - N-VA): Onlangs 14.01 Lieve Van Daele (CD&V - N-VA) : Le comité
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
23
heeft het ethisch comité van het Verbond der
Verzorgingsinstellingen adviezen in verband met het
zorgproces rond prenatale diagnostiek enerzijds en
zwangerschapsafbreking anderzijds geformuleerd.
Hierbij werd het recht op zwangerschapsafbreking
niet in twijfel getrokken.
Deelt de minister de mening dat prenatale
diagnostiek geen routine mag zijn en dat er
voldoende tijd moet worden uitgetrokken om de
ouders daarbij te begeleiden? Zal de minister
maatregelen treffen om deze zorg te garanderen?
Is de minister van mening dat er ook met deze
nieuwe mogelijkheden voldoende solidariteit zal
blijven bestaan ten opzichte van kinderen die
geboren worden met een handicap?
d'éthique du Verbond der Verzorgingsinstellingen a
récemment formulé des avis concernant le
processus de soins dans le cadre du diagnostic
prénatal, d'une part, et de l'interruption de
grossesse, d'autre part. Le droit à l'interruption de
grossesse n'a à cet égard pas été remis en cause.
La ministre estime-t-elle aussi que le diagnostic
prénatal ne peut constituer une routine et qu'il
convient de prévoir suffisamment de temps pour
accompagner les parents dans ce processus ? La
ministre prendra-t-elle des mesures pour garantir
cet accompagnement ?
La ministre estime-t-elle que, dans le cadre de ces
nouvelles possibilités, une solidarité suffisante
subsistera à l'égard des enfants qui naissent avec
un handicap ?
14.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het adequaat informeren van de ouders op het vlak
van
prenatale
diagnostiek
is
inderdaad
noodzakelijk. De arts is ook nu reeds wettelijk
verplicht om alle relevante informatie aan de ouders
mee te delen, opdat zij een weloverwogen
beslissing kunnen nemen.
14.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Il est effectivement nécessaire
d'informer adéquatement les parents dans le cadre
du diagnostic prénatal. Le médecin est désormais
légalement tenu de communiquer aux parents
toutes les informations pertinentes pour qu'ils
puissent prendre une décision réfléchie.
Ondersteuning en psychosociale begeleiding zij
uiteraard onmisbaar. Ik ben bereid om alle
initiatieven te onderzoeken die de bestaande
bepalingen kunnen verbeteren. Het spreekt vanzelf
dat een aangeboren afwijking geen reden mag zijn
voor uitsluiting van de sociale zekerheid.
L'aide et l'accompagnement psychosocial sont
évidemment indispensables. Je suis disposée à
examiner toutes les initiatives susceptibles
d'améliorer les dispositions existantes. Il va de soi
qu'une malformation congénitale ne saurait
constituer un motif d'exclusion de la sécurité
sociale.
14.03 Lieve Van Daele (CD&V - N-VA): Het
verheugt mij dat de minister mijn bekommernis
deelt en openstaat voor nieuwe initiatieven. Er is
immers een groot verschil tussen wat in de wet
staat en wat er op de werkvloer gebeurt op het vlak
van psychologische begeleiding.
14.03 Lieve Van Daele (CD&V - N-VA) : Je me
réjouis que la ministre partage ma préoccupation et
qu'elle soit ouverte à de nouvelles initiatives. La
différence est grande, en effet, entre les
dispositions de la loi et les réalités du terrain en
matière d'accompagnement psychosocial.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
15 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de voeding en
de gezondheid van bejaarden" (nr. 6051)
15 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur
"l'alimentation et la santé des personnes âgées"
(n° 6051)</b>
15.01 Minister Laurette Onkelinx (Frans):
Mijnheer Flahaux, uw vragen zijn soms erg
technisch, en zouden ook schriftelijk gesteld kunnen
worden. Ik tracht schriftelijke vragen altijd binnen de
gestelde termijn te beantwoorden.
15.01 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Monsieur Flahaux, certaines de vos questions sont
techniques et pourraient être posées par écrit.
J'essaie toujours de répondre aux questions écrites
dans les délais.
15.02 Jean-Jacques Flahaux (MR): In Québec
ging dr. Hélène Payette in 2003 van start met
15.02 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Au Québec,
le docteur Hélène Payette a lancé en 2003 une
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
24
"Nuage", een studie bij 1.800 vrijwilligers, bij wie
600.000 stalen werden genomen om de factoren te
analyseren die een invloed hebben op de voeding
en de gevolgen voor de gezondheid.
Daarbij werd vastgesteld dat bejaarden een even
grote eiwitbehoefte blijven hebben, en dat oudere
mensen die enigszins gezet zijn, minder vaak ziek
zijn dan mensen met een gezond gewicht.
In het kader van het Nationaal Voedings- en
Gezondheidsplan wordt onder meer aandacht
besteed aan de ondervoeding in rusthuizen, en
worden
er
brochures
verspreid.
Zijn
de
voorafgaande studies tot dezelfde bevindingen
gekomen? Welke aanbevelingen worden er
geformuleerd ten aanzien van bejaarden met
betrekking tot hun voeding? Lopen er nog andere
studies naar de voeding van bejaarden?
étude appelée "Nuage" auprès de 1.800 sujets
volontaires
avec
prélèvement
de
600.000
échantillons pour analyser les facteurs influençant
la nutrition et son incidence sur la santé.
Il a été établi que les personnes âgées n'ont pas
moins besoin de protéines et que les aînés avec un
léger embonpoint tombent moins souvent malades
que ceux qui ont un poids santé.
Le Plan Nutrition-Santé a abordé les problèmes de
dénutrition en maison de repos et a diffusé des
brochures. Les études préalables ont-elles abouti
aux mêmes conclusions ? Quelles ont été les
recommandations faites à nos aînés en matière
d'alimentation ? D'autres études sur la nutrition des
personnes âgées sont-elles en cours ?
15.03 Minister Laurette Onkelinx (Frans): In het
raam
van
het
Nationaal
Voedings-
en
Gezondheidsplan is er in het bijzonder aandacht
voor specifieke doelgroepen, waaronder de
zuigelingen, jonge kinderen, zwangere vrouwen,
kinderen, adolescenten en senioren.
De voedingsgids voor senioren gaat in op
verscheidene specifieke aandachtspunten voor
oudere mensen: zo wordt erop gewezen dat het
belangrijk is om drie keer per dag evenwichtig te
eten, voldoende te drinken, te zorgen voor een
eiwitrijke voeding en voldoende vitamine D, enz.
15.03 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Dans le cadre du plan national Nutrition-Santé, une
attention particulière a été portée à plusieurs
groupes spécifiques parmi lesquels les nourrissons,
les jeunes enfants, les femmes enceintes, les
enfants, les adolescents et les seniors.
Le guide destiné aux seniors aborde plusieurs
problématiques spécifiques à cette population
comme l'importance de manger trois repas
équilibrés par jour, une hydratation suffisante,
l'apport en protéines et en vitamines D, etc.
Het plan werkt aan de bewustmaking van de
eerstelijnszorg voor ondervoeding en het ter
beschikking
stellen
van
eenvoudige
en
pedagogische opsporingsinstrumenten. De wens is
dat elke ziekenhuisinstelling, elk rusthuis, elke
verpleger en arts die in de thuiszorg werken, die
grote problematiek onderkennen.
Het comité van deskundigen "Ondervoeding" zal
aanbevelingen
met
betrekking
tot
de
opsporingsinstrumenten publiceren. De werkgroep
"Rusthuizen" heeft een voedingscharter afgerond.
Alle instellingen kunnen beslissen het aan te
nemen.
In november 2007 werd een internationaal forum
over de ondervoeding in rusthuizen en in
thuisverzorging georganiseerd. Er wordt binnenkort
een tekst gepubliceerd in het wetenschappelijk
tijdschrift Clinical Nutrition. Die resultaten zullen
worden
aangevuld
in
een document dat
gepubliceerd wordt met de steun van de Koning
Boudewijnstichting en de Raad van Europa.
Le plan travaille à la sensibilisation des soins de
première ligne à la dénutrition et à la mise à
disposition des outils de dépistage simples et
pédagogiques. Le souhait est que chaque
établissement hospitalier, maison de repos,
infirmier et médecin travaillant en soins à domicile
reconnaissent cette problématique importante.
Le comité d'experts ''Dénutrition" publiera des
recommandations par rapport aux outils de
dépistage. Le groupe de travail ''Maison de repos" a
finalisé une charte nutritionnelle que chaque
établissement peut décider d'adopter.
Un forum international sur la dénutrition en maisons
de repos et en soins à domicile a été organisé en
novembre 2007. Un texte sera prochainement
publié dans la revue scientifique Clinical Nutrition.
Ces résultats seront élargis dans un document
publié avec le soutien de la Fondation Roi Baudouin
et du Conseil de l'Europe.
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
25
15.04 Jean-Jacques Flahaux (MR): De resultaten
van studies in Québec die vaak enkele jaren
voorsprong hebben in deze problematiek, zijn altijd
interessant.
15.04 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Il est toujours
intéressant d'avoir connaissance des résultats des
études québécoises, souvent de quelques années
en avance dans ce genre de problématique.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
16 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de meest
recente vooruitgang in de studie van de
wiegendood bij baby's" (nr. 6053)
16 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les
dernières avancées dans l'étude de la mort subite
du nourrisson" (n° 6053)</b>
16.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Zuigelingen
worden niet langer op de buik, maar op de rug
gelegd, wat tot een aanmerkelijke daling van het
aantal gevallen van wiegendood leidde.Volgens een
studie van het wetenschappelijk tijdschrift The
Lancet spelen nog andere factoren, zoals
luchtwegeninfecties, bacteriële infecties en te
warme vertrekken een rol.
Beschikt u over studies met betrekking tot
wiegendood die de bevindingen van de studie van
The Lancet bevestigen of ontkrachten? Zijn er nog
studies aan de gang? Zou het niet nuttig zijn een
informatiecampagne te starten?
16.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Le
changement de pratique dans le couchage des
enfants, non plus sur le ventre, mais sur le dos, a
fait considérablement baisser le nombre de MSN
(mort subite du nourrisson). Selon une étude de la
revue scientifique The Lancet, d'autres facteurs
interviennent comme les infections respiratoires, un
excès de chauffage et des infections bactériennes.
Disposez-vous d'études sur les MSN susceptibles
de confirmer ou d'infirmer celle du Lancet ?
D'autres études sur le sujet sont-elles en cours ?
Une campagne d'information ne serait-elle pas
utile ?
16.02 Minister Laurette Onkelinx
(Frans):
Volgens het CEBAM bestaan er geen specifieke
aanbevelingen voor ons land.
Het KCE publiceerde in december 2006 een rapport
waarin de preventieve maatregelen van de
Amerikaanse Academie voor Kindergeneeskunde
worden overgenomen. In die aanbevelingen wordt
de nadruk gelegd op het belang van de houding van
de zuigeling, op de rol van passief roken, van
luchtwegeninfecties en van te warme slaapkamers.
In de meeste westerse landen daalde het aantal
sterfgevallen als gevolg van wiegendood sterk
tijdens de jaren 90. Sinds 1999 is er sprake van een
stagnatie.
In het kader van het Kankerplan worden
maatregelen genomen tegen passief roken. Samen
met de Gemeenschappen, die bevoegd zijn voor
preventieve geneeskunde, zal ik passende
maatregelen nemen.
16.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Selon
le
CEBAM,
il
n'existe
pas
de
recommandations spécifiquement belges.
Le KCE a publié, en décembre 2006, un rapport
reprenant les mesures de prévention de l'Académie
pédiatrique américaine. Ces recommandations
confirment l'importance de la position du nourrisson,
le rôle du tabagisme passif, des infections
respiratoires et du chauffage excessif de la
chambre à coucher.
Dans la majorité des pays occidentaux, une
diminution importante de la mort subite a été
constatée dans les années 1990. Cette prévalence
stagne depuis 1999.
Dans le cadre du Plan cancer, des mesures sont
élaborées quant au tabagisme passif. Avec les
Communautés, responsables de la médecine
préventive, je prendrai les dispositions adéquates.
16.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): Ouders
moeten wellicht ook worden gesensibiliseerd voor
de gevaren van passief roken in de wagen!
16.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Peut-être
pourrait-on sensibiliser les parents au tabagisme
passif des enfants dans les voitures !
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
17 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan 17 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
26
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "stand van
zaken
in
het Belgisch
onderzoek naar
kankerbestrijding" (nr. 6054)
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la situation
de la recherche belge dans la lutte contre le
cancer" (n° 6054)</b>
17.01
Jean-Jacques
Flahaux
(MR):Een
grootschalige studie lijkt aan te tonen dat Zometa
positieve resultaten oplevert bij de behandeling van
kanker. Bij tests in het kader van de strijd tegen
borstkanker in een vroegtijdig stadium, vermindert
dit geneesmiddel de recurrentie van kanker met
35% bij vrouwen in de premenopauze. Het heeft al
zijn efficiëntie aangetoond in de strijd tegen
osteoporose en uitzaaiingen in de beenderen. In dit
opzicht is het heel interessant, dankzij dit
geneesmiddel zal men misschien de kankers met
hoog uitzaaiingsrisico voor de beenderen, zoals
nierkanker, kunnen bestrijden.
De vraag die vandaag voorligt, is de optimale toe te
dienen dosis vast te leggen naargelang de
pathologie en welke patiënten in aanmerking komen
voor de behandeling. Onderzoek heeft uitgewezen
dat, op grond van het genetische profiel van de
persoon, het al dan niet aanwezig zijn van een
enzymvariant de kankerontwikkeling al dan niet
bevorderde en de bijhorende metastase-evolutie het
mogelijk maakte de succeskansen van de
chemotherapie vast te leggen. We mogen dus
hopen.
Over welke middelen beschikt het Belgisch
onderzoek in de strijd tegen die plaag? Hoe werkt
het
Belgisch
onderzoek
samen
met
het
internationaal onderzoek? Welke maatregelen
heeft u in het kader van het nationaal kankerplan
genomen om een synergie tot stand te brengen
tussen het Belgisch en het buitenlands onderzoek?
17.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Une étude à
grande échelle semble monter que le Zometa a des
effets positifs face au cancer. Testé dans le cadre
de la lutte contre le cancer du sein, à un stade
précoce, il réduit de 35% la récurrence de ce
dernier chez les femmes pré-ménopausées. Il a
déjà montré son efficacité dans la lutte contre
l'ostéoporose et les métastases osseuses. C'est en
cela qu'il est très intéressant, il permettra peut-être
de lutter contre les cancers à risque de métastases
élevé dans les os comme le cancer du rein,
notamment.
La question aujourd'hui est de définir la dose
optimale à administrer en fonction de la pathologie
et quels patients seront susceptibles de bénéficier
de ce traitement. Des recherches ont indiqué qu'en
fonction du profil génétique des individus, la
présence ou non, de variant enzymatique favorisait
ou non le développement du cancer et son
évolution métastatique permettant de définir les
chances de succès de la chimiothérapie. Il est donc
permis d'espérer.
De quels moyens dispose la recherche belge dans
la lutte contre ce fléau ? Comment la recherche
belge
collabore-t-elle
avec
la
recherche
internationale ? Quelles dispositions avez-vous
prises dans le cadre du plan national cancer afin de
favoriser la recherche belge, en synergie avec la
recherche à l'étranger ?
17.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans) : België
hecht veel belang aan het kankeronderzoek.
Talrijke onderzoeksprojecten in de domeinen voor
de
identificatie
en
evaluatie
van
nieuwe
therapeutische methoden en diagnoses werden
gerealiseerd in onze centra voor oncologie, vaak in
samenwerking
met
de
EORTC
(European
Organisation for Research and Treatment of
Cancer) die in België gevestigd is. Voor het tweede
opeenvolgende
jaar
slaagt
de
stichting
kankerregistratie erin het aantal kankergevallen in
België veel beter te registreren en probeert het
gegevens te verkrijgen over kankerbehandeling en
overleven. Die gegevens zouden het mogelijk
moeten maken het gebruik van bepaalde types
therapie te evalueren.
17.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
La Belgique attache une grande importance à la
recherche contre le cancer. De multiples projets de
recherche dans les domaines de l'identification et
de
l'évaluation
des
nouvelles
méthodes
thérapeutiques et diagnostiques ont été réalisés
dans nos centres oncologiques, souvent en
collaboration
avec
l'EORTC
(European
Organisation for Research and Treatment of
Cancer) se situant en Belgique. Depuis deux ans, la
fondation du registre du cancer a augmenté
considérablement la couverture de l'enregistrement
des cas de cancer en Belgique et essaie d'obtenir
des données sur le traitement du cancer et la
survie. Ces données devraient permettre d'évaluer
l'utilisation de certains types de thérapies.
Dat kankerregister speelt ook een rol in
onderzoeksprojecten
zoals
PROCARE
Ce registre du cancer est aussi impliqué dans des
projets de recherche comme PROCARE (traitement
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
27
(behandeling van endeldarmkanker), EUROCARE
en EUROCHIP (samenwerking op Europees
niveau). Binnen het Wetenschappelijk Instituut
Volksgezondheid bestaat er een dienst voor
kankerepidemiologie,
die
een
internationale
reputatie geniet op het stuk van de preventie van
baarmoederhalskanker. Die dienst participeert in
verschillende Europese samenwerkingsverbanden
betreffende de evaluatie van de nieuwe methoden
voor het opsporen van en het stellen van een
diagnose voor baarmoederhalskanker, alsook
betreffende de vaccinatie tegen het humaan
papillomavirus.
Het IARC (International Agency for Research on
Cancer), de Europese Commissie en de "Cochrane
Gynaecological Cancer Review Collaboration" doen
vaak een beroep op de diensten van het
Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid voor
meta-analyses
en
wetenschappelijke
aanbevelingen.
du cancer rectal), EUROCARE et EUROCHIP
(collaborations
européennes).
Un
service
d'épidémiologie du cancer existe à l'Institut
scientifique de santé publique. Il a une réputation
internationale quant à la prévention du cancer de
l'utérus. Ce service mène plusieurs collaborations
européennes sur l'évaluation des nouvelles
méthodes de dépistage et de diagnostic du cancer
du col de l'utérus ainsi que la vaccination contre le
papillomavirus humain.
L'IARC (International Agency for Research on
Cancer), la Commission européenne et le
« Cochrane
Gynaecological
Cancer
Review
Collaboration » font souvent appel aux services de
l'Institut de santé publique pour les méta-analyses
et le développement des recommandations
scientifiques.
Er moet tevens gewezen worden op de participatie
van volksgezondheidsinstituten aan het door het
FP6-programma (Sixth Framework Programme van
het Research Department) van de Europese Unie
gefinancierde onderzoeksproject waarmee men het
onderzoek naar kanker wil promoten door het
gebruik van cel- of weefselbanken.
Jaarlijks wordt bij ongeveer 60.000 mensen de
diagnose van kanker gesteld en bijna één patiënt op
vier in België overlijdt aan de gevolgen ervan. In de
strijd tegen kanker botst men op lacunes. Daarom
heb ik het initiatief genomen om het Kankerplan op
te stellen. Dat is gebaseerd op verschillende pijlers,
waaronder
de
pijler
met
betrekking
tot
wetenschappelijk onderzoek. Een van de plannen
bestaat erin een kankerinstituut op te richten, dat
zal samenwerken met het Kankerregister en met de
grote internationale onderzoeksagentschappen.
In ons land heeft wetenschappelijk onderzoek
explosieve proporties aangenomen. Het zou
interessant zijn dat het instituut voor kanker in dat
verband een stand van zaken zou kunnen
opmaken. Er bestaan privé-initiatieven zoals
Télévie. Ik had de eer prinses Astrid maandag te
vergezellen bij een actie ten voordele van research.
De prinses zit een aantal stichtingen voor waarvan
de financiering voor onderzoeksprojecten afkomstig
is van particuliere bronnen. Die overvloed aan
wetenschappelijk onderzoek heeft dus niet
noodzakelijk kwalijke gevolgen, gelet op de
verschillende
financieringsbronnen
voor
het
onderzoek
naar
geneesmiddelen
of
behandelingsmethoden tegen kanker.
Il faut aussi signaler la participation d'instituts de
santé publique dans le projet de recherches financé
par le FP6 (Sixth Framework Programme de
Direction de la Recherche) de l'Union européenne
qui veut promouvoir la recherche sur le cancer en
utilisant des banques cellulaires ou tissulaires.
Chaque année, environ 60.000 personnes sont
confrontées au diagnostic du cancer et presque une
personne sur quatre meurt des suites du cancer en
Belgique. Des lacunes existent dans la lutte contre
le cancer. J'ai donc pris l'initiative du plan "Cancer".
Il y a plusieurs piliers, dont celui de la recherche
scientifique. J'y ai prévu d'installer un institut du
cancer, qui collaborera avec le registre du cancer et
les grandes agences de recherches internationales.
La recherche est éclatée dans notre pays. Il serait
intéressant que l'Institut pour le cancer puisse faire
le point en la matière. Il existe des initiatives privées
comme Télévie. J'ai eu l'honneur d'accompagner la
princesse Astrid lundi pour une action en faveur de
la recherche. La princesse est présidente d'une
série de fondations dont le financement pour des
projets de recherche provient de sources privées.
Cet éclatement n'est pas nécessairement néfaste,
en raison des différentes sources de financement
pour la recherche contre le cancer.
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
28
Afgelopen maandag heb ik de projectoproep
gelanceerd in het domein van het translationeel
onderzoek: er wordt vijftien miljoen euro
uitgetrokken voor de financiering van Belgische
projecten in dat domein. Met het oog op de selectie
van de projecten heb ik een internationale jury
aangesteld. De dienst Ambtenarenzaken zal zelf
een antwoord geven op de vraag over de financiële
en wetenschappelijke bijdragen van België aan het
IARC.
J'ai lancé lundi dernier l'appel à projets dans le
domaine de la recherche translationnelle : quinze
millions d'euros sont prévus pour financer des
projets belges dans ce domaine. J'ai nommé, pour
sélectionner les projets, un jury international. Le
service de la fonction publique répondra lui-même à
la question des contributions financières et
scientifiques de la Belgique à l'IARC.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
18 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de vooruitgang
in de behandeling van borstkanker" (nr. 6055)
18 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les
avancées dans le traitement du cancer du sein"
(n° 6055)</b>
18.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Er blijkt uit de
resultaten van een internationaal klinisch onderzoek
dat
een
gecombineerd
gebruik
van
de
geneesmiddelen
Avastin
en
Taxotere
de
ontwikkeling van borstkanker kan remmen. Heeft de
medische sector in België aan dat internationaal
klinisch
onderzoek
deelgenomen?
Welke
conclusies hebben de medici er desgevallend uit
getrokken? Gezien hun huidige kennis, welke
aanbevelingen formuleren ze met betrekking tot het
gebruik van deze therapie?
18.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Selon les
résultats d'un essai clinique international, la
combinaison de deux médicaments l'Avastin et le
Taxotere permettrait de ralentir la progression du
cancer du sein. Le monde médical belge a-t-il
participé à l'essai clinique international ? Dans
l'affirmative, quelles leçons les praticiens en ont-ils
retenu ? Quelles recommandations font-ils en l'état
actuel de leurs connaissances en termes
d'utilisation de cette thérapie ?
18.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en
Gezondheidsproducten werd niet ingelicht over de
deelname van de Belgische medische sector aan
een klinische studie inzake de combinatie van
Avastin en afgeleide producten van Taxol. In
diverse studies wordt gewezen op het nut van zo'n
gecombineerd gebruik. Mevrouw Martine Picard is
voorzitster van de ORTC en leidt de groep van
samenwerkende instanties inzake borstkanker,
waaraan
ook
de
Belgische
universiteiten
deelnemen. De Belgische oncologen kunnen de
recentste ontwikkelingen in dat domein dus op de
voet volgen.
18.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
La participation du monde médical belge à une
étude clinique sur la combinaison entre l'Avastin et
les dérivés du Taxol n'a pas été signalée à l'Agence
fédérale des médicaments et des produits de santé.
Différentes études ont confirmé l'intérêt d'une telle
association. Mme Martine Picard, présidente de
l'ORTC, dirige le groupe coopératif du cancer du
sein auquel participent les universités belges. Les
cancérologues belges ont donc la possibilité d'être
au courant des dernières avancées dans ce
domaine.
Bij de behandeling van borstkanker worden met
Avastin ontegensprekelijk betere resultaten bereikt
dan met de andere bestaande therapieën. De
terugbetaling van dat middel door de verplichte
verzekering voor geneeskundige verzorging werd in
ons land evenwel eerder al geweigerd omdat de
Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen de
tot nu toe door het farmaceutische laboratorium
gevraagde prijs buitensporig hoog vond. Er werd nu
een nieuwe procedure opgestart voor een aanvraag
tot terugbetaling; die loopt uiterlijk op 6 september
2008 ten einde. Ik heb, in het kader van het
Le traitement du cancer du sein avec Avastin donne
indéniablement de meilleurs résultats que les autres
traitements existants. Si son remboursement par
l'assurance obligatoire soins de santé a cependant
déjà été refusé dans notre pays, c'est en raison du
prix demandé jusqu'ici par le laboratoire
pharmaceutique, jugé exorbitant par la Commission
du remboursement des médicaments. Une nouvelle
procédure d'admission au remboursement est
rentrée et se terminera au plus tard le 6 septembre
2008. J'ai demandé l'adoption d'une procédure
d'urgence pour l'Avastin, dans le cadre du plan
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
29
kankerplan, een urgentieprocedure gevraagd voor
Avastin.
cancer.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
19 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de alternatieve
behandeling voor teelbalkanker" (nr. 6056)
19 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le traitement
alternatif du cancer des testicules" (n° 6056)</b>
19.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): De resultaten
van een studie door Dr. Tim Olivier, professor
emeritus in de oncologie, lijken aan te tonen dat het
toedienen van een dosis chemotherapie met
platinazouten na het wegnemen van de aangetaste
teelbal een veelbelovend alternatief zou zijn voor de
zware chemotherapie die momenteel wordt
toegepast bij de behandeling van teelbaltumoren in
een
vroeg
stadium.
Zijn
de
Belgische
gezondheidswerkers op de hoogte van dat
Londense experiment? Werd die therapie al in ons
land toegepast? Met welke resultaten? Welke
gevolgen kan dat hebben voor de tenlasteneming
en de terugbetaling van die ziekte? Welke financiële
voordelen zou dat, naast de voordelen op het stuk
van de gezondheid, nog kunnen opleveren?
19.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Les résultats
d'une étude diligentée par le Dr Tim Olivier,
professeur émérite de cancérologie, semblent
démontrer qu'une dose de chimiothérapie à base de
sels de platine après ablation du testicule affecté
serait une alternative prometteuse à la lourde
radiothérapie appliquée actuellement pour les cas
de tumeur testiculaire précoce. Les professionnels
de la santé belges sont-ils au courant de cette
expérience londonienne? Cette thérapie a-t-elle été
déjà appliquée dans notre pays? Avec quels
résultats? Quelles conséquences cela peut-il
entraîner sur la prise en charge et le
remboursement de cette pathologie? Outre les
heureux avantages en termes de santé, quels
avantages financiers cela pourrait-il également
présenter?
19.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
behandelingen met platinazouten worden al bijna
dertig jaar lang met succes toegepast bij patiënten
met teelbalkanker. Professor Tim Olivier pleit in zijn
studie inderdaad voor een minder agressieve
aanpak uit het oogpunt van de radiotherapie en de
chirurgie. Professor Olivier heeft eveneens
meegewerkt aan de uitwerking van aanbevelingen
met betrekking tot die tumoren. De Belgische
universiteiten werden daarvan in kennis gesteld.
19.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Les traitements à base de sels de platine sont
utilisés avec succès pour le cancer testiculaire
depuis environ trente ans. Le Pr Tim Olivier prône
effectivement dans son étude une attitude moins
agressive au point de vue radiothérapie et chirurgie.
Le Pr Olivier a également participé à l'élaboration
de recommandations concernant ces tumeurs. Les
milieux
universitaires
belges
en
ont
eu
connaissance.
19.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): Hoe zit het
met de terugbetaling van die ziekte?
19.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Qu'en est-il
de la prise en charge de la pathologie en matière de
remboursement ?
19.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
bestaan van die studies vormt nog geen voldoende
medisch bewijs om een en ander te kunnen
terugbetalen.
19.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
L'existence de ces études ne constitue pas encore
une évidence médicale suffisante pour rembourser.
Men moet wachten tot die studies door de
medische praktijk bevestigd worden. Er bestaat
bovendien een hele reeks geneesmiddelen of
bijzondere therapieën waarmee geëxperimenteerd
wordt, voordat ze door het RIZIV worden
terugbetaald. De firma's nemen de kosten net ten
laste om de medische efficiency ervan te kunnen
aantonen.
Il faut attendre que ces études soient transcrites en
évidences médicales. En outre, il existe toute une
série de médicaments ou de thérapies particulières
utilisés à titre expérimental, avant même la prise en
charge par l'INAMI. Les firmes prennent les frais en
charge justement pour pouvoir établir une évidence
médicale.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
30
20 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de opvolging van de
werken op het Poelaertplein" (nr. 6086)
20 Question de M. Xavier Baeselen à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le suivi des
travaux de la Place Poelaert" (n° 6086)</b>
20.01
Xavier
Baeselen
(MR) :
De
aanpassingswerkzaamheden aan het Poelaertplein
zouden met geld van het Beliris-project gefinancierd
zijn. Beschikt u over informatie inzake opvolging en
duur van de werkzaamheden? Welk budget werd
hier door Beliris voor uitgetrokken?
20.01 Xavier Baeselen (MR) : Les travaux de
réaménagement de la Place Poelaert auraient été
financés grâce au projet Beliris. Disposez-vous
d'informations quant au suivi de ce chantier et à la
durée des travaux? Quel est le montant prévu dans
l'enveloppe de Beliris allouée à ces travaux de la
Place Poelaert?
20.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Deze
werkzaamheden worden uitsluitend door het
Brusselse Gewest gefinancierd.
20.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Ces travaux sont uniquement pris en charge par la
Région de Bruxelles.
20.03 Xavier Baeselen (MR): Dit was kort en
bondig!
20.03 Xavier Baeselen (MR) : Voilà une réponse
concise !
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
21 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid
over
"de
ontwikkelingen
in
de
behandeling
van
longkanker" (nr. 6088)
21 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les
évolutions dans le traitement du cancer du
poumon" (n° 6088)</b>
21.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Uit klinische
tests zou blijken dat het antireumamiddel Celebrex
in hoge dosis ook goed zou zijn tegen de
ontwikkeling van longkanker bij rokers. Zijn de
Belgische gezondheidswerkers reeds grondig
ingelicht over dat experiment? Worden die
therapeutische proeven al in België uitgevoerd? Zo
ja, leiden ze tot dezelfde resultaten? Als dat
experiment met succes zou worden bekroond,
welke dringende maatregelen zouden er dan
kunnen getroffen worden voor de terugbetaling van
dat middel?
21.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Des essais
cliniques donnent à penser que l'utilisation d'un
antiarthritique, le Celebrex, à dose élevée pourrait
empêcher le développement du cancer du poumon
chez les fumeurs.
Les professionnels belges de la santé ont-ils déjà
une connaissance aboutie de cette expérience? Cet
essai thérapeutique est-il déjà pratiqué en
Belgique? Si oui, les résultats obtenus donnent-ils
les mêmes enseignements que ceux que je
fournis?
Si
cette
expérimentation
s'avérait
concluante, quelles mesures d'urgence pourraient
être prises pour en assurer le remboursement?
21.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
Belgische oncologen werden op het congres van de
American Society of Clinical Oncology in kennis
gesteld van de mededeling van dokter Kim en zijn
team. Tot op heden gaat het slechts om een
klinische proef die enkel in het M.D. Anderson
Cancer Center van Houston in de VS werd
uitgevoerd. Het gaat niet om een studie die werd
uitgevoerd op een representatief staal van de
bevolking van de Verenigde Staten, noch om een
vergelijkende studie tussen rokers die Celebrex
innemen en rokers die dat niet doen.
21.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Les oncologues belges ont été mis au courant de la
communication du Docteur Kim et son équipe lors
du congrès de l'American Society of Clinical
Oncology. Il ne s'agit à ce jour que d'un essai
clinique mené uniquement au MD Anderson Cancer
Institute à Houston, aux États-Unis. Il ne s'agit pas
d'une étude reposant sur une frange représentative
de la population des États-Unis ni qui compare des
fumeurs qui prennent du Celebrex et des fumeurs
qui n'en prennent pas.
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
31
Het enige nieuwe gegeven in die studie betreft
biopten van het bronchiaal slijmvlies die willekeurig
voor en na de behandeling werden genomen.
Dit is een interessant wetenschappelijk gegeven,
zoals er ook andere vervat staan in de 268
mededelingen die er over longkanker alleen al
verspreid werden tijdens dat congres.
De bevindingen vloeien voort uit microscopisch
onderzoek van het bronchiaal slijmvlies dat niet
door kanker is aangetast, en het is nog te vroeg om
daar nu al uit af te leiden dat Celebrex efficiënt is
voor de preventie of de behandeling van
longkanker. Momenteel zijn dringende maatregelen
dus geenszins aan de orde. De vorsers beweren
zeker niet dat Celebrex longkanker kan voorkomen
of de evolutie van de ziekte kan vertragen.
Le seul élément neuf qu'apporte cette étude
concerne les biopsies de la muqueuse bronchique
prélevée au hasard avant et après la période de
traitement.
Il s'agit d'une donnée intéressante sur le plan
scientifique comme il y en a eu d'autres dans les
268 communications réservées au seul cancer du
poumon lors de ce congrès.
Les constatations ont été faites au microscope au
niveau de la muqueuse bronchique non cancéreuse
et il est prématuré d'en déduire que le Celebrex est
efficace dans la prévention ou dans le traitement du
cancer du poumon. En conclusion, aucune mesure
d'urgence n'est à prendre à l'heure actuelle. Les
investigateurs ne prétendent nullement que le
Celebrex prévient le cancer du poumon ou en
ralentit l'évolution.
21.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): Het zou
inderdaad
interessant
zijn
om
over
langetermijnonderzoeksresultaten
te
kunnen
beschikken.
21.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Il serait
effectivement intéressant de pouvoir disposer
d'études portant sur une plus longue durée.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
22 Vraag van de heer Olivier Destrebecq aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de PET-scans"
(nr. 6098)
22 Question de M. Olivier Destrebecq à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les Pet-
scans" (n° 6098)</b>
22.01 Olivier Destrebecq (MR): Tot eind 2008
werken verscheidene PET-scanners nog "zolang
het duurt", d.w.z. zonder erkenning. Deze toestellen
worden gedoogd, maar draaien met verlies, omdat
de ziekenhuizen er niet dezelfde financiering voor
genieten als voor erkende scanners. Het is een
hybride situatie, die de betrokken ziekenhuizen
moeten incalculeren om de kwaliteit van de
verzorging te kunnen vrijwaren bij de diagnose en
de behandeling van kwaadaardige gezwellen.
Hoe worden de problemen in verband met zware
medische ziekenhuisapparatuur aangepakt? Wat is
de stand van de inbreukprocedure die werd
ingesteld door de Europese Commissie, die de
gewenste beperking betwist? Moet er een soort
staatsprogrammatie worden uitgewerkt, waarbij aan
bepaalde geprivilegieerde centra op grond van het
advies van objectieve experts van hogerhand
erkenningen worden verleend? Moeten de
instellingen niet veeleer tot op zekere hoogte de
vrijheid hebben om hun eigen middelen te kunnen
investeren
in
de
ontwikkeling
van
hun
speerpuntactiviteiten.
22.01 Olivier Destrebecq (MR) : Plusieurs pet-
scans fonctionnent en sursis, c'est-à-dire sans
agrément, jusqu'à la fin 2008. Ces appareils tolérés,
qui ne bénéficient pas d'un financement de même
niveau que ceux qui sont agréés, fonctionnent donc
à perte. Il s'agit d'une situation hybride, que les
hôpitaux concernés doivent assumer afin de
maintenir la qualité des soins dispensés dans le
diagnostic et le traitement des tumeurs malignes.
Comment sont abordés les problèmes posés par
les équipements hospitaliers lourds? Où en est la
procédure d'infraction ouverte par la Commission
européenne qui conteste la limitation voulue? Faut-il
établir une programmation de type étatique avec
attribution autoritaire à certains centres privilégiés
sur avis d'experts objectifs? Ne convient-il pas, au
contraire, de laisser une certaine liberté aux
institutions pour leur permettre d'investir leurs fonds
propres en vue de développer leurs services de
pointe?
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
32
22.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Is
kostenbeheersing door de toepassing van strikte
normen aanvaardbaar? Ik denk van wel. Het is zelfs
absoluut noodzakelijk om een performante
gezondheidszorg in stand te houden.
22.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
La maîtrise des coûts via des normes strictes est-
elle acceptable ? Je pense que oui. Elle est même
indispensable pour conserver un système de santé
performant.
Wat meer in het bijzonder de PET-scans
(positronen emissie tomografie) betreft, laat de
Europese Commissie toe het aantal toestellen te
beperken teneinde het financiële evenwicht van de
verzekering voor geneeskundige verzorging te
vrijwaren. De Commissie eist echter dat de
gebruikte criteria objectief zouden zijn: ze moeten
kunnen worden aangepast en moeten op kennelijke
noden gebaseerd zijn. Een werkgroep van
deskundigen zal die criteria dus opnieuw bepalen
en op grond daarvan de relevantie van de huidige
programmatie evalueren.
Hetzelfde
beginsel
geldt
voor
alle
grote
ziekenhuisvoorzieningen. Een overschot aan dure
toestellen houdt altijd het risico in dat de
onderzoeken vermenigvuldigd worden om de
investering rendabel te maken. Vandaag zouden 33
procent van de in België verwezenlijkte PET-scans
overbodig zijn. Ik ben dus voorstander van het
behoud van een strenge programmatie, alhoewel ik
open blijf staan voor een herziening in functie van
de objectieve noden.
En ce qui concerne plus particulièrement les PET
scans (tomographie par émission de positrons), la
Commission européenne autorise une limitation du
nombre d'appareils pour préserver l'équilibre
financier de l'assurance soins de santé. En
revanche, elle exige l'objectivation des critères
utilisés : ceux-ci doivent être évolutifs et se fonder
sur des besoins avérés. Un groupe de travail
d'experts redéfinira donc ces critères et évaluera à
leur lumière la pertinence de la programmation
actuelle.
Le même principe vaut pour tous les équipements
hospitaliers lourds. Une offre excédentaire
d'appareils coûteux risque toujours d'engendrer une
multiplication des examens pour rentabiliser
l'investissement. Actuellement, 33 % des PET-
scans réalisés en Belgique le seraient hors
indications. C'est pourquoi je suis favorable au
maintien d'une programmation stricte, même si je
reste ouverte à sa réévaluation en fonction de
besoins objectifs.
22.03 Olivier Destrebecq (MR) : Ik deel
grotendeels uw mening. Ik nodig u echter uit om de
bijzondere situatie van het ziekenhuis van Jolimont
in het kader van de herziening opnieuw te bekijken.
Het incident is gesloten.
22.03 Olivier Destrebecq (MR) : Je partage en
grande partie votre réflexion. Je vous invite
néanmoins à reconsidérer la situation particulière
de l'hôpital de Jolimont dans le cadre de la
réévaluation.
L'incident est clos.
23 Samengevoegde vragen van
- mevrouw Sarah Smeyers aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de financiering van
ziekenhuizen" (nr. 6113)
- de heer Koen Bultinck aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "1,4 miljard euro federaal
geld voor de Waalse ziekenhuizen" (nr. 6114)
- mevrouw Sonja Becq aan de vice-eersteminister
en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de investeringen in
ziekenhuizen" (nr. 6186)
- de heer Michel Doomst aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het federale geld voor
Waalse ziekenhuizen" (nr. 6195)
- mevrouw Martine De Maght aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de financiering van
23 Questions jointes de
- Mme Sarah Smeyers à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le financement des hôpitaux"
(n° 6113)<br>- M. Koen Bultinck à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le montant de 1,4 milliard d'euros
attribué par le niveau fédéral aux hôpitaux
wallons" (n° 6114)<br>- Mme Sonja Becq à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "les investissements dans les
hôpitaux" (n° 6186)<br>- M. Michel Doomst à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'argent attribué par le niveau
fédéral aux hôpitaux wallons" (n° 6195)<br>- Mme Martine De Maght à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
33
Waalse ziekenhuizen en het protocol dat werd
afgesloten met de Waalse minister van
Volksgezondheid, de heer Didier Donfut"
(nr. 6422)
Santé publique sur "le financement des hôpitaux
wallons et le protocole conclu avec le ministre
wallon de la Santé publique, M. Didier Donfut"
(n° 6422)</b>
23.01 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA): Met Waals
minister van Volksgezondheid Donfut zou een
akkoord zijn gesloten om 1,4 of 1,6 miljard euro te
spenderen aan een spoedprogramma voor de
modernisering
van
de
Waalse
ziekenhuisgebouwen. De federale bijdrage aan het
totale programma bedraagt 90 procent, daar waar
de normale verdeling 60 procent voor de
Gemeenschappen bedraagt en maximaal 40
procent voor de federale overheid. De federale
uitgaven voor Vlaanderen zijn vrij bescheiden. Het
Vlaams VIPA-fonds moest die 60 procent eerst
betalen alvorens de regering tegemoet kwam.
Klopt het dat dit akkoord werd afgesloten? Komt er
ook een dergelijk akkoord met de bevoegde
Vlaamse minister? Vlaanderen zou dubbel zoveel
inwoners tellend als Wallonië recht hebben op 2,5
tot 3 miljard euro. Zijn daarover gesprekken
lopende? Hoe groot zijn de federale inspanningen
voor Vlaanderen? Hoe steekt de verdeling van de
gelden wettelijk in elkaar? Ik hoor dat er sprake is
van een protocol. Kan de minister dat toelichten?
Het geld dat nu aan Wallonië wordt gegeven, is
blijkbaar het budget dat voor de Waalse
ziekenhuizen kan worden uitgegeven voor de
komende tien jaar. Vindt de minister het normaal
dat ze meteen ook de volgende twee regeringen
engageert?
23.01 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA) : Un accord
aurait été conclu avec le ministre wallon de la Santé
publique M. Donfut en vue d'affecter un montant de
1,4 à 1,6 milliard d'euros à un programme urgent de
modernisation des bâtiments hospitaliers wallons.
La contribution fédérale à l'ensemble du
programme est de 90 % alors que la répartition
normale est de 60 % pour les Communautés et
maximum 40 % pour les autorités fédérales. Les
dépenses fédérales pour la Flandre sont
relativement limitées. Le Fonds flamand VIPA a dû
avancer ces 60 % avant que le gouvernement
n'intervienne.
Est-il exact que cet accord a été conclu ? Un accord
de ce type sera-t-il également conclu avec le
ministre flamand compétent ? Étant donné qu'elle
compte deux fois plus d'habitants que la Wallonie,
la Flandre aurait droit à 2,5 à 3 milliards d'euros.
Des discussions sont-elles en cours à ce sujet ?
Quelle est l'importance de la contribution fédérale
pour la Flandre ? Quelle est la répartition des fonds
selon les dispositions légales ? Il serait question
d'un protocole. La ministre peut-elle le commenter ?
Les fonds octroyés à la Wallonie aujourd'hui
représentent apparemment le budget qui peut être
dépensé pour les hôpitaux wallons dans les dix
prochaines années. La ministre considère-t-elle
comme normal d'engager déjà les deux prochains
gouvernements ?
23.02 Koen Bultinck (Vlaams Belang): We
hebben via de media allemaal akte kunnen nemen
van dit akkoord, dat voorziet in 1,4 miljard euro
federaal geld voor een spoedprogramma voor de
modernisering van de Waalse ziekenhuizen. De
reactie van allerlei verenigingen van Vlaamse
ziekenhuizen was navenant. Aan de basis ligt de
financieringsregel voor zorgbekkens, die afwijkt van
de normale 60/40 verhouding.
23.02 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Les
médias nous ont informé de l'existence de cet
accord qui prévoit une intervention fédérale d'1,4
milliard d'euros dans le cadre d'un programme
d'urgence de modernisation des hôpitaux wallons.
La réaction de différentes associations d'hôpitaux
flamands ne s'est pas fait attendre. La règle de
financement des bassins de soins qui est appliquée
dans le cadre de ce programme déroge à la
répartition normale 60/40.
Er heerst grote bezorgdheid bij de Vlamingen,
omdat de minister vermoedelijk probeert om de
Franstaligen nog even zoveel mogelijk te bieden
zolang het federale verhaal nog duurt. Ik zou toch
graag de exacte inhoud van het akkoord in kwestie
kennen. Is hierover overlegd binnen de federale
regering en met de gewestregering? Wordt in het
financieringsreglement met betrekking tot de
zorgbekkens inderdaad een 90/10-verhouding
gevolgd, in plaats van de gebruikelijke 60/40-
verhouding? Welk bedrag is concreet ingeschreven
Il règne une grande inquiétude parmi les Flamands
parce que la ministre semble vouloir faire le plus
possible de choses en faveur des francophones
tant que le niveau fédéral le permet encore.
J'aimerais connaître la teneur exacte de l'accord. A-
t-il fait l'objet d'une concertation au sein du
gouvernement fédéral et avec le gouvernement
régional? Le règlement financier relatif aux bassins
de soins repose-t-il sur un rapport 90/10 au lieu de
l'habituelle répartition 60/40? Quel montant figure
concrètement au budget 2008 et combien de
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
34
in de begroting 2008 en hoeveel opeenvolgende
begrotingen zullen door dit akkoord nog worden
belast? Onder welke begrotingspost zal dit bedrag
worden ingeschreven? Zal het protocol waarin de
bouwprojecten tot 2010 gepland staan, moeten
worden aangepast? Mag het Vlaamse Gewest
rekenen op een vergelijkbaar bedrag?
budgets successifs cet accord va-t-il encore grever?
A quel poste budgétaire sera inscrit ce montant? Le
protocole relatif aux projets de construction jusqu'en
2010 devra-t-il être adapté? La Région flamande
peut-elle tabler sur un montant comparable?
23.03 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
percentages hebben betrekking op gesloten
enveloppes. Indien prioritaire projecten voor 90
procent gefinancierd worden, zullen zij minder talrijk
zijn dan wanneer de projecten voor 40 procent
gefinancierd worden.
23.03 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Les pourcentages doivent être compris dans le
cadre d'enveloppes budgétaire fermées. Si des
projets prioritaires sont financés à 90 %, ils devront
être moins nombreux que si le financement est de
40 %.
23.04 Sonja Becq (CD&V - N-VA): De commotie
heeft ook te maken met de communicatie over het
dossier. Toch kunnen we de nodige vragen inzake
precisie stellen.
Men zou dus 1,6 miljard euro uittrekken voor de
Waalse hospitalen. Het protocolakkoord loopt tot
2015, maar de concreet gemaakte afspraken gaan
over bedragen en toezeggingen tot 2010. Ik heb
begrepen dat men in Wallonië de 90/10-regel
hanteert. Dit betekent volgens mij niet dat de pot
vergroot die aan Wallonië ter beschikking wordt
gesteld voor de investeringen in infrastructuur. De
pot zal wel veel sneller leeg zijn.
Wat is de inhoud van het akkoord met minister
Donfut? Over welke periode loopt die uitgave? Hoe
is dat in de begroting gebudgetteerd? Hoe wordt er
uitbetaald? Liggen de middelen, ook in het
protocolakkoord, vast voor de komende jaren? Er
zou een evaluatie komen na tien jaar. Of ligt dat
geld voor vijftien jaar vast? Geldt de redenering dat
men maar zeker is als alles werd opgenomen en
dat men nadien dan wel ziet? Gaat het in Wallonië
om de zogenaamde dossiers op grond van de
zorgbekkens en over de 90/10-verdeling of zitten er
ook dossiers tussen met een normale 60/40-
verdeling? Komen die bedragen allemaal uit de
afgesproken bouwkalender?
23.04 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : L'émoi suscité
est dû aussi à la manière dont on a communiqué
sur ce dossier. Mais cela ne nous empêche pas de
poser
les
questions
requises
concernant
l'exactitude des informations fournies.
On dégagerait donc 1,6 milliard d'euros pour les
hôpitaux wallons. Le protocole n'arrivera à
échéance qu'en 2015 mais les accords qui ont été
concrètement passés portent sur des montants et
des engagements jusqu'en 2010. Si j'ai bien
compris, c'est une clé de répartition 90/10 qui est
appliquée en Wallonie. Selon moi, ça ne veut pas
dire que la cagnotte offerte à la Wallonie à des fins
d'investissements dans les infrastructures va
grossir. Je pense qu'elle sera au contraire vidée
beaucoup plus vite qu'on ne le pense.
Quelle est la teneur de l'accord conclu avec le
ministre Donfut ? Sur quelle période cette
dépense sera-t-elle faite ? Comment a-t-elle été
budgétée ? Comment les versements seront-ils
effectués ? Les ressources prévues, y compris dans
le protocole, sont-elles fixées pour les prochaines
années ? Il devrait être procédé à une évaluation
après dix ans. Ou ces sommes sont-elles arrêtées
pour quinze ans ? Est-il exact que l'on n'ait de
certitude que lorsque tout a été inclus dans le
protocole et qu'on applique ensuite le principe du
« on verra bien » ? Est-il ici question, pour ce qui
regarde la Wallonie, des dossiers basés sur le
fameux concept des bassins de soins et la clé de
répartition 90/10, ou la clé de répartition normale de
60/40 est-elle appliquée dans certains dossiers ?
Tous ces montants proviennent-ils du calendrier
des constructions qui a été convenu ?
Er was overeengekomen dat het budget van het
vorige protocolakkoord slechts tot 2007 gebruikt
kon worden. Heeft de minister toch gebruik
gemaakt van dat budget? Kan dat budget onbeperkt
worden meegedragen? Hoeveel van de middelen
zijn daadwerkelijk toegezegd?
Il était convenu que le budget du protocole
précédent ne pourrait être utilisé que jusqu'en 2007.
La ministre l'aurait-elle néanmoins utilisé ? Ce
budget aurait-il une durée de vie indéterminée ? A
combien s'élèvent les engagements réellement
effectués ?
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
35
Er bestaat ook nog een budget voor het
zogenaamde
eigenaaronderhoud
en
de
herconditionering van ziekenhuizen. Op grond van
welke criteria kan men van die financiering gebruik
maken? Worden er buiten het budget van de
bouwkalender ook andere middelen gebruikt? Om
welke bedragen gaat het hier voor respectievelijk de
Waalse en de Vlaamse Gemeenschap? Voor welke
periode? Hoeveel middelen zijn hiervoor jaarlijks
toegezegd sinds 2000?
Il existe en outre un budget pour l'entretien
incombant au propriétaire et le reconditionnement
des hôpitaux. En fonction de quels critères peut-il
être fait usage de ce financement ? D'autres
ressources que celles tirées du budget du
calendrier des constructions sont-elles employées ?
De quels montants s'agit-il pour la Région wallonne
et pour la Région flamande ? A quelle période se
rapportent-ils ? À combien se chiffrent les
engagements réellement effectués à cette fin
depuis 2000 ?
23.05 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het akkoord met Wallonië waarnaar wordt
verwezen, is ingeschreven in de zogenaamde
bouwkalender, een systeem dat reeds twintig jaar
bestaat.
23.05 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : L'accord conclu avec la Wallonie
auquel il est fait référence est inscrit dans ce qu'on
appelle le calendrier des constructions, système qui
existe depuis déjà vingt ans.
Conform de bepalingen uit het KB van april 2002
neemt de federale overheid de afschrijvingslasten
die voortvloeien uit de ziekenhuisinvesteringen op
zich door ze te financieren via het budget van
financiële middelen van de ziekenhuizen.
De FOD Volksgezondheid heeft in 2005 een
enquête gehouden die aantoonde dat de
gemiddelde
leeftijd
van
het
Belgische
ziekenhuispark 26 jaar bedraagt. In deze context
werd op 19 juni 2006 een protocolakkoord
betreffende de bouwkalender goedgekeurd en de
inhoud daarvan werd overgenomen in een aantal
reglementaire bepalingen. Deze bouwkalender is
voor een periode van tien jaar vastgelegd, waarbij
het federale bedrag is verdeeld tussen de
verschillende Gemeenschappen en Gewesten. Die
verdeling
wordt
besproken
binnen
de
interministeriële
conferentie
Volksgezondheid,
waarin alle bevoegde ministers zetelen die, zoals u
weet, alle ministers bevoegd voor deze materie
samenbrengt.
Conformément aux dispositions de l'arrêté royal
d'avril 2002, l'État fédéral supporte les charges
d'amortissement qui découlent des investissements
hospitaliers en les finançant avec le budget des
moyens financiers des hôpitaux.
En 2005, le SPF Santé publique a réalisé une
enquête qui a démontré que l'âge moyen du parc
hospitalier belge est de 26 ans. Dans ce contexte,
un protocole concernant le calendrier des
constructions a été approuvé le 19 juin 2006 et son
contenu a été repris dans une série de dispositions
réglementaires. Ce calendrier des constructions a
été arrêté pour une période de dix ans, le montant
fédéral ayant été réparti entre les différentes
Communautés et Régions. Cette répartition est
négociée au sein de la conférence interministérielle
Santé publique où, comme vous le savez, siègent
tous les ministres compétents.
De huidige bouwkalender dekt de periode van 2006
tot 2015 en vertegenwoordigt een jaarlijks bedrag
van 7,58 miljoen euro. Dat bedrag is, rekening
houdend met de inflatie, onveranderd gebleven.
Ook de verdeelsleutel tussen de Gemeenschappen
en Gewesten is dezelfde gebleven. Het gaat hier
om de maximumbedragen die de in het federale
budget
voor
ziekenhuizen
kunnen
worden
ingebracht.
Het Waalse Gewest heeft zijn investeringen tot
2015 conform de termijnen van de bouwkalender en
binnen
de
vastgelegde
enveloppe
geprogrammeerd. De federale tussenkomst is
geenszins hoger voor Wallonië en ze is bovendien
volledig transparant en zeker niet op een of ander
Le calendrier de construction actuel couvre la
période de 2006 à 2015 et représente un montant
annuel de 7,58 millions d'euros. Compte tenu de
l'inflation, ce montant demeure inchangé. La clé de
répartition entre les Communautés et les Régions
reste également identique. Il s'agit en l'occurrence
des montants maximums qui peuvent être intégrés
dans le budget fédéral destiné aux hôpitaux.
La
Région
wallonne
a
programmé
ses
investissements jusqu'en 2015 conformément aux
délais du calendrier de construction et dans les
limites de l'enveloppe fixée. L'intervention fédérale
n'est nullement plus élevée pour la Wallonie. Elle
est en outre totalement transparente et ne repose
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
36
bilateraal akkoord gestoeld.
certainement pas sur un quelconque accord
bilatéral.
Tijdens
de
laatste
werkgroep
van
de
interministeriële commissie werd voorgesteld om
een opvolgingstabel van de werken goed te keuren.
Lors de la dernière réunion du groupe de travail de
la commission interministérielle, il a été proposé
d'adopter un tableau de suivi des travaux.
23.06 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA): Ik neem
akte van de garantie dat dit het maximale bedrag is
dat aan Wallonië zal worden uitgekeerd. Verder
merk ik nog op dat een verbouwing in Vlaanderen
strenger gecontroleerd wordt, terwijl men in
Wallonië een doorgedreven verbouwing als
nieuwbouw beschouwt, zodat er gebruik kan
worden gemaakt van de enveloppe.
23.06 Sarah Smeyers (CD&V - N-VA) : Je note
que c'est là le montant maximum qui sera alloué à
la Wallonie. Je remarque aussi, par ailleurs, que les
travaux de transformation menés en Flandre sont
l'objet d'un contrôle plus strict, alors qu'en Wallonie
une transformation approfondie est considérée
comme une construction neuve, ce qui permet de
recourir à l'enveloppe.
23.07 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Ook al
spreekt dit protocolakkoord van een periode tot
2015, de minister doet wel degelijk voorafnames
voor de komende drie regeerperiodes. Door nu al
binnen een aantal begrotingsposten her en der in
bedragen te voorzien, wordt de bewegingsruimte
om nog uitgaven te doen beperkt. Het zou er nog
aan mankeren dat het om een gesloten omslag zou
gaan.
Als het Verbond van Verzorgingsinstellingen en de
belangenverenigingen van Vlaamse ziekenhuizen
zeggen dat Wallonië onrechtmatig beslag legt op
332 miljoen euro, dan kampt het departement van
de minister toch met een communicatieprobleem.
23.07 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Même si
ce protocole d'accord mentionne une période
s'étendant jusqu'en 2015, la ministre effectue des
prélèvements pour les trois législatures à venir. Le
fait de prévoir dès à présent des montants çà et là
dans le cadre d'un certain nombre de postes
budgétaires limite la marge de manoeuvre pour
toute nouvelle dépense. Il serait fort qu'il s'agisse
d'une enveloppe fermée.
Si le Verbond der Verzorgingsinstellingen et les
associations de défense des intérêts des hôpitaux
flamands affirment que la Wallonie s'approprie
indûment 332 millions d'euros, un problème de
communication se pose tout de même au
département de la ministre.
23.08 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik heb
niet gecommuniceerd; de mededeling komt van de
Waalse minister en de Vlaamse minister kan
hetzelfde doen met zijn enveloppe tot in 2015. Het
is zijn verantwoordelijkheid en niet de mijne.
Vlamingen, Walen en Brusselaars zijn samen
overeengekomen over bedragen en verdeelsleutels
voor drie begrotingsjaren en die overeenkomst werd
gerespecteerd. Alle initiatieven stroken met het
akkoord dat de ministers hebben gesloten.
23.08 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Ce n'est pas moi qui ai communiqué ; c'est le
ministre wallon qui l'a fait et le ministre flamand peut
faire la même chose avec son enveloppe jusqu'en
2015. C'est sa responsabilité, pas la mienne. Tous
ensemble, Flamands, Wallons et Bruxellois, nous
avons convenu de montants et de clés sur trois
exercices et cela a été respecté. Tout ce qui a été
entrepris est conforme à l'accord entre les
ministres.
23.09 Koen Bultinck (Vlaams Belang): Ik zou de
minister aanraden om zelf contact op te nemen met
het Verbond van Verzorgingsinstellingen om meer
duidelijkheid te scheppen. We zullen dit dossier in
de komende jaren en bij de begrotingsbesprekingen
blijven opvolgen.
De voorzitter: Dankzij het antwoord van de minister
zal u het beeld in de Vlaamse publieke opinie
kunnen bijstellen.
23.09 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : Je
conseillerais à la ministre de prendre elle-même
contact
avec
le
Verbond
van
Verzorgingsinstellingen pour clarifier la situation.
Nous continuerons à suivre ce dossier dans les
prochaines années, notamment dans le cadre des
discussions budgétaires.
La présidente: Vous pourrez rectifier le tir dans
l'opinion flamande grâce à la réponse de la ministre.
23.10 Sonja Becq (CD&V - N-VA): Er bestaat dus
inderdaad
een
protocolakkoord
tussen
de
23.10 Sonja Becq (CD&V - N-VA) : Un protocole
d'accord existe donc entre les différentes
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
37
verschillende Gemeenschappen en het federale
niveau waar er met een vaste enveloppe wordt
gewerkt. Dat is duidelijk en dat is ook correct. Is er
in dat protocolakkoord ook sprake van een bedrag
van 7 miljoen dat van jaar tot jaar ter beschikking
wordt gesteld? Het is toch onmogelijk om vandaag
geld op te nemen dat voor het jaar 2010 geldt?
Waarover gaat trouwens de evaluatie die gepland is
in 2010? Het is toch onmogelijk om terug te komen
op de toegezegde bedragen?
Ik had het niet over de afgesproken enveloppe,
maar over het bedrag waarin ook buiten de
bouwkalender
is
voorzien om
werken
in
ziekenhuizen uit te voeren, ongeveer 332.000 euro.
Ik zal mijn vraag schriftelijk opnieuw indienen.
Communautés et l'échelon fédéral qui applique une
enveloppe fixe. Tout est très clair et par ailleurs
correct. Est-il également question dans ce protocole
d'un montant de 7 millions mis à disposition d'année
en année ? N'est-il pas impensable de dépenser
aujourd'hui des fonds qui concernent l'année
2010 ? Sur quoi porte l'évaluation prévue en 2010 ?
Il est tout de même impossible de revenir sur les
montants attribués ?
Je ne parlais pas de l'enveloppe convenue mais du
montant prévu en dehors du calendrier de
construction pour réaliser des travaux dans les
hôpitaux, à concurrence d'environ 332.000 euros.
Je déposerai à nouveau ma question par écrit.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
24 Vraag van mevrouw Rita De Bont aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het akkoord Tandartsen-
Ziekenfondsen 2007-2008" (nr. 6152)
24 Question de Mme Rita De Bont à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "l'accord
Dentistes-Mutuelles 2007-2008" (n° 6152)</b>
24.01 Rita De Bont (Vlaams Belang): Het akkoord
tandartsen-ziekenfondsen
2007-2008
waarin
nieuwe terugbetalingen werden afgesproken, is nog
steeds niet van toepassing. De vooropgestelde
datum van 1 september 2007 werd verschoven
naar 1 juli 2008. Wordt die datum gehaald?
24.01 Rita De Bont (Vlaams Belang) : L'accord
dento-mutualiste 2007-2008, dans lequel il est
convenu de nouveaux remboursements, n'est
toujours pas d'application. La date prévue a été
modifiée, du 1
er
septembre 2007 au 1
er
juillet 2008,
mais sera-t-elle respectée ?
24.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands):
Het akkoord is van kracht. De twee noodzakelijke
KB's verschenen in het Belgisch Staatsblad van 30
mei 2008 en treden in werking op 1 juli 2008.
24.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : L'accord s'applique. Les deux arrêtés
royaux requis sont parus au Moniteur belge du 30
mai 2008 et entreront en vigueur le 1
er
juillet 2008.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
25 Vraag van mevrouw Josée Lejeune aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de problematiek van
het stijgend aantal aidspatiënten" (nr. 6198)
25 Question de Mme Josée Lejeune à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la
problématique liée à la recrudescence du sida"
(n° 6198)</b>
25.01 Josée Lejeune (MR): Het is spijtig dat er
iedere maand in ons land 80 nieuwe gevallen zijn
van personen die besmet zijn door het virus en dat
er 1.052 nieuwe infecties waren in 2007. Bent u niet
van mening dat er een echt coherent beleid zou
moeten
worden
gevoerd
samen
met
de
deelgebieden? Welke acties overweegt u? Kunnen
we geen inspiratie opdoen bij onze Franse buren
waar de regering in 1989 het Agence française de
lutte contre le sida heeft opgericht?
25.01 Josée Lejeune (MR) : Il est regrettable de
constater que chaque mois dans notre pays, on
dénombre 80 nouveaux cas de personnes
contaminées par le virus et 1.052 nouvelles
infections en 2007. Ne pensez-vous pas qu'une
véritable politique cohérente devrait être menée en
collaboration avec les entités fédérées ? Quelles
actions avez-vous l'intention de mener ? Ne serait-il
pas pertinent de s'inspirer de nos voisins français
où le gouvernement a créé en 1989 l'Agence
française de lutte contre le sida ?
25.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Op het
vlak van hiv/aids worden de initiatieven van de
25.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
En matière de riposte au HIV/sida, l'action des
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
38
onderscheiden ministers nationaal gecoördineerd
door
de
interministeriële
conferentie
"Volksgezondheid".
De preventieve gezondheidszorg valt onder de
bevoegdheid van de Gemeenschappen. Het
federale niveau neemt de diagnose, de behandeling
en de terugbetaling van de zorg op zich. Zo
financiert de federale staat bijvoorbeeld de
referentiecentra en laboratoria.
In 2006 werden in België 578.717 hiv-
opsporingsonderzoeken verricht en terugbetaald
door het RIZIV. Dat cijfer houdt geen rekening met
de tests uitgevoerd op het bloed dat door
vrijwilligers gegeven wordt. Dat komt overeen met
55,5 tests per 1.000 inwoners per jaar. Daarmee
behoren we tot de koplopers in Europa.
différents ministres fait l'objet d'une coordination
nationale
sous
l'égide
de
la
conférence
interministérielle « Santé publique ».
Les soins de santé préventifs sont de la
compétence des Communautés. L'État fédéral est
actif dans les domaines du diagnostic, du traitement
et du remboursement des soins. Il finance
notamment les centres de référence et les
laboratoires de référence.
Au cours de l'année 2006, 578.717 tests de
dépistage VIH ont été réalisés dans le pays et
remboursés par l'INAMI, les tests réalisés sur les
dons de sang étant exclus. Ceci correspond à 55,5
tests par 1.000 habitants par an. C'est l'un des taux
de dépistage les plus élevés en Europe.
25.03 Josée Lejeune (MR): We moeten zeer veel
aandacht blijven schenken aan aids. Het zou ook
goed zijn om ons te richten op een gedeelte van de
bevolking, met name de jongeren tussen de 15 en
de 25.
25.03 Josée Lejeune (MR): Le sida doit continuer
à bénéficier d'une très grande attention. Il serait
également opportun de cibler une certaine partie de
la population, notamment les jeunes de 15 à 25
ans.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
26 Vraag van de heer Koen Bultinck aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de samenstelling van de
Nationale Raad voor dringende geneeskundige
hulpverlening" (nr. 6203)
26 Question de M. Koen Bultinck à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la
composition du Conseil national des secours
médicaux d'urgence" (n° 6203)</b>
26.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang): In het
Staatsblad van 28 mei verscheen het ministerieel
besluit tot benoeming van de leden van de
Nationale Raad voor Dringende Geneeskundige
Hulpverlening.
De
Vlaamse
representatieve
wetenschappelijke verenigingen stellen zich vragen
bij het feit of hen wel gevraagd werd
afgevaardigden aan te duiden. Waarom is niemand
van de vier afgevaardigde huisartsen inwoner van
het Vlaamse Gewest? Waarom wordt de
samenstelling zo vroeg gewijzigd?
26.01 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : L'arrêté
ministériel portant nomination des membres du
Conseil national des secours médicaux d'urgence a
été publié au Moniteur belge du 28 mai. Les
associations
scientifiques
flamandes
représentatives se demandent si on leur a
effectivement demandé de désigner des délégués.
Pourquoi aucun des quatre généralistes délégués
ne réside-t-il dans la Région flamande ? Pourquoi la
composition est-elle modifiée si tôt ?
26.02 Minister Laurette Onkelinx (Nederlands) De
benoemingen gebeuren op basis van de voorstellen
van
de
representatieve
organen
van
de
verschillende gezondheidsberoepen voor elk van de
regio's. Ze gelden voor een periode van zes jaar.
De vereniging Domus Medica heeft, in tegenstelling
tot haar Franstalige evenknie, geen kandidaat
voorgesteld. Dan kan er ook geen benoeming zijn.
Het mandaat van de leden die voorheen benoemd
zijn, wordt dan verlengd. Indien een organisatie
laattijdig kandidaten voorstelt, wordt de benoeming
bekendgemaakt in een ministerieel besluit dat
ingaat op de normale datum van hernieuwing.
26.02 Laurette Onkelinx, ministre (en
néerlandais) : Les nominations sont basées sur les
propositions des organes représentatifs des
différentes professions du secteur de la santé pour
chacune des régions et sont valables pour une
période de six ans. Contrairement à son pendant
francophone, l'association Domus Medica n'a
proposé aucun candidat. Il ne saurait dans ces
conditions être question de nomination. Dans ce
cas,
le
mandat
des
membres
nommés
précédemment
est
prolongé.
Lorsqu'une
organisation propose des candidats tardivement, la
nomination est publiée dans un arrêté ministériel qui
prend effet à la date normale de renouvellement.
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
39
De mandaten van de vertegenwoordigers van de
representatieve
organisaties
van
de
Nederlandstalige
huisartsen
blijven
tijdelijk
toegekend aan de artsen die eerder door hun
organisaties waren voorgesteld.
Het ministerieel besluit van april 2008 vult dat van 3
mei 2007 aan en voegt er de laattijdig ingekomen
benoemingen aan toe. Ook die benoemingen
starten op 30 mei 2007 voor een periode van zes
jaar.
Les mandats des représentants des organisations
représentatives des généralistes néerlandophones
restent attribués temporairement aux médecins qui
avaient été présentés antérieurement par leurs
organisations.
L'arrêté ministériel d'avril 2008 complète celui du 3
mai 2007 et y ajoute les nominations intervenues
tardivement. Ces nominations prennent également
effet le 30 mai 2007 pour une période de six ans.
26.03 Koen Bultinck (Vlaams Belang): De
samenstelling van de Raad moet op een correcte
manier kunnen gebeuren. Er is dus alleszins nood
aan een betere communicatie dan nu het geval is.
26.03 Koen Bultinck (Vlaams Belang) : La
procédure de composition du Conseil doit pouvoir
se dérouler correctement. Il conviendra donc
d'assurer
à
tous
égards
une
meilleure
communication que ce n'est le cas actuellement.
26.04 De voorzitter : Vraag nr. 6211 van mevrouw
Van Daele wordt ingetrokken, en haar vraag nr.
6212 wordt uitgesteld.
26.04 La présidente : La question n° 6211 de
Mme Van Daele est retirée et sa question n° 6212
est reportée.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
27 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "het in kaart
brengen van persoonsgegevens voorafgaand
aan de analyse van de beroepsgerelateerde
kankers" (nr. 6219)
27 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la mise en
place d'une cartographie préalable à l'analyse
des causes des cancers professionnels"
(n° 6219)</b>
27.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Volgens het
CDAST worden beroepskankers maar al te vaak
miskend. De beroepsrisico's en de weerslag op de
volksgezondheid worden te weinig geanalyseerd.
Volgens een Finse studie zouden er in ons land
circa 700.000 werknemers op hun werk aan
kankerverwekkende stoffen worden blootgesteld.
Volgens de WGO spelen milieufactoren voor 80
procent mee in de oorzaken van kanker.
Het CDAST betreurt het gebrek aan gegevens en
het ontbreken van een cartogram.
Wat wil u bereiken met het heropstarten van dat
analyse-instrument?
Beschikt u al over de eerste resultaten?
Zal u in overleg met uw collega van Werk
wijzigingen vragen van de productiepraktijken in
sommige ondernemingen?
Zal
u
informatiecampagnes
opzetten
en
raadgevingen formuleren met het oog op een
aanpassing van de leefgewoonten?
27.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Selon le
CEDEST, les cancers d'origine professionnelle sont
trop
souvent
méconnus.
Les
expositions
professionnelles et leurs incidences en matière de
santé publique sont trop peu analysées.
Selon une étude finlandaise, en Belgique, quelque
700.000 travailleurs seraient exposés à des risques
cancérigènes sur leur lieu de travail. L'OMS estime
que les facteurs environnementaux contribuent à
concurrence de 80 % aux causes d'un cancer.
Le CEDEST déplore le manque de données et
l'absence d'une cartographie.
Avec la relance de cet outil d'analyse, quel est votre
objectif ?
Avez-vous déjà des premiers résultats ?
En lien avec votre collègue de l'Emploi, allez-vous
demander des modifications au niveau des
pratiques
de
production
dans
certaines
entreprises ?
Comptez-vous
lancer
des
campagnes
d'informations et de conseils à des fins de
modification de l'hygiène de vie ?
27.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): In het
kader van de werkzaamheden ter voorbereiding van
27.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Dans le cadre des travaux préparatoires à la
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
40
het
opstellen
van
het
Kankerplan,
werd
beklemtoond dat het belangrijk is om opnieuw werk
te maken van een wetenschappelijke analyse over
het verband tussen het arbeidsmilieu en de
werkomstandigheden en het ontstaan van bepaalde
kankers. Over een en ander werd overleg gepleegd
met de minister van Werk.
Ik heb mijn medewerkers gevraagd zich toe te
spitsen op de voorbereidende werkzaamheden met
betrekking tot de maatregelen van het Kankerplan,
waarvoor ik exclusief bevoegd ben, samen met het
RIZIV en de FOD Volksgezondheid.
De voorbereiding van de uitvoering van dat
onderdeel van het Kankerplan zou over enkele
weken moeten starten, en de eerste ontwerpen
zouden klaar moeten zijn in het najaar, zodat een
en ander in de begroting van 2009 kan worden
opgenomen.
rédaction du Plan cancer, l'importance de relancer
une analyse scientifique sur le lien entre les milieux
et les conditions de travail et le développement de
certains cancers a été soulignée, en concertation
avec la ministre de l'Emploi.
J'ai demandé à mes collaborateurs de se
concentrer sur les travaux préparatoires des
mesures Plan cancer, qui relevaient de mes
compétences exclusives avec l'INAMI et le SPF
Santé publique.
La préparation de l'exécution de ce volet du Plan
cancer devrait débuter d'ici quelques semaines
avec les premiers projets prêts à l'automne
prochain afin de pouvoir les budgéter pour 2009.
De prioriteiten zijn: meer kennis verwerven inzake
beroepsmatige kankers, het tijdsverloop inkorten
tussen het moment waarop de link tussen een
bepaalde
ziekte
en
de
beroepsactiviteit
wetenschappelijk bewezen is en de wettelijke
erkenning van die ziekte, de bescherming van de
werknemers in kmo's verbeteren. Ook dienen er
voorzorgsmaatregelen genomen worden in de
sectoren
met
een
snelle
technologische
ontwikkeling.
Les axes prioritaires sont : acquérir davantage de
connaissances
sur
les
cancers
d'origine
professionnelle, réduire le décalage existant entre le
moment où le lien entre une maladie et l'activité
professionnelle est scientifiquement prouvé, et le
moment où la réglementation reconnaît cette
maladie professionnelle, améliorer la protection des
travailleurs dans les PME. Il faudra aussi prendre
des mesures de précaution dans les secteurs où
l'évolution technologique est rapide.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
28 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de vooruitgang
in het stamcelonderzoek" (nr. 6220)
28 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les
avancées dans la recherche sur les cellules
souches" (n° 6220)</b>
28.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Franse
vorsers van het Franse Institut national de la santé
et de la recherche médicale (Inserm) in Montpellier
slaagden erin te bewijzen dat zenuwstamcellen, die
in de toekomst wellicht een antwoord zullen kunnen
bieden op het afsterven van neuronen, aanwezig
zijn in het ruggenmerg van volwassen personen.
Die volwassen stamcellen zouden potentieel
kunnen bijdragen tot het herstel van het
ruggenmerg van personen met een traumatisch
letsel. Ze zouden, in het kader van een gentherapie,
het afsterven van zenuw- en gliacellen kunnen
compenseren. Gliacellen geven voeding aan de
zenuwstellen en spelen een rol in de controle van
de neuronale activiteit.
Beschikt u over informatie met betrekking tot de
resultaten van dat onderzoek?
Wanneer mogen we die innoverende behandeling
verwachten? Welke invloed zal ze hebben op de
therapeutische protocollen voor die chronische
28.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Des
chercheurs français de l'Institut français de
recherche médicale Inserm, à Montpellier, ont
réussi à prouver que des cellules souches
nerveuses susceptibles de compenser un jour des
pertes de neurones sont présentes dans la moelle
épinière humaine adulte. Ces cellules souches
adultes pourraient potentiellement contribuer à
réparer la moelle épinière des personnes ayant subi
une lésion traumatique. Ces cellules pourraient,
dans le cadre d'une thérapie génique, compenser
les pertes de neurones ou de cellules gliales. Ces
dernières assurent un rôle nourricier et participent
au contrôle de l'activité neuronale.
Etes-vous en possession des informations
concernant les résultats de cette recherche ?
Quels sont les délais à partir desquels nous
pouvons espérer une mise en oeuvre de ce
traitement novateur ?
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
41
ziekten?
Comment cela va-t-il se traduire dans les protocoles
thérapeutiques de ces maladies chroniques ?
28.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): In ons
land werd nog geen enkel voorstel voor klinische
tests ingediend.
Op uw tweede vraag moet ik ontkennend
antwoorden.
Wat uw derde vraag betreft, zijn we ervan bewust
dat dit onderzoeksdomein erg aantrekkelijk is,
omdat het heel wat mogelijkheden biedt voor de
ontwikkeling van innoverende geneesmiddelen. Het
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en
Gezondheidsproducten volgt de evolutie via
nationale,
Europese
en
internationale
wetenschappelijke
teams
van
deskundigen.
Wetenschappelijke
adviezen kunnen worden
gevraagd via de werkgroep SWAP (Scientific
Advice Working Party) van het Europees
Geneesmiddelenbureau.
28.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Au niveau belge, aucune soumission d'essais
cliniques n'a encore été introduite dans ce domaine.
Je dois répondre par la négative à votre deuxième
question.
Pour votre troisième question, nous sommes
conscients que ce domaine est attractif en fonction
du potentiel de développement de médicaments
innovateurs. L'Agence fédérale des médicaments et
produits de santé suit ce domaine via des groupes
d'experts scientifiques nationaux, européens et
internationaux. Des avis scientifiques peuvent être
demandés via le SAWP (Scientific Advice Working
Party) de l'Agence européenne des médicaments.
Tot nu toe is op dat gebied geen wetenschappelijk
advies op Europees niveau uitgebracht.
Jusqu'à présent, aucun avis scientifique au niveau
européen n'a été introduit dans ce domaine.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
29
Vraag
van
mevrouw
Thérèse
Snoy et d'Oppuers aan de vice-eersteminister en
minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
over "de officiële erkenning van de osteopaten"
(nr. 6254)
29 Question de Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers
à la vice-première ministre et ministre des
Affaires sociales et de la Santé publique sur "la
reconnaissance officielle des ostéopathes"
(n° 6254)</b>
29.01 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-Groen!):
In het kader van de erkenning van osteopaten heeft
de directeur van de International Academy of
Osteopathy onlangs de Belgische staat voor de
rechter gedaagd voor de vertraging in de uitvoering
van de wet van 29 april 1999 betreffende de niet-
conventionele praktijken inzake de geneeskunde,
de artsenijbereidkunde, de kinesitherapie, de
verpleegkunde en de paramedische beroepen. De
rechtbank van eerste aanleg van Brussel heeft de
opening van de debatten vastgesteld op 11
december 2009.
Kunnen we rekenen op de regering om vóór deze
datum een compromis te proberen vinden over een
maatregel die duizend beoefenaars en hun
patiënten aangaat?
Hoe ver staat men met de erkenning van
osteopaten en andere "niet-conventionele" artsen
en met de terugbetaling van de zorg die zij
verstrekken?
29.01 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : Concernant la reconnaissance des
ostéopathes, une récente initiative du directeur de
l'International Academy of Osteopathy a été
d'assigner l'État belge pour son retard dans la mise
en oeuvre de la loi du 29 avril 1999 sur les
médecines non conventionnelles. Le tribunal de
première instance de Bruxelles a fixé l'ouverture
des débats au 11 décembre 2009.
Peut-on compter sur un geste du gouvernement
avant cette date afin de trouver un compromis sur
une mesure qui concerne un millier de praticiens et
les patients qui font appel à eux ?
Où en sommes-nous dans le processus de
reconnaissance des ostéopathes et autres
médecins dits non conventionnels ainsi que dans le
processus de remboursement des soins ?
29.02 Minister Laurette Onkelinx
(Frans):
Momenteel bekijk ik samen met mijn administratie
de kwestie van de uitvoering van de wet van 29 april
1999, die als doel heeft via een vast te leggen
structuur en procedure de niet-conventionele
29.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
J'examine actuellement avec mon administration la
question de l'exécution de la loi du 29 avril 1999,
dont l'objectif est d'enregistrer les pratiques non
conventionnelles d'une part, et les praticiens
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
42
praktijken enerzijds en de individuele beoefenaars
anderzijds te registreren. Mijn strategische cel heeft
al vertegenwoordigers van de homeopaten en
acupuncturisten ontmoet. Over enkele dagen vindt
een onderhoud plaats met de vertegenwoordigers
van de osteopaten. De komende dagen zal ook
contact
opgenomen
worden
met
de
vertegenwoordigers van de chiropractors.
individuels d'autre part, via l'organisation d'une
structure et d'une procédure. Ma cellule stratégique
a
déjà
rencontré
des
représentants
des
homéopathes et des acupuncteurs. Une réunion est
prévue d'ici quelques jours avec des représentants
des ostéopathes. Des contacts seront du reste pris,
dans les jours qui viennent, avec les représentants
des chiropracteurs.
Na dat overleg moet ik uitzoeken of de wet eerst
moet worden aangepast.
Principieel heb ik er niets op tegen om de kwestie
van de terugbetaling te bespreken, maar we
moeten rekening houden met de prioriteiten van de
regering en de begrotingsdoelstellingen die we ons
jaarlijks opleggen.
À l'issue de ces concertations, je dois déterminer si
des adaptations doivent être préalablement
apportées à la loi.
Je n'ai aucune objection de principe quant à
débattre de la question du remboursement, mais il
importe de tenir compte des priorités du
gouvernement et des objectifs budgétaires que
nous nous assignons d'année en année.
29.03 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): Ik ben enigszins ontgoocheld door het feit
dat de terugbetaling van die behandeling maar
weinig opschiet.
29.03 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : Je suis quelque peu déçue par le fait que
le processus de remboursement des soins n'avance
pas énormément.
29.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Eerst
moet die praktijk erkend worden.
29.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Cette pratique doit d'abord être reconnue.
29.05 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): We zouden toch al de budgettaire impact
kunnen ramen teneinde te onderzoeken hoe
dergelijke behandelingen zouden kunnen worden
terugbetaald.
29.05 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : Nous pourrions déjà commencer par
estimer les conséquences budgétaires pour voir
comment assumer de tels remboursements.
29.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik heb
er geen enkel bezwaar tegen om de impact van die
behandeling te laten evalueren. Maar eerst moet die
erkend worden.
29.06 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Je n'ai aucun problème à évaluer l'impact de ce
traitement. Il s'agit d'abord de la reconnaissance.
29.07 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): Op het eerste gezicht is U niet gewonnen
voor die terugbetaling...
29.07 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): Vous n'êtes pas favorable a priori à ce
remboursement...
29.08 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Dat
heb ik niet gezegd!
De voorzitter: De procedure moet gerespecteerd
worden.
29.08 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
Je n'ai pas dit cela !
La présidente: Les choses doivent se dérouler
dans l'ordre.
29.09 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Dat is
wat ik zeg.
29.09 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
C'est ce que je dis.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: De vragen nrs 6257 van de heer
L'incident est clos.
La présidente : Les questions n
os
6257 de M.
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
43
Crucke, 6262 van mevrouw Van Daele en 6577 van
de heer Dallemagne worden in schriftelijke vragen
omgezet.
Crucke, 6262 de Mme Van Daele et 6577 de M.
Dallemagne sont transformées en questions écrites.
30 Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "de risico's verbonden
aan de aanwezigheid van ftalaten in cosmetica,
vlees en zuivelproducten" (nr. 6265)
30 Question de Mme Valérie Déom à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les risques
liés
aux
phtalates
présentes
dans
les
cosmétiques, la viande et les produits laitiers"
(n° 6265)</b>
30.01 Valérie Déom (PS): Sommige specialisten
geven blijk van hun vrees voor de gevolgen van de
aanwezigheid van ftalaten op de reproductieve
gezondheid van de mens en de impact ervan op het
milieu. Volgens hen zou het stijgende aantal
kankers in de geïndustrialiseerde landen verband
houden met de ftalaten. Ze zitten in tal van
cosmeticaproducten maar ook in vlees en
zuivelproducten die in de eurozone aan analyse
worden onderworpen. Sommige vissoorten zouden
andere toxines bevatten, die ook aanwezig zijn in
de klassieke schoonheidsproducten.
Wat zijn de reële gevolgen van de aanwezigheid
van ftalaten in de cosmetica, in vlees en
zuivelproducten? Bestaat er werkelijk een verband
tussen die aanwezigheid en het stijgende aantal
kankers in de geïndustrialiseerde landen? Bestaat
er reden om bang te zijn voor onze reproductieve
gezondheid? Zijn er hierover studies aan de gang?
Moet er informatie over de aanwezigheid van
ftalaten en andere toxines op de etiketten of de
verpakkingen staan? Welke andere maatregelen
kunnen worden overwogen?
30.01 Valérie Déom (PS) : Certains spécialistes
font part de leurs craintes quant aux conséquences
de la présence de phtalates sur la santé
reproductive de l'homme et sur leur impact
environnemental. Selon eux, l'augmentation du
nombre de cancers dans les pays industrialisés
serait liée aux phtalates. Ils sont présents dans de
nombreux cosmétiques mais aussi dans des
viandes et produits laitiers soumis à analyse dans la
zone européenne. Certains poissons contiendraient
d'autres toxines, également présentes dans les
produits de beauté classique.
Quelles sont les conséquences réelles de la
présence de phtalates dans les cosmétiques, la
viande et les produits laitiers? Existe-t-il réellement
un lien entre cette présence et l'augmentation des
cancers dans les pays industrialisés? Y a-t-il lieu de
craindre pour notre santé reproductive? Des études
sont-elles en cours à ce sujet? Des informations
concernant la présence de phtalates et autres
toxines doivent-elles figurer sur les étiquettes ou
emballages? Quelles sont les autres mesures
envisageables ?
30.02 []
Minister Laurette Onkelinx
(Frans): De
aanwezigheid van ftalaten in bepaalde producten
vereist inderdaad bijzondere aandacht. Ftalaten
kunnen
voor
een
verstoring
van
de
hormoonhuishouding zorgen en een impact hebben
op de fertiliteit van de mens of voor de lever.
Ftalaten hebben echter uiteenlopende effecten en
kunnen dus niet worden beschouwd als een
homogene groep.
30.02 Laurette Onkelinx , ministre (en français) :
La présence de phtalates dans certains produits
requiert en effet une attention particulière. Les
phtalates peuvent provoquer des perturbations
hormonales et avoir des effets sur la fertilité de
l'homme ou au niveau hépatique. Les phtalates ont
cependant des effets divers et ne peuvent donc être
considérés comme un groupe homogène.
Men weet nog niet precies wat de belangrijkste
besmettingsrisico's zijn. De Europese Autoriteit voor
Voedselveiligheid (EFSA) heeft de risico's voor
verschillende ftalaten ingeschat en drempelwaarden
vastgelegd voor elk type. Als ftalaten vrijkomen en
in het organisme worden opgenomen, kan dat een
gezondheidsrisico
inhouden
wanneer
die
drempelwaarden overschreden worden. Er werd
een researchproject in de steigers gezet met
betrekking tot ftalaten in de voeding. Dat project
On n'a pas encore clairement identifié les voies de
contamination les plus importantes. L'autorité
européenne de sécurité des aliments a évalué les
risques liés à différents phtalates et a déterminé
des valeurs seuils pour chacun d'eux. Si l'ingestion
dépasse ces seuils, il peut y avoir risque pour la
santé. Un projet de recherche relatif aux phtalates
dans les denrées alimentaires a été mis en place. Il
débutera au plus tard début 2009 et durera trois
ans.
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
44
gaat uiterlijk begin 2009 van start en zal gedurende
drie jaar lopen.
Met dat project worden in de eerste plaats twee
doelstellingen nagestreefd: betrouwbare gegevens
vergaren
over
het
ftalaatgehalte
van
de
voedingsproducten, en een globaal inzicht krijgen in
de besmettingsprocessen. Er zal onderzoek gedaan
worden
naar
dierlijke
en
plantaardige
voedingsmiddelen,
basisproducten,
bewerkte
voedingsmiddelen,
voorverpakte
producten,
Belgische en ingevoerde producten, en dranken.
Ce projet a deux objectifs principaux : obtenir des
données fiables sur la présence de différents
phtalates dans les denrées alimentaires et acquérir
une compréhension globale de la contamination.
L'étude portera sur des aliments d'origine végétale
et animale, des aliments de base, des aliments
transformés, préemballés, des produits belges et
importés, des boissons.
Op Europees niveau worden er ook andere studies
uitgevoerd, die gestoeld zijn op de analyses van
eetwaren, maar ook op biomonitoring teneinde de
ftalaten in het menselijk lichaam op te sporen. Er
werden reeds gerichte maatregelen getroffen. Zo is
de aanwezigheid van ftalaten in speelgoed streng
gereglementeerd. Wat de cosmetica betreft, zijn er
diverse ftalaten verboden, met name dibutylftalaat,
terwijl diethylftalaat toegelaten is.
Wat de voedingsmiddelen betreft, kunnen er
normen vastgelegd worden in het kader van de
Europese verordening met betrekking tot de
verontreinigingen in voedingsmiddelen. Als een
cosmetisch
middel
een
bestanddeel
zoals
diethylftalaat bevat, moet dat verplicht vermeld
worden in de ingrediëntendeclaratie. Daarentegen
gelden er geen specifieke bepalingen voor de
etikettering van onopzettelijke sporen van ftalaten in
schoonheidsproducten of voedingsmiddelen. Uw
vraag over de impact van de ftalaten op het
leefmilieu moet u aan minister Magnette richten.
D'autres études sont également en cours au niveau
européen, basées sur des analyses des aliments
mais également de biomonitoring afin de rechercher
les phtalates dans l'organisme humain. Des
mesures spécifiques ont déjà été prises. La
présence de phtalates dans les jouets par exemple
est strictement réglementée. Dans le domaine
cosmétique, différentes phtalates sont interdits,
notamment les dibutyls phtalates, mais le diéthyl
phtalate est autorisé.
Dans le domaine alimentaire, des normes pourront
être fixées dans le cadre du règlement européen
sur les contaminants. Quand un produit cosmétique
contient un ingrédient comme le diéthyl phtalate,
cela doit obligatoirement être mentionné dans la
liste des ingrédients reprise sur le conditionnement.
Par contre, il n'y a pas de dispositions spécifiques
pour l'étiquetage de traces non intentionnelles de
phtalates dans les cosmétiques ou les denrées
alimentaires. Quant à l'impact des phtalates sur
l'environnement, je vous demanderai de voir avec
M. Magnette.
30.03 Valérie Déom (PS): Ik stel vast dat er reeds
een aantal maatregelen werden getroffen. Ik noteer
dat er een studie wordt uitgevoerd om te
onderzoeken of er eventueel nog andere
maatregelen moeten volgen.
30.03 Valérie Déom (PS) : Je vois qu'un certain
nombre de mesures ont déjà été prises. Je prends
note qu'une étude est en cours pour éventuellement
prendre d'autres mesures.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: De vragen nrs 6295 van de heer Van
de Velde, 6311 van de heer Jeholet, 6536 van
mevrouw Vautmans, 6315 van mevrouw Galant en
6542 van mevrouw Boulet worden uitgesteld en de
vragen nrs 6307, 6308, 6515 en 6579 van mevrouw
Lejeune en 6344 van mevrouw Van Broeckhoven
worden in schriftelijke vragen omgezet.
L'incident est clos.
La présidente : Les questions n
os
6295 de M. Van
de Velde, 6311 de M. Jeholet, 6536 de Mme
Vautmans, 6315 de Mme Galant et 6542 de Mme
Boulet sont reportées et les questions n
os
6307,
6308, 6515 et 6579 de Mme Lejeune et 6344 de
Mme Van Broeckhoven sont transformées en
questions écrites.
31 Vraag van mevrouw Valérie Déom aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "een studie om potentieel
delinquent gedrag op te sporen" (nr. 6363)
31 Question de Mme Valérie Déom à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "une étude
pour détecter les graines de délinquants"
(n° 6363)</b>
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
45
31.01 Valérie Déom (PS): De Hoge
Gezondheidsraad heeft een studie aangevat over
de
gedragsstoornissen
bij
kinderen
en
adolescenten. Het collectief ForumPsy.be maakt
zich net zoals ik zorgen over die studie. Het is de
bedoeling van de raad een advies uit te brengen
voor alle professionals uit de gezondheidszorg die
in de eerstelijnszorg optreden voor kinderen met
gedragsproblemen en problemen met betrekking tot
het al of niet bestaan van tekenen die op een
toekomstige delinquentie wijzen. Laten we ook
opmerken dat het advies "concrete aan de
Belgische realiteit aangepaste aanbevelingen" zal
bevatten.
Ik zou ook willen weten of een instituut dat afhangt
van het ministerie van Volksgezondheid het recht
heeft dit type studies aan te vatten dat ethische
vragen
doet
rijzen.
Dienen
de
gezondheidsprofessionals die aanbevelingen op te
volgen?
31.01 Valérie Déom (PS) : Le Conseil supérieur
de la Santé a initié une étude sur les troubles de la
conduite chez les enfants et les adolescents. Le
collectif ForumPsy.be s'inquiète tout comme moi de
cette étude. L'objectif de ce conseil est de formuler
un avis destiné à tous les professionnels de la santé
qui interviennent en première ligne auprès d'enfants
présentant des problèmes comportementaux et
relatif à l'existence ou non de signes prédictifs d'une
future délinquance. On peut éventuellement
s'inquiéter au niveau d'éventuelles dérives
déterministes. Notons aussi que l'avis comportera
des « recommandations concrètes adaptées à la
réalité belge ».
Je voudrais savoir si un institut qui dépend du
ministère de la Santé publique a le droit d'initier ce
type d'études qui soulève des questions en termes
d'éthique. Les professionnels de la santé seront-ils
tenus de suivre ces recommandations ?
31.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
gaat om een eigen initiatief van de Raad en niet om
een antwoord op een of andere vraag van mij. De
Raad kan in alle vrijheid studies uitvoeren en
adviezen geven over de materies waarvoor hij
bevoegd is. Dit project is in mei 2007 aangevat en
loopt waarschijnlijk eind 2008 af.
31.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
s'agit d'une initiative propre du Conseil et non d'une
réponse à une demande quelconque de ma part. Le
Conseil dispose de toute liberté pour mener des
études et donner des avis sur les matières dont il a
la compétence. Ce projet a débuté en mai 2007 et
se terminerait probablement fin 2008.
Het Collectief ForumPsy heeft mij geïnterpelleerd,
en op donderdag 12 juni heb ik vertegenwoordigers
van dit collectief ontmoet en naar hun
bekommernissen geluisterd. De kritiek gaat in
essentie over het feit dat er een studie uitgevoerd
werd naar gedragsstoornissen, en dat die insteek
een bepaalde visie op de mens en zijn geestelijke
gezondheid
zou
vertolken.
Ik
heb
de
vertegenwoordigers van het collectief gezegd dat ik
alle invalshoeken waaruit dit thema wordt benaderd,
wil onderzoeken en alle opvattingen wens te
beoordelen, hetzij in het kader van deze studie,
hetzij via andere formules voor overleg en
samenspraak met alle actoren van de sector. Ik ben
het niet eens met alle theorieën die stellen dat de
mens van bij zijn geboorte definitief geconditioneerd
is. Ik sta in ieder geval geenszins achter theorieën
volgens welke de kiemen van later delinquent
gedrag in de prille kindertijd al uit bepaalde
stoornissen, gedragsproblemen of gedragspatronen
zouden kunnen worden afgeleid.
Het advies moet door het beslissingsorgaan van de
Raad worden bekrachtigd. Vervolgens worden de
adviezen aan mij overgezonden, en kan ik alsnog
zelf beslissen er al dan niet rekening mee te
houden.
J'ai été interpellée par le collectif forumpsy.be, que
j'ai d'ailleurs rencontré ce jeudi 12 juin pour écouter
leurs inquiétudes. J'ai entendu que la critique
fondamentale portait sur le fait d'avoir choisi de
mener une étude sur les troubles de conduite,
concept qui traduit une certaine vision de l'homme
et de sa santé mentale. J'ai indiqué aux
représentants du collectif que je souhaitais
apprécier toutes les conceptions qui s'expriment
autour de cette thématique, soit dans le cadre de
cette étude, soit par le biais de toute autre formule
de concertation et de consultation avec l'ensemble
des acteurs du secteur. Je ne partage pas toutes
les théories qui veulent conditionner définitivement
l'être humain dès sa naissance. Je ne peux en
aucun cas souscrire à celles qui veulent confirmer
l'existence de signes prédictifs de délinquance à
partir
des
troubles,
des
problèmes
de
comportement ou d'attitudes dès la petite enfance.
L'avis doit être validé par l'organe décisionnel du
Conseil. Les avis me sont alors envoyés et je
dispose de toute ma liberté pour les retenir ou les
rejeter.
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
46
De aanbevelingen van de Raad zijn geenszins
bindend; het gaat om - weliswaar wetenschappelijk
onderbouwde - adviezen, die men bij de
besluitvorming evengoed naast zich neer kan
leggen.
Nul n'est tenu de suivre des recommandations
édictées par le Conseil qui constitue un avis, certes
scientifique, mais non contraignant au niveau
décisionnel.
De wetgever kan nog beslissen om de
aanbevelingen in wetgeving om te zetten, wat niet
aan de orde is.
Le législateur peut encore décider de transformer
des recommandations en législation, ce qui n'est
pas à l'ordre du jour.
31.03 Valérie Déom (PS): Misschien hebben we
ons te snel ongerust gemaakt? Telkens als dat
soort problemen aangehaald wordt, vreest men
voor een deterministische en stigmatiserende
aanpak van delinquentie bij jonge kinderen.
Nochtans is de Hoge Gezondheidsraad een
degelijke instelling en biedt het principe van de
toestemming van het college genoeg filters. Aan de
hand van de resultaten van de studie zou een
uitbreiding van het debat naar verschillende
verenigingen deze laatste misschien kunnen
geruststellen wat de conclusies en de echte
doelstelling van die studie betreft.
De voorzitter: Het was een heel interessant
colloquium met heel bekwame sprekers.
31.03 Valérie Déom (PS) : Peut-être s'est-on trop
vite inquiétés? Dès que l'on aborde ce type de
problème, on craint une espèce de déterminisme et
de stigmatisation des jeunes enfants en matière de
délinquance. Néanmoins, le Conseil supérieur de la
Santé est une institution sérieuse. De plus, le
principe de l'approbation par le collège offre
suffisamment de filtres. En fonction des résultats
obtenus au cours de l'étude, l'élargissement de ce
débat aux différentes associations pourrait peut-être
les rassurer quant aux conclusions et aux réels
objectifs de cette étude.
La présidente : Le séminaire qui a été organisé fut
très intéressant et les intervenants étaient de
grande qualité.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
32 Samengevoegde vragen van
- de heer Xavier Baeselen aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"de
oproep
van
internationale wetenschappers inzake het gsm-
gebruik en de emissienormen voor gsm-
zendmasten" (nr. 6375)
- mevrouw Thérèse Snoy et d'Oppuers aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de oproep van
20 internationale experten met betrekking tot het
gebruik van mobiele telefoons" (nr. 6449)
- de heer Éric Thiébaut aan de vice-eersteminister
en
minister
van
Sociale
Zaken
en
Volksgezondheid over "de gevaren van gsm's
voor kinderen jonger dan twaalf jaar" (nr. 6511)
32 Questions jointes de
- M. Xavier Baeselen à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "l'appel lancé par des scientifiques
internationaux sur l'usage des GSM et les
normes d'émissions des antennes relais GSM"
(n° 6375)<br>- Mme Thérèse Snoy et d'Oppuers à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "l'appel de
vingt experts internationaux sur l'utilisation des
téléphones portables" (n° 6449)<br>- M. Éric Thiébaut à la vice-première ministre et
ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "les dangers que représentent les
gsm pour les enfants de moins de douze ans"
(n° 6511)</b>
32.01 Xavier Baeselen (MR): Iedereen heeft de
persberichten gelezen over deze internationale
studie. Gisteren of eergisteren werd in België een
doctoraalscriptie verdedigd over een onderzoek
verricht op ratten. Kunnen de resultaten ook van
toepassing zijn voor de mens?
Het is een ingewikkelde materie door de federale
norm enerzijds en de door de Gewesten uitgereikte
milieuvergunningen anderzijds. Bovendien zijn
32.01 Xavier Baeselen (MR) : Chacun aura pris
connaissance des articles de presse relatifs à cette
étude internationale. Hier ou avant-hier, une thèse
de doctorat a été défendue en Belgique portant sur
une étude menée sur des rats. Ses résultats sont-ils
transposables à l'homme?
La matière est compliquée, en raison de l'existence
d'une norme fédérale, d'une part, de permis
d'environnement délivrés par les Régions, d'autre
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
47
soms ook nog gemeentelijke verordeningen van
toepassing. Zo gelden in Brussel de federale norm
van
twintig
volt/meter,
een
gewestelijke
ordonnantie, die de norm binnen hier en twee jaar
wil vastleggen op drie volt/meter, en in mijn geval,
ook een gemeentelijke politieverordening die de
limiet vastlegt op drie volt/meter.
De heer Demotte heeft al vaker een herziening
gevraagd van de norm van 20 volt/meter. Hij heeft
steevast beweerd dat hij zich ging schikken naar de
beslissing van de Wereldgezondheidsorganisatie.
Ook al zal het kennelijk nog jaren duren voor de
knoop wordt doorgehakt, bent u van plan om de
federale norm te herzien om rekening te houden
met de huidige bezorgdheid? Zo ja, wanneer?
part et, de temps en temps, des ordonnances
communales. Ainsi, à Bruxelles, nous vivons avec
la norme fédérale de vingt volts/mètre, une
ordonnance régionale, qui a un projet de mise en
oeuvre de trois volts/mètre d'ici deux ans et des
communes, dont la mienne, qui prennent des
ordonnances de police avec une limitation à trois
volts/mètre.
M. Demotte avait évoqué à plusieurs reprises la
question de la révision de la norme de vingt
volts/mètre. Il avait toujours signalé qu'il s'en
tiendrait à la décision qui serait prise au niveau de
l'Organisation mondiale de la Santé. Même si cette
dernière ne révisera vraisemblablement pas sa
norme avant plusieurs années, comptez-vous
réviser la norme fédérale pour tenir compte des
inquiétudes actuelles ? Dans l'affirmative, quand ?
32.02 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): Wat blijkt uit de door professor David
Servan-Schreiber gecoördineerde oproep heeft
vooral betrekking op de jonge gebruikers: mobiele
telefoons worden best niet gebruikt voor de leeftijd
van twaalf jaar. Hoe luidt uw mening daarover?
Welke maatregelen moeten worden genomen
inzake de verkoop van mobiele telefoons die
bestemd zijn voor kinderen? Hoe kan men de
informatieverschaffing
over
de
technische
kenmerken en het gebruik van gsm-toestellen in de
verkooppunten organiseren?
Mijn vraag sluit aan bij het voorstel van resolutie dat
wij hebben ingediend.
32.02 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : Ce qui ressort de l'appel coordonné par le
professeur David Servan-Schreiber concerne
surtout l'utilisateur jeune : l'emploi du téléphone
portable est à éviter avant l'âge de douze ans. Quel
est votre avis sur ce point ? Quelles mesures
s'imposent en matière de vente de téléphones
portables conçus pour les enfants ? Comment
fournir dans les lieux de ventes des informations sur
les caractéristiques techniques et l'utilisation des
GSM ?
Ma question s'intègre dans le cadre du projet de
résolution que nous avons introduit.
32.03 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Er
bestaan op dat gebied maar weinig zekerheden. Ik
heb kennisgenomen van die oproep en ik weet ook
dat Frankrijk de resultaten afwacht van een studie
over de risico's van elektromagnetische velden voor
de gezondheid. Er bestaan aanwijzingen dat die
velden biologische gevolgen en zelfs gevolgen voor
de gezondheid zouden hebben. En zelfs al zijn die
aanwijzingen
vaag
en
bevatten
zij
tegenstrijdigheden, zij moeten ons aanzetten tot
waakzaamheid, het voorzorgsbeginsel indachtig, a
fortiori wanneer er kinderen in het spel zijn.
Mijns inziens is voornoemde oproep vooral vatbaar
voor discussie in de context van de gsm-
zendmasten, wegens het permanente karakter van
de blootstelling. De kwestie met betrekking tot de
norm voor de zendantennes zal aan bod kunnen
komen zodra het Grondwettelijk Hof zich heeft
uitgesproken over de bevoegdheidsverdeling tussen
de federale Staat en de Gewesten.
32.03 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
existe peu de certitudes en la matière. J'ai pris
connaissance de cet appel et je sais également que
la France attend les résultats d'une étude sur les
risques des champs électromagnétiques pour la
santé. Il y a des indications que ces champs ont des
effets biologiques, voire de conséquences sur la
santé. Même si elles sont vagues et contradictoires,
elles doivent inciter à la vigilance en vertu du
principe de précaution, a fortiori lorsqu'il s'agit
d'enfants.
À mon avis, l'appel mentionné est surtout sujet à
discussion dans le contexte des antennes relais
GSM, en raison du caractère permanent de
l'exposition. La question de la norme pour les
antennes émettrices pourra être abordée dès que la
Cour constitutionnelle se sera prononcée au sujet
de la répartition des compétences entre l'État
fédéral et les Régions.
Wat de informatie van het publiek en de verkoop En ce qui concerne l'information du public et la
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
48
van gsm's betreft, ben ik van mening dat de
bewustmaking van de gebruikers en de ouders
momenteel het beste middel is om de mogelijke
risico's te voorkomen. Eventuele bijkomende
maatregelen,
zoals
verkoopregels
of
verbodsbepalingen,
kunnen
slechts
worden
overwogen door rekening te houden met de
doeltreffendheid en de proportionaliteit, zonder
daarbij het bestaan van de labels voor gsm's met
een lage sar-waarde (specific absorption rate) uit
het oog te verliezen.
vente de GSM, je suis d'avis que la sensibilisation
des utilisateurs et des parents est, à ce jour, le
meilleur moyen de prévenir les risques possibles.
D'éventuelles mesures supplémentaires comme
des règles de vente ou des interdictions ne peuvent
être envisagées qu'en tenant compte de l'efficacité
et de la proportionnalité, sans oublier qu'il existe
déjà des labels pour les GSM avec une valeur DAS
(débit d'absorption spécifique) faible.
Bovendien heeft de keuze van een gsm veel minder
belang voor de blootstelling dan het gebruik van
oortjes of de ontvangstomstandigheden.
Ik denk bovendien dat het noodzakelijk is om de
bevolking in het algemeen van die problematiek
bewust te maken. De Gemeenschappen moeten
acties ondernemen, namelijk in het kader van de
veiligheid
van
kinderen
en
pubers.
Mijn
administratie
heeft
recentelijk
een
informatiecampagne gelanceerd en een brochure
over de elektromagnetische straling in 50.000
exemplaren gepubliceerd. De gebruikers kunnen er
betrouwbare informatie in vinden over de potentiële
risico's voor de gezondheid en praktische tips voor
een redelijk gebruik van gsm's, Wi-Fi en draadloze
telefoons.
Ik zal elke bewustmakingsinitiatief op dat gebied
steunen.
De surcroît, le choix d'un GSM influe beaucoup
moins sur l'exposition que l'usage d'une oreillette ou
les conditions de réception.
Par ailleurs, je pense que la sensibilisation générale
du public est indispensable. Les Communautés
doivent agir, notamment dans le cadre de la
protection des enfants et des adolescents. Mon
administration vient quant à elle de lancer une
campagne d'information et de publier à cinquante
mille exemplaires une brochure sur les champs
électromagnétiques. Les utilisateurs peuvent y
trouver des informations fiables sur les risques
éventuels pour la santé et des conseils pratiques
pour un usage raisonnable des GSM, du Wi-Fi et
des téléphones sans fil.
Je soutiendrai toute initiative de sensibilisation qui
pourra être prise en la matière.
32.04 Xavier Baeselen (MR): Over enkele jaren
zou men tot de vaststelling kunnen komen dat er
wel degelijk een gevaar bestaat voor de
volksgezondheid. De verspreiding van een
sensibilisatiebrochure is dan ook positief, al blijft de
controverse bestaan. Zo kwam de Hoge
Gezondheidsraad onlangs tot het besluit dat niet
bewezen is dat digitaal gemoduleerde golven
gevolgen hebben voor de gezondheid.
Zodra de bevoegdheidsverdeling tussen de federale
overheid en de Gewesten geregeld is, zal de norm
moeten worden herzien. Tijdens de voorbije
zittingsperiode verschool minister Demotte zich
achter de WHO, maar op een initiatief van die
organisatie is het nog jaren wachten. Met een norm
van drie volt per meter kan het risico echter worden
beperkt, zonder de werking van de gsm-netwerken
in het gedrang te brengen.
De MR zal deze aangelegenheid nauwlettend
opvolgen.
32.04 Xavier Baeselen (MR) : Des effets
dangereux pour la santé pourraient être établis
dans plusieurs années. Cette brochure de
sensibilisation est donc un élément positif, même si
la question demeure controversée. Ainsi, le Conseil
supérieur de la Santé a conclu récemment qu'il n'y
avait pas de preuve d'un effet sur la santé des
ondes modulées de façon numérique.
Dès que la question de la compétence entre
autorité fédérale et Régions aura été réglée, il
faudra revoir la norme. Sous la dernière législature,
M. Demotte se retranchait derrière de l'OMS, mais
on sait que l'OMS ne prendra pas d'initiative avant
des années. Or, une norme de trois volts par mètre
limite les risques tout en couvrant les besoins en
termes d'émission.
Le MR suivra cette question avec attention.
32.05 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!): De wetenschappelijke onzekerheid zal nog
32.05 Thérèse Snoy et d'Oppuers (Ecolo-
Groen!) : L'incertitude scientifique persistera encore
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
49
jaren blijven bestaan maar de hypothese van
luikend gevaar wint terrein. De risico's in kwestie
zijn heel groot (tumoren, vroegtijdig veroudering,
enz.).
Het is niet verantwoord zich te verschuilen achter
wetenschappelijke onzekerheid als we tegelijk
overstelpt worden met reclame voor gsm's voor
kinderen. Men moet de moed hebben om
reglementaire maatregelen te nemen.
De Voorzitter: Er werd een advies gevraagd aan
het "Kenniscentrum"
des années, mais l'hypothèse d'un danger gagne du
terrain. Or, les risques en question sont
extrêmement
élevés (tumeurs, vieillissement
prématuré, etc.).
Alors que la publicité pour des GSM destinés aux
enfants abonde, il n'est pas responsable de se
retrancher derrière l'incertitude scientifique. Il faut
avoir le courage de prendre des mesures
réglementaires.
La présidente : Un avis a été demandé au
"Kenniscentrum".
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
33 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de eventuele
oversterfte ten gevolge van de transfusie van
kunstbloed" (nr. 6383)
33 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la
surmortalité possible suite à la transfusion de
sang artificiel" (n° 6383)</b>
33.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Een in de
Journal of the American Medical Association
gepubliceerde studie toont aan dat de transfusie
met kunstbloed leidt tot een sterftecijfer dat 30%
hoger ligt dan dat bij een transfusie met natuurlijk
bloed.
Er rijzen dus vragen met betrekking tot de
ongevaarlijkheid van bloedsubstituten. Er zijn
nieuwe klinische tests aan de gang met artificiële
hemoglobines. Is België een van de experimentele
gebruikers?
Zo
ja,
werd
er
dan
in
toezichtsmaatregelen voorzien om die tests meteen
stil te leggen mochten er zich abnormale tekenen
van toxiciteit en mortaliteit voordoen? Hebben de
substitutieproducten een toekomst in termen van
efficiëntie en kosten, en als palliatief antwoord op
de ontoereikende bloeddonatie?
Ik heb u al ondervraagd over de discriminatie inzake
bloeddonatie op grond van seksuele geaardheid. Ik
durf te hopen dat dezelfde voorzorgsbeginsels
zullen worden toegepast ten opzichte van
substitutieproducten als voor de bloeddonatie door
mannelijke homoseksuelen, zelfs al hoop ik dat de
alternatieve oplossing realiteit mag worden.
33.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Une étude
publiée dans le Journal of the American Medical
Association indique que la transfusion de sang
artificiel provoquerait une surmortalité de 30 % par
rapport au sang naturel.
Des questions se posent donc quant à l'innocuité
des substituts sanguins. De nouveaux essais
cliniques avec des hémoglobines artificielles sont
en cours. La Belgique compte-t-elle parmi les pays
expérimentateurs ? Si oui, des mesures de veille
ont-elle été prévues pour arrêter ces essais dès
l'apparition de signes de toxicité et de mortalité
anormale ? Ces produits de substitution ont-ils un
avenir en termes d'efficacité et de coûts, ainsi qu'en
termes de réponse palliative à des dons de sang
insuffisants ?
Je vous ai déjà interrogée concernant la
discrimination en matière de don de sang en
fonction de l'orientation sexuelle. J`ose espérer que
les mêmes principes de précaution seront appliqués
à l'endroit des produits de substitution qu'à celui
des dons de sang par les homosexuels masculins,
même si je souhaite que cette solution de
remplacement puisse devenir une réalité.
33.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): De
veiligheid van bloedproducten en vervangers is
uiteraard belangrijk. In België werden er onlangs
twee klinische proeven uitgevoerd met Hemospan,
een
bloedvervanger
met
hemoglobine
als
hoofdbestanddeel. Klinische proeven moeten
voldoen aan de vereisten zoals bepaald in de wet
van 7 mei 2004 inzake experimenten op de
33.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
La sécurité des produits et substituts sanguins est
évidemment importante. En Belgique, deux essais
cliniques ont eu lieu récemment avec l'Hemospan,
un substitut sanguin à base d'hémoglobine. Les
essais cliniques avec de tels médicaments doivent
répondre aux exigences de la loi du 7 mai 2004 sur
les essais cliniques. Le protocole doit recevoir un
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
50
menselijke persoon. Het ethisch comité moet een
gunstig advies uitbrengen over het protocol, en er
mogen geen bezwaren zijn van het Federaal
Agentschap
voor
Geneesmiddelen
en
Gezondheidsproducten.
De meta-analyse in het Journal of the American
Medical Association omvatte16 artikels over vijf
verschillende producten. Een artikel ging over
Hemospan; het betrof een studie met betrekking tot
een kleine groep patiënten. Er werden sterfgevallen
en hartinfarcten vastgesteld, maar volgens het
klinische team kon dat niet worden toegeschreven
aan het gebruik van het product. Als we beide
groepen
vergelijken,
zien
we
dat
het
betrouwbaarheidsinterval groot is, en dat de
resultaten statistisch gezien niet significant zijn. Uit
een recente studie blijkt dat er geen ernstige
ongewenste
bijwerkingen
konden
worden
vastgesteld.
Er werden twee klinische proeven met dit product
uitgevoerd in twee centra in België. Eind maart
werden deze proeven afgerond zijn. Daarbij werden
de patiënten goed opgevolgd, en er werden geen
ernstige nevenwerkingen vastgesteld. De resultaten
van die twee proeven zullen in november 2008
beschikbaar zijn. In afwachting zullen er geen
verdere tests meer worden uitgevoerd met deze
geneesmiddelen.
Gelet op de jarenlange research op dat vlak en de
mogelijke voordelen van bloedvervangers, hoopt
men dat deze producten ooit ook effectief gebruikt
zullen kunnen worden.
avis favorable du Comité d'éthique et aucune
objection ne peut être formulée par l'Agence
fédérale des médicaments et des produits de santé.
La méta-analyse publiée dans le Journal of the
American Medical Association, comprenait seize
articles relatifs à cinq produits différents. Un seul
article était relatif au produit Hemospan. Cette
dernière étude concernait un petit groupe de
patients. Des cas de décès et d'infarctus du
myocarde ont été constatés mais, selon l'équipe
clinique, ces cas n'étaient pas dus au produit
concerné. En comparant les deux groupes, on voit
que les intervalles de confiance sont larges et que
les résultats ne sont pas significatifs d'un point de
vue statistique. Dans une étude récente, aucun effet
indésirable grave n'a été constaté.
Deux essais cliniques ont eu lieu avec ce produit
dans deux centres en Belgique et se sont achevés
fin mars. Pendant les essais, les patients ont été
suivis de près et aucun effet secondaire grave n'a
été constaté. En novembre 2008, les résultats de
ces deux essais seront disponibles. Dans
l'intervalle, aucun nouvel essai ne sera entrepris
avec ces médicaments.
Vu le nombre d'années de recherche et les
avantages possibles des substituts sanguins,
l'espoir existe que ces substituts sanguins
deviendront un jour une réalité.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
34 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de verhoogde
risico's op dementie bij overgewicht" (nr. 6384)
34 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les risques
augmentés de démence en cas de surpoids"
(n° 6384)</b>
34.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): De
gewichtsproblemen baren steeds meer zorgen, ook
al lijken studies te wijzen op een stabilisatie van het
aantal personen die kampen met overgewicht.
Een andere studie gepubliceerd in Neurology wijst
erop dat volwassenen met teveel buikvet drie keer
meer kans hebben om dement te worden, naast
een verhoogd risico op een beroerte, een
hartaanval en diabetes. Tijdens deze 36 jaar lang
durende studie werd het buikvet gemeten van 6.500
mensen die aan het begin van de studie tussen de
40 en de 45 jaar oud waren. Op het eind van de
studie bleek 16% dement geworden te zijn. De
34.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Les
problèmes de poids sont de plus en plus
préoccupants, même si les études semblent
indiquer une stabilisation du nombre de personnes
en surpoids.
Voici qu'une autre étude parue dans Neurology
signale qu'un surplus de graisse abdominale à l'âge
mûr multiplierait par trois le risque de développer la
démence, en plus des risques d'attaques
cérébrales, de diabète et d'accidents cardiaques.
Cette étude a mesuré, à 36 ans d'écart, la graisse
abdominale de 6.500 personnes âgées de 40 à
45 ans au départ. À l'issue de l'étude, 16% avait
développé la démence ; les obèses légers avaient
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
51
mensen met lichte obesitas hadden 80% meer kans
om te dementeren dan de mensen met een
normale buik. Voor patiënten met een omvangrijke
buik was dat 230% en voor zeer zwaarlijvige
personen
360%.
Lijkschouwingen
hebben
daarnaast ook nog aan het licht gebracht dat de
hersenen
van
zwaarlijvige
volwassenen
ingekrompen waren.
Als deze resultaten bevestigd worden, dient de strijd
tegen obesitas opgevoerd te worden. Men moet dan
in
het
bijzonder
de
opleiding
van
voedingsverantwoordelijken
in
ziekenhuizen,
gestichten en rusthuizen opkrikken, en zoveel
mogelijk folders verspreiden onder de betrokken
doelgroepen.
Stemmen de Belgische en Europese studies op dat
gebied overeen? Kan de trend omgebogen worden
en het risico teruggeschroefd, indien men
vermagert?
80% de risque de plus que ceux ayant un ventre
normal de devenir déments, ceux ayant un ventre
important, 230%, et 360% chez les obèses très
importants. Des autopsies ont, d'autre part, révélé
une atrophie du cerveau chez les obèses d'âge
mûr.
Si ces résultats sont confirmés, cela confortera la
nécessité d'une lutte accrue contre l'obésité,
notamment en développant encore la formation des
responsables de la nutrition dans les hôpitaux,
hospices et maisons de retraite, et en diffusant le
plus possible les dépliants en direction des publics
concernés.
Des études belges ou européennes sont-elles
convergentes dans ce domaine ? Y a-t-il
réversibilité et baisse du risque, en cas de perte de
poids ?
34.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik deel
uw bezorgdheid in verband met obesitas en
overgewicht, die echter maar het topje van de
ijsberg zijn. Chronische aandoeningen die door
onevenwichtige
voedingsgewoonten
worden
veroorzaakt, zijn immers niet altijd zichtbaar.
Een aangepast dieet, in combinatie met meer
lichaamsbeweging, kunnen de levenskwaliteit
verbeteren, maar dat is niet altijd gegarandeerd. Zo
is dementie momenteel onomkeerbaar. Volgens
een recente studie zijn de risico's op onomkeerbare
doofheid hoger bij een verminderde bloedcirculatie
in het oor.
De toename van het aantal gevallen van dementie
bij bejaarden met veel buikvet is niet bewezen. De
personen met een hoge Body Mass Index of een
grote buikomtrek eten doorgaans te veel in
verhouding tot hun energiebehoeften en tevens
hebben
zij
een
minder
evenwichtig
voedingspatroon, wat kan leiden tot tekorten aan
macro- en micronutriënten. Er is nog heel wat
onderzoek nodig op dat gebied.
De levensverwachting neemt toe dankzij de
geneeskunde, maar de levenskwaliteit is ook
belangrijk. Indien de slechte voedingsgewoonten
van
de
jeugd
niet
verbeteren,
zou
de
levensverwachtingscurve wel eens omgebogen
kunnen worden. Vroeger kregen vooral mensen op
oudere leeftijd diabetes van het type 2. Nu kunnen
we niet langer van "ouderdomsdiabetes" gewagen.
Het is nooit te laat om zijn voedingsgewoonten aan
te passen en men kan zijn levenskwaliteit op elke
leeftijd verbeteren.
34.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je partage votre préoccupation au sujet de l'obésité
et du surpoids, qui ne sont cependant que la partie
émergée de l'iceberg. Des affections chroniques
causées
par
des
habitudes
alimentaires
déséquilibrées ne sont pas toujours visibles.
Un régime adapté en combinaison avec plus
d'exercice physique peut améliorer la qualité de vie
mais ce n'est pas garanti. Par exemple, les cas de
démence sont actuellement irréversibles. Selon une
étude récente, les risques de développer une
surdité irréversible sont aussi plus élevés à cause
d'une circulation sanguine réduite dans l'oreille.
L'augmentation du nombre de cas de démence
chez les personnes âgées ayant une obésité
ventrale n'est pas prouvée. Les personnes avec un
Body Mass Index ou un périmètre ventral élevé
mangent en général trop par rapport à leurs besoins
énergétiques mais aussi de manière moins
équilibrée, ce qui peut conduire à des carences en
macro- et micro-nutriments. Les recherches sont
encore nécessaires dans ce domaine.
L'espérance de vie augmente grâce à la médecine
mais la qualité de vie est aussi importante. Si les
mauvaises habitudes alimentaires de la jeunesse
ne s'améliorent pas, la courbe d'espérance de vie
pourrait s'infléchir. Auparavant, le diabète de type 2
apparaissait à un âge avancé. Maintenant, on ne
peut plus parler de diabète de la vieillesse. Il n'est
jamais trop tard pour changer d'habitudes
alimentaires et on peut améliorer sa qualité de vie à
tout âge.
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
52
De band tussen voeding en gezondheid moet een
hoge prioriteit krijgen in het gezondheidsbeleid. De
voeding heeft immers een grote invloed op de
gezondheid, zowel op korte als op lange termijn.
Het Nationaal Voedings- en Gezondheidsplan heeft
tot doel de voedingsgewoonten van de bevolking te
verbeteren via een samenhangende, structurele en
geïntegreerde aanpak op alle terreinen.
Tot
nog
toe
werden
anderhalf
miljoen
voedingsgidsen verspreid. U kan de site
www.mijnvoedingsolan.be raadplegen voor meer
informatie.
L'alimentation et la santé doivent représenter des
priorités élevées dans le domaine de la santé
publique, car les impacts à court et long termes sur
la santé sont importants. Le Plan national Nutrition-
Santé vise l'amélioration des habitudes alimentaires
au moyen d'une approche cohérente, structurelle et
intégrée dans tous les domaines.
Jusqu'ici, un million et demi de guides nutritionnels
ont été distribués. Je vous invite à consulter le site
www.monplannutrition.be
pour
information
complémentaire.
34.03 Jean-Jacques Flahaux (MR): U had het
over
de
onomkeerbaarheid
van
bepaalde
problemen. Het is belangrijk dat de bevolking zich
daarvan bewust is. U benadrukte ook dat er
parameters ontbraken met betrekking tot de
oorzaken. We zullen deze aangelegenheid van
nabij volgen. Heel wat jongeren, die gek zijn op
`nefastfood' draaien zichzelf een rad voor ogen: ze
denken dat ze snel én goedkoop eten, maar ze
krijgen de rekening pas later voorgeschoteld.
34.03 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Vous
évoquez l'irréversibilité. Il est important d'en
informer les citoyens. Vous avez aussi souligné qu'il
manquait des paramètres relatifs aux causes. Nous
suivrons ce sujet avec intérêt. La mauvaise
alimentation d'une trop grande partie de la
jeunesse, adepte du « néfaste food », est une
illusion : on croit manger rapidement et pas cher,
mais on le paie plus tard.
Het incident is gesloten.
De voorzitter: Vraag nr. 6418 van de heer Gilkinet
wordt uitgesteld.
L'incident est clos.
La présidente : La question n° 6418 de M. Gilkinet
est reportée.
35 Samengevoegde vragen van
- de heer Xavier Baeselen aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid over "het resultaat van de
vergadering
van
de
ministers
van
Volksgezondheid van dinsdag 17 juni over het
alcoholplan" (nr. 6440)
- mevrouw Sophie Pécriaux aan de vice-
eersteminister en minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid
over
"de
campagne
'Respect16' " (nr. 6477)
35 Questions jointes de
- M. Xavier Baeselen à la vice-première ministre
et ministre des Affaires sociales et de la Santé
publique sur "le résultat de la réunion des
ministres de la Santé du mardi 17 juin sur le plan
alcool" (n° 6440)<br>- Mme Sophie Pécriaux à la vice-première
ministre et ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique sur "la campagne Respect16"
(n° 6477)</b>
35.01 Xavier Baeselen (MR): Op 17 juni werd het
Alcoholplan opgesteld met de verschillende
ministers die bevoegd zijn inzake volksgezondheid.
Er zouden toen een aantal onderwerpen zijn
besproken: het verbod op de verkoop op bepaalde
plaatsen, de strijd tegen de verwarring tussen
producten in de grootwarenhuizen, de te nemen
maatregelen ten aanzien van nachtwinkels, de
horeca, het verbod om alcoholproducten gratis aan
te bieden tijdens bepaalde evenementen, de
alcoholsloten
of
de
verlaging
van
het
alcoholgehalte.
Over welke precieze punten hebben de ministers
een akkoord bereikt? Wat is het standpunt van de
35.01 Xavier Baeselen (MR) : Le 17 juin dernier,
le plan Alcool a été arrêté avec les différents
ministres en charge de la santé. Un certain nombre
de sujets auraient été abordés à cette occasion :
l'interdiction de vente dans certains lieux, la lutte
contre la confusion des produits dans les grandes
surfaces, les mesures à prendre envers les night-
shops, l'horeca, l'interdiction de mise à disposition
gratuite de produits alcoolisés lors de certains
événements, les systèmes alcolocks ou
l'abaissement du taux d'alcoolémie.
Je souhaiterais connaître les points précis qui font
l'objet d'un accord entre les ministres, la position de
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
53
federale minister over die verschillende vragen?
Wat is de timing voor de opvolging van dit plan en
welke concrete maatregelen vloeien hieruit voort?
la ministre fédérale sur ces différentes questions, le
timing du suivi de ce plan et les mesures concrètes
qu'il implique.
35.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Het
plan staat op de website. Ik nodig u uit eens te
surfen en er een en ander op na te slaan. Wij zijn
het over alles eens, anders zouden we geen
akkoord hebben gesloten.
35.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Le plan est sur le site. Je vous invite à le consulter.
Nous sommes d'accord sur tout, sinon nous
n'aurions pas conclu d'accord.
35.03 Xavier Baeselen (MR): Gaat het om een
intentieverklaring of om concrete beslissingen?
35.03 Xavier Baeselen (MR) : S'agit-il d'une
déclaration d'intention ou de décisions concrètes ?
35.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik zal u
een voorbeeld geven. Wat de leeftijdsgrens betreft,
zijn
de
ministers
van
Volksgezondheid
overeengekomen om het verbod op de verkoop van
wijn en bier aan kinderen jonger dan 16 uit te
breiden. Die beslissing hangt evenwel ook af van de
ministers van Economie en Financiën. Ik zal dat
standpunt
dus
bepleiten
op
de
interkabinettenvergaderingen.
35.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je vais vous donner un exemple. En matière de
limite d'âge, les ministres de la Santé se sont mis
d'accord pour étendre l'interdiction de la vente des
vins et bières aux moins de seize ans. Mais la
décision dépend également entre autres des
ministres de l'Économie et des Finances. Je vais
donc défendre ce point de vue lors des réunions
intercabinets.
35.05 Xavier Baeselen (MR): U had toch een
mandaat van de federale regering om een
standpunt te verdedigen?
35.05 Xavier Baeselen (MR) : Vous aviez tout de
même un mandat du gouvernement fédéral pour
défendre une position ?
35.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Zo
werkt dat niet.
35.06 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Cela ne fonctionne pas ainsi.
35.07 Xavier Baeselen (MR): Er is dus geen
akkoord, over niets.
35.07 Xavier Baeselen (MR) : Il n'y a donc
d'accord sur rien.
35.08 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Er
bestaan akkoorden over alles tussen de ministers
van Volksgezondheid. Het was niet haalbaar om
alle ministers van alle regeringen die over die
aangelegenheden gaan, om de tafel te krijgen. Ik
ben tevreden dat we tot een algemeen akkoord zijn
kunnen komen. Dat was al moeilijk genoeg.
35.08 Laurette Onkelinx, ministre (en français) : Il
y a des accords sur tout entre ministres de la Santé.
Il n'était pas envisageable de mettre autour de la
table tous les ministres de tous les gouvernements
concernés par ces matières. Je suis heureuse
qu'un accord général ait pu être trouvé. Cela n'a
pas forcément été facile.
35.09 Xavier Baeselen (MR): Het is positief dat de
acht ministers een akkoord hebben bereikt, maar ik
vrees dat de ruchtbaarheid die er in de media aan
wordt gegeven, bij de publieke opinie voor
verwarring kan zorgen, omdat men zou kunnen
denken dat die maatregelen al van toepassing zijn.
35.09 Xavier Baeselen (MR) : Je me félicite du fait
qu'un accord ait pu intervenir entre les huit ministres
mais je crains que l'effet d'annonce puisse semer la
confusion auprès du public qui pourrait penser que
ces mesures sont d'application.
35.10 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Als
onze burgers denken dat ze van toepassing zijn, is
dat een goede zaak!
35.10 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Si nos concitoyens pensent que c'est d'application,
tant mieux!
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
36 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de vooruitgang
36 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les progrès
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
54
van de wetenschap bij de aanpak van
zwaarlijvigheid" (nr. 6455)
de la science dans la lutte contre l'obésité"
(n° 6455)</b>
36.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Het eiwit dat
een wetenschappelijke ploeg heeft ontdekt is
hoopgevend voor de behandeling van obesitas. Een
gepaste therapie zou tegen cachexie en bepaalde
kankersoorten kunnen helpen. Beschikken uw
diensten over bijkomende informatie over de
resultaten van die studie? Kunnen zulke
onderzoeken snel tot therapeutische toepassingen
leiden? Zijn er momenteel andere studies hierover
die een mogelijk meer efficiënte strijd tegen
zwaarlijvigheid laten verhopen?
36.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Une équipe
de chercheurs a découvert une protéine qui semble
porteuse d'espoir dans le traitement de l'obésité. Un
traitement idoine pourrait aider à traiter la cachexie
et certaines maladies cancéreuses. Vos services
ont-ils
des
informations
complémentaires
concernant les résultats de cette recherche ? Les
recherches en question sont-elles susceptibles
d'être rapidement d'application thérapeutique ? Y a-
t-il d'autres recherches en la matière permettant
d'espérer une lutte plus efficace contre les
problèmes de poids ?
36.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Mijn
administratie beschikt niet over bijkomende
inlichtingen over de resultaten van dat onderzoek.
36.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Mon
administration
ne
dispose
pas
de
renseignements complémentaires concernant les
résultats de la recherche en question.
Het zou in casu om fundamenteel onderzoek gaan,
dat nog niet in de fase van de klinische proeven is
aanbeland. Het zijn echter alleen de klinische
proeven die aan het Federaal Agentschap voor
Geneesmiddelen
en
Gezondheidsproducten
moeten worden genotificeerd en door het FAGG
moeten worden goedgekeurd. Als die informatie
bevestigd wordt, zal er een inhibitor/antagonist voor
dat eiwit moeten worden gevonden en zal er
moeten worden aangetoond dat het eiwit een
voorzien effect heeft op een welomschreven
populatie. Dat ontwikkelingsproces kan wel tien jaar
duren.
Het lijkt een interessante target, maar er zijn wellicht
nog andere invalshoeken om het obesitasprobleem
aan te pakken. Gewichtsproblemen kunnen
verschillende oorzaken hebben. De gegevens met
betrekking tot klinische proeven, wetenschappelijke
adviezen
of
registratieprocedures
voor
geneesmiddelen zijn confidentieel.
Om obesitas tegen te gaan moet men ook veel
bewegen en aan sport doen, gezond eten en veel
water drinken.
Il semble être question ici d'une étude fondamentale
qui n'est pas encore dans une phase d'essais
cliniques. Or seuls ceux-ci doivent être notifiés à
l'Agence du médicament et approuvés par elle. Si
l'information se confirme, il conviendra de trouver
un inhibiteur antagoniste de cette protéine et de
démontrer qu'il y a un effet attendu sur une
population bien définie. Le processus de
développement peut prendre une dizaine d'années.
La cible semble intéressante mais il en existe
probablement d'autres pour s'attaquer à ce type de
problèmes. Les problèmes de poids peuvent être
d'origines diverses. Les données relatives à des
essais cliniques, des avis scientifiques ou des
procédures d'enregistrement des médicaments sont
confidentielles.
Pour combattre l'obésité, il faut également faire du
sport, manger sainement et boire beaucoup d'eau.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
37 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de vooruitgang
in de uitroeiing van kinderverlamming" (nr. 6456)
37 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "les progrès
dans l'éradication de la poliomyélite" (n° 6456)</b>
37.01
Jean-Jacques
Flahaux
(MR):
Onderzoekers van de VUB hebben een molecule
ontdekt die de ontwikkeling van poliomyelitis, ook
wel kinderverlamming of verkort polio genoemd,
tegenhoudt.
Beschikt
u
over
informatie
dienaangaande? Weet u wanneer het product
37.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : Des
chercheurs de la VUB ont découvert une molécule
capable de bloquer la poliomyélite. Avez-vous des
informations à ce sujet ? Savez-vous quand une
utilisation réelle du produit à des fins curatives
pourra être envisagée ? La fabrication de ce produit
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
55
daadwerkelijk gebruikt zal kunnen worden met het
oog op curatieve doeleinden? Zal de productie van
dat middel vlot verlopen? Zal dat product tegen een
schappelijke prijs aangeboden worden? Hoe zal de
terugbetaling in België geregeld worden voor de
gevallen die zich zouden voordoen, met name in de
bevolkingsgroep
van
kandidaat-politieke
vluchtelingen of kandidaat-migranten?
sera-t-elle aisée ? Ce produit sera-t-il accessible à
un prix abordable ? Comment le remboursement
sera-t-il pris en charge en Belgique pour les cas qui
se présenteraient, notamment au sein de la
population de candidats réfugiés politiques ou à
l'immigration ?
37.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Op de
molecule R75.761 gebeurt op dit ogenblik in vitro
onderzoek. Vóór zo een molecule tot de
ontwikkeling van een efficiënt geneesmiddel kan
leiden, zijn er nog verscheidene fases van
preklinisch onderzoek nodig. Pas dan kan in
voorkomend geval van start worden gegaan met
klinische studies, die noodzakelijk zijn voor het
indienen van een aanvraag voor het in de handel
brengen van een geneesmiddel. Tot nu toe werd in
de Europese Unie nog geen enkele aanvraag
ingediend om klinische studies uit te voeren op
grond van die studie. Op dit ogenblik weten we dus
niet hoe de prijs zal worden bepaald of wat de
vergoedingscriteria zullen zijn en zelfs niet of die
molecule ooit een toegelaten geneesmiddel zal
worden.
37.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
La molécule R75.761 se trouve actuellement au
stade d'essai in vitro. Le développement de
médicaments efficaces à partir d'une telle molécule
passe par des phases de développement
préclinique avant d'éventuellement pouvoir entamer
l'ensemble des études cliniques nécessaires à une
demande d'autorisation de mise sur le marché.
Aucune soumission d'effets cliniques avec cette
étude n'a encore été introduite jusqu'à présent au
sein de l'Union européenne. Il est impossible à ce
jour de définir les différents éléments de fixation de
prix ou de critères de remboursement ou même de
prédire si cette molécule deviendra un jour un
médicament autorisé.
Het incident is gesloten.
De voorzitter:Vraag nr. 5694 van de heer
Tommelein en nr. 6501 van mevrouw Smeyers
worden omgezet in een schriftelijke vraag.
L'incident est clos.
La présidente : Les questions n
os
5694 de
M. Tommelein et 6501 de Mme Smeyers sont
transformées en questions écrites.
38 Vraag van de heer Jean-Jacques Flahaux aan
de vice-eersteminister en minister van Sociale
Zaken en Volksgezondheid over "de invoering
van een beleid ter bestrijding van hepatitis C"
(nr. 6530)
38 Question de M. Jean-Jacques Flahaux à la
vice-première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la mise en
place d'une politique de lutte contre l'hépatite C"
(n° 6530)</b>
38.01 Jean-Jacques Flahaux (MR): Hepatitis C is
een zeer groot probleem in de gezondheidszorg. De
nevenwerkingen van de behandeling zelf zijn legio:
zware depressie, neutropenie, thrombopenie,
hartaandoening, gedecompenseerde cirrose met
complicaties, ongecontroleerde epilepsie, ernstige
nierinsufficiëntie, bloedarmoede en ernstige bloed-
en
hartproblemen.
Dat
moet
aanvankelijk
halfmaandelijks en daarna maandelijks opgevolgd
worden door een huisarts en eerst maandelijks en
daarna tweemaandelijks door een specialist.
Overweegt u hepatitis te erkennen als omvangrijk
en dringend probleem voor de volksgezondheid?
Zult u een doeltreffend opvolgingsprogramma op
poten zetten en statistieken publiceren over de
incidentie en de prevalentie van virale hepatitis,
vóór u een strijdplan tegen hepatitis C voorlegt, in
38.01 Jean-Jacques Flahaux (MR) : L'hépatite C
représente un problème majeur de santé publique.
Le traitement en lui-même n'est pas dépourvu
d'effets
indésirables
:
dépression
sévère,
neutropénie, thrombopénie, maladie cardiaque,
cirrhose décompensée avec complication, épilepsie
non contrôlée, grave insuffisance rénale, anémie,
grave dysfonctionnement sanguin, cardiopathie
sévère. Tout cela nécessite un suivi régulier par le
médecin généraliste, à un rythme d'abord
bimensuel, puis mensuel, par un spécialiste tous les
mois puis tous les deux mois.
Envisagez-vous une reconnaissance publique de
l'hépatite comme problème de santé publique,
majeur et urgent ?
Allez-vous élaborer un programme de surveillance
efficace, avec publication de statistiques sur
l'incidence et la prévalence des hépatites virales,
préalablement à la mise en place de la conception
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
56
samenwerking met de patiëntengroeperingen?
Overweegt u de goede praktijken inzake opsporing,
diagnosestelling en toegang tot de behandeling te
bestuderen?
Hoe denkt u over een gratis en anonieme toegang
tot de opsporingstests voor de risicogroepen?
de politiques de lutte contre les hépatites C, en
collaboration avec les groupes de patients ?
Envisagez-vous un examen des bonnes pratiques
en termes de dépistage, diagnostic, accès aux
traitements ?
Que pensez-vous d'un accès gratuit et anonyme
aux tests de dépistage dans les populations à
risque ?
38.02 Minister Laurette Onkelinx
(Frans) :
Hepatitis C is een virale aandoening die vaak
onopgemerkt voorbijgaat in haar acute fase maar
die vaak de neiging vertoont te evolueren naar een
agressief chronische vorm met de complicaties die
u onderstreept.
De ziekte wordt overgebracht via het bloed. Er
wordt dus op heel grote schaal aan opsporing
gedaan en we beschikken over betrouwbare
gegevens met betrekking tot de incidentie en de
prevalentie van de aandoening. De transmissie
door transfusie is bij ons zo goed als uitgeroeid.
Besmetting blijft echter mogelijk bij bepaalde
risicogroepen zoals gebruikers van inspuitbare
drugs.
Een bewustmakingscampagne voor het grote
publiek lijkt mij niet aangewezen. Ik verkies
informatie voor risicogroepen via de geëigende
kanalen.
De
toegang
tot
opsporing
vergemakkelijken verdient te worden overwogen.
De
terugbetalingsvoorwaarden
moeten
op
geregelde tijdstippen worden aangepast. Ik zal er
op toezien.
38.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
L'hépatite C est une affection virale qui passe
souvent inaperçue dans sa phase aiguë mais qui a
tendance à évoluer fréquemment vers une forme
chronique agressive avec les complications que
vous soulignez.
La maladie se transmet par voie sanguine. Le
dépistage est donc très largement réalisé et nous
disposons de données fiables relatives à l'incidence
et à la prévalence de l'affection. La transmission par
transfusion a été pratiquement éradiquée chez
nous. La contamination reste cependant possible
chez certains groupes à risque comme les usagers
de drogues injectables.
Une campagne de sensibilisation du grand public
ne me semble guère indiquée. Je lui préfèrerai une
information des groupes à risques par les relais
appropriés. Une facilitation de l'accès au dépistage
mérite d'être considérée. Les conditions de
remboursement
doivent
être
adaptées
périodiquement. J'y veillerai.
Het incident is gesloten.
De voorzitter : De vragen nrs. 6535 van mevrouw
Vautmans en 6543 van mevrouw Avontroodt
worden uitgesteld en vraag nr. 6602 van mevrouw
Smeyers wordt omgezet in schriftelijke vraag.
L'incident est clos.
La présidente : Les questions n°s 6535 de Mme
Vautmans et 6543 de Mme Avontroodt sont
reportées et la question n° 6602 de Mme Smeyers
est transformée en une question écrite.
39 Vraag van mevrouw Muriel Gerkens aan de
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "het gebrek aan
transparantie in de toetreding van geneesheren
en tandartsen tot akkoorden" (nr. 5919)
39 Question de Mme Muriel Gerkens à la vice-
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "le manque
de transparence dans l'adhésion des médecins et
dentistes aux accords" (n° 5919)</b>
39.01 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!): Uit een
onderzoek van Test Aankoop blijkt dat slechts
weinig geneesheren en tandartsen hun aansluiting
of niet-aansluiting bij het akkoord tussen
geneesheren
of
tandheelkundigen
en
ziekenfondsen bekendmaken. Ik denk dat dit
akkoord de zorgverleners zo'n verplichting niet
oplegt. Test Aankoop en andere actoren hebben
gevraagd dat het RIZIV een informatiecampagne
voor de verzekerden zou organiseren. De wet van
1994 vermeldt geen verplichte affichering en
voorziet dus niet in een sanctie voor de niet-
39.01 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!) : Une
enquête de Test-Achats a montré que, parmi les
médecins et les dentistes visités, très peu
affichaient leur adhésion ou non à l'accord médico-
ou dento-mutuelliste. Il me semble que cet accord
ne comporte pas une telle obligation envers les
prestataires. Test-Achats et d'autres intervenants
ont demandé que l'Inami organise une information à
destination des assurés. La loi de 1994 ne
mentionne pas l'obligation d'affichage et ne prévoit
donc aucune sanction pour le non-respect de cette
convention.
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
57
naleving van die overeenkomst.
Voorziet de wet in een verplichte affichering of niet?
Is in geval van niet-naleving van die overeenkomst
een sanctie mogelijk? Plannen het RIZIV of de
ziekenfondsen een duidelijke informatiecampagne
ten behoeve van de patiënten of moeten de
wetsbepalingen aangepast worden?
La loi prévoit-elle ou non l'obligation d'affichage ?
En cas de non-respect de la convention, une
sanction est-elle possible ? L'Inami ou les mutuelles
prévoient-elles d'organiser une information claire à
destination des patients ou bien faut-il modifier le
dispositif législatif ?
39.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Voor
de tandheelkundige sector is de verplichting om een
document aan te brengen met vermelding van de
toetreding van de zorgverlener tot het Nationaal
Akkoord
tandheelkundigen-ziekenfondsen
opgenomen in dit akkoord. Het gaat om punt 10.4.
Het akkoord dat met de medische sector werd
gesloten, bevat een gelijkaardige bepaling. Het gaat
om punt 23.4.
Wanneer de in het akkoord vastgestelde erelonen
worden overschreden, kan de begunstigde een
forfaitaire vergoeding eisen van de beoefenaar.
Artikel 168 van de ZIV-wet van 14 juli 1994 voorziet
in dat soort sancties, namelijk een administratieve
boete.
De regeling bepaalt dat de verzekeringsinstellingen
een volledig bijgewerkt exemplaar van de lijst van
artsen en tandheelkundigen die worden geacht te
zijn toegetreden tot het akkoord dat op hen
betrekking heeft, ter beschikking te stellen van de
begunstigden in hun plaatselijke, regionale en
nationale
zetels.
Deze documentatie
moet
beschikbaar zijn tijdens de openingsuren van de
lokalen op zodanige wijze dat ze makkelijk kan
worden geraadpleegd. De aanwezigheid ervan moet
worden vermeld in de voor het publiek toegankelijke
lokalen door een zeer duidelijk bericht aan te
brengen op een zichtbare plaats. Dit staat vermeld
in artikel 160.1. van het koninklijk besluit van 3 juli
1996.
39.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Pour le secteur dentaire, l'obligation d'afficher un
document indiquant l'adhésion du dispensateur de
soins à l'accord national dento-mutuelliste est
inscrite dans cet accord. C'est le point 10.4. Une
disposition similaire existe au sein de l'accord
conclu avec le secteur médical. C'est le point 23.4.
En cas de dépassement des honoraires fixés par
l'accord, le bénéficiaire peut réclamer au praticien
une indemnité forfaitaire. L'article 168 de la loi AMI
du 14 juillet 1994 prévoit ce type de sanctions, soit
une amende administrative.
La réglementation prévoit que les organismes
assureurs sont tenus de tenir à la disposition des
bénéficiaires dans leurs sièges locaux, régionaux et
nationaux un exemplaire complet et tenu à jour de
la liste des médecins et praticiens de l'art dentaire
qui sont réputés avoir adhéré à l'accord qui les
concerne. Cette documentation doit être disponible
pendant les heures d'ouverture des locaux de
manière telle qu'elle puisse être consultée
facilement. Sa présence doit être signalée dans les
locaux accessibles au public par un avis très lisible
apposé à un endroit apparent. C'est l'article 160.1.c
de l'arrêté royal du 3 juillet 1996.
39.03 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!): Alle
bepalingen bestaan er dus en wat niet meer in het
akkoord artsen -ziekenfondsen staat werd naar de
wet overgeheveld.
39.03 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!) : Donc,
toutes les dispositions existent et ce qui ne se
trouve plus dans l'accord Médicomut a été transféré
dans la loi.
39.04 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Zoals u
het ziet, is er een probleem met de toepassing, niet
met de norm.
39.04 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Comme vous le voyez, il s'agit d'un problème
d'application, et non de norme.
39.05 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!): Beschikt u
over de nodige middelen om dit af te dwingen?
39.05 Muriel Gerkens (Ecolo-Groen!) : Disposez-
vous des moyens de faire respecter cela?
39.06 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik kan
een verslag vragen.
39.06 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je peux demander un rapport à ce sujet.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
40 Vraag van de heer Xavier Baeselen aan de 40 Question de M. Xavier Baeselen à la vice-
25/06/2008
CRABV 52
COM 277
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
58
vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid over "de veiligheid in de
ziekenhuizen en de ontvoering van een zuigeling
uit het ziekenhuis van Charleroi" (nr. 6557)
première ministre et ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique sur "la sécurité
dans les hôpitaux et l'enlèvement d'un
nourrisson à l'hôpital de Charleroi" (n° 6557)</b>
40.01 Xavier Baeselen (MR): De ontvoering van
een kind uit een ziekenhuis in Charleroi doet
opnieuw de vraag rijzen van de veiligheid in de
ziekenhuizen. De MR-fractie had tijdens de vorige
zittingsperiode een voorstel van resolutie over de
veiligheid in de ziekenhuizen ingediend. Ik weet niet
of het al werd heringediend.
Beschikt u over precieze statistieken inzake de in
ziekenhuizen gepleegde inbreuken en misdrijven?
Kan men daar conclusies uit trekken over de
evolutie van de veiligheid in de ziekenhuizen in de
voorbije jaren?
Welke maatregelen zal u in dat verband treffen?
40.01 Xavier Baeselen (MR) : Cet enlèvement
d'enfant dans un hôpital à Charleroi repose la
question de la sécurité dans les hôpitaux. Le groupe
MR avait déposé sous la précédente législature une
proposition de résolution concernant la sécurité
dans les hôpitaux. J'ignore si elle a été redéposée
sous la législature actuelle.
Disposez-vous de statistiques précises sur les
méfaits et infractions commis en milieu hospitalier ?
Peut-on tirer des conclusions ou analyses sur
l'évolution de la sécurité en milieu hospitalier au
cours de ces dernières années ?
Quelles actions entendez-vous mener en la
matière ?
40.02 Minister Laurette Onkelinx (Frans): Ik
beschik niet over statistische gegevens in verband
met de misdrijven en inbreuken die in ziekenhuizen
begaan worden. In 2005 vond er naar aanleiding
van een daad van agressie in een Belgisch
ziekenhuis een onderzoek plaats. Als u dat
interesseert, kan ik u op grond van de gegevens
van de 165 ziekenhuizen die aan dat onderzoek
hebben deelgenomen, meedelen dat er in 2004 per
honderd bedden gemiddeld de volgende misdrijven
werden gepleegd: 6,86 diefstallen; 0,73 gevallen
van vandalisme; 17,28 gevallen van verbaal geweld
en 6,5 gevallen van fysieke agressie.
Mijn voorganger was van plan 503 voltijdse
jongerenbanen
voor
de
veiligheid
in
de
ziekenhuizen te creëren. Zodra de nodige fondsen
naar de ziekenhuisbegrotingen zijn overgeheveld,
zullen die jongeren snel in dienst kunnen worden
genomen. Ik zal een ontwerp van koninklijk besluit
in die zin aan de ministerraad overleggen.
Momenteel wordt het federaal netwerk `Veiligheid
en Preventie in de Ziekenhuizen' in samenwerking
tussen de FOD Volksgezondheid en de FOD
Binnenlandse Zaken op poten gezet. De eerste
vergadering vond op 8 mei 2008 plaats.
In de herfst zal er in alle ziekenhuizen die met
ziekenhuiscriminaliteit te maken krijgen, met een
enquête gestart worden dat om de twee jaar zal
geüpdatet zal worden.
De FOD Volksgezondheid heeft ook een studie
uitgevoerd in verband met agressiviteit in de
psychiatrische ziekenhuizen. Ik ben dus ook van
plan opleidingsmodules aan te bieden.
40.02 Laurette Onkelinx, ministre (en français) :
Je ne dispose pas de données statistiques relatives
aux méfaits et infractions commis dans le milieu
hospitalier. En 2005, une enquête avait été menée
suite à un cas d'agression au sein d'un hôpital
belge. Si cela vous intéresse, je peux vous dire que,
à partir de données rentrées par les 165 hôpitaux
participant à cette enquête, il a été signalé, en 2004,
en moyenne par cent lits : 6,86 vols; 0,73 cas de
vandalisme; 17,28 agressions verbales et 6,5
agressions physiques.
Mon prédécesseur avait prévu l'engagement de 503
équivalent temps plein emplois jeunes pour la
sécurité des hôpitaux. Ces engagements devraient
être concrétisés rapidement, suite au transfert des
fonds nécessaires vers les budgets des hôpitaux.
Je compte soumettre un projet d'arrêté royal en ce
sens au Conseil des ministres.
Actuellement, le réseau fédéral "Sécurité et
prévention dans les hôpitaux" est mis sur pied en
collaboration entre le SPF Santé publique et le SPF
Affaires intérieures. Une première réunion a eu lieu
le 8 mai 2008.
En automne, une enquête va débuter dans tous les
hôpitaux concernés par la criminalité hospitalière.
Elle sera réactualisée tous les deux ans.
Le SPF Santé publique a également mené une
étude relative à l'agressivité dans les hôpitaux
psychiatriques. Je compte donc également mettre à
disposition des modules de formation.
Tot slot zou ik willen preciseren dat een ziekenhuis
een open structuur is en moet blijven waar elke dag
een groot aantal patiënten en bezoekers over de
vloer komen. Het moet dan ook makkelijk voor
Enfin, je voudrais terminer en précisant qu'un
hôpital est et doit rester une structure ouverte qui
accueille chaque jour un flux important de patients
et de visiteurs. De ce fait, il doit être facilement
CRABV 52
COM 277
25/06/2008
KAMER
-2
E ZITTING VAN DE
52
E ZITTINGSPERIODE
2007
2008
CHAMBRE
-2
E SESSION DE LA
52
E LEGISLATURE
59
iedereen toegankelijk blijven.
accessible à tous.
Het incident is gesloten.
L'incident est clos.
De openbare commissievergadering wordt gesloten
om 19.15 uur.
La réunion publique de commission est levée à
19 h 15.